DE PRINSES MARIA Koormaatsckppij. Werkerslier. Tooneelnieuws. Vlaamsch Tooneel. Tentoonstelling van Chrysanthemen. MAATSCHAPPIJ BURGERWACHTEN DE YRIJE KRUISBOOGSCHUTTERS. Burgerstand Besluiten eu benoemingen. vangt. Met zulke welwillende zangers als onze Icperlingsn, mag men onbevreesd een concert openen: het zal naar den smaak zijn van ons publiek. Dit hebben de langdurige toejuichingen, die elk liedje volgden, ten volle bewezen. Wat de voordracht betreft, zonder vrees tegengesproken te worden, mogen we zeg gen dat ze al de tot nu toe gegevene voor drachten in onze afdeeling, overtroffen heeft, Als spreker trad op de heer Van Wilder, onderwijzer te Molenbeek, met het ontwerp: 's Lands verdediging. Welk een prachtig onderwerp, en hoe goed gekozen op het oogenblik dat de gemoederen overal vol zijn van de manier op dewelke het land het best kan en zou moeten verdedigd worden. Do h. Van Wilder, laat het ons maar zeggen, is een redenaar, in den vollen zin des woords. Hij spreekt gemakkelijk, en spreekt hij soms wat zacht, met evenveel overtuiging dondert hij tegen laffaardsen volksbedriegers. Ruim een uur en half sprak de heer Van Wilder, en nog niemand verveelde het. Hij bewees dat ons legerstelsel slecht is, dat het ongehoord is dat de arme bnrger en werk man soldaat moet spelen en zijn land verde digen, terwijl de flls a papa maar gerust te huis blijven, wandelen gaan en sigaren roo- ken. Hij bracht in overdenking hoe broos de zedelijkheid en den godsdienst der priesters moet wezen, wanneer ze zoo schrikkelijk benauwd zijn van het kazerneleven, een le ven met jongens van hunnen ouderdom en van hun dorp. In een woord de heer Van Wilder bewees dat ons legerstelsel slecht is en dat iedereen zijn vaderland-moet verdedigen; als zijnde een eerste plicht van eiken burger. Maar spre ker moest ook bekennen dat dat legerstelsel slechts kan veranderd worden door een mi nisterie die niet blindelings gehoorzaamheid gezworen/heeft aan Mechelen en Rome. Als einde zijner rede drukte de heer Van Wilder zijne hoop uit ons jetuieten ministe rie welhaast te zien vallen, en dit dank aan onze huidige bekwaamheidskiezers van allen aard diej men heden zoo schaamteloos het recht|durft®ontnemen,S|mensch te zijn, burger te wezen. Plichten te hebben 'maar ook rechten. X. Heden Zaterdag avond, in het lokaal den Gouden Arend, vieren de koorzangers Sint Cecilia, hunne patrones. Een lekker mondje zal hun voorgediend worden en daar na zullen eenige liefhebbers de beste liederen uit hun repertorium laten hooren. Woensdag aanstaande, ten 8 ure, geeft dezelfde maatschappij een Rook-kamerfeest (Tabagie). Muziek en Zangstukken zullen het programma uitmaken. Ter gelegenheid van St Cecilia, biedt de ievervolle Werkerslier hare eer- en werken de leden, Zondag 24 November, ten 9 ure 1» avonds, eene luisterlijke danspartij aan. Derde deel. (25° Vervolg.) Op ditoogenblik vinden wij haar droomend zitten in eene der verlaten zalen van het slot, waar zij onbestemd was naartoe gedwaald en waar zij zich in eenen breeden zetel had neêrgelaten. Hoe zal ik ooit efin gelukken mijne arme moeder te wreken? zoo vroeg zij zich droomcnd af. Het is nu vier jaar geleden, dat ik dien heiligen eed gezworen heb. En nog geene gelegenheid! Maar ik haat dien man, ik haat hem... Oh! ik lietemij gaarne levend het hart uitrukken, indien men mij beloofde hem dat hart in de keel te duwen en er hem meê te verstikken. Die booswicht 1 Zijn blik doet mij trillen en mijn bloed naar'de hersens jagen, het schemert mij voor de oogen en mij dunkt, dat ik bloed zie, zijn bloed, in het welk ik met wellust mijne handen wasch. Weg, leelijk spookbeeld!... Iets troost mij toch in mijne droefheid, 'i is de liefde mijns vaders, 't is de goedheid der koningin, 't is vooral een geheim dat hier. hier in mijn hart rust. Ja, hier rust het, dat geheim, en het zal er ook voor eeuwig in blijven. Waan- 's middags, zal een prachtig maal opge- discht worden aan de werkende leden en wij twijfelen er niet aan, vreugde en broederlijk heid zullen daar ook elkander de baud geven, en eenige aangename uurtjes doen doorbren gen. Maandag, 25 November geeft den Tooneel- troep van den Franschen schouwburg van Brugge, onder het bestuur van M. Hermap, hare tweede vertooning. De stukken die zullen opgevoerd worden hebben in de groote steden veel bijval verworven, ook ware het niet te verwonderen of de zaal zal te klein zijn om de toeschouwers te bevatten, daar de eerste vertooning door dezen Tooneeltroep gegeven, alle verwachting overtroffen heeft. Ziehier het programma Voyage en Chine, Opéra-comique en 3 actes, paroles de Labiche musique de Bazin. Monsieur va au Cercle, Vaudeville én 1 acte. Het programma is zeer aantrekkelijk en wij raden onze vrienden aan vroeg op post te zijn willen zij eene goede plaats hebben. De deuren worden óm 6 1/2 ure geopend en ten 7 ure stipt zal de vertooning aanvang nemen. Dus opgepast. Met genoegen vernemen wij dat den Too neeltroep van den Nederlandschen Schouw burg van Gent, onder het bestuur van den heer Vandoeselaar, eene luisterlijke en bui tengewone vertooning geven zal op onzen stadsschouwburg, cp WOENSDAG 27 NO VEMBER aanstaande. Daar dezen troep samengesteld is uit de vermaardste tooneelkunstenaren van 't land, zal het ons niet verwonderen de zaal prop pend vol te zien. Het programma bevat een nieuw stuk dat alle IJperlingen moeten gaan bezichtigen en draagt voor tijtel IJperlingen te Parijs en een Parijzenaar te IJperen. Blijpel in 5 bedrijven. Wat een stuk mag dat zijn Wie weet alle IJperlingen zijn nieuwsgierig het te we ten, en wij durven verhopen dat alle onze kennissen er zullen tegenwoordig zijn om er het fine van te kennen. Daarna: Een rustig huishouden Blijspel in één bedrijf naar het Engelsch door Jac, Devos. Opening om 6 ure. Begin half zeven. Prijzen der plaatsen: Eerste plaats, 2 fr.; Tweede plaats, 1 fr.; Derde plaats, 50 cent. Kaarten zijn op voorhand te verkrijgen bij K. Deweerdt, drukker, Rijselstraat, 59. Sedert eenige dagen hadden de plakbrie ven, die deze tentoonstelling aankondigden, onze nieuwsgierigheid tamelijk opgewekt. zinnige die ik ben! Ik, het dienstplichtig kind van een verbannen ridder, die aan het hof des konings als hofnar moet optreden! Hij, de kroonprins van het groote Frankrijk!... En ik durf hem beminnen? O, God, heb me delijdon met de arme GeraldiDa, maar vloek baar niet, want zij kon haar hart niet tot zwijgen brengen. O ware ik eene rijke en machtige jonkvrouw, ik zou mij aan zijne voeten werpen, ik zou hem zweren, dat ik hem aanbid als de nagedachtenis mijner moeder... Maar kom, ik verlies de zinnen, geloof ikAh, wat lijdt ik, wat lijdt ik Zij drukte haar klein en zenuwachtig handje op baar hart, dat hevig klopte onder haren jagenden boezem, en bleef een tijd lang in die houding. Dan streek zij zich over het voorhoofd alsof zij een beeld van voor hare verbeelding jagen wou, sloot de oogen en verviel in dat soort van vernietigenden droomensluimer, welke volgt op harde en pijnlijke geestesinspanning. Zoo kwam het, dat zij het intreden niet bemerkte van een prachtig uitgedoschte dame, die er nog driftig en gejaagd uitzag, hevige gebaren maakte en zich eindelijk aan den anderen hoek der wijde zaal liet neder- vallen op een rijken ruststoel, wier fulpen armen zij onder hare k rimpende vingeren dreigde te willen verpletteren. Wij vroegen ons af hoe men het zou aan boord leggen om eene zoo bijzondere ten toonstelling belangrijk te maken, daar zij van den eenon kant maar ééne soort van late bloemen bevatte, en van den anderen kant, voor wat de fruiten en groenten aan gaat. Ook hielden wij er aan deze tentoonstelling te gaan bezichtigen om onze nieuwsgierigheid te voldoen en onz n twijfel op te helderen. Wij bekennen rechtzinniglijk in onze ver wachting bedrogen te zijn geweest, want wij hebben de tentoonstelling goed gelukt ge vonden. Welken rijkdom van kleuren in dien overvloed van chrysanthemen, vóór onze oogen gespreidWelke verscheidenheid van vormen en grootten, welken overvloedigen bloemenoogst om het gure jaargetijde in te huldigen! De plaats ontbreekt ons om die schoone tentoonstelling behoorlijk te beschrijven. Wij moeten ons bepalen met de verrukkelij ke verzamelingen aan te duiden van den heer Van Winsen, voorzitter der maatschappij; van den h.eer K. Gelein en van den hee<' Du- sillion; de schoone fruilenverzameling des heeren Van Winsen, en de groen ten verza melingen des heeren Moentjens, hovenier van den heer Ferdinand Merghelynck; den heer Appels, hovenier van den heer burg graaf du Pare; den heer Daeninck, hovenier van den heer baron Surmont, en den heer Masure, hovenier van den heer baron de Vinck. Onder de talrijke verzamelingen van tentoongestelde groenten, die allen zeer merkwaardig waren, muntten deze vier verzamelingen uit, zoowel door de volmaakt heid barer voortbrengselen als door de be langrijkheid en de verscheidenheid der ver zameling. Kortom, eene zeer goed gelukte tentoon stelling en die veel goeds voorspelt voor die zoo dappere als jonge maatschappij van hof bouwkunde, die zich komt kenbaar te ma ken door eene stoutmoedige daad, die haar tot eere strekt. van IJperen. o Schieting van Donderdag 21 Novem. Naar de Kartons. Froidure Robert, 10 15 15 20 25 85 Ligy Albert, 15 25 15 20 15 85 Bogaert Alphonse, 15 10 15 20 20 80 Vermeulen Henri, 10 5 20 15 25 75 Maatschappij Schieting van Maandag 11 Novemb. Gewoon blazoen. Hoog getal. Bafcop, 6 6 6 5 23 Laag gelal. Vermeulen, 2 1/2 1 21/2 1 7 De inkomende, onbetwijfelbaar vroeger een zuidsche schoonheid, bruin van trekken en zwart van haar en oogen, maar nu reeds in haren nazomer, was jonkvrouw de Tem- pleneuve, vroeger favoriete zijner Majesteit, nu op het achterplan verbannen, doch als intrigante aan hofpolitiek zeer werkzaam. Neen, neen, mompelde zij binnens monds, dat zal niet zijn, ik wil niet. Ik kan La Brosse naar mijn wil doen plooien; hij kan zijne minnares niets weigeren. De vroeg gevallen edele dochter was, van uit de ar men baars konings, naar die van dezen bar bier overgegaan. Doch die minnares, ver volgde zij, die hem veracht, zal hem zijn slachtoffer, den prins, dien zij bemint, uit de klauwen rukken. Ja, zooals veel gevallen vrouwen, had de schijnbaar geblaseerde jonkvrouw de Tem- pleneuve haar hart op nieuw voelen trillen onder den blik uit des Dolfijns edelmoedige oogen. Voor hem voelde zij zich tot helden daden. tot alle opofferingen bekwaam. Ha, gromde zij, zij hebben hem over gegeven in de handen van dien Bayeux, van dien slemper, van dien booswicht, van'dien verkrachter der eenige vriendin mijner on schuldige jeugd. Ha, zij willen van hem eenen liederlijken ridder maken, van hem dien ik bemin.de eenige, die mijn, helaas Schieting van Woensdag 13 Novemb Veranderlijk blazoen. Hoog getal. Vermeulen. 20 11 11 25 Laag getal. Mahieu, 1 1 1 20 93 Schieting van Maandag 18 November Prijzen gegeven door den heer Bafoop, President. Hoog getal. Deweerdt Ch., 25 10 1/2 25 11 71 j/., BrunfautAug. 10 1/2 25 25 10 1/2 7^ Vander Meersch J. 20 11 11 25 67 Laag getal. Vergracht Félix, 1111 4 Mahieu Louis, 1 1 1 10 1/2 131/0 Malbrancke, 111 10 1/2 la 1/2 Middelbaar getal. Ommeslach. 1 25 1 11 33 Vande Vyver. 8 1/2 1 8 1/2 9 27 Piek hout. 2 11 10 1/2 11 34 1/2 Van N. Huyse. 1 1 20 8 1/2 30 1/2 Schieting van Woensdag 20 Novemb, Gewoon blazoen. Hoog getal. Deweerdt Charles, 6 6 6 0 24 Ijaag gelal. Malbrancke Charles, 1 2 1 11/2 51/2 van den 15 tot den 22 November 1889. Geboorten. Mannelijk geslacht 3. Vrouwelijk id. 5. Huweli j ken. Hendrik Dcvos, rondleurder en Louise lte- naert, rondleursler. Overlijden». Alfons Sanly, deurwaarder, 37 jaar, onge huwd, Thouroutstraat. Pieter Saekenprez, 91 jaar, weduwaar van Juliana Van Belle, Dixmuidestraat. Jan Rubberecht, zonder beroep, 82 jaar, we duwaar van Isabella Weyerman, Brakke- straat. Dorothé Ivo Duval, kandidaat notaris, ge- pensionncerd bijgevoegd greffler bij den rechtbank van lsten aanleg, gedekoreerd met het burgerkruis van 1® klas, 84 jaar, echtgenoot van Zenobia Lambin, Lom baardstraat. Maria Soenen, dagloonster, 70 jaar, wedu we van Petrus Debruyne, Meenenstraat. Kinderen beneden de Jaren. Mannelijk geslacht 0.Vrouwelijk id. 1. Sluiting der jacht 1889-1890. De Moni- teur. van zaterdag bevat den volgenden omzendbrief van den heer DeBruyn, minister van landbouw, aan de gouverneurs der pro vinciën gericht en gedagteekend uit Brussel, 14 november 1889. Mijnheer de Gouverneur. De tijdstippen naderen waarop de verschillige soorten van zoo zondig hart ooit heeft kunnen beminnen. Neen, het zal niet. Strijd tegen hen. strijd op leven en dood. Bayeux, die haterling, moet verdwijnen. La Brosse heeft mij gedwongen hem van kant te helpen. God, wat doe ik het gaarne!... Zij richtte zich plotselijk op. Zij richtte hare blikken door het venster als zocht zij iets. Maar hoe! sprak zij nadenkend. Indien ik de hand kon leggen op.... Eensklaps ontwaarde zij Geraldina, die nog altijd onbeweeglijk zat. O zie, goeden dag, mijn lieve knaap, riep de jonkvrouw, haren vriendelijksten stemmetoon latende trillen; ik had u nog niet bemerkt. Geraldina rees haastig op en boog eerbie dig. Ik groet u, edele jonkvrouw, sprak zij. Jonkvrouw de Templeneuve plooide haar gelaat tot een aanminnigen lach. Zij reikte het jonge meisje zelfs de hand, iets wat de trotsche dame tot hiertoe nooit gedaan had, met geen enkele vrouw, die zij beneden haar achtte, en vroeg vriendelijk: Heeft mijne hoogmogende koningin heden naar mij nog niet gevraagd? (Wordt voortgezet

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1889 | | pagina 2