Ze willen gansch meester zijn. Iets voor de Pompiers. Wat gaan zij daar doen? Een succès dat te zien was. STADSNIEUWS. Afwezige Kiezers. Wie kiezen mag. Nieuwe Kiezers. Liberalen en klerikalen. Willems-Fonds. heid zou wiilen verwerpen. Verontwaardigd geeft hij dan vrijen loop aan hetgeen hem nog van oprechtheid overgebleven is, en met eens wordt hij dan een schrikbeeld voor zijne vrienden. Dat schrikbeeld hebben de katholieken in den senateur De Con:nek gevonden. 't Was in den Senaat, ten tijde der bespre king van het.budget van oorlog. De intrekkingen zijner vrienden schand vlekkende. zooals zij het verdienden, wierp M. De Coninck hun deze bloedige woorden naar het hoofd Ah! ge zult de militaire lasten verhoo- gen, die lasten waartegen gij waart toen gij minderheid bleeff. Dan was liet geen man, geen sou meer! en nu gij de macht zijt, zult gij al uwe oude verbintenissen verloochenen en uw goud in den afgrond der kazernen werpen. Gij zijt aan hét be- stuur, en alles: uwe goede gevoelens, uwe schoone beloften, alles vergeet gij Ziedaar het oordeel vaneen klerikaal, 't Is wij niet die het zeggen, 't is een vriend dier dappere katholieken, een vriend die hen kent, die hen zoodanig wei kent dat hij nog niet alles zegt wat hij denkt. Ehwel! hetgeen M. De Coninck zegt van militaire lasten, kan van alles gezegd wor den. Alles is maar valsche tentoonstelling, bedrog, leugen en huichelarij. Doch het ongeluk is dat, wanneer men zich in hunne groote netten laat vangen, men erbijna altijd voor het leven in is. Waarom strijden de klerikalen? Ze weten het zelf niet. De oude kopstukken wilden niet, maar de strijdzuchtige spitsen moesten volstrekt stormloopen en eene kleine, zeer kleine meerderheid besloot, op bevel van Monsei gneur, dat men zou te velde trekken. Maar wat zullen wij aanhalen tegen het gemeentebestuur? vroegen de oude ratten. 't Is gelijk, piepten de jonge; wij zullen maar alles beknibbelen. Ze weten niets te zeggen en nooit hebben wij eene armzaliger polemiek bijgewoond dan die van 't Nieuwsblad)e; ze bekennen dat de stad niet beter kan bestuurd worden, en wat blijft er hun over om de kiezers om te halen? Wij kennen de gesteltenis der stadskas niet, zeggen zij. De kas, klerikale kiesknoeiers, staat voor u open; ge naoogt alles gaan naspeuren en opzoeken, op eene voorwaarde: zult ge dan de waarheid bekennen? In afwachting zullen wij u eene waarheid vertellen die u misschien ook wat lastig ma ken zal: Hetgeen uwe razernij veroorzaakt is van te zien hoe onze vrienden gewichtige werken uitvoeren, hoe ze alle diensten ver beteren, de wegen hernieuwen en voltrek ken, eene nieuwe waterleiding gemaakt heb ben, prachtige wandelingen beplanten en dat zonder aan de kiezers eenen nieuwen opslag van lasten te vragen. De liberalen besturen zuinig en met verstand. Gij, klerikalen, gij zoudt de flnantiën van de stad regeeren zooals gij die der kerkfa brieken regeert; zoodanig dat. binnen twee of driejaren, gij, in plaats van een boni van 77.000 franken in de kas zoudt hebben, een tekort zoudt vinden van 100,000 franken, gelijk in de andere steden waar gij aan 't be wind staat. Men komt ons zoo even te vertellen, dat de klerikale kopstukken zich hij voorkeur tot den kleinen burger en werkman wenden, wanneer zij goede kans zien om, zonder gevaar, hunne kiesomkoopingen te verrich ten. Vooral bij de Pompiers onzer stad, waaronder talrijke kiezers zijn, gaan zij hun eerlijk werkje volbrengen! Men zegt ons zelfs dat er onder de Pompiers eenige kleri kalen bestaan, die voor hooger aangeduide kandidaten propagandawerk maken, onder hunne wapenbroeders met wie zij het ver- trouwelijkst en gemeenzaamst omgaan. Dit werk, indien het waarlijk ten voor- deele der klerikalen geschiedt is monster- werk. De ongelukkige verdwaalden zijn te verontschuldigen en weten niet watzij doen. Werken ten voordeele der katholieke kandi daten, is even verstandig als werken tot de afschaffing van ons pompierskorps en muziek Men zal het misschien niet onmiddelijk dur ven of kunnen doen, want de IJperljngen houden te veel aan hunne pompiers, waarop zij te recht mogen fier zijn. Maar binnen zes ot tien jaar, als de kaloten mogelijks hand boven t water hebben, dan zoudt ge de verdacht n zien afdanken, het muziek ont bonden en de Blauwe kousen eene gemeen te-fanfare worden. Waarschijnelijk ook zouden de liberale officieren der Pompiers geen oogenblik ouder een klerikaal bestuur willen blijven. Toen zou M. Fraeys, groot van gestalte, bevelhebber worden en geheel liet korps zou de voldoening hebben zeer dikwijls, als eerewacht, met de verschillende processiën onzer stad te mogen medegaan. De Pompiers sedert ze in 1827 door den ouden heer Carton ingericht werden, hebben steeds liberale bevelhebbers aan hun hoofd gehad. De oude wapenmakkers spreken met welgenoegen over hunne oud-bevelhebbers Vandenpeereboom, Ramoen, Valcke, enz. Hewel, dat de jonge:en het goed bepeinzen en geloovennooit zal het Pompierskorps bloeien en zijnen ouden luister herkrijgen onder een klerikaal beheer. Men weet im mers dat de IJpersche papen en hunne mouwvagers eenen hekel hebben legen onze Pompiers. Dat die haat en afgunst bestaat, hebben wij reeds uit menig klein voorval kunnen opvangen: Toen over twee, drie jaar ons korps van de cibelschieting van Meenen terugkwam, werden de manrmen, nog onder de wapens, door eenige kaloten op de groote markt uitgejouwd. Wij gelooven ons te herimieren dat het te dier gelegenheid was dat Fagel eene ranseling kreeg voor kwittantie Het Nieuwsbladje, wanneer het met de Pompiers wil spotten, noemt ze watersol daten, en wanneer het Journal d' Ypres over twee jaar sprak van eenen brand, die in het justitie paleis uitgeborsten was, gekte en spotte de schrijver met onze Pompiers, omdat zij het vuur in de duisteimis opzochten bij middel eener lichtfakkel Toen het muziek der Pompiers verleden jaar naar het festival ging te Langemarck, haalden zij er veel bijval met twee prachtige stukken. Honderden menschen luisterden aandachtig toe. Surmont en Fraeys, twee IJpersche kaloten, waren daar en gebaarden nooit dat de Pompiers onzer stad op de kiosk speelden. Het was hun der moeite niet waard te luisteren, en beleefdheid had hun misschien te duur gekost, want zij babbelden met elkaar lijk twee snuifwijven? Toen het pu bliek onze stadgenooten donderend toejuich te, keken de twee klerikalen eventjes op naar de kiosk en als ze zagen dat het de Pompiers van IJperen waren, konden ze het over hun hart niet krijgen een zoo krachtig bravo te hooren roepen, en ze verlieten de omheining om hunne woede elders te gaan verkroppen! Als het muziek der Pompiers op 13 Maart 11. een concert gaf, ten voordeele der slacht offers van Quaregnon, weigerden de kalote gazetten de aankondiging van dit feest op te nemen. Was die weigering geen bewijs van vijandelijkheid tegenover de Pompiers? Als zij op 14 Augusti laatst van het festi val van Robaais terug kwamen, waar ze zoo ridderlijk ontvangen werden, wierden ze hier te IJperen in de de Tempelstraat ont haald door het fluiten van eenen klerikaal. Al die kleine feiten, weinig beduidend, bewijzen nochtans dat de klerikalen onze Pompiers met kunnen verdragen, en dat zij gerust hunnen tijd zullen afwachten, om zich over eene inrichting te wreken, waarop zij zich zoo dikwijls kwaad gemaakt hebben. Dat de Pompiers, bij wie men aantrekkelijke beloften deed, zich wel overdenken, want moesten zij in 't voordeel der kaloten kiezen, zij zouden zich zedelijker zelfmoorden. Om echter ons gedacht te zeggen, gelooven wij niet dat de kaloten in dit korps meer dan een half dozijn halfslachtigen zuilen of kunnen vinden. Doch zes is nog te veelAl de Pom piers moeten gelijk één man, voor de libe ralen stemmen. Zij zijn wapenbroeders, en in alle korpsen met krijgskundige inrichting, stelt men hoogen prijs op solidariteit. Hier hebben al de mannen eene schoone gelegen heid om hunne genegenheid te toonen voor hunnen sympathieken bevelhebber! Zij zullen hem wreken over de laffe aanrandingen en zoutelooze zinspelingen der klerikaleiWewiüs- bladen en Journals. Met te kiezen voor den heer August Brun- faut, den knappen kommandant van liet korps, en voor de zes overige liberale kandi daten, zullen al de Pompiers met klem be wijzen dat zij liberalen zijn, liberaal blijven, en de kaloten naar de honderd duizend duivels wenschen! J. Een onderpastoor ging bij eenen inwoner der Statiestraat, alhier, de stem vragen ten voordeele der kalote lijst. Waarom, vroeg de kiezer, zijn de liberalen niet goed Bah! antwoorde de drietip, de liberale kandidaten zijn verstandige en brave menschen, dit wil ik niet betwisten maar zii zijn nu al meer dan vijftig jaren te IJperen meester geweest en wij zouden liet nu een beetje wil len zijn. Eik zijn toer is niet te veel!-. Moeten wij deze woorden, waarvan wij de echtheid waarborgen, bespreken Neen, onze lezers zullen daarin twee gulden beken tenissen vinden. Maken wij eene andere bemerking. Wat gaan de kaloten, (indien zij winnen) in de gemeenteraad doen? Deze bestaat uit vijftien leden, waarvan acht en daaronder geiieel iiet Schepenkollegie, herkiesbaar zijn in 1890. Tot dit tijdstip beschikken onze vrienden over geheel het kollegie van Burgmeester en Schepenen, en over de meerderheid van den raad. Onnoodig dat de kaloten, als min derheid kunnen houden. Zij zouden zich dus moeten bepalen tot eene stelselmatige oppo sitie, die groolelijks den gang der stadzaken zou belemmeren Wat zou IJperen daarbij winnen met door de schuld van de kaloten, (indien zij op 't stadhuis geraakten) al de stedelijke onder nemingen, zaken of openbare werken te zien vertragen of onmogelijk maken? Tusschen hier en drie jaar, is er voor de klerikale honden geen been te knagen. Het beentje, dat men hun sedert lang belooft, zal hen nog drie volle jaren doen watertanden. Intus- schen zullen zij misschien den eetlust ver liezen of eene hartflauwte krijgen! Gezien dit weinig aanlokkelijk vooruitzicht, geven wij den klerikalen veel moed dewijl zij moeten aannemen, dat hunne mannen (in dien zij gelukten) gelijk de pauzelijke munt stukken van geener waarde ivezen Beter is het dan voor zulk volkje niet te kiezenX. Nieuwsblad en Journal kraaien het rond dat de klerikale St-Michielsschool van IJpe ren, meer diplomas .bekomen heeft in den laatsten wedstrijd, dan de gemeenteschool. Inderdaad men spreekt van 3 benoemingen voor de stadsschool, tegen 5 voor de katho lieke school. Het verschil is klein; maar wij hebben den 24" September laatst een artikel opgenomen, dat wees op de partijdige sa menstelling der onderzoeksraden en op do kleine kunstgrepen, welke de leerlingen der vrije scholen bezitten, om den hëeren cor rectors te laten verstaan wiens werk zij verbeteren. In die voorwaarden begrijpen wij goed, dat de katholieke juryleden er alle belang bij hebben, om aan hunne scholen en producten deeere plaatsen toe te kennen. Gebrek aan plaats verplicht ons het ver slag over het feest der oud-onderofficieren en eenig ander stadsnieuws voor acht dagen te verschuiven. Wij verzoeken onze vrienden, die zouden weten dat er liberale kiezers van de stad afwezig zijn, dit te doen kennen aan het bestendig bureel der Liberale Associatie Gouden Arend, IJperen. Wij herhalen het nog eens dat al degene, welke op de lijst van 1888 staan, op 16" October mogen stemmen, zelfs zoo een later vonnis of besluit ze van de lijsten van 1887 zou geschrabt hebben. Die onzer vrienden, welke dit jaar voor de eerste maal geroepen zijn om hun kies recht uit te oefenen en aangaande de manier oan stemmen eenige inlichtingen zouden wenschen, kunnen deze op het bureel der Liberale Associatie verkrijgen, Zaturdag, 15" October, om 8 ure 's avonds. De klerikalen doen al wat den kerken win kel en hun politiek oppergezag voordeelig is; de liberalen beoogen niets dan 't alge meen belang,den eerbied van ieders rechten, den vooruitgang en voorspoed der stad IJperen. Burgersgij kent die twee politieken sinds lang, ge weet wat de liberalen verricht heb ben en in wat spoor ze willen voortgaan. Ge weet ook, door de staaltjes die er elders beslaan, op welke wijze de papenboel u onder den hiel zou verpletteren indien hij moest meester worden. Jl. zondag gaf onze wakkere Willems- Fonds afd eling hare eerste Concert-voor dracht van het begonnen winterseizoen. Hoewel er dien dag overvloed van feesten en bijeenkomsten was, megen wij toch zeggen dat er geene liefhebbers ontbraken. De ruime zaal was bijna, vol. Vele kiezers en een groot getal dames waren van dat puik feest komen genieten want een eci.it puik feest was het wezentlijk. Het muziekaal deel uitgevoerd door de heeren J, T,, E. Goffijn, Van Elslande, G. Maillard en A. Del motte heeft eenen meer dan gewonen bijval gehad. Al de artiesten werden gebisseerd en getrisseerd. Ook hoe kon liet anders. Met zulke zoo zeer gevierde kunstenaren moet een feest wei- lukken. Als mén van de heeren Goffijn en Dei motte hoort, weet men reeds dat het iets moois, gevoelvols, aandoenlijks zijn zal, dat al de snaren van het gemoed doet trillen. De heer Maillard, wel ja waar die optreedt, lacht men dat men schuddebolt; maar nooit nog heeft men hartelijker en meer gelachen dan verleden zondag in het Willems-Fonds. Ha, heer Maillard, gij zijt eenig in uw vak. Proficiat. Maar wie nog eens boven allen de kroon spande dat was onze stadsgenoot de weerga- looze flutist Van Elslande, bestuurder der Phüharmonie van Poperinghe. Wat het meest toegejuicht en het meest welkom was, of zijn Aria of zijne Fantasia voor fluit, is moeielijk, zoo niet onmogelijk om zeggen. Na beide uivoeringen dreunde de zaal onder het handgeklap en het bis- en bravogeroep. Als de heer Van Elslande optreedt, moet een feest lukken en iedereen aanjbevallen. Wat de voordracht betreft, wij kunnen er niets dan goeds over schrijven. Ook is de heer J. Sabbe hier genoeg gekend opdat iedereen wete dat hij eene warme, overtui gende, eenvoudige en verstaanbare taal spreekt, die den toehoorder aan zijne lippen om zoo te zeggen hangen doet. Spreker han delde over Den strijd voor het leven. Met tastbare welsprekende voorbeelden deed hij uitschijnen dat alles in de natuur den strijd voor liet leven strijden moet, en dat hij, die den strijd opgeeft of verwaar loosd, recht naar zijn verderf, zijnen onder gang gaat, terwijl hij, die moedig, koen en onverdroten dien strijd volhoudt, eindigt met machtig te worden, met te zegenpralen. Hij past die gevolgtrekkingen toe op den strijd tusschen de twee groote gezindheden, die ons land verdeelen en staaft zijne ge zegden met allerlei voorbeelden, die hunne geestige zijde hebben eia soms een gemoede lijken lach doen ontstaan. Meermaals wordt spreker door luidruch tige toejuichingen onderbroken. De aan wezigen hebben heel goed al de fijne knepen en de geestige zetten, al die wijsgeerige gedachten gevat en verstaan. Hoewel heel leenspreukig voordragen, was die voordracht zeer bevattelijk voor den eenvoudigsten burger en zij heeft ook op iedereen een goeden indruk achtergelaten, die de beste vruchten dragen zal. Jammer maar dat onze bevolking maar zoo zelden aan dergelijke rijke bronnen van beschaving en geestes verlichting kan gaan putten. Zulke voordrachten zijn nooit veel vuldig genoeg. Het eerste feest in ons Willems-Fonds, is dus een welgelukt feest, dat tallooze aange name en vruchtdragende stonden heeft opge leverd. Zeggen wij dan in naam van allen die er waren, een hartelijk dankwoord aan onze ijverige atdeeling, die zulke beschavende exi gezochte feesten weet in te richten aan alle medewerkers, die zoo bereidwillig en zoo belangeloos hunnen persoon ter beschikking van die goede zaak stellen en aan den heer Sabbe, voor die leerende, gloedvolle en opbeurende rede, die hij ons toesprak en zoo moed, volharding en hoop in het harte goot. Aan allen dus onzen besten dank B. Leeuwenkop, se'evoi'd. ROYAL REMY'S styfsel wordaooit als in pakken óÈmi. of doozen met fabriekmerk SfSgli? De vei'bruikerï zijn dus verzocht aile losse styf- sel te weigeren die men hun als -ROYAL REMY» zou willen verkoopen.

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1887 | | pagina 3