VAN UPEREN EI HET ARRONDISSEMENT.
Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad.
MN VLAANDEREN
Derde jaar.
Zaterdag 19" Mei 1888.
Nummer 20.
Ds Paap en de Volkskinderen.
De Radikale Gekheden.
Yervalsching van lcvei s niddelen.
.bonn^mentsprijs voorop betaalbaar: 3 fr. per jaar voor de stad. 3 fr. 50 voor den buiten. Per 6 maanden: 1 fr. 75. Annoncen: 15 cent. per drukregel. Rechter-
r-l-o eerhm-stellino'en- 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand: 10 CBnpamen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 8 fr. per 100. Alle
bmicldeo van Verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, alsmede
die voor'het buitenland worden ontvangen door den Office da Publicité, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij en
onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen.
Sê le moddemerieè
Sê le molleplébouw.
Wij verzoeken onze lezers niet te lachen,
en niet met minachting op ons neer te zien,
omdat we hun Koeterwaalse!) opdisschen in
plaats van goed en zuiver Nederlandse!).
't Is dood eenvoudig Fransch, even goed
als 't Fransch dat men soms in IJperen hoort
radbraken. In :t Fransch van cliez-nous
wordt het als volgt vertaald
C'est lo mois de Marie,
C'est le mois le plus beau
Zoo klinkt sedert cenige dagen het refrein
van 't liedje der heilige Maagd in al de kon-
gregatiën en papenscholen van ons zeei
paapsch IJperen. Door dit refrein worden
aan de toekomende kalotekiezers de noodige
kennissen ingepompt om naar den kantona
len prijskamp tegen de leerlingen der ge
meentescholen te gaan strijden, en later in
de wereld alle soorten van kruipers- eu dom-
pelingenplaatsjes te gaan bedienen.
Doel) als slechts die onderkornelingen 't
woord diene niel als schimp op de kinderen
voor hen voelen wij innig medelijden als
zij alléén zingen van molleplebouw ook
voor andere dcmpelingen is die benaming op
de Meimaand toepasselijk. Bijna al onze
meisjes worden lieden, al onze vrouwen en
huismoederen werden gisteren nog als Mei
maagdekens, met bloemen in liet haar en
kaarsen in hunne handjes te offeren naar
de kerk gesleept,of loopen nu in de processie
Verwonderd, suf,met wijdgeopende oogen,
die half verdwaasd voor zich uit staren, ziet
men onze werkmanskinderen, en, ja, ook
onze burgerskinderen, van liberalen ook
wel langs de straten worden gesleurd. Ze
gaan le offeren of ze gaan in de processie.
Te jong nog om hunne eerste communie te
doen, schaapjes van vijf tot tien jaar, loopen
ze daar, verbijsterd en bedwelmd door do
geheimzinnige plechtigheid waaraan men zo
doet deelnemen, en hunne vroeggescherpte
meisjesnieuwsgieriggeid maakt dat die plech
tigheid eenen diepen, zeer diepen indruk
nalaat in 't klein bolletje was dat hun ver
stand uitmaakt. Van thans al aan ïeeds zijn
zij door den paap gestempeld hij weet het
de sluwe vos tot katholieke meisjes, wel
denkende meisjes en verstompte moeders, die
hunne zonen naar de zondagschool en hunne
dochters eerst te offeren en later naar de
kongregatie zullen sturenOnze vrouwen
Onze dochters! Volksvrouwen! Wat een
machtig wapen zijn zij in do handen der
duistere mannenIn de handen dier mannen,
Vaderlandsche Lierzang
door Victor Van de Walle.
(2ae Vervolg
die geen mannenvan die vaders, die geen
vaders zijn, en die ons bij onzen eigen haard,
bij middel van onze eigen echtgenooten en
dochters weten te bestrijden I
En met reuzenschreden nadert de twintig
ste eeuw! Nog een tiental jaren, en de ne
gentiende, de groote, die der uitvindingen
en der ontvoogding, zal met één woordje,
als één korte stond in de geschiedenis der
tijden geboekt staan!... Schande over ons
dan, als wij niets hebben voortgebrachtAls
onze nakomelingen evenals over honderden
jaren nog onder liet juk der papendwinge-
iandij gebukt gaan! Als in die toekomende
twintigste eeuw, terwijl de telephoon rond
den aardbol liggen zal, en de menschen door
de lucht zullen varen, als wij thans door
't water, als onder die half-goden, endoor
onze schuld, de strijdkreet nog zal moeten
klinken: le Catholicisme, voila l'ennemi!
Nog altijd zijn ze daar, onze vijanden de
papen!
Door onze schuld, en slechts door de
onze: mannen van veel woorden doch zonder
daden!... Mannen die op straten en pleinen,
in zalen en herbergen zoo hoog met onze
grondbeginselen oploopen, en die grondbe
ginselen, elk afzonderlijk in bun huis dag
voor dag, uur voor uur, zien afbreken en
dwarsbooinen
Tegeu u zeiven dienter gestreden, liberale
huisvaders! Tegen uwe zwakheid en uwe
nalatigheid! Een waakzaam oog' op de moeder
uwer kleinen zal meer doen dan 't bijwonen
van honderd moetingen, dan 't uitbraken van
duizend verwenschingen tegen do papen en
hunne kuiperijen!... Eén kernachtig woord,
één stond van standvastigheid als men uwe
zonen en vooral uwe dochters wit verpaap-
schen, zal onzen zwarten vijanden meer
kwaad berokkenen dan al 't geschreeuw
eener schaar waterliberalenWapent u,
vaders, tegen het moederhart, want daar zit
de kiem van zoo menig lotnp en verstompt
gedacht dat het kind en den mensch bijbl ft!
In 't moederhart huist angst en schrik voor
hiernamaals. Als het kind toch maar niet
verloren gaat als het groot wordtZoo
denkt de brave moeder, en zij leert haar
kind bidden en prevelen, en geeft het prijs
aan de zwartrokken of tikkenhanen. De papa
is veelal... vrijdenker... en denkt te volstaan
met zijn vrijdenken... Dftar zit het kwaad...
Wel ziet de vader naar zijne kleinen öm...,
zelfs bladert hij nu en dan hunne schoolboe
ken door... Ook heeft hij wel eene oorveeg
over voor een slecht bulletijnMaar hij
laat de moeder begaan... Daar zit liet kwaad,
nog eens
Moeder is de beste vrouw der we-
reld maar er staat veelal een papenpantoffel
baar op den nek, al is de papa dan nog zoo
vrijdenkend
Welnu, gij al!en, vaders, schuift er dien
walgelijken jezuïetenpoot af! Leert gij zelf
uwe vrouwen en kinderen denken; houdt een
oog in 'tzeil, en vooral uwe vrouw uit den
biechtstoel
De radikale gekheden! 't Is, sedert
zes maanden, het liedje aan de mode. De
doktrinaire dagbladschrijvers hebben er... de
pen vol van, eti hunne lezers, natuurlijk, met
het gedurig te liooren zeggen, meenen op
recht dat het gebeurd is.
Welke zijn dan die schrikverwekkende
dwaasheden der vooruitstrevers, die men,
tusschen haakjes gezegd, op heden gebaart
radikalen te noemen
Eene gezindheid moet naar de denkbeelden,
die zij verdedigt, nacr do hervormingen, die
zij zou willen zien verwezentlijken, in één
woord, naar haar programma beoordeeld
worden. Welnu het programma der vooruit
strevers is genoeg gekend, het is dat van
den vooruitstrevende!! landdag; zij hebben er
geen ander. Dat men het van het eene einde
tot hel andere aandachtig en zonder voorin
genomenheid overleze, en dat rneu ons ver
volgens ter goeder trouw zegge, of het een
enkel denkbeeld, eene enkele hervorming
behelst, die niet echt liberaal heeten mag.
Gansch stillekens, wat meer is, maar des te
zekerder ook, wint dat programma immer
veld in de geesten en dat spijts alle vooringe
nomenheden, allen weerstand, die het in den
beginne hoeft ontmoet. Allengskens aan ne
men de liberalen het overal aan, de eene
openhartiglijk. zonder omwegen, de andere
zonder het noch opentlijk te durven beken
nen, en welhaast, door den drang zehe der
omstandigheden, zal het door het gansthe
Belgische liberalism aangenomen worden.
Waarin bestaan dan die zoogezegde gekhe
den?
Heel zeker, zal men ons zeggen, uw pro
gramma is in zichzelven een uitgelezen iets,
dat bekennen wij gaarne. Maar gij wilt te
zeere gaan. Zoo vraagt gij. bij voorbeeld, de
onmiddelijke herziening Zeg, is dat ernstig?
Ik bid u', als 't u belieft, schrijf ons g 'ene
zotheden toe! Eene hervorming, als deze dei-
Grondwet vergt eerst en vooral dat de
groote meerderheid der kiezers er eerst toe
geneigd zij, dat weten wij zoowel als gelijk
wie. Het is noodzakelijk dat zij eerst in de
geesten tot stand gebracht worde, vooraleer
zij in de wetgeving aanlanden kunne. Maar
dat bekeeringswerk willen wij niet bij tien,
twintig of dertig jaar zien beginnen, wij wil
len dat het onmiddelijk aangevangen worde,
door de leiders der partij en door alle invloed
hebbende liberalen, met dat grondbeginsel
rechtzinniglijk aan te kleven door eene bij
treding, die uit hun hart komt en niet enkel
van hunne lippen rolt; door de politieke
maatschappijen en vereenigingen met eene
onverpoosde en ernstige propaganda te ba-
werken, in plaats van al die zoo platonische
als onvruchtdragende wenschen, die eerder
door inschikkelijkheid als door overtuiging
uitgebracht worden; door de dag- en week
bladen, de dagbladen vooral, mot eenen
werkdadigeren strijd aan té gaan, met eene
geneigdzamere houding aan te nemen, die
eindelijk aan hunne lange onverschilligheid
en zelfs hunne doove vijandigheid opvolgen
moeten.
Welnu, overal en van heden af zoo hande
len, is dat niet reeds, om zoo te zeggen, de
herziening bewerken, vermits het tot haar
voorbereiden en haar eens mogelijk maken
is? Ziedaar a' wij door onmiddelijke lier-
ziming zeggen willtn; het is de herziening
onmiddi lij c voorgesteld en bewerkt inliet
gansche land. Veronderstellen wij nu d)
liberalen weder aan het bewind; na twee
jaar, na vier jaar. als 't noodig is, beslist de
Kamer dat de Grondwet mod herzien wor
den, en men raalpleegt de kiezers over die
hervorming. Willen zij ze niet, 'i is wel, 't is
om later te herbeginnen. Willen zij ze, an
ders gezegd ze; den z:j eene vereisclite meer
derheid ter Kamer, de kwestie is op eene
vreedzame wij e, zonder opschudding opge
lost: België herneemt zijne plaats onder de
landen, die h t, onder't opzicht derkies-
r.'Chtuilbreiding, voo-gegaan zijn, en de weg
slaat voor nieuwen vooruitgang, heden on
mogelijk, wagenwijd open.
Zou die zienswijze, bij toeval, zoo onrede
lijk zijn? Welnu, waar is dan nog eens onze
gekheid
De radikale gekheden modeliedje
zegden wij liooger. Die modcliedjes kunnen
nog op eenige voorinsrenomene of onwetende
geesten invloed hel bm: zij hebben geenen
bijval meer bij al wie eenigzins door zichzel
ven c-n niet door zijn dagblad denkt,
In verschillende tijdschriften en dagbla
deren vindt men herhaaldelijk bijdragen tct
de geschiedenis van de vervalsching der
\---4*btGB&&&85EXB3B£&&5£%I££SI
WEEKBLAD
Bij 't denken aan dien tijd vaart huivring in mijn
[zinnen
O diep gezonken land, liij zag uw val beginnen.
De vrijheid van den geest werd ketterij genoemd,
Vervolgd, gekerkerd en ter dood gedoemd;
De Drukpers, hare trouwe schutsgodinne,
Werd meê als Romes heetste vijandinne,
Gekortwiekt en den muilband aangeschroefd.
Het volk aanschouwde 't spijtig en bedroefd,
Maar 't zweeg. En later volgde Flips de tweede,
Een zuigling van het klerikaal gebroed,
Door 't monster grootgebracht en opgevoed,
Tot elke gruwel klaar, en doof voor elke bede;
De dweeperij won veld; gebannen werd de Rede;
De Heilige#Inkwisitie viel aan 't werk;
De spijt, de wrevel der bevolking groeiden
De kerkers krielden; op de merkten gloeiden,
De stapels, waar, tot meerder eer der Kerk,
De stoutste denkers op verschroeiden.
OToen begreep men wat het ondier zocht;
Het aangehitste volk, uit al zijn leden bloedend,
Verhief züB forsche stemme, dreigend woedend,
En wierp ziek vóór liet klerikaal gedrocht,
En eischte dat het naar zijn krocht zou keeron.
Ook de Adel, in dien bangen toestand, stond
Het volk ter zij en trad in 't eedverbond,
Zwoer plechtig 't nakend onheil af te weren
Getrouwheid aan 't aloude recht van 't land,
Aan 't vrij geweten hulp en onderstand
En smeekte bij den vorst voor d'armc landgenooten.
Maar 't monster was alreeds vooruitgeschoten,
Tot voor de voeten van den dwingeland.
Het sprak en uw verderf, o Vlaandren, was beslo-
Het wist elk mensehelijk gevoel [ten.
Uit 't herte van den zwakken Flips te stooten
't Beklom der Inkwisitie rechterstoel,
En onze heele stam werd tot den dood verwezen.
Beul Alva met een heir, door wreedheid uitgelezen,
Komt naar 't rampzalig Neerland afgezakt,
Hij wenkt en hoofden worden afgehakt;
Op dichte rijen staan schavotten rad en galgen,...
Noch ouderdom, noch kunne wordt gespaard,
En 't wreed tooneel,waarop men killend staart,
Doet Alva's beulen zelf het hart van afschuw walgen.
Maar de ingeslapen Leeuw is p.lots ontwaakt,
Getergd door al die gruwlijkheden.
Dat volk, dat eens zich zelf had vrijgemaakt.
Dat voor zija staatsontvóogding had gestreden,
Thans, voor den vrijen geest, in heldenvuur ontvlamd.
Bezield door Marnix, op 't geleide van Oranje,
Verheft een nietig volk zich tegen 't machtig Spanje.
Met taai geduld, hardnekkig kampt,
Voor 't heilig recht van 't vrij geweten,
Dat handvol geuzen, forsche athleten,
Door heel de wereld met bewondering begroet,
Zelfs als de neerlaag volgde op hunnen leeuwenmoed
Nogtans! Het monster is bijna bedwongen:
Het Noorcte is vrijgssclieurd.'t Bataafsch gemeene-
Yan Spanje en Rome losgewrongen, [best,
ls op de puinen van den godsdienstdwang gevest;
Een tijd van vrijheid, grootheid is begonnen,
Maar gij, rampzalig Vlaandren, ligt verwonnen:
Gij zaagt, al hieldt ge moedig stand,
Uw glorierijke geuzenvaan aan flarden,
En gij vermocht, ontzenuwd, overmand,
Den ongelijken strijd niet langer uit te harden;
Uw laatste kracht begaf u-en ge vieit;
De vrijheidzon voor u had uitgeschenen:
liet werk van zoovele eeuwen was vernield;
't Verleên was dood, uw schoone toekomst henen;
De Lusthof van uw roem was kaalgestormd
Kunst, handel, nijverheid, dat alles was verdwenen:
Uw veld was in een woestenij vervormd,
Waar leven, waar beweging was gaan vlieden,
En waar het klerikaal gedrocht voortaan
Met lust zijn kromme naaglen in zou slaan,
Elk geniaal gewrocht als onkruid zou wieden,
En oppermachtig zou gebieden.
En thans, drie eeuwen vloën,
En't ondier draagt ge steeds ten troon;
Nog immer wroet zijn klauw in de oude wonden,—
Helaas ge zijt zijn steur gewoon 1
Nog immer is het in den echt verhonden
Met dwingiandij, die voor zijn almacht knielt;
En uit dieu echt, door zelfbelang gesloten,
Zijn die misvormde schepsels voortgesproten,
Waarvan uw oude bodem krielt:
Die kloosters, nooit voldaan, waar luie paters
[maaien.
Wat met beleid en zorg de naarst'ge werkers zaaien,
Die geestlijkheid, die weten recht vertreedt,
Zoo onverdraagzaam, nijdig eu hoovaardig;
Die broederschappen, hunnen naam onwaardig',
Waar keetnen worden voor de ziel gesmeed...
't Is 't zelfde wangedrocht, dat nog de geesten
(kneedt
Totslaafsche dweperij, dat alles wil beheeren,
Het burgerlijk gezag voor Rome wil verneêren
En elke poging tot verbetering belet.;
't Is de oude vijand steeds, die zijne klauwen zet
Op 's lands regeering, baar zijn wil weet voor te
(schrijven
'tls hij, de vader dier gehaatte wet,
Die heel 't beschaafd Euroop den spot deed drijven
Met ons verkwezeld Belgenland.
Do wet van eerloosheid eu scliand,
Die 't voorwiel des vooruitgangs moet bcroesten
Die 'tgrootsch gebouw van 't lager onderricht,
Ten kost van zooveel moeite cn edelmoed gesticht,
Waar uit eens volksmacht, volksheil treden moi s-
BalJadig liet verwoesten (ten,
qm-
I