Het oorspronkelijk verhaal van een der eerste Vlamingen die naar de Nieuwe Wereld uitweek Onze Week-end Reportage «HET WEKELIJKS NIEUWSS Saterdag 8 Nots 1852 B&. IS, AMERIKA M VOOR Ilffil) UUR Aan de haven van New-York prijkt het reusachtig Vrijheidsstandbeeld. De zinnebeeldige vrouw draagt een toorts en in de andere hand de Onafhankelijkheidsverklaring. Het werd in 1888 door het Franse volk aan de Verenigde Staten ge schonken. Charles-Louis Desmedt Op de grote baan die van Diks- muide naar leper leidt, even voor bij de gemeente Woumen, recht over het kasteel van Baron de Coninck, maar toen bestond het nog niet, lag een hoeve, bewoond door de familie Desmedt. Ook die hoeve, Het Duivenkot is sinds lang verdwenen, alleen een «mote», of hoogte, duidt nog de plaats aan waar ze eens gelegen was. De De- smedt's bezaten hun hoeve ln eigendom, het waren dus welstel lende boeren, en hun zoon Louis was voorbestemd om als landbou wer op het erf te blijven. Maar het gebeurde andersom Louis verliefde op een meisje van de plaatsede kom van het dorp, trouwde met haar, zeer tegen de goesting van zijn ouders, en open de een lakenssnijderswinkel een textielwinkel; doch daar hij om zijn huwelijk met gans de familie in onmin leefde, niemand meer over de zullekwam om hem de penning te jeunenof bij hem kwam kopen, geraakte hij moeilijk aan zijn brood en met wrok in het hart trok hij naar Amerika vanwaar hij vol gende brief schreef: 55 dagen op een zeilschip Milwaukée, 24 Febr. 1848. Heden zijn wij in volle gezond heid en welvarend. Onze reis heeft geduurd: 55 dagen. De 14* Augus tus zijn wij aan boord van het schip Emma gegaan en de 18» afgesteken. Zes dagen hebben we op de Schelde gekruist, de 24" wa ren we vóór het fort Lilloen langs Vlissingen zijn we de Noord zee ingevaren aan boord hebben de 108 passagiers, 2 priesters, 2 familiën van Aalst en 3 van Cad- zand. Nauwelijks waren we vier uur in zee of ons schip was als een hospitaal en wij hadden slechts één bekommer nis... onze maag wat te ledigen. De 25" hoorden wij de Hoogmis aan boord van het schip, op de Engelse kust, bij Dover. Op 26' bij het eiland Wight, de 27° vóór Portsmouth, haven van Lisbonne, hoofdstad van Portugal. Dit was mijn verjaardag, we bakten pan- nekoeken en hielden kermis. Des anderendaags hield de zee ook kermis; hier liepen hoge golven lijk bergen en alles rolde over hoop, niemand kon zich op de be nen houden; men verloor een zeil. De 3" September doorzeilden wij de Spaanse Zee, vandaar namen wij directie West in ruime zee en de 4' liepen wij 125 mijlen. Van dan af was de wind ons voorde lig tot de 15°. Er begon een tem peest dat achttien uren duurde en dat ons het Noorden indreef. Een dodelijke stilte heerste op het schip, eenieder was in gebed. Men hoorde niets dan een treu rige klok die van tijd tot tijd, vol gens de bewegingen van het schip, haar trage kloppen liet horen. De armen der masten (ra's) sloegen in het water, de vogels kwamen op het schip om rust te nemen, de zwaarste kisten verliepen van op hun plaats, men moest zich in het bed vasthouden. Ik alleen bleef langst op het dek de golven beschouwen, die van tijd tot tijd over het schip sprongen. Zo wer den wij Noordwaarts gedreven totdat wij begonnen de walvis en de vliegende vis te ontmoeten. Enigen zegden dat wij de Golf van Mexico indreven en dat. men ons in het mensenmoordend Vc- rapas zou laten. Hierop antwoord de mijn vrouw: «Dat God het schip stuurt waar het Hem be lieft, als Hij ons maar naar het verdrukte Vlaanderen niet terug zendt. New-York Zes dagen moesten we varen om terug op onze weg te ge raken, zodat er op 23 September uit de mast geroepen werd, om één uur van de nacht: «Land! Land! Alle reizigers sprongen uit het bed, zelfs de kranken, om de nieuwe wereld te beschouwen. Een dag en een nacht bleven wij in de baai van de haven. Alle reizigers zegden dat wij in de lusthof des hemels waren. Do baai heeft buitengewone bermen (oevers) bezet met kastelen in drie hoogten, de eerste reeks aan het water, de tweede boven de eerste en de derde boven de twee de, zodat dit het schoonste zicht is dat ooit in Europa is te zien geweest. Ik heb enige van die gebouwen opgenomen (getekend). Daar werden wij van de dokter en van de heren der stad over zien (onderzocht). De 25°, om 4 u. in de namiddag, beschouwden wij rle stad New-York met ziln 400 kerken, 4.000 straten, 22.000 hui- Een en 400.000 inwoners. De ha gen rond kerkhoven en kastelen zijn al in gegoten ijzer, veel scho ner en kunstiger dan de barrière van de Heer de Coninck te Mer- kem. De kostelijkheid, schoonheid en pracht van deze stad kan ik niet beschrijven. Bij al deze schoonheid is ook vuiligheid, deze stad ia besmet met vele weeglui zen waarvan alle huizen vervuld zijn. Naar het binnenland De 28° stapten we op het stoom schip Colombie dat ons ln één dag te Albany bracht. Vandaar trokken we op Rochester, Utuca, Siracuse, Romen nevens Philadel phia, Pitsburg, Appelhouwer, nu Canada, en dan Buffalo, tussen het lac Ontario en Erié. Hier heb ben we een ander stoomschip ge nomen, het schoonste en koste lijkste van gans Amerika dat ons over het meer Erié, Huron en Il linois (Bovenmeer) voerde en dat op zijn terugvaart op het Erié- meer vergaan is. Op dit schip wa ren de matrozen allen Moren (zwarten) en ik was koksknecht. De vis kookte men in boter en braadde men in suiker en al het brood werd in suiker gebraden. Deze lac's zijn gevaarlijk. In schuw weder moeten alle schepen ter oorzake van hun ondiepen steengrond verbrijzeld worden. Van New-York tot aan Buffalo zijn de merkwaardigste bijzonder heden: de grote steenrotsen die in vele plaatsen overhellend zijn, waarvan er een is van zes hoog ten; de waterval Ontario of Nia- garra, die 130.000 ton water laat vallen; een brug van een half uur lang; de schoonheid der gebouwen en hoofdsteden die gans wit zijn, staande op witte pilaren. Omtrent 500 uren heb ik geen ander ge bouwen gezien. In de steden is ook alles wit en de straten recht hoekig doorsneden. Te lande is het ook zo: alle stukken land en propriëteiten zijn vierkantig, alle straten zijn kruisstraten. Dit is het schoonste land ter aarde. Een uur van de stad, aan het Illinoismeer, heb ik 40 ha. land gekocht voor de som van 1200 fr. Voor Bchrijven, koopbrief en ze gels 6,40 fr. Dit is een schone par tij effen land en zo vierkant als een tegel. Er loopt een beek door en langs deze heeft men schone maaiweiden en grazlngen. Er Op onze dagen heeft iedereen al een hele hoop verhalen en verhaaltjes gelezen over Amerika. Het land waar alles the biggest in the worldis heeft reeds menig pen beroerd en wij kennen allemaal het verhaal van de Amerikaan die voor het eerst in Europa kwam en het hier allemaal zo petieterig en klein vond dat hij de Boerentoren van Antwerpen voor werkmanswoning aanzag. Met de overvloed van verhalen uit het land dat men De Nieuwe Wereld» is gaan noemen is oo een flink stukje overdrijving meegekomen zodat het vaak moeilijk werd om waarheid en verdichtsel uit elkaar te houden. De tijd heeft nochtans ge leerd en onomstotelijk bewezen dat Amerika in werkelijkheid toch het land der onbegrensde mogelijkheden is, het land der multimillionairs, van wolkenkrabbers... en van atoombommen. Velen hebben al eens hun stamboom nagekeken in de zoete hoop dat zij er wellicht een verre voorzaat uit opvissen die ginder, in dat Land van Belofte op goede voet stond mei vrouwe Fortuna en de achterblijvers uit Europa met een fabelachtig fortuintje bedacht. Daar is inderdaad af en toe een suikernonkel opgedoken en in de verbeelding nog meer dan in werkelijkheid die alleen dienden om verbeeldingrijke schrijvers wat Inspiraties te bezorgen. Hieronder geven wij over Amerika een heel ander beeld dan wij het gewoon zijn te zien. Het is een onvervalste getuigenis over de Nieuwe Wereld en hoe zij er uitzag ruim 100 jaar geleden. Het is een eenvoudige brief geschreven van uit Milwaukée op 24 Febr. 1845. De tekst van deze brief is oorspronkelijk en werd alleen op gebied van spelling wat aangepast zonder nochtans te raken aan het kruimige en het rake beeld dat de schrijver er wist in te leggen. Gemakkelijkheidshalve plaatsten wij enkele tussentitels om het geheel wat in te delen. Onze lezers zullen In deze regels die volgen vaak een schepje sarcasme en zelfs wat bitterheid ontmoeten, de schrijver ervan nam inderdaad geen blad vóór de mond om zijn achtergebleven verwanten de Ie te spellen. Tot beter begrip hiervan een kleine inleiding waar wij de uitwijkeling Charles-Louis Desmedt, uit Woumen, voorstellen. de religie. Dopen, trouwen en be graven kost hier niets. Gendar men, garden, heren en priesters kan men zelf aan geen kleding herkennen, allen zijn burgers. Nie mand is hier heer, zo rijk hij ook wezen moge. Voor ambachtslie den is het niet zeer goed om re den dat men alles in de winkels kofept, zoals ploegen die gans van ijzer zijn gegoten, wagens, kar ren, eggen, keerns, schone laar zen, alles wat voor de landbouw nodig is. De ambachtslieden heb ben zelf hun stiel gedood met tienmaal zoveel te vragen als de waarde van hun werk bedroeg. Voor een wagen vroeg een wagen maker en smid 7 tot 800 fr., in de winkels koopt men er een voor 150 fr. Voor een paar laarzen wil de de schoenmaker 28 fr. hebben, in de winkels voor 8 h 10 fr. De schoenmaker, met zijn stinkende pikschorte, vroeg voor een paar teenlappen te leggen in België zo veel als men hier in de winkel de hele laarzen nieuw koopt. De Sta ten hebben erin voorzien om de winkels van alles te vervullen. Het bard (planken) koopt men in de zaagmolens geschaafd en ge ploegd voor 40 fr. de 1000 voet. Het land koopt men, één uur van de stad, voor 80 fr. de ha. en ver der af voor 6,40 fr.; men pacht een ha. voor 2 fr. Een vet zwijn koopt men hier voor 10 fr., zes uur verder voor 0,80 fr. Hier zijn geen kooplioin zwijnen, de jongen van zes weken oud maakt men ln worsten en die smaken zeer goed. Ik heb ook twee zeu gen met jongen in, wat hennen en eenden. Een kalfkoe met kalf in of een kalf achter haar lopende koopt men voor 40 80 fr. Men koopt hier altijd de koe met het kalf. De koeien zijn zwaarder dan in België maar niet zo hoog op hun poten en ze hebben een uit nemend tutement (geloei). Ze gaan nooit onder dak en zijn altijd vet; men eet hun vlees aan 2 cents het pond. De paarden zijn goedkoop Dit is het Witte Huis de residentie die aan de Presidenten wordt voorbehouden. Zoals men zich zal herinneren werd dit prach tig gebouw van binnen helemaal hersteld. Tijdens de herstelling verbleef de President tijdelijk op Blair House. staan veel suikerbomen op zodat ik jaarlijks een grote massa sui ker kan trekken. Deze boom ge lijkt veel aan een linde, men tapt de suiker uit de stam en men kookt die zoals men in België moes maakt, en van dit kooksel krijgt men nog sirope en azijn. Ook heb ik allerhande fruit, als appels, peren, pruimen, notebo- men en veel wijngaarden. De bo men zijn eiken, olmen, essen, lin den, ijzerhout. Ik heb meer dan tachtig eiken boven de vijftien voet dik en omtrent vijftig voet lang. Land en volk Het is reeds tien jaar dat hier een Fransman het eerste huis bouwde en in min dan tien jaar zal deze stad Parijs overtreffen. Hier (in Milwaukee) is een bis schop en vier katholieke priesters. Van 's morgens 7 u. tot 's avonds 10 u. zijn 's Zondags alle kerken open en er is veel volk. Alle win kels en herbergen zijn gesloten en hier is nooit getwist aangaan Weliswaar minder dan vroeger treft men in Amerika nog de India nen aan, die in hun typsche bootjes de vele rivieren en meren van het land doorkruisen. maar veel kleiner dan ln België. De beste en schoonste zijn deze die voortkomen van een wilde hengst en een Engelse merrie. Deze hengsten zijn maar vier voet hoog maar wonderschoon. De schapen zijn gelijk aan die van België. Alle vogels die men in België vindt zijn hier ook, uitgenomen kraaien en mezen; de patrijzen zijn als grote hennen en zitten zowel op de ljomen als op de grond. De hazen zijn wit en er zijn veel herten. Hier zijn geen ezels, de boerin nen zitten op kleine peerdjes, do boeren rijden in voituren. De pracht is hier uitnemend. Er zijn mensen van alle natiën als Zweden, Essen, Denen, Noren, Pommersen, Hannoversen, Duit sers, Belgen, Engelsen, Fransen, lerlanders, enz. De vrouwen van de Noren zijn juist in kostume als de Belgische, uitgenomen dat. zijn geen kanten aan hun cornet (hoofddeksel) hebben. Van hun taal kan men niets verstaan. Zij bouwen een stad met. naam Misky, zeven uur van de onze. Bij ons zijn het ai Duitsers en Ieren. Het Duits kunnen we goed ver staan en spreken, met de Engel sen hebben we meer moeite; mijn dochter is in de Engelse school 12 Milwaukee en leert wel. Indianen Wij wonen aan de westzijde van het meer Illinois, in het land der Kikapou's. Deze wilden zijn hier nog, maar ze zijn niet zoals men ze afschildert; ze zijn zedig, goed hartig en beschaafd en uitvinders van kunstwerken. Wanneer men hen ontmoet zijn ze altijd in ben den, ze groeten u, glimlachen en gaan stil verder zonder het min ste gerucht of geraas te maken. Hun kledij bestaat in een blauw of wit deksel op de rug, de benen met rood laken omwonden en aan elk oor een menigte blikken of koperen platen. De borst en het gezicht zijn wit of zwart geschil derd en op het hoofd hebben ze rechtstaand stekelhaar. Velen zijn gewapend met kostelijke snapha nen (geweren) of met boog en pijlen. Zij maken kunstige brei werken, manden, matten, reticu- len en vrouwenhoeden. Het rijn slimme mensen; velen kennen Frans en vertellen historiën van boven de drie honderd jaar oud; zij zijn hoveerdig maar vrijgees ten en erkennen geen koningen. Als men hen zegt: De Fransen zullen komengeven zij een grote schreeuw en stampen op de grond. De mannen kent men uit de vrouwen niet, ze trekken de baard uit; allen hebben een breed gezicht en gaan al wringen met de tenen naar elkander toe. BIJ mijn huis en op mijn land zijn er van hun begraafplaatsen, deze zijn een hoop aarde bij een boom op welke zij het portret van de dode kunstig uitsnijden. Als de maan schijnt jagen zij ganse nachten. Ze kennen geen geld; voor een cent die nieuw is, kan men een schoon peerd kopen. Hun peerden zijn goed geleerd en heb ben geen toom van node; ze heb ben goede voeten en moeten nooit geijzerd worden. Deze voorzomer moeten al deze wilden over de Mississipi gedre ven worden. De troepen zijn reeds in onze stad gekomen. Ieder bur ger die met de troepen wil mede gaan krijgt 40 gemete land. Ik heb ook goesting, maar mijn vrouw wil niet Ze zegt dat wij nog beter veertig hectaren zou den kopen. WIJ hebben 1930 uren lang moeten dolen zonder ver volgd te zijn en we moeten ook de vervolgers der wilden niet zijn, want die hebben ons geen kwaad gedaan. Wanneer wij in hun c; banen visiete maken geven ze ons gebraden hertenvlees te eten, waar we soms bij de eigen familie niets gepresenteerd werden, en, zegt ze, kwaad voor goed lonen ls alleen ln België mode. Bij dit alles moet men zich niet Inbeelden dat iedereen hier ge lukkig is. Ik heb een gebuur, een edelman uit Luxemburg, die veel land bezit. Hij deed niet anders dan eten en drinken en bolleren en gelijk de edellieden in Europa gewoon zijn te doen. Maar... de beurs is uit, krediet is uit en hij had vergeten zijn oogst in te hoe ven. Hij had aardappelen geplant en deze waren zo overlommerd dat hij ze niet meer vond om uit te doen. En nu zit hij zonder eten op 160 ha. van het schoonste en beste land dat men ooit gezien heeft. Hier moet, men zelf werken en in vier jaren kan men hier rijk worden. Werken alleen telt De boer is hier beenhouwer, timmerman, trekt en raffineert suiker, spint de wol van zijn scha pen, is brandwijnstoker, steenbak ker en kalkbrander. Onder de boe ren zijn kleer- en schoenmakers. Hij scheert zich zelf en de ene boer snijdt de andere zijn haar af. In ai deze dingen helpen wij de ene de andere en zo wordt de boer rijk en heeft in weinig ja ren een voituur op vier wielen en de vrouwen een Indiaans peerdje. Mijn vrouw zal weldra ook een peerdje hebben. De pracht is hier uitnemend groot: de dochters der werklieden dragen hier hoeden met pluimen en zwarte gazen klederen. De vrouwen hebben hier veel gezag maar geen geld; de dochters zijn hier al even rijk. Wanneer een dochter trouwt van rijke of arme mensen krijgt ze niets anders mede dan het bed waarop ze slaapt. Al het. goud wordt door do zonen gedeeld. Ook moet de zoon al het werk doen, de doch ters werken niet. Hij moet tot zijn vader, moeder en zijn zusters het haar kammen en friseren. Dit is de reden waarom de dochters, als er zonen zijn, niets te erven hebben. Als wij van Woumen vertrok ken schilderde iedereen ons af als zotten en ais we met Woumen- kermiszondag te Rochester, in het lahd der Irokezen, aankwamen waren daar reeds twee en dertig schepen vol Europese zotten aan gekomen. Deze hebben ten dele al veel land aangekocht en zijn al van het. zotte genezen. In de zo mer van 1844 zijn binnen de stad New-York 18.000 landverhuizers aangekomen. Vier t.ot. vijf uren van hier is een grote streek land, zo groot als Veurne - Ambacht., waarvan ik tot 1000 gemeten kon bekomen. Indien de Belgen wat, moed hadden konden ze hier met wat geld gelukkig ziin; maar wat wil ik zeggen, de Belgen willen niet onafhankelijk zijn, ze weten niet wat het hier is. Hier zijn niets anders dan vrije mannen en allen goede kristenen; vloeken, be driegen, beledigen wordt hier niet gedaan. Do weg om hier te ko men is niet wijd, maar duivels lang. De reis kost 200 fr.men mag 100 pond bagage medenemen en alle geld is hier gangbaar, het papieren geld is nog in zwang. Als men komt moet men ten min ste 2000 fr. over hebben om land te kopen en een jaar te leven. U lieden kunt mij vinden één uur van de stad Milwaukée, langs de Miski route. Mijn naam is hier niet gekend; in gans de stad noemt, men mij de Flamander Aan de Miski route moet iedereen hier twee dagen werken, de weg welke natie zij zijn, evenwel zijn het toch ook onze broeders. Fran sen zijn er hier veel, allen uit Ca nada, hun taal is met de wilde talen zo verbasterd dat ze bijna onverstaanbaar is. De Duitsers en Ieren besteden het grootste deel van hun geld aan de overtocht, pachten land voor een jaar, kopen intussen ander land en laten mijn heer een andere zot zoeken. Hier zijn het al Duitsers en Ieren en die maken fortuin. Veel Belgen zouden het hier ook kunnen in dien ze moed genoeg hadden. Als men hier toekomt en land koopt zullen de meeste gebuurs u hun woning aanbieden. Ik moet dit ook zo doen als anderen op reis zijn. In alle hulzen kan men eten, drinken en slapen, alles on- vergeld, hoe vreemd men ook ia Dit is een artikel van de onafhan kelijke grondwet die zegt dat al len broeders en zusters zijn. Ik kon ln de stad blijven wo nen en met schilderen of schrij ven veel geld verdienen, maar dit alles ls geen zeker bestaan. Ik heb mijn bestaan gevonden met 40 ha. goed land te kopen. Ik leef hier vrij, in overeenstemming met moeder aarde; niet dat ik hier door mijn vaderland wil bespot- tan, neen, dit land ia ook goad. houden. Ik kan niet allo dage schrijven en ik moet de brief 800 uren franco zenden. Geef ook le zing aan al mijn goede kennissen en bewaart hem wel. Engel De- bussche ls mijn gebuur. Hij heeft 6 ha. land gekocht voor de som van 180 frank. Heden beginnen we suiker t« koken met twee ketels. Meulenae- re is bij zijn vrouw. Mortier en kinders zijn allen in volle gezond heid; de Gebroeders D'Hpndt heb ben land gekocht ln de stad Mil waukée en hebben een schoon huls gebouwd. Heden zijn wij al len ln een voordelige plaats op de wereld. WIJ groeten U lieden met duizend zegeningen. Indian er Iemand wil komen ik raad aan in het voorjaar niet te komen. Het heeft hier lang gevroren en er moet veel Ijs van de noordelijks zeeën afkomen. Deze IJsbrokken zijn soms 8 600 voet hoog en wanneer die op uw hoofd zouden vallen bekomt ge een zeer onge zonde deuk. Wil U wel voorzien van beddegoed, want ge zult ln zee koude en hete streken ont moeten; neem weinig bagage me de, want boven de 1Ö0 pond moet men vracht betalen. Het geboerte la hier da beate stiel die ik ken, met wat geld, beter maken en bruggen hel pen leggen. Daarmede worden alle belastingen, patenten, accijn zen, personeel, betaald. Hier kun nen wij vrij uit ons vensters kij ken, de rook gaat vrij uit onze schouw, onze honden kunnen vrij bassen. We voeren onze goederen uit naar een vrije stad, onze troe pen zijn vrije troepen, en dit alles maakt de onafhankelijkheid uit waar de Belgen zo vijand van zijn, want met onafhankelijke vrijgeesten kan men op de kos ten van de anderen niet leven en dit zou ln België mis uitkomsn. Hoewel ik dit alles ln waarheid schrijf ls dit niet om U lieden aan te lokken. Het is genoeg dat ik hier ben en ik kan hier niemand van U gelukkig of ongelukkig ma ken. Het is aan U wel mijn brief te doorgronden en te zien of U lieden een bestaan vindt Op geld alleen kan men niet beroemen, wel op eigen handen. Ik bouw een huls van twee ver diepingen met een toren daarop; een fit huis zal mij boven de twaalf frank niet kosten. Hier bouwt men een huis op een dag: cement omkaderd met hout. Een kerk in vier dagen. De kerken gelijken op die van België. Op onze reis hebben we veel uitgestaan; mijn vrouw heeft heel de tijd het bed gehouden, maar zodra we aan land stapten was ze genezen en lk kreeg de land ziekte die wel tien weken bij bleef. Drie weken leefde ik bij mijn ge buur Michiel Chaupaert, van Es sen-Hamburg. We hebben veel af gezien maar zijn gelukkig geval len. De eerste zeereis is van wei nig belang, men kent de gevaren niet en men gaat die aan al la chen: een tweede zullen we niet wagen, dit ware voor ons een mis slag. Wie zou 40 ha. goed land verlaten om in Vlaanderen mis schien 40 roeden te bekomen? Is het land hier niet duur het laat daarom niet na veel vruchten te oogsten. Ik trek hier suiker met twee ketels en hiermede alleen kan men bestaan. Ik wil maar zes gemete land beploegen en zal veel koeien en schapen houden, hen nen en eenden, enz. Wol, boter en eieren zijn hier duur en dit alles kost weinig werk. De lucht is hier goed en gezond, men kan ver zien. In de winter vriest het ook maar zo hevig niet als in België en de dagen zijn er langer. In de zomer is het weder zeer veranderlijk; in de lente veel dauw en betrokken lucht. Het dondert veel, soms gan se dagen, doch men hoort van geen ongelukken of ziet men dat de donder ergens zou gevallen zijn. Hier zaait men wilskoren, ta bak, lamoenen, aardappelen, witte tarwe, boekweit, haver, en na dit alles vlas dat een overgrote lengte groeit en zeer duur is omdat het veel werk vraagt. Hier vindt men alles lijk in Bel gië, uitgenomen ezels, gaais en zotten. Het schijnt dat Europa de depot daarvan heeft. De beesten zijn veel tammer dan bij ons. Ais men een wilde koe koopt zal ze in twee dagen uw hof niet meer verlaten, en als men een wilde hond een stuk brood toewerpen kan ls het de uwe. De eekhoorns komen dagelijks drie tot vier voet van mij spelen en mijn werk be zichtigen. Het schijnt dat alle beesten vragen om gevoederd te worden van de mens. De United States Hier zijn 26 Staten en 3 Direc toriums; het onze is nog niet als Staat aanveerd en blijft directo rium totdat het, genoeg bevolkt is. Het draagt de naam van Wis consin en strekt zich uit van de boorden van de llllinois tot aan de oevers van de Mississipi, wat ongeveer 120 vierkante uren uit maakt en waai-van nog maar de boorden van de Illinois bevolkt zijn. Deze Staat, ten volle bevolkt zijnde, is machtig genoeg een Europees koninkrijk te verplette ren. Rond de grenzen staat ge schreven; «United States of Ame rica, Concordia et Fideiitas, mil lions for DefenléDeze Staten hebben 18.000.000 zielen. Hier zijn weinig soldaten. In geval van on lusten zijn allen soldaat. Niemand moet gevraagd worden. In de tijd van drie dagen zijn 500.000 man op de been. De vrouwen gieten kogels; ieder stad levert 100 ton bloem, 100 koeien, 100 schapen. In één woord, iedereen werkt mede. Ieder mens draagt een geweer met kogels geladen die ze zelf gie ten. Met zaad schieten is geen eer, doch ik schiet ermede en met het eerste schot dat ik in Amerika deed vielen zeven snippen. Land der gastvrijheid Wanneer we voor het eerst te Milwaukée aankwamen kon nie mand ons verstaan. Als wij in een winkel of herberg gingen liep men om een taaisman en terwijl hier alle natiën zijn, uitgenomen Belgen, kon men geen Vlaams taaisman vinden. De Onderpastoor was een Belg van Doornik, maar kon geen woord Vlaams. Wij we ten niet, zegden de mensen, van In is Verenigde Staten is alles groots. Bovenstaand monument is het gedenkteken dat werd opgericht ter ere van Thomas Jefferson, derde President en auteur van de Amerikaanse Onafhankelijkheids verklaring. Het werd in 191/3 ingehuldigd, bij de £00' verjaring van Jefferson's geboorte. maar voor iemand die er zijn be staan moet zoeken ls het er soms lastig. Hiervan heb ik ondervin ding: lk trof een winkel aan, had ooms en moeien en zelfs een zus ter op de parochie wonen die al len ln de tijd van vijf Jaren mijn winkel niet gezien hebben. Die laatst gemelde zuster had nog wel de procuratie van haar enige broeder willen afspelen in de me ning dat hij op zee verongelukt was of in Amerika van de wilde dieren zou verscheurd worden. Nu willen zij hun broeder in de andere wereld allen dienst bewij zen en op dezelfde parochie von den zij hem niet. Uw broeder is niet verongelukt. Wanneer het schip St Louis op het lac Hu ron vergaan is was ik er reeds af. Uw broeder verscheurt zelf het wild en dit bekomt hem wel. Men moet zich niet voorstellen dat ik van de wereld af ben. Wanneer het noodzakelijk ware of het mij beviel, kan lk in een reis van 29 dagen te Woumen aankomen. In dien het kwam te gebeuren dat ik naar België afreis zal ik mijn goederen in Amerika niet verko pen om, zo het mij in België niet beviel, nogmaals naar hier terug te keren. We leven hier goed en wensen dat vader, moeder, zusters en broeders en kennissen ook ginder naar wens leven moge. Wensen U ook allen een zalig Nieuwjaar en dit behelst alles wat U lieden al len als het beste kunt wensen. Het ls de tweede brief die lk afzend, lk twijfel of go de eerste zult ontvangen hebben daar er omtrent die tijd acht schepen op de meren vergaan zijn. Nu heb ben we een post te lande, mijn adres is; Charles-Louis Desmedt, te Milwaukée, Staat of Directoire Wisconsin, in de Verenigde Staten van Noord-Amerlka. Zeer lieve zwager gelief mede deling te geven aan onze ouders van weerszijden door lezing, want indien ge hem afgeeft het zou kunnen gebeuren dat ze de brief V'. wat courage, wat moeienisse, wer ken en wat geduld, ls men het eerste Jaar gekuld; het tweede moet al beter gaan, men komt aan zijn bestaan. Het derde Jaar komt het geld met en valt in onzen zak. [gemak Het vierde koopt men een voituur, men rijdt wel vier uren per uur. Met een buffelvel aan onze voeten, hiermede wil ik heel België groe tten. WIJ groeten U allen met dui zend zegeningen. Milwaukée, 14 Febr. 1945. CHARLES-LOUIS DESMEDT. Een euikernonkel? Wat 13 er later van die man ge worden? Zijn nog brieven toege komen? Niemand kan het met ze kerheid zeggen. Doch men vertelt dat in de jaren 1880 zou een brief gekomen zijn van de Bisschop van Baltimore gericht aan het gemeentebestuur van Woumen om te informeren naar de erfgena men van Louis Desmedt. De gemeente Woumen heeft er niet op geantwoord, niemand in de familie heeft erop geantwoord en zo is het sprookje van de rijke oom uit Amerika ditmaal niet be waarheid geworden. Tot heden toe ls die brief als een soort relikwie ln de familie bewaard geworden, en nog dik wijls spreekt men van de avon tuurlijke reis en het leven van die man die Vlaanderen ont vluchtte om aan de overzijde van de wereld de vrijheid te zoeken die hij hier niet vinden kon. Men betreurt zijn verdwijnen en meer nog het verlies van zijn fortuin dat intussen, in do verbeelding van sommigen, tot mlllioenen aangegroeid is, en alle opsporin gen om het verder verloop van het ongewone avontuur te verne men zijn vruchteloos gebleven. C. JANSSEUNE. Deze foto brengt een prachtig zichtop de stad New-York. Vooraan bemerkt men de moderne opgevatte gebouwen van de Verenigde Naties. Het. grote kubieke gebouw is dit van het U.N.O.-secretariaat, de twee andere zijn de conferentiezaal en het gebouw voor algeme ne vergadering. Verder heeft men een zicht op de wolkenkrabbers, waaronder het Fmpire State Building flinks) en het Chrysler Buil ding (meer rechts) de indrukwekkendste zijn. Op de achtergrond de statige Hudsonrivier en een deel van de Staat New Yersy.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Wekelijks Nieuws (1946-1990) | 1952 | | pagina 16