VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT. Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad. Eerste Jaar. Zaterdag 8n Mei 1886. Nummer 19. Abonnementsprijs voorop betaalbaar: 4 fr. per jaar voor de stad. 4 fr. 50 voor den buiten. Per 6 maanden: 2 fr. 50. Annoncen: 15 cent. per drukregel. Rechter lijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 10 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers vom artikels, enz. 8 fr. per 100. Alle berichten van Verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, alsmede die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicité, Magdalenastraat, Bt'issel.Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij en onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen. IJzeren weg. Vertrekuren van IJperen naar Poperinghe, 6-50 9-09 10-00 12-07 r 3-00 Buiteniandsch Nieuws. Frankrijk. Volgens den Voltaire zijn er in Frankrijk 22,357 kunstschilders, die jaarlijks 15 vier kante kilometers volschilderen. Stanley, de beroemde afrikaansche na- vorscher, bevindt zich voor dit oogenblik te Parijs. De keizer van Brazilië heeft Pasteur tot grootkruis van de orde van de Roos be noemd. De departementsraad in het Noorden heeft 5000 trank gestemd voor het Institut Pasteur. De kiezing van Parijs. De kiezing van Parijs van Zondag laatst houdt de republikeinsche dagbladen nog steeds bezig. In het kamp der gematigden even als in dat der radicalen legt ieder op zijne wijze het groot getal der onthoudingen uit; ieder ziet er een voordeel in voor zijne eigene partij. Zoo werd altijd gedaan en zal wel altijd gedaan worden. Wat belangrijker is, dit is de indruk, veroorzaakt door de nederlaag van den heer Roche, onder de werkstakers van Decazeville. Hij was in wezenlijkheid hun kandidaat, en zij hadden er zich aan verwacht, dat Parijs hun eene aanmoediging zou geven, door den dagblad schrijver te kiezen, die veroordeeld werd voor aanhitsing tot het voortzetten der werkstaking. De uitslag der stemming zal voor hen eene diepe teleurstelling geweest zijn en de ont moediging onder de mijnwerkers vermeer deren. De ellende groeit overigens te Deca zeville en omstreken met iederen dag aan en weldra zullen de hulpmiddelen volledig uitgeput zijn. De geestelijke wet in Pruisen. De pruisische Kamer der afgevaardigden geeft eergisteren de beraadslaging der gees telijke wet aangevangen. Prins von Bis marck heeft het woord genomen om die te verdedigen. Gisteren heeft de Kamer de verzending van het wetsontwerp naar eene commissie verworpen. De nationaal liberalen en een gedeelte der progressisten hebben tegen gestemd. De tweede lezing zal gevoi- genlijk in volle zitting plaats grijpen. Spanje. Te Bayonne zijn 60,000 kardoezen in be slag genomen, die bestemd waren voor de Carlisten. De toestand in het Oosten. Men meldt uit Athene dat al de vertegen woordigers der mogendheden woensdag het Te Deum in de hoofdkerk hebben bijge woond. Men heeft de koelheid opgemerkt der groetenissen, gewisseld tusschen den heer Delyannis en de vertegenwoordigers van Engeland, Duitschland en Oostenrijk. De groetenissen, gewisseld tusschen den voor zitter van den griekschen ministerraad en de gezanten van Frankrijk, Turkije, Italië •n Rusland waren integendeel zeer hoffelijk. De plechtigheid was maar koud. De verte genwoordigers der mogendheden zijn niet als naar gewoonte den koning in korps gaan gelukwenschen. Eene depeche uit Athene van 6 Mei, luidt .- De vertegenwoordigers der mogendheden, Frankrijk uitgezonderd, hebben na eene con- ferencie gehouden in het italiaansch gezant schap, eene nieuwe gezamenlijke nota onder teekend, die om half elf uur des morgends aan de regeering werd overhandigd. De inhoud dier nota is nog niet gekendmen gelooft echter dat zij aan de regeering eenen korten tijd zal verleenen om stellige verzeke ringen van ontwapening te geven. Knechtentaai. De opperschrijver uit overtuiging heeft jongstleden Zaturdag in het katholiek or gaan van het arrondissement getoond: Hoe zulke knechten antwoorden, 't Is dus, vol gens zijn toegeven, eene knechtentaai. He- wel! Het woord strijdt met die waarde niet. Bij het schrijven zijner bemerkingen - over den grond en - over den vorm van ons voorlaatst artikel, stond hij wellicht rood als een hanekam terwijl hij mij, van verre, het uitzicht moet gehad hebben van eenen Satan in het wijwater der doopvont. De man met zijne loutere katholieke overtuiging houdt duivels veel van zijne personaliteit (ootrnoedigen persoon op ande re plaatsen) welke hij met geweld aan zijne lezers wil opdringen, om hun te laten weten WIE dat groot vernuft is, dat elke week in zeker papier kakelt en legt! Wees niet bevreesd, man, met uwe kleri kale eer noch uit haat noch uit bate als u dat plezier doet, teekent maar uwe proza en wacht lijk zuster Anna. Gij hebt zeker nog niet vergeten dat er rnenschen zijn die de eer beschouwen, gelijk men de sterren bekijkt.... van verre? En zul ke personen schuwen wij. Waarom krijgen wij scheldwoorden in plaats van een artikel, waarin men op eene kalme wijze aantoont welke onze dwalingen zijn? Het orgaan heeft ons eerst aangevallen in een artikel Noch mossel noch visch, en' zoo gingen de poppen aan 't dansen; intus- schentijd zette de dappere penneridder het op een loopen, maar sedert twee weken is hij weer opgekomen met een nieuw arsenaal argumenten, 't. t. z. scheldwoorden. En het walgt hem alweer! Dat het u wel bekome, en mochtet gij in eens al uwe gal kwijt zijn op schoenpoetsers platte knechten ratten die zich in 's lands kasse vet knagen - leeg loopers en tal van andere beminnelijkheden, welke gij als galante schrijver met eer, ons als slijk naar 't hoofd gooit. De* half spottende, half jaloersche trant, waarin de artikels van het Vuilblad ge schreven zijn, rakende de op wachtgeld ge stelde onderwijzers, toont ons wel den man, die zich niet bekommert noch om ons, noch om onzen naam, noch om alles wat ons betreft. Zoo sprak hij eene vorige maal, in gemoedelijke kalmte. Hij wil par force een wachtgeld dat een ander druppeltje voor druppeltje uitzweetin onzen zak steken, en daarin eene afdoende reden vin den om ons den mond te stoppen, wanneer wij aanwijzen dat er in de bureelen van het kleri&aa/ orgaan.» pla'broekerij. bestaat, waardoor de K. Lote uit overtuiginge al de rechts om keerts goedkeurt en toejuicht van zijne meesters Wij beklagen die deftige en achtbare onderwijzers, die door eene schandalige wet van hup brood beroofd wierden, en wien men, om de verantwoordelijkheid niet te moeten dragen, van vrije Belgen te laten van honger sterven, eene al moes geeft, welke hun door de katholieken, discipels van Chris tus, God-van Liefde en Broederlijkheid, niet gegund wordt. Wat doen die mannen met hunne goede gevoelens, die het waarachtig katholiek ge loof, zoo weelderig in hunne herten ontkie men deed? Wij laten dus het Vuilblad in zijn proper werkje voortgaan, en zullen bij ons afsterven al het vergaarde wachtgeld overlaten aan Broeder K. Lote in Chris to. Volgens het schijnt, zoo schreven wij, heeft Colaert het wetsontwerp Dumont en Coterie maar gestemd, omdat de boeren het vroegen en niet uit eigene overtuiging. Ziedaar den zin onzer woorden. Dit schijnt men in 66 der Boterstraat te betwijfelen: door ons bedoelde woorden werden, geloo- ven wij, in het Justitiepaleis uitgesproken; maar de hoofdopsteller van iiet - katholiek orgaan van het arrondissement die er zich op beroemt in Colaert's rechten arm te liggen, weet wel dat het geen gebruik is, dat mees ters zich zonder achterhouding aan knech ten openbarenalhoewel deze somwijlen denken: It n'y a pas de grand homme pour son valet de chambre. En zou die groote vriendschap en betrekking met den poperingschen député verder gaan dan een bloot ontvangen van orders, een onvoor waardelijk goedkeuren... aan zooveel per drukregel? Wiens brood men eet Diens woord men spreekt. Pater Struye, die den treffelijken onder wijzer van Rousbrugghe zoo deerlijk en on- rechtveerdig op het lijf viel, heeft op zijne beurt eene wreef gekregen, welke hij lang zal gevoelen, indien bij nog voor de waar heid vatbaar is. Wij bewonderen de koelbloe digheid van den heer Pauwels, die zich zoo waardig en kalm toont tegen de aantijgin gen van zijnen beschuldiger, onder den dek mantel der parlementaire onschendbaarheid. Hen kansen tegen ééne dat K. Lote, de schrijver uit overtuiginge reeds order gekregen heeft P. Struye zoo wit te wasschen als een lainmeken en M. Pauwels nog meer op het lijf te vallen, zwarter te maken en op zijn wachtgeld te zagen Het wachtgeld vooral; dat zal niet ontbreken. De klerikaien aan 't werk. Afschaffing van de belastingen! Dat was de kreet van alle klerikale kies- dravers voor de stemmingen van 1884. Daarmede zouden zij het land redden en ons gezegend Belgie in een luilekkerland herscheppenMaar Nu zijn zij sinds twee volle jaren aan 't bewind, de groote hervormers, de redders van handel en nijverheid, de ophelpers van landbouw en.... groensel winkels! En hebben zij 's lands belastingen vermin derd Neen Hebben zij hunne beloften gehouden? Geen enkele Hebben zij iets gedaan voor het land, voor het volk? NietsNiets Maar.... iets toch hebben zij voor het land gedaan; iets, waarvan zij in al hunne rede voeringen van vóór de kiezingen geen enkel woordje gerept hadden iets, waarvan zij in geen enkel hunner talrijke manifesten ge waagden zij hebben de belastingen ver meerderd Door bet verminderen der staats- en pro vinciehulpgelden zijn meer dan duizend gemeenten genoodzaakt geweest hare ge meentelasten merkelijk te verhoogen. Wie zal die betalen Een feit is dus ontegenspre kelijk de klerikaien hebben de belastingen vermeerderd; zij hadden het tegendeel beloofdderhalve mogen wij luidop zeggen dat zij het volk bedrogen hebben. En dat enkel om de wraakzucht der priesters te koelen en dezer hoogmoed te streelen. Een ministerie, dat onder den pantoffel der priesters gebogen zit, is geen ministerie. De belgen willen niet geregeerd worden door priesterslaven maar wel door mannen die durven en kunnen! En dat zullen de aanstaande kiezingen bewijzen. De klerikale krach van Walou. De gemeente Watou, evenals Gulleghem, Meenen en nog menige andere plaats, heeft ook haren klerikaien krach. Sinds ongeveer een veertigtal jaren, resi deert aldaar zekere Jan Capelle, de klerikale burgemeester en provincieraadsheer, in hoe danigheid van Notaris. Hij was en is nog het troetelkind der geestelijken in 't bijzonder en der klerikaien in 't algemeen. Door eene ja renlange reeks schijnbaar goede zaken mis leid, en dank aan den invloed der priesters, die geene gelegenheden lieten voorbijgaan om Jan Capelle te bevoordeeligen, schonken de inwoners van watou en van gansch het arrondissement Veurne hem hun volle ver trouwen. Langs alle kanten daagden zaken voor hem op en alwie door erfenis, door wer ken en sparen eenige franken bijeen kon krijgen ijlde er mede naar zijn kantoor en vertrouwde ze aan den braven katholieken heer. Buiten Capelle's doodvijanden en de dischgenooten is er niemand op Watou, die er geen geld heeft. Weinigen kregen over ongeveer een jaar vent de la chose en gelukten er met veel moeite in hun geld of een deel ervan terug te krijgen. Doch meestallen lieten zich door zijne christelijkheid overreden en lieten hun gansche vermogen, het brood voor hunne oude dagen, in zijne handen. Maar dat kon niet blijven duren; die voor hem zoo ongunstige geruchten namen immer toe en sinds een drietal maanden was Capel le en zijn kantoor als bestormd door de tal- looze schuldeischers. Doch alles was vruch teloos. Niemand kreeg nog een looden duit. I)e notaris gaf en bekwam zijn ontslag, sloot zijn kantoor en stelde een paar advokaten aan om zijne schuldeischers bijeen te roepen en met hen in der minne overeen te komen. Dinsdag laatst had eene eerste bijeenkomst plaats. Het toeval liet ons toe ze bij te wonen. Eene overgroote menigte was daar. Ouder lingen, die, na jaren zwoegens, nu op hun gemak hunne oude dagen sleten en die hun heel vermogcntje erbij verliezen; men zag ze daar neerslachtig, moedeloos en met tranen in de oogen. Weezen, die eene kleine erfenis voor latere levensomstandigheden veil hiel den, schieten er alles bij in en kwamen daar met bleek gelaat en benepen hart de zeker heid van hunne ruïne bestatigen. Weduwen, die, oud en versleten, nog een voorschotje geld bezaten en die het aan Capelle toever trouwden, zaten daar te weenen en te kla gen, dat het hart er u van zou verscheurd hebben. Honderd anderen vloekten en ver- wenschten bij het liooren dat al hun geld door dien krach verzwolgen was. Het was een bedroevend schouwspel, dat het versteendsle hart zou doen breken en wegsmelten hebben. Daar hoorde men niets dan eentonig gefluister, iets dat u eene kou de rilling over het lijf joeg en de grootste onheilen vermoeden deed. Heel de gemeente Watou is tot de armoede gebracht en in het gansche arrondissement vindt men overal huisgezinnen die, om zoo te zeggen, tot den bedelstaf gedoemd zijn door dien volbloeden klerikaal, dien schijnheiligen pilaarbijter. Ook is het volk erg op hem verbitterd en terecht. Volgens het schijnt plaatst men langs alle kanten spotbeelden en overal stij gen onheilspellende bedreigingen tegen dien klerikaal uit de zoo laffelijk bedrogene ge moederen op. Men zögt zelfs dat de gendar merie en de veldwachters voor zijn huis moe ten de wacht houden, om alle wederwraak te beletten en bloedige tafereelen te vermij den. Het zijn te harde lessen voor hen, die zich betrouwen op de zeemzoete woorden en de schijnbare eerlijkheid van die klerikale vein- HET WEEKBLAD 4.00 6-25 9-05 9-5S. Poperinghe-Haïebrouck, 6-50 12-07 6-25. Houthtm, 5-30 8-20 11-16 5-20. Komen, 5-30"— 8-05 8-20 —9-58 10-10 11-16 2-41 2-53 5-20 8-58. Komen-Ai mentiers, 5-30 8-05 11-16 2-53 8-58. Rousselar©, 7-4510-45 12-20 4-10 6-30. Langemarek-Ostende, 7-23 12-22 3-58 6-22. Kortrijk, 5-30 8-20— 9-58 11-16 2-41 5-20. Iiortrijk-Brussel, 5-30 9-58 11-16 2-41 5-20. Kortrijk Gent, 5-30— 3-20 11-16 2 41, 5-20.

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1886 | | pagina 1