r
die brave rechtzinnige katholieken tot betere
gevoelens te brengen.
Ziehier eenige ter hunner eer overgedruk
te Regels van voorzichtigheid
Vermijd jong de leugen, opdat zij niet met
u oud worde. Hoe slim de leugen zij ver
zonnen, zij wordt door waarheid overwon
nen. Ieder woord, dat uit uwen mond
komt, zij loutere waarheid. Dubbelzinnig
heden zijn niet minder strafbaar dan on
waarheden. «De waarheid in zijn val-
schen mond, gaat ook voor valschheid in het
ronddat is der logen vrucht zegt Pr. Van
Duyse. De dichter heeft gelijk, de katholieke
papieren zijn zoodanig aan 't liegen gewend,
dat de lezers het tegenovergestelde van 't
gedrukte aannemen, en wanneer er dan één
maal op honderd, eene waarheid in hunne
kolommen verschijnt, wordt ze, eren als de
rest, omgekeerd.
«Zoodra men eens gelogen heeft, wordt
men niet meer geloofd luidt een spreek
woord. Zóó is het ook: in zekere stad van
China boden zich twee klerikale gazetschrij
vers aan om de waarheid te schrijven
maar niemand geloofde hen; iedereen hielp
ze buiten fluiten en ze werden henen gezon
den, als ware hunne tegenwoordigheid eene
onmogelijkheid in 't bijzijn van rechtzinnige
en achtbare lieden.
De leugen, zegt Eug. Rendu, is vooral
eene lafheid jegens zich zeiven en jegens an
deren; zij is het redmiddel der lage zielen en
het teeken van eenen zwakken geest; zij
veronderstelt het gemis van eigen eerbied,
en brengt, wanneer zij eene gewoonte ge
worden is, de verlaging des karakters mede.
Zij is noodzakelijk een princiep van ontee-
ring. De gewoonte van liegen heefi voor
onmiddelijk gevolg het vertrouwen te dooden
en den leugenaar af te zonderen.
Inderdaad, welke betrekkingen kan men
aanknoopen met den man, wiens woord een
valstrik, en wiens glimlach een verraad ge
noemd wordt? De leugenaar 'geraakt zoo
verre, nooit meer gelootd te worden, en men
heeft schrikkelijke omstandigheden gezien,
waarin de ongelukkige het recht niet meer
had zich te doen gelooven, noch aan onder
gang of misdaad ontsnappen kon, en in
schande zijn onteerd bestaan eindigde.
Leugen ontschiet gewoonlijk uit luiheid of
ijdelheid, en wordt eene gewoonte, zich als
eene noodzakelijkheid opdringende, onder
den invloed van een ondeugend gedrag. Men
bleef aan eenen plicht te kort? men liegt;
men wil schandige feiten verholen laten?
men liegtzoo geraakt men in eene reeks
leugens, waarvan men nooit de laatste vindt,
want de laatste zelf moet ook opnieuw ver
doken worden.
Dat is al geen lekker vooruitzicht en 't ge
dacht alleen ware voldoende om er een eer
lijk man van af te houdenmaar wat zeg ik
een eerlijk man liegt nooit en als hij eenmaal
zijn woord gegeven heeft, blijft het even
steenvast, als de Waarheid welke hij huldigt.
Immers, de leugen is eene onwaarheid,
verkondigd met het opzet om te misleiden.
Daartoe behooren der halve ook dubbelzin
nigheden, onbepaalde uitdrukkingen, stil
zwijgen waar een ander recht heeft op me-
dedeeling, benevens alle vormen van verlei
ding en dwaling, zooals veinzerij, trouwloos
heid en verraad. Dat de leugen, als in strijd
met de Waarheid; uit een zedelijk oogpunt
verfoeielijk moet genoemd worden, is zelden
of nooit betwijfeld. (Winkler Prins.)
Ik ben zeker dat de klerikale krantemvroe-
ters het evenmin betwijfelen, maar daarom
geen leugentje minder zullen inhouden.
Die heeren verdedigen klerikaal werk en
klerikale politiekhunne verdedigingsmid
delen zijn er rechtstreeks mede in verband.
Bedrog kan slechts door leugens verdoken
worden. Dit laatste is konsekwent met het
eerste.
Zoo is de laatste vezel af en verteerd door
(Beentjesknagerj
Elk peist er over wat hij wil.
Het woord is vrij zei gezel Seffers, in
de socialistenmeeting welke zondag 1. 1. al
hier gehouden werd, en waar de klerikale
reporter van het Journal d' Ypres, aanwe
zig was. Wat zijn al die klerikale gazet
schrijvertjes, riep de redenaar nagenoeg,
die voor eenige honderden frankskens de
gazetten vullen op hunne manier? Als wij
er niet bij zijn, weten ze alles te vertellen;
maar is er hier nu iemand die mij kan of wil
tegenspreken, dat hij rechtsta en het doe!
Natuurlijkz weegdeklerikalereporter als een
graf, en een snaak riepMijnheer W. ge
zoudt gij het wel kunnen schrijven, maar
zoudtge't ook alzoo kunnen zeggen?»
Niettegenstaande die klerikale stilzwij
gendheid in 't bijzijn van Seffers, kreeg deze
laatste nochtans in het nummer van verleden
Woensdag, iets dat opgesmukt was met de
theoriën van Proudhon en Taine, zoodat het
i-eportertje zijne revanche genomen heeft
achterna.
Dit alledaagsch nieuwsje komt ons wel te
stade, om over iets in dien zin te spreken, en
dat waarschijnelijk de naaste week zal voor
vallen.
M. Vermeulen geeft morgen nog eene
voordracht voor de progressisten. Wij wen-
sclien er hem geluk mede, om den iever
welken hij voor zijne princiepen aan den
dag legt en hopen dat hij veel goeds stichten
moge.
Maar de rechtzinnigheid noopt ons de
medaalje langs den anderen kant te bekij
ken, en langs alle zijden vernemen wij, dat
de kaloteschrijvers naar deze konferentië
uilgenoodigd zijn. Dat schijnt ons minder
gelukkig en de wijze waarop deze maatregel
besproken wordt, getuigt genoeg wat mis
noegdheid .hij verwekt heeft: OngetvWjfeld
heeft M. Vermeulen het recht iedereen te
noodigen tot eene voordracht, door hem ge
studeerd, verzameld en gegeven. Dit recht
erkennen wij, willen wij niet betwisten,
tien keeren neen! Maar het publiek... Geeft
M. Vermeulen zijne voordracht, voor ons,
liberale bekwaamheidskiezers, of voor twee
klerikale gazetiers? Het antwoord is klaar,
want deze laatste zouden wel kunnen over
tuigd maar toch nooit overgehaald worden
langs onze zijdemet hen is het dus boter
aan de galg. 't Is bijgevolg wel voor ons, dat
de hr. Vermeulen zich gewaardigen wil eene
voordracht te geven, iets waarover wij hem
nogmaals danken.
Maar hier komt de tegenstelling, de con
tradictie: Wij hebben laatst met 150 tegen
een of twee gevraagd dat alle klerikale af-
spieders uit onze bijeenkomsten zouden ge
sloten worden. Het liberaal publiek wil geene
kaloten en langs eene andere zijde worden
deze uitgenoodigd. Het eenigste dat wij dan
te doen hebben, is ons terug te trekken voor
die heeren klerikalen; want ziehier mijne
redeneering: Ik word ergens uitgenoodigd
en verneem dat er ook klerikale zijn zullen;
dewijl ik dan onder geene opzichten, van
mijnen wil afhangendein de tegenwoor-
woordigheid van p -rsonenwil komen, die ik
missen kan, bedank ik voor de uitnoodiging
en blijf ik te huis.
Ik zou het over mijn hert niet kunnen krij
gen, daar een uur te zitten brokken zwelgen
in 't bijzijn van mannen, waarvan ik niet wil
afgespied en nog veel minder op den tand
wil gedragen worden. Ware ik rijk, zegde
een jonge bekwaamheidskiezer, kortelings in
eene liberale herberg, ik zou er gaan en 't
zou mij niets maken, maar nu ik stieldoener
ben, wil ik niet beklapt worden en op de
tonge rijden door die kalotendaarbij 'k kan
dat volkje niet zien en daarom ga 'k er niet
gaan Indien deze voordrachten vallen uit
gebrek aan volk, zal het alleen aan de tegen
woordigheid der kaloten te danken zijn.
Klerikale Gymnastiek.
De herder van Miribel-Lanch&tre heeft
zijne christelijke aanhoorders bevolen de
kerk binnen te treden, ten voorwaarde op
eene bijzondere manier het groote altaar te
begroeten, manier welke nog al grondige
gymnastische kennissen vergt.
Eerste beweging: diepe buiging van't hoofd
tot aan de koude vloersteenen zonder tus-
schenkomst der handen?!
Bij verzuiming van dit laatste punt, wordt
men verplicht de voorgeschrevene beweging
tot volmakens te doen.
Uurwerken nijverheid.
Weet gij hoeveel zakuurwerkglazen men
jaarlijks verkoopt? Honderd inillioen. Eene
enkele fabriek, deze van Trois-Pontaines, bij
Saarburg, levert er 25 millioen.
De vervaardiging dezer zoo broze voorwer
pen heeft geheel vele veranderingen onder
gaan.
Ziehier hoe men heden die glazen maakt.
Een werkman neemt, met 't uiteinde van
zijnen blaasstok, eene massa gesmolten glas
van verscheidene kilogrammen en geeft haai-
al blazende, den vorm eener dikrandige
peer. Deze wordt dan verwarmd en door
geperste lucht opgeblazen tot zij de gedaante
eener groote. bol verkrijgt wier wand de
dikte eens millimeters nabijkomt.
Men snijdt bij middel van eenen passer,
waarvan een arm van een diamant voorzien
is, het getal uurwerkglazen uit, die de bol
opleveren kan.
Eene goede werkvrouw kan dagelijks
6000 glazen uitsnijden.
De verscheidene vormen der uurwerkgla
zen bekomt men door de toepassing van een
gloeiend ijzer in een aarden kroes.
Bij middel van den slijpsteen worden zij
gepolijst, en geeft men den prachtglazen den
platten vorm die hen zoo bevallig maar zoo
breekbaar maakt.
Wanneer een glas in de uurwerkmakers
handen komt, is het reeds door die van 35
werklieden gegaan.
-
Soorten van vaderlandsliefde.
De studenten in protestantsche godge
leerdheid der hoogeschool van Bonn hebben
over eenige dagen den Reichstag een rekwest
gezonden, waarin zij vragen van den krijgs
dienst niet ontslagen te worden.
Ons eergevoel betuigt openlijk, zeggen
«de onderteekenaars van't rekwest, tegen
de vrijstelling der lasten en der plichten die
onmisbaar zijn voor 't behoud des vader-
lands.
Het rekwest werd aan de studenten der
faculteit van protestantsche godgeleerdheid
aller Duitsche hoogescholen gezonden, welke
verzocht zijn geweest het smeekschrift te
teekenen.
Welk verschil tusschen dit verzoekschrift
en het rekwest onlangs aan de Kamers van
ons land gezonden door de studenten der
katholieke hoogeschool van Leuven!
De jonge inlanders der klerikale Alma Ma
ter vragen het verwerpen van 't wetsont
werp op denpersoonlijken dienst!
Zestig millioen nieuwe krijgsuitgaven.
Ziehier, volgens het beknopt Kamerverslag,
de uitleggingen welke door minister Beer-
naert werden gegeven bij het neerleggen van
zijn welsontswerp tot aanvraag van buiten
gewone uitgaven
Justitie fr. 261,000
Buitenlandsche zaken. 90,000
Binnenlaudsche zaken. 1,700,000
Financiën76,000
Landbouw20,334.550
Spoorwegen7,346,500
En Oorlog19,573,836
Dood van M. Laurent.
België heeft een zijner beste burgers ver
loren het vaderland mist in hem een der
grootste geleerden dezes tijds. M. Frans
Laurent is verleden week te Gent overleden
en werd er maandag laatst te midden van
eenen grooten toeloop begraven. M. Frans
Laurent werd den 8 Juli 1810, te Luxemburg
geboren. Op 11 April 1836 werd hij buiten
gewoon professor der Gentsche hoogschool
genoemd, in 1841 kreeg hij den graad van
gewoon leoraar, en in 1857 werd hij gelast
met den leergang van hedendaagsch burger
lijk recht, dat hij tot in 1882 onderwees. Zoo
was hij gedurende zes-en-veertig lange jaren
aan eene taak verslaafd, waarbij sterkeren
dan hij zouden bezweken zijn. M. Laurent
was een der grootste geleerden dezer eeuw,
zijne werken zijn wereldberoemd en schier
in alle talen overgezet. Noemen wij de merk
waardigste zijner pennevruchten
Studiën op de geschiedenis der menschheid.
Grondbeginselen van het Burgerrecht (33
boekdoelen, begonnen in 1869, geëindigd
in 1879.)
Aanvankelijke leergang van Burgerrecht.
Internationaal burgerrecht.
Studiën op Staat en Kerk.
Voorontwerp der herziening van het burger
lijk wetboek.
De werklieden genootschappen van Gent.
De zedelijke hervorming der arbeidende klas
sen.
Nevens die werken van den hr. Laurent
bestaan er nog eene menigte bijdragen, vlug
schriften, artikels, enz. verspreid in tijd
schriften en wetenschappelijke bulletins.
Vooral in Gent is de invloed van dezen
weldoener oneindig geweest: hij is de stich
ter der werklieden genootschappen of patro-
nagen en de invoerder van het sparen in de
scholen dier stad. In 1867 ,was het sparen
aldaar onbekend; heden liggen er op de
spaarkas 250.000 fr. door de leerlingen dei-
gemeentescholen van Gent verzameld.
Dat is het werk van vader Laurent
zooals de kinderen en de werklieden hem
noemdenin tien jaren, had hij door zijn
krachtig woord en machtig voorbeeld eene
taak verwezenlijkt, waarvoor wij met be
wondering en eerbied geslagen worden Toen
men hem tegenwierp dat zijne schepping
eene schim was, antwoordde hijNeen,
nooit zal ik deze ontmoedigende oplossing
aannemen, want zij zou betekeenen dat c
ellende niet kan verzacht worden! Ja, dc
kan, omdat het moet
In dien krachtigen uitroep, ligt het bewi
van overtuiging in het werk dat hij aanvin
en waarvoor hij zijne fortuin, zijnen tijdzijr
gezondheid veil had: M. Laurent bezocl
dagelijks ten minste twee scholen, en richtt
zich tot allen, kinderen en onderwijzers.
In de patronagen, wier eervoorzitter h
was, kwam hij als een vader te midden zijnt
famielje, en bij zijne verschijning klopten c
herten sneller, stond iedereen recht om he:
te groeten en door luidruchtig handgeklap
bewijzen, hoe de tegenwoordigheid hoog g<
schat wierd van den man, die voor ieder et
goed woord, eenen raad, eenen handdru
over had
Voor die zaak is het verlies van den het
Laurent onherstelbaar.
Maandag, om 3 u. werd de groote denkt
en weldoener begraven De rouwstoet w;
indrukwekkend: achter het lijk volgden t
leeraars der Hoogeschool, de Gemeenteraa
afgevaardigden der normale en gemeent
scholen, de lib. Associatie van Gent, de V
reenigde Liberalen, de maatsch. l'Aveni
de Melomanen, de Koorzangers, de Fontt
nisten, de lib. Kring der Brugsche poort, t
lib. Vereeniging van St-Amandsberg, deJo:
ge Wacht, de Lei- en Scheldezonen, de Vr
dekring, St-Cecilia, Maatsch. Gretry, Grot
brugge's Genootschap, Maatsch. Willem Te
Maatsch. Vrijheidsliefde, Maatsch. Werkt
en Leeren, Maatsch. Nut en Vermaa
Maatsch. Volksvlijt, Willemsgenootscha
Maatsch. Orphéon Gantois, Maatsch. N:
verheid en wetenschappen, Maatsch. Vrie
den van den Werker, Maatsch. Eendracb
Maatsch Muziek is ons vermaak, Maatsc
Moedertaal en Vrijheid.
Vijf lijkredenen werden ten sterfhnize ui
gesproken door
M. de Ridder in naam der Hoogeschoc
M. Wagener, in naam der Kon. Akademi
M. Delecourt, in naam der maatsch. Callie
M. O. de Kerchovein paam der Oud-studen
ten en M. P. de Paepd in naam derVriendt
van den afgestorvene.
Op het kerkhof werden nog zes redevo
ringen gehouden door
M. Lippens in naam der gemeenteoverhei
M. Cambier in naam van den Avenir. I
Wiemer onderw. in naam der Vrijheidslie
de, M. Gaspar in naam der studenten, i
Dumitru Jancovici in naam der Roumaai
sche studenten der Hoogeschool en door
Steurburt in naam der werklieden en patr
nagen.
Al deze redevoeringen, waaronder eenij
meesterlijke te vinden zijn, werden in i
Flandre libérale afgekondigd.
Vooraleer te teekenen willen wij nog w
zen op het werkje van den heer Lauren
De zedelijke hervorming der arbeident
klassen. Dit boekje moest in de handen v;
eiken werkman steken, en wij bevelen b
ten warmste onzen lezer aan. Leest dat boe
gaat het vragen naar de boekerij, (waar h
ongelukkiglijk misschien niet te vinden is
Er zijn edele gedachten en verhevene den
beelden uit te putten. Wanneer de omsta
digheden mindere plaats voor de politiel
artikels zullen vergen, denken wij het he
nuttig ware eenige der schoonste bladzijdi
dezes werks voor de lezers van het Wee
blad over te drukken. S.
Ziehier in tusschen hoe het testament d
heeren Laurent luidt in zijn werk,
bladz. 223-228:
Mijn Testament.
Ingevolge de bevelen des Konings, heb ik de eer
de ontwerpen van uitgaven op buitengewone midde
len voor het dienstjaar 1887 neer te leggen.
Zij bedragen in 't geheel f'r. 49,381,896 frank en
worden volgenderwijs. tusschen de verschillende
ministeriën verdeeld
Dit laatste reeds op zichzelf belangrijk krediet
verbindt, in begingsel, tot twee meer gewichtige
uitgaven. De regeering denkt dat, gezien den on
langs verwezenlijkten vooruitgang, het noodig is
niewe wapens aan het voetvolk te gevenZij is ins
gelijks van meening dat de versterkingen van Luik
en Namen moeten veranderd of volledigd worden, op
zulk eene wijze dat men ze kunne verdedigen met
een niet grooter getal manschappen dan er daartoe
heden zouden noodig wezen. Voor het een en het
ander vraagt de regeering dit jaar slechts het derde
van de geraamde uitgave.
Overigens zijn de toelichtingen van het wetsont
werp reeds -.aar de drukkerij gezonden, zoodat men
ze spoedig zal kunnen uitdeelen.
Zonder er voor 't oogenblik verder op aan te drin
gen, voeg ik er ten slotte bij, mijne heeren, dat de
toestand der Schatkist ons veroorlooft zonder be
zwaar de nieuwe lasten te dragen die haar zullen
opgelegd worden, en dat we op voorhand verzekerd
zijnde noodige geldmiddelen voor de uitlte voeren
werken te onzer beschikking te hebben.
i
Het testament drukt den laatsten wil, de laat:
gedachten van den erflater uit. In dien zin is
boek mijn testament.
Dikwijls heb tot mijne vrienden gezegd dat
hen als mijne legatarissen zou aanstellen; ik ls
hun het werk na dat ik te Gent beproefd heb.
Het is een grootsch werk, eene schoone zendi
cn sen geluk tevens zich voor de zedelijke en stof
lijke verbetering der armste en volkrijkste klass
der maatschappij ;op te offeren.
Ih bied die zending en dat geluk mijnen lega'
rissen aan, aan hen die van goeden wil zijn en zi
het lot der werkersklassen aantrekken.
II
Onder die zoogezegde, erfgenamen zyn er, die i
den aard zeiven hunner maatschappelijke batre
king, er moeten belang in stellen; het zijn de o
derwijzers en de onderwijzeressen. In mijn lev
heb ik hen uitgenoodigd om mijne medewerkt
te zijn.
Dank aan hunne madehulp heb ik den eerst
stap kunnen doen tot de vervulling van het moe:
lijke werk, dat ik in mijne oude dagen onderi
men heb.
Mochten deze laatste regelen, die ik hun toestui
hun duurbaar zijn,als de uitdrukking mijner liefi
volle erkentelijkheid.
Elk jaar treden er nieuwe werkers In het ondi
wijzend korps. Voor hen in het bijzonder heb
dit boek geschreven.
Niet alleen zijn hunner zending wel bewust,
zou ze hun willen mededeelen en hun zeggen:
God heeft u tot het onderwijs geschikt, daar
een beroep verkozen hebt dat noch aanlokkeli,
noch schoon is, tenzij voor hen die kinderen 1
minnen.
De opvoeding van uwe jonge vrienden is n
voltooid, wanneer zij werklieden worden. Dan ee
begint zij. Komt der halve naar onze patronage
om er op uwe jonge beschermelingen te waken, c
dat het zaad hetwelke gij in hunne jonge hart
ebt neergelegd, gedije en vruchten drage.
De kinderen der proletariërs hebben geene l