VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT. PolitiekNieuws-, Handels- en Annoncenblad. Tweede Jaar. Zaterdag 17" September 1887. Nummer 38. In eene school met God. Twee bekentenissen. Fas est et ab hoste doceri. Het zou een groote prikkel moeten zijn voor de ka tholieken om ook ernstig de hand aan 't werk te slaan voor de Vlaamsche zaak, als zij zien hoe moedig de liberalen er voor ar beiden. Eilaaseilaas M. Surmont en de keukenschool (Bcole ménagère). Abonnementsprijs voorop betaalbaar: 3 fr. por jaar voor de stad. 3 fr. 50 voor den buiten. Per 6 maanden: 1 fr. 75. - Anaoncen: 15 cent. per drukregel. Rechter lijke eerherstellingen; 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 10 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers vo ir artikels, enz. 8 fr. per 100. Alle berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, alsmede die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicité, Magdalenastraat, Bru" el. Men wor.dt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij en onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen. Een magister, met een uiterlijk waai van een broertje zou jaloersch zijn, eindigt zoo even zijne catechismusles De leerlingen ne men vervolgens hunne Gewijde Geschiedenis tot 10 ure, en na den speeltijd van den voor middag, krijgen ze de volgende hart- en geestversterkende les De meester. Wie schiep de bie? De leerling. De almachtige God. Meester. Wat doet de bie? Leerling. Zij zuigt honig uit de bloemen. Meester. Wie maakt de bloemen? Leerling. God, die alles gemaakt heeft. Meester. Geren de bieën niets anders dan honig? Leerling. Zij geven ook nog het was. Meester. Wien moeten wij danken om dat wij het was bezitten? Leerling. Onzen Heer Jezus-Christus. Meester. Wat maakt men met was? Leerling. Waskaarsen. Meester. Wat doet men met de was kaarsen? Leerling Men zegent ze ofwel men wijdt ze. Meester. Waartoe dienen de gewijde kaarsen Leerling. Men doet ze branden om de huizen tegen den donder te beschermen. Meester. Waar gebruikt men ze nog? Leerling. In de kerken. Meester. Wat doet men daar als de waskeersen lang genoeg gebrand hebben? Leerling. Men dooft ze uit om ze nog eens te doen dienen. Meester. Wie betaalt iederen keer die kaarsen Leerling. De geloovigen, 't is te zeggen de katholieken en ander brave menschen. Meester. Tot wiens profijt geschiedt zulks? Leerling. Ten profijte van M. den pas toor. Meester. Is dat eene goede commercie? Leerling. Zekerlijk, er is daar veel geld mede te winnen, en ziehier hoe ik zulks weet; ik heb rond mijn nieuw schrijfboek eenen omslag van gazette] apier gedaan en daarop staat er te lezen In 1884, bebben de heeren pastoors van Brussel de volgende sommen opgestreken, enkel als bun aandeel in den opbrengst der waskaarsen: De heer pastoor der Minimen fr. 1011,69 van St-N klaas 1575,90 der Rijke Claren 2965,42 van' S. Catharina 3438,72 van 't Beggijnhof 4400,52 van Finistère 4411,96 van den Zavel 4592,05 van Bon-Secours 5575,68 van S. Goedele 8846,80 y. S. Jaak op Cau- denberg 13164,34 [AXgemeene stilte.) Meester. Wel, wel, jongen! Staat dat zoo bloot te lezen op den omslag van uw schrijfboek? Scheurt die gazette maar gauw af, want dat is zeker eene liberale gazet 't Is niet noodig dat de kleine jongens en de groote menschen dat allemaal weten, want reeds van nu roepen de geuzen al dat de priesters te veel winnen. En nochtans dit zijn leugens van het slecht volk, want onze priesters, die de wettige navolgers zijn van Christus' arme discipelen, leven magertjes en zuinig, met alle woord dat uit den mond Gods komt,... en ook een beetje met de cen ten der geloovigen!... Jongens, laat ons nu bidden en den H. Geest danken omdat hij ons zooveel nieuwe dingen geleerd heeft. In den naam des Vaders, enz. Wij hebben nog slechts eenige woorden bij te voegen. De hoogere opgegevene cijfers, nopens de verwezentlijkte profijten op de waskaarsen, door de Brusselsche pastoors, zijn echte cijfers zooals wij ze in een officieel stuk vonden. Indien wij deze getallen plaat sen, nevens de cijfers der profijten welke wij verleden Zaturdag opgegeven hebben voor de kerken der stad Antwerpen, zoo hebben wij nog een voorbeeld te meer, wanneer wij beweren dat het grootendeels kerken en papen zijn, die ons volk, de lichtgeloovi- gen, uitbuiten en met het geld der natie gaan loopen Hoe lang duurt zulks nog? D. N. T. De klerikalen hebben er ons niet aange wend gemaakt, steeds de waarheid te laten liooren, vooral niet ais die waarheid gunstig is voor hun tegenstrevers en ongunstig voor hen zeiven. Daarom haasten wij ons er mel ding van te maken, als zij eens van hunne gewoonte afwijken, zooals het in de 2e aflev. van het 5" jaar van Onzen Vle.amschen Wek ker, maandschrift der Leuvensche Studen tenbeweging, gebeurd is. Hier treffen we twee bekentenissen aan, welke alleen kunnen ontsnappen aan brave jongens, die meer rondborstig Vlaamsch dan doorslepend kle rikaal zijn I. 1) Onze politieke tegenstrevers hebben verscheidene schoone en wel ondersteunde weekbladen ter verdediging der liberale Vlaamsche beweging, te wetenDe Kleine Gazet, De Zweep, Het Volksbelang, De Brugsche Beiaard. Waar zijn dergelijke organen der Katho lieken? 2) In de gestichten die men de hunne mag noemen, als atlieneums en andere middel bare scholen, begint men goed Vlaamsch te leerenmen onderwijst er reeds verscheide ne vakken in de moedertaal; 't atlieneum van Antwerpen is vervlaamscht. Doen de katholieken 't zelfde? En nochtans ze hebben ten minste dezelfde goede redens daartoe. Zal het dan waar zijn dat de liberale jongelingschap tot 't volk zal kunnen spreken in voordrachten enz. om het te verleiden, en dat de katholieke, on mondig, hare stem niet zal kunnen laten hooren 3) De liberalen richten een ernstig onder zoek in nopens den toestand van 't Vlaamsch in 't onderwijs, ten einde dit meer en meer te bevoordeel!gen. Onze bisschoppen kennen alleenlijk den slechten toestand niet, en vergenoegen zich met flauw te beloven. 4) De liberalen protesteeren overal tegen de rechlmiskenningen en wetsovertredingen wegens het vlaamsch; zij sparen zelfs hunne partijgangers niet en schromen niet met hen in gedingen en hardnekkige strijdbriefwis- selingen te vallen. (Getuigen 't proces Rei- naert-De Coster, 't gekijf van Hoste tegen de Chronique) Waarom werken de katholieken niet ook in dien zin 5) 't Liberale Willemsfonds heeft een werk zaam grievenkomiteit. Hoe komt het dat wij nooit geene grieven doen herstellen? Wij kunnen niet, 't Davidsfonds moeit er zich niet mede. O, laat ons om les gaan bij de liberalen, willen wij zegepralen met hen voor 't Vlaamsch, en tegen hen op staatkundig en maatschappelijk gebied. II. A. Weet gij, lezer, waartoe de Nor maalschool beschikt is? B. Om bekwame onderwijzers te vor-^ men. A. Hoegenaamd niet, want men maakt ezels. B. Hoedat, ezels? Die er uit komen, ken nen toch goed de vakken welke zij zullen moeten aanleeren? A. Ja, uilen komen er uit, of misschien beter papegaais, als ik het u zeg, geloof mij B. Onmogelijk, 't Staatsbestuur zou toch zoo dom niet zijn daartoe millioenen te besteden. A. Het doet het ongelukkiglijk. Wilt ge wat weten aan de leerlingen der Nor maalschool wordt alles in 't hebreeuwscli aangeleerd B. Hoedat, waart ge zot dan als ge u dat hebt laten wijs maken? A. Godsdienstlessen, aardrijkskunde, geschiedenis, alles, alles wordt er in 'tfransch gegeven, oordeelt. B. Onmogelijk, de Normalisten en ver staan het meeste deed die tale niet. A. En nochtans is 't zoo; als ik het u zeg. Want 'k weet het uit goede bron. On langs overhandigde men mij eenen brief waarin eene Normaliste hare vriendin bitter beklaagde, die van 's morgens tot 's avonds weende omdat zij de fransche lessen geens zins verstond. B. Waar, waar is die Normaalschool A. Zezijnalzoo, ten minste die voor onderwijzeressen. Die brief kwam uit 't non- nengesticht van Thielt. B. Van Thielt in 't herte van West- Vlaanderen A. Zeg liever in 't midden van Frank rijk. En te Brugge is 't zelfde; en in de Staatsnormaalschool te Gent, insgelijks, want de onderwijzeressen zijn er zelfs witlin nen. B. Hoe is 't Gods mogelijk? Dat roept wraak. A.Ja't jongen, ja 't, maar toch nog niet hard genoeg om de ooren onzer overhe den te scheuren. B. Maar, hoe kunnen daar goede on derwijzers uit komen die voor Vlaamsche jongens moeten spreken? A. Dat weet ik nietvoor mij 'k aanzie ze niet als meesters maar als ezels; doch rechtuit gezeid, 'k aanzie de domme over- verheden als nog grootere. B. Maar wie laat dat gebeuren de Bis schoppen, de Ministers A. Ja, maar alles genomen, 't is het domme Vlaamsche volk, dat er de oorzaak van is, met dergelijke dingen te dulden. Het was ter gelegenheid der gemeente- kiezing van 1884. M. Surmont, dat edel autocratisch hoofd, gewaardigde zich te ver- vernederen, - éénmaal is geene gewoonte - om, van deur tot deur, de stemmen te vragen van de kleine burgers, (in de edele middeleeuwen vassalen genoemd,) ten einde als Burgemeester van IJperen het stadhuis op te treden. Moeite en geld beloften en leugens werden niet gespaard. Vergaringen werden gehouden in den K.K., waar M. den Baron het bestuur der liberalen onder de leelijkste kleuren af schilderde. A lies werd beknibbeld,doch vooral het officieel onderwijs en de stadsscholen. On der deze laatste was het bijzonderlijk de school van huishoudkunde (Ecole ménagère) an ders gezeid Keukenschool, die het voorwerp was der lakingen van den doorluchtigen senator van buiten IJperen. Ziehier iioe hij spotsgewijze over deze instelling sprak in eene vergadering van den K. K. Maar die kostelijke historie en is nog niet 't enden. Allo! een brevet voor ons - gemeentebestier; het heeft eene Keuken- school uitgevonden. Wat die nieuwemode school zal voortbrengen, zal het achtste wonder der wereld zijnDaar zullen kokinnen gemaakt worden, men zal er leeren palatten jassen, en waarschijnlijk - ook fricadellen stoven. Daar bestaat een oprecht magazijn van keukengerief van alle slach en grootte. Dat nieuw loopertje in de vette weê en kost ons maar jaarlijks 4500 lrank en daarboven. Alzoo sprak M. de Baron. Wij, liberalen, warén fier zulke school te bezitten, de eerste in het land die regelmatig ingericht was. Wrij keurden de handelwijze goed van ons gemeentebestuur, dat het on derwijs en de opvoeding der meisjes van de werkende klas op zulken goeden voet ge bracht had en wij hadden de overtuiging dat de Keukenschool navolgers zou gevonden hebben. Wij zijn in onze verwachting niet bedro gen geworden. De gemeentebesturen van Brussel, Bergen en verscheidene andere groo te steden vroegen inlichtingen over onze Keukenschool. Het klerikaal Gouvernement zelf stuurde zich tot ons gemeentebestuur om een verslag te hebben over deze instelling. M. d'Oultremont, volksvertegenwoordiger van Brussel, handelde breedvoerig de kwes tie der keukenscholen in de Kamers, en noodigde liet Staatsbestuur uit om in de gemeentescholen en de normaalscholen voor het lager onderwijs leergangen van huis houdkunde in te richten. Eindelijk, het Staatsblad heeft gesproken. Het nummer van 14 September laatst bevat niet min dan 11 kolommen over het Onder richt der huishoudkunde en de werken van het huishouden menagiewerk Het kader van ons blad laat ons niet toe den omzendbrief gevolgd van het programma over dit punt in te lijven. Wij zullen ons be palen met te zeggen dat men in 11 kolommen van het Staatsblad, kleinen druk, veel stoffe kan 'verhandelen. Het programma is geheel uitgebreid en wij bestatigen met vol doening dat onze Keukenschool zich gansch in de termen van dit programma bevindt. HET WEEKBLAD TTr C TT

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1887 | | pagina 1