Te Kortrijk. Groote brand te Leuven. Briefwisseling uit Antwerpen. STADSNIEUWS. Burgerwacht. Ontfutseld. Branden. Ongeluk. weest. Zij werd waarschijnlijk beschut door den hoogen kapelgevel, die daar verschroeid en naakt de vernielende gebouwen schijnt te beheerschen, met zijn wit cijfergetal 1739. De pompiers, de troepen en de verschillige overheden zijn tot 's morgens ter plaats ge bleven. ting veranderd is, en dat hij tegenwoordig flink weg in de liberale zeilen blaast? Voorze ker niemand. Te Gent, gematigde katholieken verkla ren het zelf, hebben we 90 kansen op de 100 de gansche lijst te doen zegepralen Maken wij nu de optelling,dan vinden we 8 zetels te Gent, 2 te Borgworm, 2 te Char leroi en 1 te Verviers, of, 13 zetels, 't is te zeggen 26 stemmen in de keering, ten onzen voordeele. Eens de meerderheid met 26 stemmen ge minderd, dan is het ministerie onwederroe- pelijk veroordeeld, want de 14 indepéndenten van Brussel vertegenwoordigen niemendalle meer, sinds de formidabele victorie van Paul Janson. Eens die bres van 26 stemmen in de pijpen koppen majoriteit geschoten, dan heeft het land gesproken. Als het land spreekt, moet er oogenblikke- lijk gehoorzaamd worden. Onze overwinning in Juni aanstaande heeft dus de onmiddelijke ontbinding der Kamers voor gevolg, en die ontbinding slaat de doodsklok der klerikalen, is de redding, de zege van het Belgisch Liberalism! De liberalen zijn le parii - de la France! dat deuntje kennen wij: M. Coremans heeft het zekeren dag uitgebulderd en dan is 't waar, vast waar. De clericalen, daarentegen, zijn de eenige en echte Vlamingen: zij zijn dat tot in merg en been. Dat lezen wij schier alle dagen in hunne gazetten en dat roepen zij bij allé mo gelijke gelegenheden uit. Welnu, wij hebben weer eens het bewijs, hoe zij het monopool der Vlaamschgezind- heid bezitten. Op Zondag 18 Oogst was het in Kortrijk, waar de clericalen sedert jaren aan het be wind zijn, in het West-Vlaamscbe Kortrijk groot feest, ter eere der onthulling van Pal- fyn's standbeeld. De clericale Vlamingen hebben algauw deze gelegenheid waargeno men, om daar een grrrooten Landdag in te richten, denkende dat zij daar, thuis zouden zijn en grooten ophef maken. Och arme! 't is er hun leélijk tegengeval len. In dat Vlaamsch clericaal Kortrijk was t al Fransch wat zij hoorden en zagen, 't was bijna of zij zich in eene echt Fransche stad bevonden, te midden van Frankrijk. Een clericaal blad bet Land, kan zijne verontweerdiging niet beteugelen. Zie hier wat wij daar in aantreffen Waardigheid. Niet weinig vreemd stonden de duizenden Vlamingen, die gisteren naar Kortrijk getogen waren, te zien, dat op hei stadhuis de FRANS.CME vlag links en rechts nevens de nationale wapperde. Was zulks misschien bij gelegenheid van het internationaal muziekfeest? Maar dan hoefden ook de andere landen vertegenwoor digd te zijn. Men zal misschien opwerpen, dat van het buitenland enkel Fransche muziekkringen zich inschrijven deden. En de oproep-plakkaart dan, die natuurlijk vóór alle inschrijvingen uitkwam? die ivas uitsluitetijk FRANSCH en behelsde in de omlijsting de FRANSCHE wapens en de leus der FRANSCHE Republiek nevens de Belgische. Waarom was dat noodig'? En, in alle geval dat alles heeft eenen bod roerenden dunk ge geven van de vaderlaadsche gevoelens der stedelijke overheid van Kortrijk. Want de gewoonte is het dat. vreemde leu zen en vlaggen slechts dan aangewend wor den, wanneer vreemde landen officieel ver tegenwoordigd zijn. En dan nog I Karakteristiek was ook dees. Nage noeg honderd vijftig muziekmaatschappijen trokken stoetsgewijze voorbij, midden de grootste onverschilligheid voor onze natio nale aria's en zangen, en voor meer dan ge wone kunst. Enkel wanneer de Fransche repablikeinsche Marseii'aise getuit werd, hoorden wij dwaasweg toejuichen. Is men dan voor inpalming rijp aan de j lieve Leieboorden En deze dan Na den Landdag, die 't zij nog eens gezegd, overheerlijk was, trokken in volle waardigheid een groot getal Vlaamschgezindenmet vliegende leeuwen vanen, onder het zingen van vaderlandsche strijdliederen naar den Groeningenkoutor om er onze helden van 1302 te herdenken. De policie van Kortrijk wilde zulks be letten en herhaaldelijk beletten. Onze man nen gaven 't niet op. Eindelijk gaf men toe. Door wiens of welke tusschenkomst we ten wij niet. Last not least. Zooals in ons verslag over den landdag gezegd werd, ontmoette men gisteren allerwegen in Kortrijk perso nen met de leuze: ■- In Vlaanderen Vlaamsch op den hoed. Pezelfde policie van Kortrijk beproefde herhaaldelyk zulks te beletten. Te vergeefs echter 1 Waar gaan wij heen En dat ter plaatse waar den sporenslag geleverd werd, onder den kreetVlanderen die Leeu Of zijn de Kortrijksclie naneven van de klauwaarts van vroegere dagen, nu zoo'n gedwee knechten geworden van den zuider buur, dat ze voor een handvol Fransche mu- ziekkringjes, al hunne nationale waardigheid afleggen. Kortrijksche strijdmakkers, daar is werk op 't getouw voer u. Doch gij hebt u mees terlijk aangesteld. Den moed niet opgegeven: hij wasse met den last der taak. En de zege zal u zijn: Kortrijk zal gezuiverd worden van de Fransche besmetting. Dus zijn wij zeker. Doch andermaal moe dig, daadkrachtig, onverbiddelijk gestreden, vrienden van den Zuid-Vlaamschen Bond en andere Vlaamschgezmde kringen I Welaan, M. Coremans, waar zijn nu de paradevlamingen, waar is nu de parti de la France Een vreeselijke brand heeft zaterdag nacht het gesticht verwoest der Cellebroeders te Leuven, aan de Brusselsche poort. De brand ontstond vrijdag avond ten 7 ure, men weet nog niet door welke oorzaak. De kapel en het grootste deel der gebou wen werden de prooi der vlammen. Er bevonden zich 70 tot 80 zinneloozen in 't gesticht, die allen ongedeerd naar 't gast huis der stad konden overgevoerd worden. Geene ongelukken van personen zijn te betreuren. De spuiten der stad Leuven hebben niet kunnen werken, men zegt bij gebrek aan water. Nadere bijzonderheden. Nadat de krankzinnigen oogenblikkelijk builen gevaar waren, begon men zooveel mogelijk le redden wat men kon. De geburen deden moedig hun plicht. De pompiers kwamen toegesneld, maar er was geen water genoeg. De stoom spuit moest lager gesteld worden in de Brus- selschestraat, aan eene vertakking der Dylc, op 700 meters afstand van den brand en met eene helling van 7 meiers. Het vuur dat op de stroozolder, in den lin kerhoek der rechterafdeeling voor betalen- den losgeborsten was, zette zich op onzetten- de wijze voort; het dak stortte in de kamer der eerste verdieping: meubels, bedden, lagen in weinige minuten in asch, de plafonds donderden omleeg op de cellen van den ge lijkvloers, waar men de gevaarlijke zotten des noods steekt. De woedende vlammen bereikten terzelfder tijd de kapel, de slaapkamers, de ziekenzaal der broeders, de keuken en aanhoorige ge bouwen. De kapel bevatte kostelijke sieraden en onschatbare kunsttafereelen, onder andere verschillige meesterstukken van de beroemde schilders Verhaegen en Dehaes. Allo gevaar trotseerende, hebben burgers en pompiers alles wat men kon opnemen, gered, 't Was moeilijk de groote paneelen, zoo vast aan de muren los te maken. Rond 9 ure stortte met oorverdoovend ge kraak de toren, die sedert een half uur als een glinsterende vuurbaak de stad verlichtte; is, en volledigde het vernielingswerk in de kapel. Van de spreekplaatsen, de sakristij en verscheidene nevenkamers, bleef niets over dan de naakte muren. De gëbouwnn voor het zothuis en de broe ders maken een groot vierkant uit, in wier midden zich een wand. lplaats bevindt met boomen en groen beplanthier en daar ban ken en links eenegroole vogelkooi. De brand zooals wij zegden, na den rechterbouw ver nield te hebben, had zich voortgezet naar de kapel en het middengebouw, en nu lekten de vlammen den linkerbouw voor de nietbeta- leude krankzinnigen en in een oogwenk wa ren slaapkamers, de eetzaal en 4 afzonderlij ke kamers voor zieken en voor den broeder surveillant in een vuuroven herschapen. Er bleef nog liet middengebouw langs den moes hof, dat dient voor speelzaal. De pompiers gelukten er in, met eene bres te maken in het aanpalend laaiend linkergebouw, het te vrijwaren. Sedert lang had men intusschen voor de krankzinnigen gezorgd. M. Koekelberg, kapitein der pompiers had de straatdeur open gebroken en had ze door de broeders en eenige burgers naar het St Pietersgasthuis doen overbrengen. De brand woedde voort, alles kraakte en vlamde, de toegestroomde menigte klaagde en schreeuwde; en in 't midden van al dat volk, dien stoet van 79 zinneloozen twee aan twee, geleid door de broeders en eenige burgers te zien doortrekken, dat was wreed en hartroerend. Twee ontsnapten: een werd gevat door den policieagent Billaet, en de andere door burgers. M. Remy van Wych- inaal bracht er twee, aan ieder arm een, naar 't gasthuis. Om 2 ure begon men 't vuur meester te worden. De brouwerij der Cellebroeders (zij brouwen hun bier zelt) die aan de verbrande kapel paalt, is door 't vuur gespaard ge- Om 12 en om 1 ure, borst nog hier en daar in de vernielde gebouwen, een begin van brand los, spoedig door de pompiers ge dempt. Van dat schoon gesticht blijft er niets over dan de brouwerij, de zalen voor besmettelijke zieken en de speelplaats. Ingestorte daken, naakte muren, branden, de balken, verwrongen gesmolten ijzerwerk- getraliede vensters zonder ruiten of ramen, gangen zonder deuren en vol puin, vlammen en rook, ziedaar het schouwspel dat den bezoeker treft. Het bestuur der godshuizen, aan wie de gebouwen toehooren, werd donderdag bij hoogdringendheid bijeengeroepen, om de noo- dige maatregelen te nemen en experten te benoemen. Alles was verzekerd; het mobilier eigendom der Cellebroeders, ook. Tot nu toe weet men nog niet wat er uit de kapel gered is, want alles wat men in der haast uithaalde, werd bij de buren ge dragen. Men vreest dat schilderijen vernield en andere erg beschadigd zullen zijn. De oorzaak van den brand is niet gekend. Men denkt dat een vuurgenster uit eene na burige schouw in de openstaande venster van den stroozolder zal gewaaid zijn en de ramp gesticht hebben. De broeders, pompiers en burgers hebben moedig hunnen plicht volbracht. Talrijke matrassen, kleeren, meubels, enz. werden door hen aan het vernielend element ont rukt. IJSELIJKE RAMP. Vrijdag om 2 ure namiddag werd ganscii onze stad in opschudding gebracht door eene geweldige ontploffing, die de gebouwen op hunne grondvesten beven deed. De winkel ramen en de ruiten vlogen aan stukken en iedereen vluchtte verschrikt naar buiten. Algau w vernam men dat het de kardoe- zenfahrick van den heer Corvilain was, die in de lucht gesprongen was en in het om liggende alles vernield of in vlam gezet had. De petroolkommen in de onmiddelijke nabijheid vattede.n vuur, nieuwe ontplof- ontstondenhet werkvolk vluchtte over hoop als of de duivel hen op 't lijf zat, de daken der nabijzijnde hangaars en huizen vlogen in de lucht; schepen geraakten in vlam en in de gansche stad vond men over al stukken van kardoezen. In een oog wenk daagde er langs alle zijden hulp op de pompiers, de politie, de gendarmerij, het garnizoen, allen wedijverden door koel bloedigheid en zelfopoffering. Hoopan lij ken, vormlooze en smeulende vleeschklom- pen en houderden gekwetsten werden uit de puinen en uit den vuurpoel gehaald. De lijken droeg men op planken en stokken naar het doodenhuis; de gekwetsten werden in de nabijgelegene straten voorloópig ver bonden en dan op draagbaren, rijtuigenen al wat men onder de hand had naar de hos pitalen gedragen om er verder verpleegd te worden. Al de geneesheeren wijden hunne beste zorgen aan die ontelbare ongelukkigen 500 famieljen zijn in den diepsten rouw, het hart breekt wanneer men uit de toegestroomde menigte al die pijnlijke noodkreten en wee klachten hoort opstijgen. In de fabriek Corvilain alleen werkten er 126 personen en allen hebben er den dood gevonden. In de petroolkommen, in de wei den, op de schepen, in do nabij gelegen hui zen en straten overal krioelde het van dooden en gekwetsten en het vuur breidde zich ver der en verder uit. Een kilometer ver staat alles in brand en de vlammen laaien honderd meters hoog. De Afrika dokken en de droge dokken zijn bedreigd. Nog verscheidene da gen zullen de vlammen door de pe!rooi ge voed worden. Nooit werd er eene ijselijkere ramp aage- stipt. De heer Corvilain had 50 miljoen spaansche kardoezen aangekocht en deed ze ontbinden om er de poer, liet koper en de ballen van te verkoopen. 't Stadsbestuur had hem verboden zulke gevaarlijke bewerking daar te doen. De bestendige deputatie kw am er tusschen en die klerikale grrroote ver standen beslisten ongelukkiglijk dat de beer Corvilain begaan mocht, hoewel de stedelijke ingenieur al de rampen voorzegde, die nu op onze stad zoo loodzwaar wegen en onze bevolking in den diepsten rouw dompelen. G-edeeltelyke kiezingen van 1 September. 1' Kompagnie. De heer Arthur Ga- mant is zonder strijd en bijna met eenpari stemmen kapitein gekozen. Er was vervolgens in dezelfde kompagQie een onder-luitenant te kiezen in vervang van den heer Gaimant. Iedereen dacht de heer Arthur Butaye, die den graad aan vaardde, zou gestemd worden. Maar, dank aan zekere kuiperijen, die van weinig recht schapenheid getuigen, van wege een klein heerschap, dat beter gedaan bad zich mef zijne eigene zaken te bemoeien, is de meer derheid der stemmen aan den heer Leo Van dermeersch gegeven geweest, hoewel deze alle kandidatuur geweigerd had en zijnea graad niet aanvaardt. Schoone uitslag voor- waar! Hij, die hem voorbereid heeft, mager heel fier over zijn. De kader der la kompagnie is heden dus volgenderwijs samengesteld Kapitein, de heer A. Gaimant. Luitenant, de heer Ferd. Van Daele. Onder-luitenanten, de heeren Alfons Hof en.... 4e Kompagnie. Er moest overgegaan worden tot de kiezing van eenen luitenant De twee onder-luitenanten, de heeren Alfred Laheyne en Arthur Devarver, droegen zich als kandidaten voor. De strijd is hevig ge. weest. De heer Alfred Laheyne werd met 4 stemmen meerderheid gekozen. In vervanging van den heer Laheyne hebben de wachten den heer Paul Heuge- baert tot onder-luitenani gekozen. Er was geen strijd. De kader der 4e kompagnie is heden dus volgenderwijs samengesteld: Kapitein, de heer Lod. Verhaeghe. Luitenant, de heer Alfred Laheyne. Onder-luitenanten, de heeren A. Devarver en P. Heugebaert. Zondag ging de processie van St-Niklaas uit en iedereen was te been om het groepje, den H. Maurits en zijne wapenknechten voorstellende, te gaan zien. Een kind verloor zijne zilveren ketting en men ging aan 't zoeken. Maar toen deze gevonden was stond de heer H. Clement aardig te kijken, als hij bemerkte dat een behendige gauwdief met zijne horlogeketting schoon weêr spelen was. Men deed opzoekingen, doch het was zalf strijken op een houten beende ketting was en bleef weg. Zondag avond, rond 9 1/2 ure, stond het hofstedeken, bewoond door K., tusschen Vlamertinghe en Eiverdinghe, in laaie vlam. Oogst, meubelen, huisgerief, enz., zijn door het vuur vernield. De schade is heel groot. In den nacht tusschen maandagen dinsdag woedde een hevig onweder boven Haze- broek en de omstreken. De donder is geval len op twee boerderijen, niet verre van voor noemde stad, en beeft er alles in brand gestoken. In beide plaatsen beloopt de schade tot verscheidene duizenden franks. Dinsdag morgend, om 4 ure, zagen de eenige bewoners van het fransch dorp Syl- vesters-Capel, die reeds het bed verlaten had den, eene vlam uit den kerktoren opstijgen. Seffens werd liet noodsein gegeven, men opende de kerk om het vuur te blusschen, doch daaraan viel niet te denken. De gansche kerk stond in laaie vlam en was in eenen vuurkolk herschapen. Met veel moeite kon de heer pastoor nog het Hoogweerdig redden. Al het overige, met de gansche kerk, is door het vuur vernield. Enkel een paar muren staan nog tusschen de smeulende puinen recht. De schade is onberekenbaar. De oorzaak van dat ongeluk is tot nu toe nog niet gekendMen vermoedt evenwel dat het vuur door eene brandende kaars aan het Lieven Vrouwenaltaar zal ontstaan zijn. Maandag avond, rond 8 ure, is een droef ongeluk gebeurd in de statie te Rumbeke. Holvoet, gewezen slachter alhier, had verge- «c TT Tm

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1889 | | pagina 2