VAN IJPEREN EK HET ARRONDISSEMENT. Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad. EIGEN KEUZE Eerste Jaar. Zaterdag 2n October 1886. Nummer 40. Abonnementsprijs voorop betaalbaar: 4 fr. per jaar voor de stad. 4 fr. 50 voor den buiten. Per 6 maanden: 2 fr. 50. Annoncen: 15 cent. per drukregel. Rechter lijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand.10 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor arlikels, enz. 8 fr. per 100. Alle berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, alsmede die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicité, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij en onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen. Ontwaking van het Nieuwsblad. Het blad uit 66 der Boterstraat heeft de spraak teruggekregen: zijne heeschheid is genezen. In zijn laatste Nr werden wij ver eerd met een half kolommetje, van vijf persoonlijken tekst. Onnoodig onzen lezers voorbeelden te ge ven, zij kennen de heuschheid en schrijftrant van het Nieuwsblad. Wij bepalen ons dan met te herzeggen dat wij aan klerikale eer twijfelen, na getuige geweest te zijn van al de oneerlijkheden en onrechtveerdigheden welke in het kalote kamp geschieden, en dat wij hoegenaamd geen bezwaar vinden, dat Mijnheer T. Pot- Breker zijnen schuilnaam verlate, zijne on- gemeene artikels in het Nieuwsblad teekene en aldus aan de geheele letterwereld toone, welken vernuftigen letterkundige wij met zekerheid mogen toejuichen. Echter geven wij hem den welgemeenden raad, zijne tale - waaronder hij zijnen naam schrijft, wat te kuischen en te verbe teren, opdat ze, door hare veelvuldige stijl en taalfouten, op geen opstel van eenen kol- legiegast trekke. Het Nieuwsblad vergeet nog altijd uitleg gingen te geven over vroegere oneenigheden in de Jonge Wacht uitgeborsten. Het Nieuws blad nochtans is nieuwsgierig, zoo nieuws gierig dat het ons beschuldigt hem niet te willen inlichten over iets dat bij de Pompiers zou gebeurd zijn. Poets wederom poets. Het Nieuwsblad loopt weg en zegt: wij hebben het op u niet gemeend toen wij u uitscholden; neen, 't was op uwe geloofs belijdenissen 't Is nu te laat, dat moest ge eer gezegd hebben en vijgen na Paschen eten we niet. Deerlijk uitvluchtsel voor Pot- en pannebrekers 1 Nog een voorbeeld, tusschen zooveel ande re, hoe het Nieuwsblad beleefd is tegenover anderen. In een hoofdartikel yalt het M. Ronvaux op den rug en noemt hem: den merkweerdigsten cumulard van langs de Maas en verder: schepene, dokter, pro fessor... cumulard voor de tweede maal. M. Ronvaux' krachtige heildronk aan den Vorst, wordt genoemd: zinnelooze tale o zonderling epistel (wat aardige benaming voor eenen heildronk), - belachelijke rede voering zinnelooze praat», zotte en BRUSSELSCHE ZEDENSCHETS «looi- Ik.-11. DE QIJÉKER. (11* Vervolg) -. Alfons wist wel, dat men bij zoo'n eindva- riatie op de knie moet zinken, doch wij zou den wel oas hoofd pand leggen, dat hij het hier deed zonder te weten of eraan te denken. Mijnheer... ja, Alfons... ik voel, ik... ik... Het overige versmolt in een gefluister en werd bezegeld door eenen kus, dien, spijts al de goede manieren en den beschaafden toon, de discipel van Cajas op Liesje's voor hoofd drukte, terwijl hij verrukt stamelde: Mijn paradijs... O mijn hart klopt stor mig; zooveel geluk overstelpt mij Uwe machtige liefdewoorden hebben mij gewonnen, Alfons, zegde het meisje. Ik zal trachten u de diepe genegenheid, welke gij voor mij gevoelt, terug te schenken. Doch gij eischt niet dat het van den eersten dag weze, niet waar? Het meisje wilde den schijn niet geven, dat zij reeds zoozeer verliefd was, als werkelijk waar was. O, neen, liefste! lachte de jongeling. onbeschaamde tale ».Wat krijgt het Nieuws blad om aldus eenen onbekende aan te vallen en wat heeft M. Ronvaux hem misdaan? Rap ingelicht. Wij hadden vroeger gemeend dat het Nieuwsblad eenen telefoondraad ter zijner beschikking had, daar het altijd zoo vroeg ingelicht is. Ziehier nog twee voorbeelden van den spoedwaarmede dit blad het nieuws aan zijne lezers verkoopt. 1° Het verslag der prijsdeeling in de St- Michielsschool werd Zondag laatst, dus vier weken na de plechtigheid, aan de boven de duizend nieuwsgierige Nieuwsbladlezers medegedeeld. 2° Men weet dat er merkelijke garnizoens veranderingen plaats grepen op den ,ln A u- gusti van dit jaar. Nu, het Nieuwsblad meldde al die garni zoensveranderingen aan zijne geduldige le zers, in zijn nummer van 4n September, dus eene maand en vier dagen na het vol trokken feit. Daartegen moeten de Daily Telegraph en de Agence Havas duim leggen. Onze taal in den algemeenen prijskamp van het middelbaar onderwijs. In den bijzonderen prijskamp van Neder- landsche taal (1886) werden in het geheel 37 onderscheidingen toegekend. De atheneums, de offlciëele gestichten, droegen er 28 van weg. De rest, dus acht in 't geheel, viel dan de colléges ten deel. Te recht merkt de Brugsche Beiaard op dat er daarin een averechts bewijs ligt van de vlaamschgezindheid der vrije, klerikale onderwijsgestichten. Het woord is aan het Nieuwsblad om dat uit te leggen. Briefwisseling. Wij ontvangen van eenen familievader den volgenden brief: IJperen, den 28 September 1886. Mijnheer de Uitgever, Een dezer dagen nam ik, bij geval, een schoolboek van een mijner kinderen in han dig Het was eene Oefening op de Neder- la jfische Spraakkunst. Gelijk den honing der bijenzal ik dropje voor dropje de liefde in uw hart zamelen, en elke straal uwer oogen zal mij een laven de drank, ieder zoet woord van uwe lippen, mij een heelende balsem z;jn in den moeielij- ken levensstrijd. Och, wist gij hoe vurig ik u reeds bemin... Ik ook, Alfons, ben reeds met hart en ziel u toegedaan, omdat... ik weet niet... Het wordt mij zoo druk hier... Hoor, men komt men schelde inderdaad en gij zijt gansch aangedaan. Laat ons wat in den tuin wandelen. Ik heb lust u mijne bloemen te toonen; zij zijn wel niet schoon... Alles wat van u komt of u behoort is schoon voor mij, lieve Liza. Kom, laat ons gaan. Ik wil eens zien, hoe mijne Liza, de schoonste bloem van geheel den tuin, hare zusteren heeft opgeleid. O, gij vleier!... bekeef Liza, greep den arm des jongen mans en ging naar den tuin. Fideel stak het hoofd binnen, toen beiden juist buiten waren en, met gesloten oogen, haspelde vlug Jufvrouw, de luitenant laat u zeggen, dat... Nu eerst deed Fideel zijne oogen open, bemerkte dat de kamer verlaten was, trad binnen, ging op den hoek van eene tafel zitten en, met den kleerklopper op zijn been slaande, wijsgeerde hij Hee, waar zijn ze?... Zou zij hem alreè Dit boek doorbladerende kreeg ik een geheele hoop eigenaardige zinnen te lezen, waarop de kinderen oefeningen en devoirs moeten maken. Ik vraag u oorlof eene dozijn of twee dier schoone volzinnen in uw blad te mogen ten toon stellen. Jesus is onze verlosser. Wie is de moeder van Christus Wie was het «opperhoofd der apostelen? Waar ver- blijft het zienlijk hoofd der katholieke kerk? Jehova boloofde aan Adam de komst des verlossers. De Allerhoogste straft de zonden der menschen. De vrees des Heeren is het begin der wijsheid. Jesus werd in eenen schaapstal geboren. Jo- hannes kondigde de komst des Zaligmakers aan. Allerheiligen is door Allerzielendag gevolgd. God verkoos Abraham tot va- der zijns volks. Mozes leidde de nako- melingschap van Jacob naar het land van Kanaan. De Heiland deed zijne intrede te Jerusalem in de tegenwoordigheid eener tallooze schaar Joden. De priester ver- kondigt de leering van Christus. Zeg de vier uiterste van den mensch. Te Kers- dag doet elke priester drie mis. Te Brugge zijn er zeven parochiekerk en eene menigte kapel. Kind, onderhoud de gebod van God. Eene religuie zijn een lichaam, een gebeente, een kleed die de heilige mensch hebben achtergelaten. God gaf zijne wet aan Mozes op twee stee- nen tafel geschreven. De oorlog zijn een geesel van den Fleer. Welke teeken zullen de komst van Christus aankondigen? Het gebed des Heeren begint met deze woorden: Onze Vader, die in den Hemel zijt. Gods grootheid blijkt uit de won- derheid der schepping. God is de schep- per. Bisschoppen zijn priesters. Jesus is gehoorzaam geweest. De priester pre- dikt. Zachtmoedig was Jesus. Chris- tus is gekruisigd geweest. De gebeden zullen noodzakelijk zijn. God zal beloo- nen. Salomo heeft gezondigd, enz., enz. Ziedaar misschien een vijfde of zesde deel der dommigheden, waarvan het boek krioelt. Onnoodig u te zeggen, Mijnheer, dat mijn kind eene offlciëele school bijwoont, waar men nog zoo een dwaas boek bezigt. Zulke vod past ten minste niet in eene onzijdige school; daarbij, al ware de school nog onzij dig, bij nameik wil niet dat aan mijne kinderen eenen leergang van godsdienst en gewijde geschiedenis gegeven wordt onder voorwendsel de regels der spraakkunst aan te leeren. Ik geloof zelf aan al die prullen niet; kan ik dan toelaten dat mijne kinders zijn pas gegeven hebben? Bravo, zeg ik, dat heet men haar op zijn tanden hebben. Wel, Djemenie, Djemenie! heb ik hem daar iets wijsgemaakt! Hij geloofde mij zoo onnoozel als een nieuwgeboren kieken, en al wat ik hem zei slokte hij in, alsof 't een stukje kandijssuiker geweest was. Ha, ha, ha, ha! Ja maar, Fideel heeft in zijn leven meer dan één oven brood geëten, weet gij wel! Men schen, menschen! hij dacht onze jufvrouw een olifant en nog een gespuis daarbij! Onze jufvrouw! en 't is gelijk een wassen beelde ken in de kerk. Hij zal haar algauw verlost hebben van al zijne trouwerij, en hij zal er zonder trommel of trompet van door getrok ken zijn. Bravo, zeg ik nog eens. En zeggen, dat Fideel hier geen ootje in 't cijfer is; dat hij hier ook aan gewerkt heeft, want de vrienden zijner meesters zijn... Fideel, die een blik naar builen had gesla gen, deed eensklaps een sprong vooruit tot bij het venster, sloeg de arrpen open en riep: Ei, ei, ons lief heerken van Mannekens- vere! daar wandelen ze, arm aan arm, in den tuin!... Kijk! maar kijk, om de liefde Gods toch!... Kijk! hij... neemt haar bij haar eigen hand!... Ik droom toch zeker niet? Fideel betastte zich langs alle zijden. Wel neen, kraaide hij, ik ben wak ker... Flaba! nu nog beter... Zij hecht hem eene roos op de borst... Ik val van mij zei ven... Kijk, nu slaan zij achter het boschsel- een confessioneel onderwijs ontvangen? Eene onzijdige school laat zich met den godsdienst niet in. bijgevolg moeten de leerboeken zul- ker school ook onzijdig zijn. Verder, met die theorien voor de oogen der kinders te leggen, verricht men, van jongs af, propaganda voor het katholicismus. Als liberale vader van famielje protesteer ik tegen dergelijke manier van klerikaliseeren der kinderen. Aanvaard, Mijnheer de uitgever, mijnen voorafgaanden dank en mijne beste groete- nissen. Een huisvader, X" Antwoord. Wij hebben vroeger in ons blad twee arti kels overgenomen uit den Brugschen Beiaard, die twee rekenboekjes aanwees, welke onder voorwendsel van cijfers en ge tallen aan de kinders te leeren, het uitzicht hadden van eenen catechismus. De auteurs dier boekjes waren M. Machiels, nu officieel schoolopziener te Oostende, en P.-J. Hubertz (pseudoniem van M. Brouwers), hoofdinspek- teur voor het ressort Kortrijk. Toen dachten wij niet, dat er een dergelijk grammatikaal-klerikaal oefeningsboek in eene onzer offlciëele scholen alhier bestond. Onze korrespondent vergeet de school aan te wijzen; maar om het even in welke school, die vod, zoo als hij het boek noemt, gebruikt wordt, 't is eene schande voor eene onzijdige school, bestuurd en ondersteund door libera len. Een leerboek maakt eenen machtigen indruk op den jongen geest des kinds; ik herinner mij nog zekere volzinnen uit mijne kinderboekjes, en zulks omdat die zinnen toen voor mij een bijzonder belang hadden, of omdat mijn geest er toen hevig door ge prikkeld werd. In dien zin en gedacht, dat hij uitdrukt, het geheel leven bijblijft, moeten wij zeker wel aannemen dat een zin, welke onder spraakkundig opzicht bestudeerd en ontleed wordt, niettemin zijnen zakelijken inhoud bewaart, en wanneer die zakelijke inhoud nu juist eene domheid is, welke het kind niet hoeft te weten of kan missen, is de daaraan bestede tijd eene verkwisting Ten andere, hoe doet de onderwijzer, leeraar of onderwijzeres om zoo 'ne leugen of dwaasheid aan het verstand der leerlingen te brengen? Volgens de grondstelsels der op voedkunde en methodeleer moet de zakelijke inhoud, van eiken zin, uitgelegd, verklaard worden; en van den anderen kant moet de meester of meesteres onzijdig zijn, mag van het katholicismus niet meer dan van het tje om... Ha! waarachtig, ik val van mij zeiven!... Dat is onmogelijk! Maar 't doet wel, 't is mogelijk! Neen, 'tis niet mogelik... Verdord! dat moet ik van op mijn zolder kamertje afloeren... wel, wel, wel!... Met kleerklopper en pluimborstel door de lucht zwaaiend en ten top der hoogste ver bazing, liep Fideel de trappen op. Alfons en Liza kwamen een oogenblik nadien juist terug binnen, arm aan arm, als oude gelieven keuvelend. Gene droeg eene roos aan 't knoopsgat, deze een bloemtuil in de hand. Wel ja, Alfons, zei het meisje, het in den tuin begonnen gesprek voortzettend welk ander gedacht zou ik van u kunnen gehad hebben? Ik aanzag u als een der velen, ui t den gemeenen hoop, voor wien het geld het eenige lokaas uitmaakt. Gij kunt u ge makkelijk inbeelden, hoe aangenaam dit vooruitzicht zijn moet voor een jong meisje van mij nen ouderdom en mijn karakter. Gij kondet niet anders, lieve, antwoord de de jongeling, en juist dat hoekje van uw beminnelijk gemoed heb ik uitdermate lief. Maar moest ik u zeggen, welke onrecht vaardige ketterijen ik over u durfde denken. Gij verstaat dat ik ook tegen u was opge wonden. Ik aanzag u voor pedant... Pedant!! Als eene kwezel... Oh!,.. HET WEEKBLAD

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1886 | | pagina 1