Het fiat lux. De fortuin van den Paus van Rome. De verscliillige religiën der wereld. STADSNIEUWS. VERLOREN. Poging tot zelfmoord. Gevecht. Een koud bad. Vermorzeld. Overreden. zoowel bij de nonnen als ia de wereldlijke scholen een verbe in al zijne tijden zal leeren schrijven; maar in alle gevallen zal zij daar gemakkelijker een zouteloos modejuffertje worden, een hoogmoedig ijdelhoofd, dat met verachting op al wat haar omringt zal leeren neerzien. Weet gij dan niet, Mijnheer, dat de mees ter niet alleen voor zending heeft de regels van de spraakleer of die van eene gemaakte en stijve welgemanierdheid aan te leeren? Begrijpt gij dan niet, dat de school van uwen zoon, van uwe dochter, eer.en burger, eene vrouw moet maken, die weldra eene rol in de maatschappij zullen te vervullen hebben; dat degenen die heden kinders zijn morgen de meesters zullen wezen van 's landslotbestemming, en dat het lot van het land zal afhangen van de opvoeding die men aan de kinders gegeven heeft. Nu, Mijnheer, weet gij welke de grondslag is van het onderwijs der jesuilen? Lijdelijke gehoorzaamheid, blinde onderwerping. Zie daar het uitgangspunt van de religie, zooals die mannen ze verstaan. Voor hen is het in de school, zoowel als in de kerk, verboden te onderzoeken, te doorgronden. De meester waakt onophoudelijk om dengenen die zou willen afwijken van de hem voorgeschrevene baan, terug te brengen. Ziet gij waar dit grondbeginsel heenleidt? In die scholen is er geene plaats gegund aan de menschelijke rede, aan het vrije onder zoek: de leerling zal alleen weten wat de meester wil. Nooit zal hij een boek in handen mogen nemen, dat hem zou kunnen leeren, dat er tegenstrijdige gedachten bestaan met die van den meester. Van in zijne teederste jeugd maakt men hem gewoon alleen door deoogen van zijn professor te zien, slechts in hem te gelooven. In zijne ziel wordt alle verlangen gedood om te kennen, om te we ten, uit vreeze dat de wetenschap hem tot opstand brenge; en alzoo wordt een jeugdig geslacht voorbereid om gedwee onder de macht van de kerk te buigen. Ja, Mijnheer, zoo handelt men in de pa- pencollegien. Zoo gauw het kind lezen kan, drukt men hem wel in, dat de kerk alleen de bezitster is van de waarheid en dat het op niemand anders betrouwen kan om de zelve te weten dan op den priester. Eerst en vooral hangen zij voor de ver baasde oogen van hunne arglooze leerlingen eene schets op van de dwaasheid der oude leerstelsels. Zij toonen hun aan, boe de Grieken en Romeinen neerknielden voor go den en godinnen, die zich als wezenlijke losbollen en lichtekooien gedroegen. Tegen over de keidensche bijgeloovigheden stellen zij de denkbeelden, die bij de joden heersch- ten, en zij hebben van dit volk eene geschie denis aaneengeflansd, die zelf geen schijn van waarheid bevat. Welke volmaaktheid in het midden der barbaarschheid 1 Dan komen de wijsgeeren en hunne leer stelsels. Weg met Socrates of Epicures aan wien de kleinste Chrislenjongen onzer dagen de les zou spellen. De leerling geraakt verder en ter gelegen heid der middeleeuwen onderwijst men hem de valschte grondstelsels. Calvijn en Luther zijn hoovaardigen, van jien duivelbezetenen de inquisitie is eene rechtvaardige, noodza kelijke instellingde strijd van onze voor ouders om de hedendaagsche vrijheden te verkrijgen zijn zoovele stoutmoedige opstan den tegen do wet, welke gemaakt is door de vertegenwoorders van God op de aarde. Als 't noodig is, verrechtvaardigt men moorden, diefstallen, rooverijen van alle slag, de schrikkelijkste menschenslachterijen worden verdienstelijke daden. En 't is niet alleenlijk de geschiedenis die hun dient om in den geest der leerlingen valsche grondbeginsels te prenten, neen, eene fabel van Lafontaine, eene bladzijde uit Bossuet schenken hun de gelegenheid om de denkbeelden van het Syllabus op te hemelen. En kom ons niet zeggen, mijnheer, dat als de leerlingen het college zullen verlaten hebben, zij zullen lezen en zij zich eene opi nie zullen vormen. Dwaling. Degene die tot zijne achttien jaren alles zonder onderzoek aangenomen heeft, is bijna altijd verloren. Liever zal hij blindelings gelooven dan te onderzoeken, 't Is nutteloos er bij te voegen dat zijne plaats in de rangen zal zijn der par tij, die door de jesuïten met zooveel behen digheid als schijnheiligheid bestuurd wordt. En gij zijt het, gij, mijnheer, die wilt doorgaan voor liberaal, die daar de schuld van zijt. Dank aan uwe onverschilligheid en weiuig krachtdadigheid zult gij de rangen doen aangroeien van degenen, die gij zegt uwe tegenstrevers te zijn. Eensin een vriendenkring zijt gij brul- - lend van gramschap opgesprongen, toen gij in het Journal d'Anvers laast: Wij zijn openlijk vijanden van het Staatson- derwijs van den laagsten tot den hoogsten "graad; wij juichen alle maatregelen toe, die kunnen strekken tot de vermindering en de verdwijning van dit onderwijs, dat wij voor ongrondwettelijk en nutteloos aanzien. Het officieel onderwijs is eene vergiftige vrucht en wij wenschen dat zij zonder uitstel verrotte. Ja, dien dag zijl gij opgesprongen van gramschap maar 's anderendaags, omdat de school die gij verkiest, wat ver is en om niet te veel last aan uwe vrouw aan te doen, hebt gij uwen zoon naar de katholieke school gezonden. Hoevelen zijn ervan ditslach niet! De gouverneur van Antwerpen heeft een verslag opgemaakt over de ijzelijke ramp, die onze eerste handelstad zoo zeer geteisterd heeft en in dat verslag heeft de man getracht de waarheid den nek om te wringen om de klerikale bestendige deputatie te kunnen wit wasschen. Doch hij is er niet in gelukt het volk zulken neus op te draaien. De aap is uit de mouw gekomen en de kadodders zijn nog vuilder uit die wassching gekomen dan zij te voren waren. De wezentlijke teiten zijn aan het licht gekomen en het verslag des heeren gouverneur kan ingeroepen worden om die feiten te staven. Op 9 Juli 11. zond de stad haar gegrond ongunstig gevoelen aan den gouverneur er het proces-verbaal van het commodo et ineom- modo onderzoek bijvoegende, een bijvoegsel, zoo verklaard liet den gouverneur, dat aan dezes bestuur eerstens ontsnapt. Toen die verstrooidheid hersteld was, werd gansch de bussel stukken, volledig er kend, daar de bestendige deputatie voor on derzoek naar den provincialen technischen dienst gestuurd. Op 17 Juli legt de heer Verhougstraeten. die door de huidige bestendige deputatie tot de bediening van ingenieur der provincie benoemd werd, zijn verslag neer en dit ook besluit met een ongunstig gevoelen voor wat de vraag Corvilain betreft. Het gevoelen van den provincieingenieur stemt volkomen overeen met dat van den stadsingenieur. Er valt aan te merken dat het verslag van den stadsingenieur een voorbereidend werk, door de wet niet opgedrongen en enkel eene eene inlichting is, de bijzonderste natuurlijk waarop het stadsbestuur zich steunt om zijn gevoelen te wettigen, het eenige dat de wet erkend en eischt van wegens de stad. Het is heel anders gesteld met het verslag der technische overheid, door de bestendige deputatie geraadpleegd. Alles is hier door de wet voorzien. Het is de wet zelve, die het gevoelen van eene technische overheid vergt en die de zeven bevoegde technische overheden aanwijst, waaronder de bestendige deputatie kiezen moet om haar het gevergde gevoelen mede te deelen. Eens die keuze gedaan, dan wordt het verslag der technische overheid, met de zaak gelast een officieel stuk, dat van den bundel deelmaakt en er bij blijven moet. De deputatie heeft de heer Verhougstrae ten gekozendat was haar recht. Zij staat dus voor het officieel ongunstig gevoelen van haren eigen ingenieur den heer Verhougstraeten. Wat gaat ze doen Zij mag eene andere der zeven technische overheden raadplegen, waaronder bedienden van 't Staatsbestuur zich bevinden. Ze mag ze allen raadplegen, tot dat zij misschien een gunstig gevoelen verkrijge. Doch neen, de deputatie maakt geene de minste overweging. Zij doet zonder achter docht zelf dat werk. Door een monsterachtige bestuurlijke ket terij, in het verslag des gouverneurs geschre ven, weten wij het De heer Corvilain moest dus eene nieuwe aanvraag doen. En de bestendige deputatie doet Corvilain die nieuwe aanvraag doen en het verslag des gouverneurs, de aanvraag, welke door al wettige formaliteiten gepasseerd had, voor onregelmatig uitgevende, durft van de nieu we zeggen: dezenkeerregelmatig gedaan! Neen, duizendmaal neende nieuwe aan vraag kon maar regelmatig worden, wan neer zij op hare beurt aan de wettige voor schriften voldaan had. Welnu, wat gebeurt er Hier nog eens zal de gouverneur, die tracht ongemerkt over dat oogpunt te glijden, ons, spijts zichzelven, de waarheid be kennen door deze twee lijnen - Binst een overzicht ter plaats zelve werd er besloten dat de aanvraag op de volgende voorwaarden mocht toegestaan worden. In het ellenlang verslag des gouverneurs vinden wij enkel twee of drie drukregels om het feit te bekennen, namelijk het doen eener nieuwe aanvraag en het ter plaats gaan Het is noodig de waarheid in gansch hare naaktheid te doen kennen- 't Is 't gene wij doen zullen. Corvilain is dus gewaarschuwd, dat hij volgens de bestendige deputatie, eene nieuwe aanvraag indienen moet. Hij dient ze in. En zonder zich verder om de wet te bekreunen begeven twee leden der bestendige deputatie, zonder de minste bevoegdheid in de zaak, de heeren Peeters-Verhellen, van Borgerhout, en Vanderbeken-Pasteel, van Contich, zich ter plaats. Zij laten zich overtuigen door de schoone woorden van Corvilain en beslissen dat de fabriek werken mag. Zij spreken het fiat lux (dat er licht zij) in deze donkere en ingewikkelde zaak uit, maar het is het ramp zalig fiat luxdat den dood van 150 men- schen en de ruïne van honderden familjen verlichten zal. De noodlottige voorwaarden, geroepen om tot voorwendsel tot verrechtvaardigingsmid del te dienen aan eene onwettige toelating, die noodlottige voorwaarden, meer door Corvilain ingeblazen dan hem opgelegd, zijn gesteld en aangenomen. Die twee leden doen door de deputatie de beslissing goedkeuren, die zij genomen hebben en den 26 Juli neemt de deputatie het besluit dat aan Corvilain de gevraagde toelating geeft, en den 7 Oogst gaat de ingenieur vaststellen dat Corvilain de gestelde voorwaavden naleeft en laat hem dien ten gevolge de werken onmiddelijk aan vangen. En de stad wordt daarvan enkel den 19 Oogst verwittigd, twee dagen dus na een ongeluk dat een menschenleven gekost heeft in hetzelfde gesticht Corvilain. En den 6 September ontploft de gansche boel en Ant werpen zucht onder de gruwelijkste ramp, die eene stad ooit teisteren kan. Het was het fiat lux der bestendige depu tatie. Ziedaar de daadzaken en niets dan de daad zaken. Er bestaan nog van die onnoozele dutsen die gelooven dat de Paus leeft in een kot en op eene handvol rot strooi slaapt. In hunne onwetendheid kunnen zij dat onge lukkig hoofd der Roomsche kerk niet genoeg beklagen. De Italiaanscke correspondent van den Figaro, Parijsch dagblad, dat men voorze ker niet kan beschuldigen van vijandschap jegens het pausdom, komt eene opsomming te maken der mobilaire fortuin van den paus. "t Is zeer leerrijk. Zij leert ons vooreerst, dat, 't zij goed of ilecht jaar, de opbrengst van St Pieterspen ning tot rond de drie millioen franken be loopt, 't gene nog al een schoon cijferken is. Léon XIII, ter gelegenheid van zijn ju belfeest, heeft alzoo een somme ontvangen, in goud en papieren geld, van ongeveer de tien miüioenen die men aanstonds geplaats heeft in waarden van alle rust, winst gevend buiten Italië, (meest op het protes- tansch Engeland) en waarvan de intresten oploopen en zoo gestadig dat aanzienlijk kapitaaltje vermeerderen en doen aan groeien. 't Geld is de wereld meester, zeggen de Roomsche prelaten en 't zou wel kunnen waar zijn, want men kan er zelfs den hemel mèe afkoopen. Ziehier volgens de laatste gegevens de tafel der aanhangers der verschillige ge loofbelijdenissen Bouddhisten 529 millioen. Christenen 455 Brahmanen 450 Musuimanen Confucian isten Joden Taouisten Andere 170 160 150 150 Geraamde bevolking der aarde 1,545 De christenen worden onderverdeeld in: Roomsche katholieken 210 milli09n> Grieksche kerk 90 Lutheranen 40 Andere protestanten 110 450 Deze cijfers moeten natuurlijk verkleind worden daar men in die getallen eene groote massa onverschilligen, ongeloovigen, onge- doopten en vrijdenkers gerekend heeft. Hoe groot moet de Hel wel zijn om al dt niet Roomsche katholieken te huisvesten? Maandag 11. is op den ijzerweg, in de reis van IJper naar Poperingiie eene som van 1000 fr. in bankbrieljes' verloren. De persoon die ze zou be vonden hebben wordt verzocht ze ten bureele van dit blad te bestellen, waar hem eene goede belooning zai geschonken worden. Velen zouden enne bedevaart naar Dadi- zeele doen om van hunne huisplaag verlost te zijn en Em. Morel, schildersgast, wilde hem vrijdag 11. een kogel door de hersens jagen in de Lombaerdstraat, rechtover den Café Molière, waar zijne wettelijke Eva woont. Deze wilde van haren hartedief van.., vroeger maar niet meer weten en de sukke laar schoot hem daarvoor een kogel door de kaak. Dokter Dalmote gaf hem de eerste zorgen. Een paar vaderlandsverdigers kregen jl, Zondag, op de Koemarkt, ruzie met de ge naamde E. B.... In een ommeziens kreeg deze laatste eene vetting van eerste klas, die hem zeker voor lange den lust benemen zal om kitteloorig te zijn. Ook moeten die rata- toefretters niet van moed sterven, zij, die met tweeën een grooten jongen zoo deerlijk afranselen durven. De genaamde A. Vandenbulcke viel Maan dag avond bij toeval bals over kop in de vestinggrachten achter het openbaar slacht huis en zou er heel waarschijnelijk het leven bij in geschoten hebben, ware de 14jarige Merveillie Victor hem niet ter hulp gescho ten. Hij werd gered en was er af met een koud bad. Dinsdag morgen, om 9 ure, kwam de bier voerder van brouwer Deceuninck van Voor- mezeele in de Rijselstraat aangereden, toen zijn paard voor zweepgeklets verschrikte, op hol ging en een zijstraatje intrekken wil de. De biervoerder, met zijn paard te willen inhouden, geraakte tusschen de kar en den hoekmuur en had er den buik letterlijk ver morzeld. In een beklagensweerdigen toestand werd hij naar het gasthuis overgebracht, waar hem de beste zorgen toegediend werden; doch men wanhoopt hem te redden. De ongelukkige heeft eene vrouw enzi» kinderen, waarvan het jongste een drietal maanden oud is. Maandag namiddag kwam de genaamde Sohier, werkman bij boer Leclercq, nabij het Yperhoekje, stedewaart gesukkeld. Met d« Brielenkermis had de man nog al kapellak'S bezocht en stond inet een paar strooien bee- nen. Hij kreeg de toelating om op eene bier kar te zitten, doch dat zou hem duur beko»- pen. Nauwelijks was de kar in gang of d« ongelukkige miek een tummelsprong ea kustte de kasseien, met het noodlottig gevolg dat hij overreden werd en in een deernis* weerdigen toestand opgeraapt. In een nabijzijnde huis werd hij verpleegd- Het zal nog al duren vooraleer bij zÜD werk zal kunnen hernemen. —'nar» vu ti

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1889 | | pagina 2