VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT. Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad. Eerste Jaar. Zaterdag ln Mei 1886. Nummer 18. Abonnementsprijs voorop betaalbaar: 4 fr. per jaar voor de stad. 4 fr. 50 voor den buiten. Per 6 maanden: 2 fr. 50. Annoncen: 15 cent. per drukregel. Rechter lijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 10 centiemt-A per nummer. Afzonderlijke nummers vo^r artikels, enz. 8 fr. per 100. Alle bel ichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, alsmede die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicité, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij en onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnalitei ten bevattende worden niet opgenomen. IJzeren weg. Vertrekuren van IJperen naar Poperinghe, 6-50 9-09 10-00 12-07 3-00, Buitenlandsch Nieuws. Katholieke beweging in Frankrijk. Men weet dat de fransche regeering reeds kapellen heeft doen sluiten, door bijzonderen op hunne eigendommen opgericht, en waarin kerkelijken dienst werd gedaan zonder machtiging der overheid. Meh zal zich de wanorders herinneren, te Ch&teauvillain gebeurd, bij het sluiten van zulk eene kapel. Dit heeft echter den heer Bourbon-Brisset, die het departement Alhier bewoont, niet be let om ook eene kapel op zijnen eigendom te bouwen. Aan de Gazette de France heeft hij geschreven dat hij kloekmoedig de overheid zal afwachten, indien deze met geweld zijne kapel wil komen sluiten, die hij alle zonda gen ter beschikking van den pastoor zijner gemeente stelt. Zijn brief meldt ook dat een zijner vrienden zijn voorbeeld heeft gevolgd en ook bereid is om de overheid krachtdadi- gen tegenstand te bieden. De fransche katho lieke dagbladen keuren het gedrag van bovengemelde eigenaren goedde republiek- einsche dagbladen noemen dit gedrag eene uitdaging tot ongehoorzaamheid aan de wet ten en eene openlijke aandrijving tot oproer, die streng zou dienen gestraft te worden. De toestand in het Oogsten. De toestand in het Oosten wordt op nieuw onrustbarend en dit juist op het oogenblik dat men alle moeilijkheden vereffend dacht. De heer Delyannis heeft aan de diploma tische agenten van Griekenland eenen om zendbrief gestnurd, luidende dat Grieken land, volgens de raadgevingen van Frankrijk, van zijne wapeningen had afgezien, omdat die beschouwd werden als den vrede kun nende storen, doch met de hoop dat Europa rekening zou houden van eene dergelijke beslissing. Griekenland bereidde zich om te ontwapenen, echter met de inachtnemingen vereischt door de openbare orde en den krijgsdienst, wanneer het een ultimatum kreeg, die het alle vrijheid van werking ont nam. Het ultimatum wijzigde den toestand, want de regeering kon niet meer eigenwil lig handelen, maar was onder den druk der bedreigingen van de internationale vloot. Tegenover dien toestand heeft de regeering geweigerd te ontwapenen, daar dit vol ge vaar zou zijn. Maar indien de mogendheden aan Griekenland zijne vrijheid van werking laten, dan zal het rechizinnig de verplichtin gen vervullen, die het uit eigen beweging jegens Frankrijk genomen had, zooals de eer en de belangen van Griekenland het vorderen. Beet aan den vischhaak. Wij hebben dus het orgaan - weer aan 't praten gekregen; sedert twee maanden weigerde het stelselmatig zich met ons ver der bezig te houden en kondigde om t'ein- digen zijn voornemen af in eene proza, welke h tintelende, zuiver, klaar en zwierig uit de pen vloeide van eenen schrijver, die zegt alleen al het verstand, vernuft, talent, fatsoenelijkheidmate en toon - te hebben Over 14 dagen gaven wij eene kleine schets, niet om iemand onaangenaam te zijn, maar slechts om aan onze lezers beter het katho liek orgaan van het arrondissement te laten kennen onder alle opzichten. De schil dering moet gelijkend geweest zijn, aange zien zekere schrijvelaar uit overtuiginge het schoentje aantrok dat hem scheen te passen, en in de meening dat wij ons met zijnen ootmoedigen persoon bezig gehou den hadden, voor eigene rekening weeral een heele korf aangename dingen, welke op scheldwoorden gelijken, op ons instort; en, schelden kan die penneridder niet, o neen; daarom zijn de volgende woorden als kom- plimenten genomenpedanten schoolmagis- ter, pedant, géomètre(eene allusie aan de berekening in hectaren der oppervlakte van het «orgaan»), pedante beoordeeler, pe dante portretschilder (was 't zoo gelijkend dan?), jongen, ventje (2 maal dit verklein woord), manneken, vos! Daar wij de schrijvers van het orgaan buiten kwestie gelaten hadden om alleenlijk van het klerikaal papier te spreken, dachten wij niet op nieuw uitgescholden te worden. Dit doet niets ter zakeuit een olievat tapt men geen wijn, luidt een waarheids bevat tend spreekwoord en 't is nu onze troost. Voor de lezers van het katholiek orgaan van het arrondissement wien onze schets niet-onder de oogen viel, is het antwoord in het vuilblad eene rommelzoo, zonder kop nog staart, die toch geheel wel als bladvul ling dient, maar hun niets leert, niets ver klaart, niets opheldert. Of zij waar naar geld krijgen, is eene andere zaak Nu moet de schrijvelaar de hand boven 't water hebben, want de overvloed van 't woord pedant zegt ons dat hij eenen ma gister voor objectif gekozen heeft; het wachtgeld dat hij al verscheidene keeren opwierp, toen hij van ons gewaagde, laat desaangaande geen twijfel over. Het wacht geld, voila la béte noire! Het wordt den onderwijzers ook niet meer gegund; maar hebben zij het gevraagd, of, hebben de kle rikale pacha's uwe meesters het niet uit eerlijke schaamte aan die ongelukkigen toegestaan, omdat een broodroof aan treffe lijke ambtenaars te schandig zou voorkomen, en door het land eenen kreet van veront waardiging zou doen oprijzenDie aalmoes hebben zij niet gebedeldZij vragen slechts om hunnen plicht te doen, de volkskinders te onderwijzen, der maatschappij nuttig te zijn en alzoo voor de algemeene welvaart te werken, om op die wijze, door hun edel streven, treffelijk het brood te verdienen voor hen zeiven, hunne vrouw en kinderen. En in dien hachelijken toestand der officiëele afgestelde onderwijzers met wachtgeld schijnt een blad zich te verheugen en zijne schrijvers spreken er met zekeren spot over. Dat de snoodheid onzer klerikale mees ters liever ophoude met die slachtoffers der gevloekte wet in hunne bediening en broodwinning te herstellen, in plaats van met volle grepen het goud der staatskas te werpen naar duizend broertjes, nonnekens, kapelhaantjes, enz., die allen te zamen dooreengestoofd tot eenen veelkleurigen hut sepot, nog in verdienste tegen geenen dege- lijken onderwijzer, waarvan vuilblad zoo minachtend spreekt, kunnen opwegen Het orgaan dat niet zeer kiesch is op het punt van eer, wrijft ons eene reeks woorden aan, die nooit uit onzen mond kwamen, als gaai, ezel, mossel T., Pot Bre ker en drijvuldigheid ezels. Die hefljke zaken bestaan alleen in de inbeelding van den opperschrijver, en in eenen pennedraai nam hij zijne schim voor de wezenlijkheid en beging eene onvoorzichtigheid. Toen wij de dichtproeve van Mijnheer Ricus lazen-, scheen het ons spaansche poëzij en uit eerbied voor zijn talent schreven wij Don Ricus, een edele naam. Onze letter zetter, in een oogenblik van verstrooidheid, door eene lachbui veroorzaakt bij het lezen van het raadselachtig geschrijf, nam eene M voor N, en vandaar den beweenlijken misslag, waarom het orgaan zoo kwijlt! Toen wij de reeks namen der personen overliepen, die een antwoord op het raadsel van Mijnheer Ricus gezonden hebben, von den wij nergens den naam van het Week blad, dat insgelijks de oplossing afgekondigd heeft, gevolgentlijk hebben wij ook tot de verloting van het beloofde boekwerk niet kunnen mededingen. Dat is onrecht, waar tegen wij, uit broederliefde, niet willen protest aanteekenen. Wij lezen in de Chronique van heden den volgenden brief uit IJperen, die wij letterlijk overnemen Entre les mains de nos maitres, tout se gate, même les plus belles choses; c'est ainsi que les chemins de fer vicinaux, appelés k rendre l'agriculture, au commerce et l'industrie de réels services, sont devenus, avec eux, un puissant levier électoral. D'après les études faites et préconisées par la Société nationale des chemins de fer vicinaux, comme on peut le voir dans la notice publiée par ses soins, la ligne di recte entre Ypres et Furnes devait être mise en adjudication ce mois et encore être ex- ploitée cette année. Grüce h l'influence de deux grands pro- priétaires catholiques, lancés dans la politi que, et k la complicité de la députation permanente, qui n'a rien a leur refuser, il a été décidé, sans avoir consulté les adminis trations communales intéressés, telles que celle de la ville d'Ypres, la plus importante sous tous les rapports, que la ligne droite, d'abord approuvée et la seule admissible, fera une courbe d'une longueur d'environ cinq kilomètres et demi, dont le coüt est évalué a environ 280,000 francs. Ces messieurs, comme toujours aveuglés par la politique, ont traité cette affaire fort a la légère, car s'ils avaient consulté les in génieurs des ponts et chaussées plutöt que leurs ingénieurs provinciaux et agricoles, ils auraient dü reconnaltre, d'après les démons- trations palpables recues de ces hommes compétents, que la construction d'un chemin de fer vicinal sur une route étroite, épaulant un canal de dérivation dont les niveaux d'eau varient en hiver tous les jours, et se reposant sur un terrain mouvant, est totalement im possible. Aussi le gouvernement, qui, nous semble- t-il, a quelque chose a voir Ih-dedans, a pour devoir de consulter d'abord ses ingénieurs; il ne faut pas que des malheurs puissent arri- ver par incurie et ignorance. Que les membres de la députation per manente espèrent se jouer de l'administra- tion communale de la ville d'Ypres, c'est possible, mais ils se trompent; quel quo soit le mauvais esprit qui les inspire (un sénateur busé aux dernières élections communales,) ils apprendront bien que les Yprois, bons enfants, ont cependant assez de dignité pour se faire écouter et assez de fermeté de carac- töre pour ne pas se laisser imposer ce qui est contraire a l'intérêt général et a celui de la ville d'Ypres. Onze finantiën. De nuttelooze belastingen wegen, drukken op onze schouders Een echt vaderlandsch Staatsbestuur zou ze, door voorzichtige besparingen, wel weten te vermijden! Wij willen besparingen en geene belastingen! riepen de heeren Beer- naert, Woeste en Jacobs in koor tijdens het laatste liberaal ministerie. Weg met de belas tingen! huilden al de kiesmakelaars uit den zwartjeskring. En de truk gelukte het echt vader landsch» Staatsbestuur kwam tot stand;maar zijne eerste daad was het behouden dier nut telooze belastingen; Zijne tweede, ze nog merkelijk verzwaren; Zijne derde, de gemeenten arm maken en op strooi helpen önder voorwendsel van besparingen te doen. Zooveel daden, zooveel schaamtelooze woordverbrekingen. Maar ten minste zou het evenwicht in de Staatsflnantiën hersteld worden 1 Met die nieuwe belofte op zijn jesuïeten- geweten waande de heer Beernaert zich sterk: hij zou door het behouden en verzwa ren der nuttelooze belastingen op 't einde van 1885 een overschot van twee miljoen hebben. Het einde van 1885 kwam en de heer Beer naert moest bekennen dat een wezentlijk tekort de plaats van het beloofde overschot innam 1 Doch geduld, voor 't einde van 1886 zou men geene teleurstelling te vreezen hebben. De geldelijke toestand moest heel en gansch hersteld zijn en de heer Beernaert kwam met een teveel van minstens een miljoen in ont vangsten voor den dag. Onze lezers zullen zich nog wel herinneren wat al lof de klerikale dag- en weekbladen den grrrooten minister toezwaaiden om zijn vaderlijk, bezorgd, waakzaam en voorzienig bestuur. Doch die bewierookinge werd on gelukkiglijk onderbroken door het gejoel der burgeroorlogen, het geharrewar der volks opstanden en het gerucht der geweervuren. Droevige aanmerkingen, voorwaar, op zulke schoone maar ij dele beloften! En toch bleef de aankondiging, door mi nister Beernaert gedaan, immer daar en heel zeker ging dit jaar het tijdperk der overschotten aanvang nemen, dank aan de belioudene en verzwaarde nuttelooze belas tingen. De heer de Burlet was een van hen, die de belofte van den grrrooten minister ernstig opnamen. Wetende dat al de gemeenten van zijn ar rondissement, zonder de andere mede te rekenen, veel geldgebrek leden door de schuld en de eenige schuld van het Staatsbe stuur en zijne zoogezegde besparingen, kreeg hij den inval van ze ter hulp te komen met over een deel van het beloofde overschot te beschikken. Hij stelde derhalve voor van 500,000 te bestemmen voor het begiftigen der gemeenten en zoo de kosten van haar lager onderwijs te helpen dekken. Door dat voorstel vielen al de plannen van den heer Beernaert in duigen, zijne schelme rij kwam eens te meer aan den dag. Hij zelf moest het bekennen. De geldelijke toestand is zoo schitterend niet als men wel meent; er zullen teleurstel lingen zijn; de ontvangsten verminderen en dan de gebeurtenissen te Charleroi. Maar, antwoordde men links, die ge beurtenissen alle onlangs voorgevallen kunnen geenen invloed gehad hebben op de ontvangsten van de eerste drie maanden. 't Is wel mogelijk; doch wat zeker is, 't is dat de schatkist niet al te goed voorzien is. Alsdan gij bekent dat het beloofde over schot, dat zoo luid geroemd, zoo opgehemeld en gevierd werd, enkel eene kieslist was. En de grrrroote minister heeft niet neen gezegd! Het is dus bewezen en stellig zeker dat al de redevoeringen, waarin de heer Beernaert van overschot en teveel sprak, dat al zijne beloften en gansch zijn programma van las tenvermindering en besparing niets dan po cherij en gezwets waren, onwaardig van eenen partijleider en van een lid van het Staatsbestuur; en wat daaruit voor de las- tenbetaalders ten klaarste blijkt, is dat hun lot, dat onmiddellijk moest verbeterd en ver licht worden, nog onder alle opzichten veel verslecht en verergerd is geweest. De toestand wordt in eenige regelen ge schetst: Meer en zwaardere lasten dan over twee jaren! De gemeenten verarmd en op strooi! De schatkist lediger dan ooit! De scholen vernietigd! Min werk, meer en diepere ellende en min openbare veiligheid! Overal misnoegdheidbuiten bij de priesters en kloosterlingen! Het land op eenen vuurberg! HET WEEKBLAD 4-00 6-25 9-05 9-58. Poperinghe-Haiebrouck. 6-50 12-07 6-25. Houthem, 5-30 8-20 11-16— 5-20. Komen, 5-30 8-05 8-20 9-58 10-10 11-16 2-41 2-53 5-20 8-58. Komen-Armentiers, 5-30 8-05 11-16 2-53 8-58. Rousselare, 7-4510-45 12-204-10 6-30. Langemarck-Ostende, 7-23 12-22 3-58 6-22. Kortrijk, 5-30 8-20 9-58 11-16 2-41 5-20. Kortrijk-Brussel, 5-30 9-58 11-16 2-41 5-20. Kortrijk-Gent, 5-30— 3-20 11-16 2 41, 5-20. g>

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1886 | | pagina 1