VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT. Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad. iNSCHRIJVINGSLiJST DE FAMILIE GRIJPZOUT. Tweede Jaar. Zaterdag 16n April 1887. Nummer 16. IJzerenweg. De Zusters in 't hospitaal van Antwerpen. Een Gomble Abonnementsprijs voorop betaalbaar: 3 fr. per jaar voor de stad. 3 fr. 50 voor'den buiten. Per 6 maanden: 1 fr. 75. Annoncen-. 15 cent. per drukregel. Rechter lijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 10 centiemen per nummer.Afzonderlijke nummers vojr ariikels, enz. 8 fr. per 100. Alle berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, alsmede die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicité, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegeaaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij en douerteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen. Vertrekuren van IJperen naar Poporinghe, 6-50 - 9-09 10-00 12-07 3-00 ten voordeele der slachtoffers van het werk in de mijnen van 't westen van Mons. De publieke onderstand blijft altoos achter wege, wanneer'er maar een of twee peronen het leven verliezen. Het is om aan die onregelmatigheid te hel pen een einde stellen dat wij een oproep doen aan de openbare liefdadigheid. De gelden die ingezameld zijn zullen niet alleen moeten dienen tot onderstand aan de weduwen en weezen der slachtoffers van groote mijnrampen, maar ook nog aan deze van mijnwerkers, die afzonderlijk aan een ongeluk komen. Wij hopen dat onze liefdadige poging overal bij onze lezers een goed onthaal zal ontmoeten en dat zij allen mildelijk een deel van het overtollige ter beschikking zullen stellen van de martelaars des arbeids in de donkere en eindeloos diepe koolmijnen. [Vervolg). Het schijnt dat de getuigenis van eerlijke en onpartijdige mannen als de heer Terwagne wiens getuigenis wij in ons voor laatste hum- mor medegedeeld hebben, het berucht bestuur Vierde vervolg.) Het badgetijde te Nizza liep ten einde, zoo dat het verzet en de verstrooiing er door Confusius Moederken gesmaakt maar gering was. De dokter was er hen komen bezoeken en sprak met bezorgdheid aan den heer X. Grijpzout en Cle over de steeds aangroeiende somberheid, welke zijne jonge vrouw op sonimige uren aan den dag legde. De heer X. Grijpzout en C1" trok de schouders op. Moederken, van haren kant, gevoelde niet dat er iets buitengewoons in haar bin nenste plaats greep. Haar huwelijk en des- zelfs omstandigheden hadden haar als het ware de groote hersenen, zetel van denk kracht en gevoelen, uit den schedel geroofd, en er niets nagelaten dan den zenuwknoop des dierlijken levens. Het was alsof zij nooit hare jeugd en opvoeding genoten had, alsof zij boven allen niet geschitterd had door on- gemeene gaven van schoonheid en verstand. Het kalme uurwerk haars bestaans volgde den regelmatigen tiktak van den bloedstroom door het harte, zonder ooit onderbroken te worden door de klinkende slagen, welke velerlei driften op den beiaard des gemoeds doen weêrgalmen. En geen wonder. De fijne veer, welke die melodijvolle beiaard bewegen moest, was bij den zwaren bons tegen den paalsteen X. Grijpzout en Cle stuk gesprongen. De dokter was van meening, dat het ver kieslijk zou zyn, zoo zij eenige weken in van gezegd hospitaal nogal in den weg staan; want wij komen te vernemen dat die heer, inwonende van 't St-Elisabeth's hospitaal, door dezes bestuur, om zijne getuigenis, van zijne bediening komt afgezet te worden. De openbare denkwijze heeft dat bestuur met verachting aan de deur gestampt en het wil zich op eene kwajongensachtige wijze wre ken. Maar Antwerpen 's gemeenteraad gaat natuurlijk dit bespottelijk besluit met eene schouderophaling ontvangen en daarna verbreken. Nog eene reeks bewijzen, hoe de zusters zich daar hare taak met zelfopoffering vol brengen, zijn ons toegekomen en wij haasten ons die onze lezeren bekend te maken, ze zijn echt stichtend. In den nach t van 21 tot 22 maart hebben twee nonnen in St-Elisabeth's gasthuis, an dermaal gepoogd de keizersnede te doen plaatsgrijpen. De vrouw D..., ongeveer 30 jaren oud, was sedert zes maanden in het gasthuis. Ongeveer veertien dagen vóór hare dood, werd zij, op hare vraag, van zaal veranderd. Herhaalde en beteekenisvolle bloedspuwingen hadden alle hoop doen verdwijnen. Haar einde was nabij In den nacht van 21/22 maart werd de inwendige leerling doktor die de wacht had, bij de lijdster geroepen. Toen hij aankwam had zij opgehouden te leven. Eene non en eene nieuwelinge waren in de zaal 25, waar de vrouw D.., kwam te overlijden. Doet gij de keizersnede niet De leerling weigerde. De non drong aan. De leerling, na een onnoodig onderzoek, vermits de vrouw sedert zes maanden in het gasthuis was, antwoordde ten slotte: Er is daar niets Wachtte de priester al of niet in de bijge legene plaats Zulks zijn wij niet te wete gekomen. Parijs doorbrachten. Daarop vroeg de be zorgde vader of de te komen boorling daar door zwaarder zou gewogen hebben en toen de geneesheer hem zulks verzekerde, namen zij hun intrek in een fraai kwartier der groote wereldstad. Hier moeste de fabrikant in reisartikels, daar hij enkel voor zijn vak leefde, het groote werkhuis van hoedendoozen, te Pontoeuil, bezoeken, iets wat hem drie dagen vergde, na afloop van welke een snelbericht hem tot zijne huisgoden terugriep Bertine meldde inderdaad, dat een der grootste klanten fal- jiet was gegaan en er haast behoorde, wilde men 50 p. °/0 terug krijgen. Na twee uren zuchten en evenveel haar- krabben, besloot de beroemde fabrikant dat hij alléén terugkeeren zou, terwijl zijn vrouw en kroost, onder de hoede des geleerden dokters, de merkwaardigheden der groote hoofdstad zouden gaan bewonderen. Men geleidde den 'grooten man naar het Noorderstation, waar hij een roerend af scheid nam en welvarend henen reisde, echter niet zonder dat hem, toen de trein reeds in gang was, te binnen schoot dat hij een paar zokken had vergeten, om welke reden hij dan ook heel verwilderd met de armen door het porties te schermen lag en er tamelijk ruw door den kaartjesknipper werd binnengeduwd. De dokter deed zijn uiterste best om Moe derken eenigen levenslust in te boezemen, doch dit bleek vruchteloos te zijn. Droevig waszij werkelijk niet, maar eerder lusteloos. Zij geleek aan die jonge dichters, die, na lan- Maar dit blijkt uit het feit: Dat zelfs na het gedane onderzoek, de nonnen nog, voortdurend de keizersnede vragen. Den 16 februari jl. op zaal 31, heeft de non den doctor gesmaad in vuige bewoor dingen. Op 12 februari heeft een leerlingheel meester omtrent 20 minuten moeten wach ten naar eene non, om eenen gekwetsten te verhelpen. Op 20 februari, in zaal 8, had dedienst- non de zaal verlaten en na lang wachten kwam eene andere ncn den dienst doen, die de zieken niet kende. Den 16 maart, van 10 tot 10 1/2 's avonds, heeft in zaal 23 een zieke geen drinken gekregen omdat de non weg was. Zij heeft stoutmoedig geloochend. Op 13 maart, in zaal 20 bij het bed 10 of 11, waren maar twaalf bezoekers in eens. Zuster Alphonsia stond in eenen hoek te redekavelen met twee andere nonnen. Op 4 maart, in de zalen 30 en 31 (zus ster Rosa) stond de bediening der heelmid dels aan de zieken ten achter. Den 15 maart hetzelfde, zaal 21, bed, 2. Een dezer laatste dagen moest een zieke roastbeef ontvangen. De non gaf hem ge- stoofden bouillie. Na het ongeluk der suikerrafineerderij op het zuiden, was er een bad noodig voor de verbrande lijders. Geen bad te krijgen, en baldadige woorden van zuster Dominica. In den nacht van 1/2 maart besproeit een inwendige leerling de handen van eenen verbranden pompier met juisquiaamolie, De non maakt opmerkingen over de plekken die aan de vloersteenen kunnen komen. Op 15 maart wordt eene vrouw doode- lijk gewond vóór zaal 14 gebracht. De non nen weigeren ze binnen te brengen. Men komt aan de operatie zaal. De deur was toe, de non had den sleutel, maar was niet te vinden... gen tijd een grootsch en aanbeden droom beeld gekoesterd te hebben, eene wolk der werkelijkheid over hun ideaal zien trekken en het voor eeuwig zien verdwijnen. Van uit den hemel op de koude prozaïsche aarde nederge tui meld, verdooft hen de slag zoozeer, dat zij zich tot den afloop hunner dagen in een eindloos ledige gevoelen, waar alles hun overschillig laat en waar zij zich zoo onzelf standig voordoen, dat zij alles onverschillig voor hen laten. Dagelijks stoot men tegen dergelijke wezens aanmen gaat voorbij zonder hun zelfs verschponing te vragen of een blik te gunnen. Zoo was Moederken. Hare lichamelijke gezondheid was bloeiend en mild, deze harer ziel werd door de baccila eener langzame maar onfaalbare geestestering ondermijnd. De dokter geleidde haar naar den Louvre. Zij zag er noch verwonderd noch bewonde rend rond, zij wien men steeds zooveel kunst kennis had toegekend; het scheen dat al die meesterstukken der vervlogen eeuwen geen indruk op haar uitoefenden. Zij ontleedde en beoordeelde met eene juistheid en eene ken nis van zaken, welke den arts verbaasden, zij wist de kenmerken der italiaansche, vlaamsche, fransche en andere schilder scholen zoo waar en overtuigend te doen uit komen alsof haar vader, de groote kunstken ner. door haar mond geproken had. Maar in dit alles heerschte geen anthusiasmus, geen begeestering, geen medeslepende bezieling. De snaar der vurige driften was bij haar gebroken. Moederliefde alleen trilde nog in zachte teederheid. De kleineConfucius had als het ware Moe- De doctoor vraagt ether en de spiret ITa- vaz. Na lang dralen bekomt hij ether... Het gevraagde werktuig was onbruik baar... De heelmeestersleerling vaaagt het scheer mes; niet te vinden! Hij neemt een snijmes: onbruikbaar Eene vraagWanneer zal dan toch einde lijk het zoo ongeduldig verwachte verslag over het onderzoek verschijnen, en wanneer zal er een ander bestuur optreden Menig verzoekschrift uitgaande van de bij zonderste vrijzinnige maatschappijen der stad Antwerpen, werd aan de gemeenteraad gezonden om, door dezes tusschenkomst, de afstelling van het huidig bestuur te bekomen. Na schrift: Wij hopen op eene nabijzijnde en geheele voldoening. De Gemeente gekretarissen van het arron dissement IJperen hebben van den genaam- den Iweins d'Eeckhoutte Alias Henriteje, den omzendbrief ontvangen, waarvan hier een stengelijk juist afschrift. M J'ai l'honneur de porter votre connais- sance que Monsieur Yerhaeghe, membre de la députation, se tiendra dorénavant a la dis position des personnes qui désirent le parler a Ypres, les lrs et 3rae samedi de chaque mois, de 9 a 11 heures du matin, au cercle catho- lique, premier étage, rue de menin. Veuillez, Monsieur, en informer messiurs les Bourgmestres, Echevins et autres autori tés locales. Iwiens d'Eeckhoutte. Ypres, le 5 Avril 1887. Impr. Demets-Vandeghinste, Ypres. Zou Naar eeen, geene vragen, 't Is te aarts dom en wij en kunnen er enkel eens ferm om lachen. derkens afgetrokkenheid overgeërfd. Voor de beelden van antieke helden zat de knaap op een bankje, met het dikke hoofd in de handen en de groote zwarte oogen strak op de voorwerpen zijner nieuwsgierigheid ge richt. Langen tijd bleef hij daar roerloos zitten, als ware hij zelf een beeld en toen de dokter hem vroeg- of hij dit alles mooi vond, antwoordde de knaap: Ik wil ook zulke schoone mannen ma ken. De heer X. Grijpzout en ClB liet weten, dat de 50 p. °/0 van zijn gefaalden klant tot 17 p. versmolten waren, maar voegde erbij, dat Moederken en Confucius er geen boter ham te min moesten om eten, zoo drukte de mythologist zich uit. Trouwens het hout was afgeslagen, en hij had een voordeelig order gekregen in mantelzakken voor het deensche leger. Hij voegde er nog bij, dat de Groote Harmonij een nieuwen voorzitter had en dat de Zenne was overgeloopen en dat Moederken en Confucius maar goed moesten eten en drinken, want dat mens sana in corpombus salon, zooals de profeet Jericho eens geschreven had, altijd waar was, met dewelke bij de eer had te wezen: hun zr. dw. dr. X. Grijpzout en Cle. Dit epistel brachl den grijzen esculaap meer pret aan dan al de kluchtspelen der aarde. Moederken las het en bleef onverschil lig. De kleine Confucius, toen hij vernam dat vader volstrekt wilde dat hij veel at en dronk, vroeg'eene geheele appeltaart. [Wordt voortgezet.) HET WEEKBLAD 4-00 6-25 9-05 9-5S. Poperinghe-Haiebrouck, 6-50 12-07 6-25. Houthem, 5-30 8-20 11-16 5-20. Komen, 5-30 8-05 8-20 9-58 10-10 11-16 2-41 2-53 5-20 8-58. Komen-Armentiers, 5-30 8-05 11-16 2-53 8-58. Rousselare, 745 10-45 12-20 4-10 6-30 Langemarck-Ostende, 7-23 12-22 3-58 6-22 Kortrijk, 5-30 8-20 9-58 11-16 -2-41 —5-20 Kortrijk-Brussel, 5-30 9-58 11-16 2-41 5-20 Kortrijk-Gent, 5-30—3-20 11-16 2 41, 5-20.

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1887 | | pagina 1