Onze Week-end Reportage Ontstaan en groes II. Verdere ontwikkeling III. Buitenlandse afzetgebieden IV. In een modelfabriek V. Peperkoek met wereldfaam HET WEKELIJKS NIEUWS Zaterdag 31 Mei 1952 Bladz. 16.1 WWW\fWWWW\<W\jfV¥WWWVlAAAnftAft?WWWyWWAfWWWWWW ifWWVWWWWWWWWWWWVWtfWWVWWWW IMWtfVUWWWWWWVWMWWWVMJVWiJWWWVWWWWWWVWWVWUWWl Bezoek bijDe Werkende Biete Poperinge, de Peperkoek fabriek Maes-Rommens i. DE BANKETBAKKERIJ Toen wij ons bij dhr Hector Maes-Rommens, gevestigd in de 'ieperstraat 24-28-30, te Poperin ge, aanboden om een reportage te maken over zijn bedrijf, waren Wij wel enigszins verwonderd dat wij reeds om 8.30 uur in de voor middag verwacht werden. De fa briek draaide al op volle toeren en wij troffen dhr Maes reeds aan het werk op zijn bureel. Dhr Maes is een stugge werker die in en voor zijn zaak leeft en daarin ligt zeker voor een grool deel de réden waarom zijn bedrijf zo flink produceert. Met te vragen hoe en wanneer de fabriek ontstond staken wij van wal en we kregen een over zicht over het onstaan en de groei van De Werkende Bie Sensationeel was de oorsprong zeker niet toen dhr Henri Maes werd ln het deeg verwerkt vol gens de smaak van de bakker. Het was hard labeur en met moeite kon een productie van 20 kgr. daags bereikt worden. Het banketbakkersbedrijf van dhr Maes kende een grote omme keer in het jaar 1921. Dhr Hector Maes, die de leiding in handen lad, specialiseerde zich in de fijne jiscuiterie en bakte ook de zo ver maarde Poperingse keikoppen Op dat ogenblik was reeds een stap gezet naar de groot-fabrica- ie buiten het kader van het ge wone banketbakkersbedrijf. En zo werd reeds in 1925 de fa bricatie van peperkoek op grote schaal ter hand genomen. De kneedmachines lieten toe aan groter productie te doen en spoe dig bleek dat de fabricatie van Het is misscliien gewaagd van Westvlaamse Nijverheden te willen spreken, in een tijd dat men op alle toonhoogten klaagt over een tekort aan nijverheid en gebrek aan tewerkstelling in onze streken. Toch heeft onze gouw schone bedrijven binnen haar grenzen; het zijn er geen waar duizenden ar beiders aanschuiven in de schaduw van zware fabrieksgebouwen want hier en daar vindt men een bedrijf waar hoogstens enkele honderden te werk gesteld worden. Maar wat de Westvlaamse nijverheid kenschetst is het zogenaamde familiebedrijfwaar het naamloos kapitaal geen rol speelt, maar waar de grondslag gelegd werd met moeizaam verworven spaarcenten. Onderzoek ze rustig, één voor één, de Westvlaamse familiebedrijven en wanneer ge twintig, vijftig, misschien honderd jaren teruggekeerd zijt in het verleden dan zult ge daar een eenvoudige stieldoener aantreffen die steen na steen zijn eigen levenswerk opbouwde. Ge zult er mensen vinden die misschien niet eens wisten wat een naamloze vennootschap betekent en hoe men beurstransactie verricht... maar die wel wisten wat het was... tc werken. Zo groeide de doening; de kinderen leerden de stiel van vader, brachten misschien nieuwe gedach ten in het bedrijf en voerden wellicht verbeteringen uit volgens de mogelijkheden der moderne tech niek, want iedere jonge generatie is altijd, en terecht, een stukje revolutionnair en verlangt naar beter. Eén doel bleef echter bij hen, de nieuwe bedrijfsleiders, altijd voorstaan en dat was op eigen kracht: het ouderlijk bedrijf tot iets groots uit te bouwen. Men kent de parabel van het mostaardzaadje, van het nietig dingentje dat groeide tot een reuze boom. De familiebedrijven uit onze streken zijn er de trouwste weerspiegeling van. Misschien gaat een geleerd economist hen met minachting voorbij omdat zij toch maar een dertigtal werklieden te werk stellen maar hij verliest daarbij al te gemakkelijk uit het oog dat het juist deze bedrijven zijn die op een regelmatige kadans werken. Sla maar eens de bladen na wanneer er melding ge maakt wordt van eretekens die uitgereikt werden wegens 25 en meer jaren trouwe dienst, men vindt er altijd onze familiebedrijven op de erelijst. Dat waren de eerste bespiegelingen die ons in de kop schoten toen wij de gelegenheid kregen «De Werkende Bie» te Poperinge te bezoeken: de Peperkoekfabriek vair dhr H. Maes-Rommens. Deze fabriek is trouwens een typisch familiebedrijf. Voor de fijnproevers is deze naam geen onbekende en wij kunnen er gerust aan toevoegen dat goede wijn geen krans behoeftwant goede waar prijst zichzelfGeleerden en geneesheren wezen reeds op liet belang van de afwisseling in de gerechten. Peperkoek, samengesteld uit rogge, honig en suiker, vormt een gunstige afwisseling voor biscuits en andere producten die met tarwe bereid zijn. Beter dan een journalist het kan onder woorden bren gen, zal de ontbijttafel de geschikte gelegenheid zijn om de uitgelezen producten van De Werkende Bienaar waarde te doen schatten, toch kunt U in deze bijdrage nog wel een en ander vernemen over het ontstaan en de ontwikkeling van deze nijverheid waar uw lievelingskost gefabriceerd wordt. Een binnenzicht van het modern maalderijbedrijf der fabriek Maes- Rommens. Dat alles er kraaknet is, hoeft geen verder betoog. De kijkvenstertjes die men bemerkt in het midden der rechtopstaande aanvoerbuizen, laten toe op ieder ogenblik na te gaan of de molen zijn werk naar behoren verricht. zich in 1878 in de Ieperstraat vestigde als banketbakker. Vader Maes zelf stamde reeds af uit een bakkersfamilie en deed dus niets anders dan gewetensvol een oude familietraditie voortzetten. Nu wil de aloude Vlaamse tradi tie dat met Nieuwjaar aan ouders, aan peter of meter of aan andere verwanten die men op bijzondere wijze zijn genegenheid wil beto nen, een versnapering aanbiedt, meestal onder vorm van een pe perkoek in hartvorm gebakken. Als banketbakker had dhr Henri Maes zich gespecialiseerd in het bakken van dit soort peperkoe ken. Hij bakte er later het ganse jaar door gewone rechthoekige en werd aldus de grondlegger van een bedrijf dat later hoog boven de bescheiden banketbakkerij zou uitgroeien. MET DE KNEEDBOOM Het was geen gemakkelijke kar wei om het peperkoekdeeg te be werken. Kneedmachines bestonden er nog niet, en om het mengsel van roggemeel, honig en suiker in de kneedtoog de baas te kunnen moest er toch iets op gevonden worden. De huisvrouwen die het zelf al eens beproefden om deeg voor pe perkoek gereed te maken weten bij ondervinding dat roggebloem, honig en suiker moeilijk te ver mengen ingrediënten zijn. Het is een kleverige massa die zeer las tig om bewerken is. Men vertelt nu nog hoe vroeger tijd, dat is zeker meer dan 100 jaar geleden, peperkoekdeeg met de voeten getrapt werd. Of het historisch ls durven wij niet stel lig beweren, maar het is zeker een vaststaand historisch feit dat een eeuw geleden gebruik gemaakt werd van de zogenaamde kneed- boom. Deze kneedboom, met vierkan tig oog en haak aan de muur vastgemaakt ter hoogte van de kneedtafel, werd door de bakkers- gast heen en weer bewogen door het weerbarstige deeg. Later kreeg deze kneedboom een gebogen vorm waardoor het verwerken van sui ker in het deeg vergemakkelijkt werd. Lange tijd werd dergelijke kneedboom als aandenken be waard bij dhr Maes-Rommens om, spijtig genoeg, te verdwijnen tij dens de oorlog '14-18. Van productie in het groot kon bij dergelijke manier van werken zeker nog geen spraak zijn en de banketbakker kon op deze wijze alleen de vraag der plaatselijke kliënteel voldoen. Het potje met honig stond altijd op de kneed tafel en de smakelijke zoetigheid peperkoek grote toekomstmoge lijkheden bood in de richting van de buitenlandse handel. Deze fa bricatie nam dermate toe dat in 1930 nog alleen peperkoek gefra- briceerd werd. Aan concurrentie ontbrak het nochtans niet, want reeds in die jaren telde België een honderdtal peperkoekf abrieken. Gemakkelijk was het nochtans niet om stand te houden, want in 1940 waren er 115 en thans zijn er nog slechts 43 peperkoekfabri kanten in ons land. Alhoewel publiciteit en prijzen- concurrentie zeer machtige wa pens zijn toch greep dhr Maes naar een ander middel om een vaste kliënteel te veroveren: dit enige wapen was de kwaliteit Bij het zoeken van buitenlandse afzetgebieden nam dhr Maes als regel de kwaliteit tot het uiterste te verzorgen. Daarbij dient gezegd dat reeds heel vroeg naar deze af zetgebieden gestreefd werd, name lijk vanaf de jaren '30, toen de uitvoer minder moeilijkheden ken de dan nu. Naar Amerika werd geëxpor teerd van 1934 af. Ook andere landen kwamen in aanmerking; Frankrijk werd een der grootste afnemers, evenals Belgisch Kongo. Alhoewel de producten van De Werkende Bie in Frankrijk zeer gevraagd zijn kwam bij wijlen een sterk protectionisme de ver gunningen beknotten. Voor bijna alle peperkoekfabri kanten dreigde de uitvoer naar Amerika in 1946 totaal te verval len door de hoge hygiënische eisen die in Amerika gesteld werden omtrent producten die met bloem vervaardigd worden. Van de fabrikanten werd inder daad geëist dat zij voor hun pro ducten een Filth-Test met ne gatief resultaat konden voorleg den. Dit Filth-Testis niets an ders dan een getuigschrift waarbij het vaststaat dat, bij microscopisch onderzoek, geen enkel overblijfsel van insecten, noch haren of uit werpselen van knaagdieren in het onderzochte voedingsproduct wer den aangetroffen. Wanneer wij dat lezen zullen wij misschien wel geneigd zijn om Tot het einde toe wordt bij de fabricatie van peperkoek het aan raken met de handen zoveel mogelijk vermeden. Daarom deze mo derne inpakmachine, die in snel tempo de verpakte stukken peper koek aflevert. Op de achtergrond links bemerkt men de houten kis ten die voor de verdere verpakking en verzending gebezigd worden. Met een opzichtige publiciteit en met het verkrachten der prijzen kan zeker een tijdelijk resultaat behaald worden, doch het publiek zal alleen een blijvend vertrouwen schenken aan kwaliteitsproducten. Indien dit als regel geldt op de binnenlandse markt dan geldt dit nog met veel meer als reden bit le verovering van buitenlandse fzetgebieden. Door het tekort aan grondstof fen speelt ons land een rol van verwerker. Het is dus alleen de kwaliteit die onze producten in het buitenland kan doen ingang vinden. Voor het bakken van de peperkoek volstaat natuurlijk één enkele oven niet. Hier een binnenzicht der bakkerij, waar men vier mo derne ovens bemerkt, die voor liet bakken gebruikt worden. eens even de schouders op te ha len bij dergelijke al te kieskeu rige voorwaarden die practisch on uitvoerbaar bleken te zijn. Maar vermits de Amerikaanse produ centen aan dezelfde strenge regle mentering onderworpen zijn is het al even duidelijk dat buitenlandse firma's, die in Amerika willen in voeren, met evenwaardige produc ten moeten kunnen op de markt komen. Een der enige firma's in ons land die het negatief «Filth-Test>>- certificaat bekwam is precies de peperkoekfabriek Maes-Rommens. Dank zij dit getuigschrift, dat tot nog toe bij ieder onder zoek bekomen werd, geldt het merk De Werkende Bie als een degelijkheidscertificaat in Ame rika. Ook in eigen land bekwam de fabriek Maes-Rommens de hoog ste onderscheidingen op dit ge bied. Op 1 December 1951 betuig de het Westvlaams Comité, inge steld met het doel te streven naar het bevorderen van de veiligheid* hygiëne en verfraaiing in de nii- verheidsinstellingen, met lof over de verwezenlijkingen tot stand ge bracht door de Peperkoekfabriek Maes-Rommens. Dat resultaat werd natuurlijk niet bekomen met alles maar zijn gang te laten gaan. Hoe goed de binnenlandse maalderijen ook uit gerust zijn inzake materiaal toch kon geen enkele van hen bloem leveren die met goed resultaat het Filth-Test zou doorslaan. Wil de dhr Maes dus blijven leveren op de Amerikaanse markten dan was het geboden dat hij over alles de strengste controle had en dit reeds vanaf de productie van bloem. DE MAALDERIJ Wie al eens een maalderij be zocht heeft die in volle werking is, heeft dit zeker niet gedaan met zijn Zondagse kleren aan. Bekijkt men een molenaar aan 't werk, dan is het doorgaans een wit be stoven man. Wij bezochten in de fabriek Maes-Rommens zowel de graan silo's als de maalderij en de bak kerij, dit terwijl gans de fabriek volop draaide, en nergens hebben wij het minste stofje meel be merkt. Geen stofje op de vloer, geen stofje op de machines en het geleek wel of we in een of andere grote tentoonstellingszaal rondwandelden waar al de machi nes draaiden voor een demonstra tie. Het nieuwe gebouwencomplex zelf, waarvan de eerste steen ge legd werd op 30 Maart 1939 door de jongeheer Paul Maes, is prach tig van opvatting. Naar de plannen van dhr Architect Carpentier uit Poperinge, werd het geheel opge trokken in beton. Het gedeelte v"n dit gebouw, dat met zijn har monische gevel uitgeeft op de Paardenmarkt, is gelijkvloers en bijzonder bestemd voor magazij nen van verpakking en verzen ding. Reeds bij het binnenkomen van de molen stelt men vast dat al de behandelingen der grondstoffen machinaal gebeuren. Het belang op hygiënisch gebied van deze werkwijze, mag niet onderschat worden. Om te beginnen wordt het graan bij het binnenkomen der fabriek automatisch opgezogen en terzelf- dertijd wordt het op nauwkeurige wiize gewogen. Alvorens het naar de silo's over gebracht wordt, ondergaat het graan reeds een eerste schifting waardoor de meeste onreinheden er uit verwijderd worden. Maar de grote kuis is daarmee nog niet gedaan. Ieder stofje is immers volgens de fabrikant een verlies, het schaadt de kwaliteit van ziin product. De hoger vermelde silo's dienen slechts als voorlopige stapelplaat sen, zij zijn niets anders dan de voorraadzolders vanwaar het graan naar de rustsilo's moet wor den overgebracht en waar het in gepaste droogtetoestand zal komen om op de meest renderende wijze gemalen te worden. Vooraleer het graan naar de rustsilo's overgaat, ondergaat het zijn definitieve kuising die in drie achtereenvolgende bewerkin gen wordt uitgevoerd. Het loont de moeite van gedu rende enkele minuten stil te staan bij deze kuismachines. Als het waar is dat het, niet al goud is dat blinkt dan is het even waar dat het niet alles zuiver is wat in graanzakken terecht komt. Dat er maïskorrels tussen zitten is normaal en die vreemde eenden worden er gemakkelijk tussen uit gehaald, maar men moet niet ver wonderd zijn er vreemde munten, knopen of andere kleine voorwer pen tussen aan te treffen. Tijdens deze grote kuis wordt ook alle stof en tot het minste pluisje of haartje toe uit het graan verwij derd zodat men er absoluut zeker van is dat hetgeen naar de rust silo's gaat zuiver graan is. Voor de maalderij is er aldus altijd een voorraad graan beschik baar waarvan naar believen kan gebruikt worden. De eigenlijke maalderij zelf is van hel: meest geperfectionneerde type. Men ziet er de machines rustig draaien en hier en daar kan men langs controlevenstertjes de bloem zien neervallen. Van graan tot bloem gaat het niet in één keer want het malen gebeurt in verschillende stadia, altijd fij ner en fijner. Dit laat een zorg vuldige schifting van afvalproduc ten toe en biedt ook de gelegen heid dat precies die kwaliteit van bloem bekomen wordt welke voor het bakken het beste resultaat geeft:. Wat. het meest opvallend is in deze maalderij is wel het feit dat gans de installatie, die nochtans reusachtig is in omvang, door één enkel arbeider bediend wordt. Neen, die man heeft zo helemaal niets over zich van hetgeen men van een molenaar kan verwach ten. Zijn werkkledij is eerder deze van een kantoorbediende. Er is trouwens, zoals wij reeds deden opmerken, geen gevaar voor dat hij onder bloem- of stofwolken be dolven wordt. Al de bewerkingen, door vernuf tige machines uitgevoerd, zoals wij ze hoger beschreven, worden van op één enkel schakelbord bevolen, 's Morgens worden de schakelaars ingezet en de maalderij draait op volle toeren. De machine zal het werk wel secuur verrichten en er voor zorgen dat de bakkers, die beneden aan het werk zijn, eerste klas bloem te verwerken krijgen. DE HONIG Men gebruikt doorgaans het woordje «peperkoek», en dat moet zijn oorsprong vinden in het feit dat de fabrikant sommige spece rijen toevoegt aan het deeg om een bepaald aroma te bekomen. Nu weet men ook dat peper als het type van specerij geldt en vandaar dat het zijn naam leen de aan hetgeen men in het Frans pain d'épicesof specerijkoek, noemt. Het woord honigkoek brengt ons al heel wat dichter bij de sa menstelling van hetgeen men ge woonlijk peperkoek noemt. Ho nig is immers verreweg het voor naamste bestanddeel van deze lek kere koek. Sprekend van De Werkende Biedan hebben wij meteen de voortbrengster, de grote leveran cierster als men wil, genoemd van de kostbare grondstof die aan de basis ligt van de peperkoek. De honig die hier gebruikt wordt is inderdaad een zuiver natuur product. Het koude Europa, dat wel stralende zomers heeft maar ook ijzige herfst- en wintermaan den telt, kan onmogelijk een vol doende hoeveelheid honig voort brengen om de peperkoekfabrie- ken van deze grondstof te voor zien. Gedurende slechts enkele maanden kunnen de bijen in onze streken honig verzamelen. Voor hen is het een wintervoorraad en de imker, die zich het kostbaar natuurproduct wil toeëigenen moet stipt de regels van de ruilhandel volgen en aan de bijen een gelijk gewicht aan suiker in de plaats geven. In sommige warme landen, zo als bv. in Argentinië, waar de bloemenkrans het jaar door bloei en en de bijen dus geen winter- rust kennen, is de honigproductie vanzelfsprekend overvloediger dan in Europa. De fabrikanten van peperkoek zijn dus aangewezen op buitenlandse honig indien zij een zuiver natuurproduct willen bezi gen dat steeds in voldoende hoe veelheid voorhanden is. Deze honig, Cubaanse, Califor- nische, enz. komt hier in grote vaten toe. Ook hier moet aan het Filth-Testgedacht worden. De vaste massa wordt daarom vloei baar gemaakt, en door een filter geleid die tot de minste veront reiniging achterhoudt. De aldus gefilterde honig dient niet alleen bij de bereiding van peperkoek maar wordt ook in na tuurlijke toestand op de markt gebracht, netjes verpakt in glazen potjes. Van de honig zelf van De Wer kende Biemoet zeker de faam niet meer gemaakt worden, want ieder huisvrouw kent zijn voeden de en zelfs geneeskrachtige eigen schappen. Hoe net en ordelijk het er ook aan toegaat in de fabriek Maes- Rommens en hoeveel voorzorgen men ook treft om op hygiënisch oogpunt alle mogelijke waarbor gen te hebben, toch moet men nog altijd voorzichtig zijn opdat, de bijen zich geen toegang zouden verschaffen tot de fabriek en tot de honigvaten. Speciale plastieko deksels sluiten daarom de vaten om er de gevleugelde snoepers van af te houden. DE BAKKERIJ Vooraleer in de eigenlijke bak kerij bij de ovens aan te landen, brachten wij, in gezelschap van dhr Maes, een bezoek aan de werkplaats waar het, deeg bereid wordt. Rogge, honig en suiker vor men de drie basisgrondstoffen van de peperkoek. Teder huisvrouw met. bakkerstalenten heeft het misschien zelf al eens beproefd om peperkoek te bakken, maar moest dan toch weer telkens tot het besluit, komen dat het nog zo gemakkelijk niet is en dat. er ze ker wel beroepsgeheimen aan ver bonden zitten. Begrijpelijkerwijze zal geen enkel fabrikant de ver houdingen zijner samenstellingen prijs geven die het resultaat, zijn van verschillende jaren opzoekin gen. De tijd van de kneedboom is lang voorbij en moderne mechani sche kneedtroggen, waarvan de grootste zo maar eventjes 3.000 kgr. deeg per uur kan gereed ma ken, doen het kneedwerk zonder dat er mensenhanden bij te pas komen tenzij om de machines te regelen. Het aldus bekomen deeg wordt in een vergaarbak opgevangen vanwaar de bakkers hun bakpla ten met het nodige deeg voorzien. In de bakkerij troffen wij weer dezelfde netheid en kraakzinde lijkheid aan die wij in gans de fabriek vaststelden. Door een auto matische stookinrichting, die de toevoer van kolen langs buiten re gelt, werd het mogelijk gemaakt alle stof angstvallig te weren. Deze stookwijze heeft ook het voordeel steeds een regelmatige temperatuur in de ovens te onder houden. Precies op het ogenblik dat een bakte uit de oven kwam, traden wij in de bakkerij binnen. Het zijn reusachtige platte koeken die van de platen komen en op de snijta fels geschoven worden. Bij mid del van een cylinderzaag wordt alles in gelijke blokken op het ge wenste formaat en gewicht ge sneden. VERPAKKING EN VERZENDING Verpakking van peperkoek vraagt veel voorzorgen, want een voe dingsproduct, waaraan zoveel zor gen besteed werden bij de fabri catie, mag niets van zijn waarde verloren hebben wanneer het bij de kliënt komt. Een automatische inpakmachi ne weert ook hier de aanraking met de handen en levert netjes de stapeltjes peperkoek af, sierlijk verpakt, met natuurlijk binnen in het pak het onontbeerlijk prentje over de Jacht of over de ongeloof lijke avonturen die Baron van Munkhausen beleefde. Deze verpakking is niet alleen keurig voor wat haar uitzicht be treft, maar het doorzichtig blaadje plastiek, dat er bij aangewend wordt, geeft de verbruiker alle waarborgen dat de smakelijke pe perkoek even vers bij hem aan huis komt zoals hij de fabriek verliet. Aldus verpakt verdwijnen de stapeltjes peperkoek in speciaal daartoe vervaardigde kisten die gemakkelijk verhandelbaar zijn. Van de verpakkingszaal gaat het naar de opslagplaats waar altijd de nodige voorraad moet beschik baar zijn zowel voor de markt van het binnenland als van het bui tenland. De grote vrachtwagens van «De Werkende Bie» komen hier iedere dag hun vracht peperkoek afha len voor verschillende bestemmin gen. Over het verbruik van peper koek kan men zich een klein ge dacht vormen wanneer men weet dat de fabriek Maes-Rommens da gelijks van 7 tot 9 ton peperkoek produceert. Deze productie beperkt zich niet alleen tot een standaardartikel, zoals de goedgekende Couque de Dinant Moelleuse want ieder fijn proever kan in de peperkoek van deze fabriek iets vinden waar hij nu eens speciaal trek in heeft. Wie liever van deze smakelijke koek heeft met geconfijt fruit of sui kerklompjes in moet maar zijn keuze doen in een rijke afwisse ling die de fabriek ter beschikking van haar kliënteel stelt. De fabriek De Werkende Bie heeft zich tot een niet te onder schatten nijverheidstak ontwik keld en wist haar faam over gans de wereld te vestigen. Vanaf 1921 brak deze faam reeds door en werd zij bevestigd in de talrijke onderscheidingen die op verschillende tentoonstellingen be haald werden. Op de tentoonstelling te Gent in 1921 bekwam De Werkende Bie de Grote Prijs, het Eremerk van Z. M. Koning Albert. In 1922 was het te Brussel de Ereprijs met de gelukwensen van de Jury. Te Roe- selare in 1923 laureaat der ten toonstelling. Te Luik in 1924 de Eerste Ereprijs; in hetzelfde jaar de Ereprijs te 's Hertogenbosch, en zo gaat de indrukwekkende reeks verder. Achtereenvolgens werden de hoogste onderscheidin gen bekomen te Parijs, Londen, Lausanne, New-York, 's Graven- hage, Luzern, Stockholm en Rij- Dhr Henri Maes, banketbakker tc Poperinge, die reeds in 1878 de grondslag legde van het bedrijf, dat eens zou uitgroeien tot de voor naamste peperkoekfabriek van het land. sel. Te New-York nam dhr Maes- Rommens deel aan de tentoonstel ling in 1940 als Ondervoorzitter va,n het Groepscomité der Belgi sche Voedingsnijverheid. De faam der fabriek werd een wereldfaam. Vorsten en staatslieden wensten bij gelegenheid van tentoonstellin gen dhr Maes geluk om zijn zeer merkwaardige fabricage. Toen H. M. Koningin Elisabeth op 17 Juli 1932 een bezoek bracht aan het Sanatorium De Loviete Poperinge, mocht zij een reus achtige peperkoek als geschenk in ontvangst nemen. Voor de tentoonstellingen werd er altijd iets origineels bedacht en waren het niet alleen de rechthoe kige stukken peperkoek die te voorschijn kwamen maar ook al lerhande figuren, landschappen of gebouwen die op de allerfijnste koek werden uitgebeeld. Te Rijsel en te New-York prijkte in 1939 en '40 een prachtige hut op de tentoonstelling, alles was er pe perkoek en de figuren die het ge heel bevolkten waren uit suiker vervaardigd. Ook Sneeuwwitje met de Zeven Dwergen werden aldus uitgebeeld. Een rijke fotodocumentatie, die dhr Maes ons voorlegde, bewees ons voldoende dat de Poperingse peperkoekfabriek de wereld door bekend is. De Werkende Bie is in de volle zin van het woord een wereldreiziger geworden. Hoe bescheiden deze nijverheid ook is in haar oorsprong en alhoe wel de grote industrie er mis schien met een medelijdende blik naar kijkt, dan dient het toch ge zegd dat hier met kwaliteitspro ductie werd goed gemaakt wat aan omvang ontbrak. Alleen de kwaliteit wist voor een voedingsproduct de wereld te ver overen. Daarin alleen ligt reeds een antwoord en een oplossing voor de moeilijkheden waarmede tegenwoordig tal van nijverheden te kampen hebben. Gans het apparaat van onze Westvlaamse nijverheden kan ten slotte op de wereldmarkt gemist worden en wie toch wil stand hou den, zo op binnen- als op buiten landse markt, heeft maar één mid del bij de hand om daarin te sla gen en dat is de kwaliteitspro- ductie. Het betere zal vanzelf het min der goede van de markt verdrin gen, want het is ten slotte toch de verbruiker die de wet dicteert en die de voorkeur geeft aan het beste product. De laatste tijd hebben wij veel vergaderingen en besprekingen bij gewoond waar gehandeld werd over het prangende vraagstuk van de werkloosheid, over het oprich ten van nieuwe nijverheden, enz... Bij ons bezoek aan de fabriek van dhr Maes-Rommens kregen wij voor het eerst een positieve aan wijzing in deze zin getoetst aan de werkelijkheid. Het familiebe drijf biedt inderdaad een uitkomst en schenkt de mogelijkheid van regelmatige tewerkstelling, op één voorwaarde slechts, en wel dat de bedrijfsleiders de traditie van de gelijk werk in ere houden. Voor Poperinge ls het stellig een eer z'n naam aan De Wer kende Bievereend te zien tot zelfs op de meeste markten van het buitenland. GEMO Tijdens de tentoonstelling «De beste Werklieden van Frankrijk», die op 29 Maart 1952 te Parijs doorging in het «Palais de New York» met deelname van België en Luxemburg, wénste dhr Vincent Auriol, President der Franse Republiek, dhr Hector Macs geluk met het ten toongestelde werk. Wij bemerken hier op de foto van links naar rechts: dhr Masson, Frans Minister van Nationale Opvoeding: dhr J. Van Caeneghem, Adjunct Commissaris-Generaal voor bevordering van de Arbeid; dhr Hector Maes-Rommens: dhr Baron Van Acker. Voorzitter der Nationale Arbeidsten'oonstcllingen. en dhr Vincent Auriol, Voorzitter der Franse Republiek.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Wekelijks Nieuws (1946-1990) | 1952 | | pagina 16