VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT.
Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad.
Derde jaar.
Zaterdag 7" April 1888.
Nummer 14.
Politiek overzicht.
Binnenlandseh nieuws.
Biechtvader Scherreweg.
Anti-klerikale propaganda.
Paus en Franc-Macon.
Abonnementsprijs voorop betaalbaar: 3 fr. per jaar voor de stad. 3 fr. 50 voor den buiten. Per 6 maanden: i fr. 75. Annoncan: 15 cent. per drukregel. Rechter
lijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 10 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers vom artikels, enz. 8 fr. per 100. Alle
berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De anuonceo voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, alsmede
die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de PublicitéAlagdalenastraat., Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij en
onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen.
Het fransch ministerie Tirard, dat maar
bij gratie leefde, werd omver geworpen door
268 stemmen tegen 237, over het voorstel
der onmiddelkke herziening der grondwet en
waartegen het ministerie zich verklaard had.
Voorzitter Carnot heeft Ch. Floquet, die
reeds drie jaar voorzitter der kamer van
volksvertegenwoordigers is, belast met het
vormen van een nieuw ministerie.
Floquet heeft niet lang moeten zoeken om
zijne mannen te vinden en nu staat hij aan
het hoofd van een radikaal ministerie.
Floquet heeft zich den 3 April met zijn
programma voor de kamer aangeboden en
vond er in 't algemeen een goed onthaal.
't Is ongelukkig voor Frankrijk en het ge-
meene best dat er niet meer vastheid in het
bestier van het land zij. Die gedurige veran
deringen van ministerie, want 't is Liet zesde
sedert den 30 Maart 1885, doen veel schade
aan het land.
Volgens het schijnt zal Bouianger zoo zeer
vallen als hij opgekomen is. Hij komt zelfs
niet naar het Noorden departement om zijne
kandidatuur te verdedigen en laat het aan
zijnen vriend Laguerre over, die reeds eene
voordracht te Rijsei en te Armen tiers gege
ven heeft.
De Paus heeft een half miliioen gegeven
voor de vosrtplanting van 't geloof. 'Nen
sou voor dien armen man als 't u belieft.
Erge gebeurtenissen grijpen in 't Oosten
plaats en vroeg of laat zal er een oorlog uit
ontstaan. Rusland wil van prins Ferdinand
niet weten Het durft niet open tl ijk met zijne
legerbenden er tusschen komen en daarom
werkt het met handen en voeten om Bulga
ria in opstand te brengen en zoo redens van
tusschenkomst te vinden.
De minderheid van het bulgarisch gouver
nement spant ongelukkiglijk met de vijanden
van 't land zij staan aan 't hoofd van mani-
festatiën en doen roepen: Weg met Bratiano
Weg met de liberalen! Diezelde minderheid
lostte zelfs revolverschoten in de zitting der
kamer van volksvertegenwoordigers en een
huissier werd doodgeschoten. Een onderzoek
werd ingespannen en men bevond dat al de
leden der minderheid wapens op zich droe
gen. Ge ziet dat de kaloten overal dezelfde
zijn.
Er is eene aardige werkstaking' te Buenos,
Ayres (Argentine) uitgeborsten. De priesters
willen geene mis lezen, de kerken blijven
gesloten en de klokken luiden niet meer,
omdat zij de mis aan eenen leegen prijs moe
ten doenGe ziet wel dat de priesters
niet werken voor iiet geld maar enkel uit
liefde voor die schoone en kostelijke ziel!
De Brusselsche gazetten schrijven dat de
lijst der kandidaten voor de toekomende kie
zing van Juni zoo goed als opgemaakt is. Die
lijst zal uit liberalen en progressisten bestaan
en bijgevolg al de gezindheden voldoen, zoo
veel te beter I Het bestier der brooddieven en
der vernietiging van koophandel en nijver
heid zal dan een einde nemen.
De gevangenissen zitten in België proppens
vol, zegt de kalote minister Lejeune. 't Is
eene eere, onder het gouvernement van den
aartsbisschop van Mechelen, zulke bekente
nissen te moeten doen. En dat is al sedert de
priester zich meer met politiek dan men
godsdienst bemoeit.
Reeds meer dan 850 personen hebben in
geschreven aan het banket, dat den 13° Mei
e. k. ter eere van Bara, te Doornijk, zal ge
geven worden.Dat zal een schoon en grootsch
feest zijn.
Vrouw Beucklaer van Haevene (Antwer
pen) iiad hare zwijnen uitgelaten. Al met
eens hoort zij haar kindje, dat in de wieg
lag, schreien. Zij snelt toe, en het zwijn was
bezig met de hand van het kindje op te vre
ten. Men heeft de hand moeten afzetten.
Er zijn dieven ingebroken bij Nys, boule
vard van liet Zuiden, en hebben uit hetschof
van den lavabo voor 25000 fr. actiën mede
genomen.
(Naschrift op onze artikelsDe biecht
en de goede zeden).
Uit liet verslag der opzoekingen, gedaan
voor M. Van Outsen-Molyn, recher bij de
rechtbank van Atwerpen, tijdens het be
roemd proces De Buck, knippen wij de vol
gende getuigenis
Moeten wij deze getuigenis verder be
spreken? Neen, zij is treffend in haren
eenvoud, en welsprekend omdat ze door
eenen katholiek onder eed afgelegd wierd.
Ziedaar het gevaar der biecht in zijne bloote
werkelijkheid: Een oneerlijke pater jaagt
eenen sterveling den dood op 't lijf, met hem
voorde eeuwigheid bang te maken. Indien
Vandenplas onder den aanval eener beroerte
bezweken ware, tijdens de zotte en leugen
achtige bevestigingen des paters, ware die
jezuiet dan niet een moordenaar geweest?
En krachtens zijne ingeving en aanzettingen
om de bloedverwanten van Vandenplas te
onterven ten voordeele der jezuïetenorde, is
diezelfde pater een dief, een aftroggelaar!
't Is met den biechtvader alleen bij den
sterveling te laten, dat de bloedverwanten
zich veelal blootstellen onterfd te worden,
daar de langrok geene moeite zal sparen
om den lijder met de hel te dreigen, indien
hij niet een schoon bezet doet aan de kerk
of aan een ander poog werk
Wanneer zal dit dom gebruik ophouden,
en hoelang nog zullen verstandige lieden
weigeren te bekennen, dat de biecht een
gevaar is voor de samenleving en voor de
zedelijkheid? De biecht is maar goed voor
domkoppen en voor menschen, die hunne
persoonlijke waardigheid verloren hebben.
Zij is daarentegen een bestendig gevaar voor
de bloedverwanten van dolende rijke ster
velingen, dewijl deze onvoorzichtigen den
aftroggelaar bij de geldkist roepenDat de
biecht voor kinderen en opkomende jonge
meisjes een aller grootste gevaar is voor
hunne zedelijkheid, hebben wij in drij voor
gaande artikels bewezen. D. N. T.
Altijd het oude liedje
Bij het naderen der wetgevende kiezingen,
doet de klerikale drukperse het onmogelijke
om dat liedje te verjongen en draagt het zoo
voor met de hoop eenige nieuwe gefopten
te maken.
De ongodsdienstigheid der liberalen, de
priesterwreting, de kerkvervolging, gansch
den stok der afdrukken gaat er opnieuw door.
De liberalen zijn gewetenlooze en zedeloo-
■/.e lieden, die tot de afschuwelijkste euvel
daden bekwaam zijn; zij dragen den pries-
teren eenen hevigen haat toe en zouden
graag den laatste der priesters met liet vel
van don laatsten monnik ophangen; zij
zouden de kerken willen plunderen en af
breken; ineen woord, den laatsten kiem
van alle godsdienstig gevoel uitroeien. Zie
daar de stokkepaardjes, waarvan de lezers
der godvreezende dagbladen zich dagelijks
tot aan hunne keel hebben.
De bisschoppelijke drukperse spaart niets,
zij kent geene de minste ge weténst wij teling,
zij deinst voor geene eene dommigheid, voor
geen eenen leugen, voor geen eene lastering
terug, als liet er op aankomt de liberalen
hatelijk temaken, om ze te kleineeren voor
de oogen der onwetende en bijgelcovige
massa's tot welke zij zich richt.
Zeker doen de geweldenarijen onzer te
genstrevers de schouders ophalen bij da
verstandige kiezers, die weten dat de geeste
lijkheid een bevoorrechten stand geniet in
ons gelukzalig landekendat voor de gerokten
engemiterden van alle schakeeringen een
echt luilekkerland is De geestelijkheid ge
niet hier van eene reeks vrijstellingen en
uitzonderingen tegenstrijdig met het gemee-
ne recht, en, onder alle bewinden, zijn de
mildheden van den Staat haar voorbehouden.
De bestuurlijke manna regent gestadig in
hare koffers, en geestelijke dooue hand
breidt zich dagelijks uit op eene wijze, die
voor de openbare welvaart zeer verontrus
tend is, onder de bescherming eener toe
geeflijke wetgeving.
Niettemin zijn er lieden, die met vertrou
wen al de dommigheden aanveërden, welke
de dagbladen, door de kerk betaald, rond
strooien, en die voor evangelie houden al
wat de monden, door haar open gehouden,
uitbazuinen.
Het is voor die ongelukkige verdwaalden,
die de klerikale drukperse tracht af te zon
deren en voor wie de lezing van een liberaal
dagblad of het verkeer met eenen liberaal op
straffe van eeuwige verdoemenis verboden
zijn, dat het voor onze liberale vrienden een
plicht is licht aan te brengen en hun te doen
verstaan hoe men hen tracht te misleiden
om ze te gemakkelijker te kunnen onder
werpen en uitbaten.
Daarvoor zou er eene werkzame, behendi
ge en onverpoosde propaganda moeten in
gericht worden bij middel van bezoeken ten
huize, van voordrachten, van eenvoudige
gesprekken, bevattelijk voor iedereen, van
goedkoope volksdagbladen, in de taal opge
steld van hen, die men verlichten wil en zich
bezighoudende met zekere bijzondere kwes
ties, volgens de noodwendigheden der plaat
sen of streken.
Haasten wij ons er bij te voegen dat zulk
werk, dat onze tegenstrevers zonder rust,
noch stilstand immer doen, sinds lang door
onze vrienden had moeten ingericht zijn. Met
takt eu volharding geleid, zou het liberalism
er door volop tot stand gekomen zijn, daar
zelfs, waar het nu nog maar eene hersen
scïiim mag genoemd worden.
Dat propaganda werK, dat goede, degelij
ke en krachtdadige vrucht afwerpen moet,
had het werk moeten zijn, der befaamde
liberale Bond, die, in den schijn, niet meer
bestaat en waarvan men in alle geval, te
vergeefs de bewezene diensten opzoeken zou.
De liberale Bond heeft zijne wezentlijke
zending niet begrepen; hij heeft gemeend
dat hij be /olkingen zonder verdediging aan
den vijand laten mocht, bevolkingen, die
men zoo gemakkelijk tot ons kamp had
kunnen doen overkomen. Nu tot daar. Wij
kunnen het maar betreuren voor onze ge
zindheid.
Den dag op welken alle burgers begrijpen
zullen dat den ergsten vijand van den gods
dienst de priester zelve is, de ikzuchtige en
haatdragende, de hebzuchtige en wraak
zuchtige priester, de priester-politieker, zijne
zending, zijne plichten verzuimend, de pries-
ter-ontuchtigaard, de priester-testamentin-
slokker, kiesmakelaar, die de verdeeldheid
in de huisgezinnen bewerkt en de maatschap
pelijke betrekkingen dwarsboomt, dien dag
zal het klerikalism geleefd hebben, en een
nieuw tijdvak van vrijheid en vooruitgang
zal voor de volkeren aanbreken.
Dan zal Je priester zijne eigene misslagen
vervloeken in de orde treden en in zijnen
kring blijven, voor het groote welzijn van
zijnen godsdienst.
Is het noodig de woorden van den overle
den Malou te herhalen, die, op 't oogenbhk
dat den schooloorlog het hevigst woedde,
verklaarde dat de geestelijkheid zelve, door
hare buitensporigheden den godsdienst
hatelijk maakte?
Het doel der smaadreden, van loutere
bestelling, dor klerikale dagbladen tegen
de zoogezegde priesterwreting der liberalen
is van de openbare denkwijze af te keeren
van hetgene het pastoorsministerie gedaan
heeft en van hetgene het niet gedaan heeft.
Maar onze vrienden zullen zich wel ge
lasten met overal aan de bevolkingen de
vrijheiilsdoodende strekkingen van hen te
herinneren, die zich schaamteloos, onze
meestersnoemen. Men zal wijzen op de
sclioolvernietigingen die zij ineêdoogloos
uitgewerkt en op de taliooze beloften, die
zij niet gehouden hebben. Eu de kiezers
genoegzaam ingelicht, zullen de vaische
goedzakken, die hun zoo deerlijk gefopt en
bedrogen hebben, van het bewind wel weten
te verjagen.
Wie is niet verwonderd geweest, in deze
laatste tijden ilea paus voor nu wijlen den
keizer Wilhelm, vriendschappelijke betuige-
nis te zien uiten? Hoe kan du vertegenwoor
diger van den katholieken God op aarde,
zóó zijn plicht hebben verzaakt? De keizer
was immers een ieverige franc-macon, een
openbaar voorstaander van de leer der vrij
metselarij, welke de grootste verdraagzaam
heid der godsdiensten als verplichtend ver
kondigt, en de paus, zooals het zijne voor
gangers gedaan hebben, heeft al de vrijmet
selaars voor gevaarlijke, slechte menschen
verklaard, als vijanden van de katholieke
Kerk, als loochenaars van hare grondbegin
sels
Die vraag is gemakkelijk op te lossen de
vrijmetselarij, 't is waar, leert de brooder
liefde en de verdraagzaamheid, welke daar
uit vloeit, te oefenen, en dat heeft Jezu -
Christus ook gedaandoch het is hier niet te
doen met de kristelijke leer, maar wel
met de wereldlijke belangen van de ka-
HET WEEKBLAD
(3e getuige). Vandenplas Hendrikzonder beroep,
te Antwerpen. In den loop van het jaar 1843 was
ik ziek te Brussel. Ik had veel betrekkingen inet
eene familie Baur, welke destijds in de Namen-
straat te Brussel woonde. De jufvrouwen dezer
familie maakten deel van eene kongregatie, en
hadden pater Van Wondelghem (of een naam die
er veel optrekt) verzocht mij te komen zien. Ik
ontving het bezoek van dien pater jezuiet. Hij vroeg
mij indien ik aan de groote zaak, 't. t. z. aan mijne.-
consciëntie gedacht had. Deze pater jezuiet wist,
dat ik bij de familie Baur belangrijke waarden in
bewaring gegeven had, namelijk fondsen en bank
briefjes. De geldwaarden bestonden vooral uit
goud stukken van 20 en 40 fr., welke mijne moeder,
vroeger overleden, met voorliefde vergaarde. Zon
der juist de som te kunnen opgeven, geloof ik dat
gemelde bewaargeving tot ongeveer 240 a 250.000
fr. beliep.
De pater wist dat ik bij de familie Baur geld
liggen had, zonder nochtans te weten hoeveel. De
familie Baur wist het zelve niet, want alles was in
eenen zak van groene zijde genaaid, en omsloten
doordrij handdoeken, de eene boven den anderen
geknoopt bij middel van verscheidene strikken.
Het geheel vormde een enkel pak. Ik herinner mij
dat de zijde van grof en sterk weefsel was.
Toen de jezuiet Van Wondelghem mij van de
gi-oote zaak sprak, antwoordde ik hem dat ik
mijnen biechtvader had, den pastoor Willaert.
Vervolgens sprak de pater van mijne familie en
van de gevallen, waarin ik mij van mijne bloed
verwanten had te beklagen gehad. Hij spoorde mij
aanmijne fortuin aan zijn order over te laten
zeggende dat men dan voor mij en mijne familie
zou bidden en dat ik op het register der orde zou
ingeschreven zijn. Ik antwoordde hem, dat zulks
niet kon zijn, dewijl de jezuieten der burgerlijke
verpersoonlijking' niet bezaten.
Hij antwoordde mij dat zij hunnen zaakwaarne
mer hadden, den advokaat Valentijns, uit de Boom
gaardstraat.
De pater deed vóór mij een sermoen: hij zei dat
hij de hel voor mij geopend zag, terwijlindien ik
naar hem luisterdehij de Maagd, engelen en aarts
engelen zou zienom mij met opene armen te
ontvangen. Bij het hooren dezer woorden was ik
zoodanig ontroerd, dat ik niet spreken kon en dus
niets antwoordde.