DE PRINSES MARIA DE BOEZEMVRIENDEN, HET ROUWKLEED, HET BARMEISJE, Feest Pompiers. Fransche Schouwburg. Kamermuziek. Ylaamsclie Ster. Muziekfeest. Zaak Jufvrouw Depoorter. De tentoonstelling van Roubaix. Afgedraaid. Dood gevonden. BERICHT. Beheer van Posterijen. BERICHT. En zij, die het Willems-Fonds vreemd zijn, en een hart voor de kleinen hebben, kunnen ook bijdragen tot het opluisteren van dat aandoenlijk kinderfeest met hunne gitten, hetzij kinderspeelgoed, sch )olbehoeften, aan trekkelijke en vlaamsche boekjes, hetzij lekkernij of geld, te sturen aan den heer Voorzitter P. Vermeulen-Decoene, Dixmude- straat, 78, of aan den heer Schrijver O. Pou- part, Elverdinghestraat, 2, waar zij met veel liefde en dankbaarheid zullen ontvangen worden. Gij allen dus, kindervrienden, weest milde om die bevallige bubfeltjes eensde gelukkig ste stonden uit 's mehschen leven te laten genieten. Dat zal u genoegen en voldoening berok kenen en u menig zielsgenot aanschaffen. Over het feest, welke onze brandweer inge richt heeft, ter gelegenheid van Ste Barbara, kunnen wij geen verslag geven om de invou- dige reden, dat wij er niels over verne men. Het spijt ons, maar wij vermogen er niets tegen, De brandweeroversten hebben het zoo gewilddat hun wil geschiedeOn gelukkiglijk gebeurt het maar al te vaak dat. er feesten gegeven zijn, zonder dat de inrichters zich de moeite getroosten eene uitnoodiging of eenige inlichtingen aan de plaatselijke bladen te sturen. Is het ver- getenheid, nalatigheid of onverschilligheid? Dat laten wij God en den mulder beslissen. Doch het is vast en zeker dat men iu IJpe- ren maar weinig achting en genegenheid voor de drukpers over heeft, en, echter, wan neer het blad verschijnt, durft men dan zijne ontevredenheid, misnoegdheid of minstens zijne verwondering uitdrukken, omdat er niets over dergelijke feesten of daadzaken in te lezen staat. Dat vinden wij wat al te kras en wij zeggen luidt op dat de inrichters het enkel zichzelven te wijten hebben als hunne feesten onopgemerkt voorbijgaan. Wie 't schoentje past, trekke 't aan. De vertooning van jl. Dinsdag, door den Brugschen troep, bestuurd door den heer L. Herman, op onzen schouwburg gegeven, was een der bevalligste, die wij ooit beleef den. Meermaals zagen wij reeds goed Les noces de Jeannette vertolken, maar nooit zagen wij dat lief stukje met meer natuurlijkheid en meer vernuft wedergeven dan verleden Dinsdag. Mev. Duquesne, die speelster en tevens zangeres van le rang is, en de heer Du- tailly hebben op eene bewonderenswaardige wijze het zangspel van V. Massé vertolkt. Wat Mam'zelle Nitouche betreft, het is ons niet mogelijk te zeggen, hoezeer het stuk bevallen heeft. Voor de eerste maal zagen wij die operette opvoeren en wij, gelijk alle aanwezigen hebben er uitnemend voel beha gen en genot in gevonden. Mev. Sirais was wel degelijk eene echte natuurlijke Nitouche en de orgelist dan Ge Derde deel. (26e Vervolg Jonkvrouw de Templeneuve zag haar nog eene wijl onderzoekend aan, alsof zij vreesde dat het meisje haar niet dienen zou zooals zij wilde en zegde dan, eensklaps besloten .- Goed. Luister wel: de bisschop moet verdwijnen. x Geraldina deed alsof zij niet goed ver staan had. Wat kan ik daartoe bijdragen? vroeg zij eenvoudig. Wat gij bijdragen kunt, antwoordde met geestdrift de jonkvrouw; meer dan gij denkt, mijn kind. Bayeux is almoezenier der koningin. Gij schenkt hem dikwijls ver- verschingen voor. Weiken beker neemt gij steeds? Geraldina voelde, dat de oude hovelinge haar iets ging voorstellen, dat misdadig was; doch haar geweten sprak niet luide genoeg om hare lust tot wraak te doen zwijgen. Den grootstcn beker antwoordde zij, of dezen die 't meest gevuld is. De jonkvrouw lachte. Ik dacht het wel, riep zij juichend. De moet hem zien en hooren, vooral in zijne rol binst liet eerste bedrijf. Floridor 't is Celestin en Celestin 't is Floridor. Hij had er een handje van om Mad. la sup....érieure en al len een vlassen baard aan te doen. Hij was onbetaalbaar in een woord. Overigens al de rollen werden meesterlijk vertolkt. Noemen wij nog in 't bijzonder de majoor. Wat heeft hij zijne toeschouwers hartelijk doen lachen. Ook werden allen op onophoudelijke salvo's onthaald. Elkeen ging vergenoegd en te vreden heen met de overtuiging in het hart, dat zij die weggebleven waren veel verloren en eene schoone gelegenheid gemist hadden om een uitgelezen avond door te brengen. De eerste muzikale zitting voor piano en viool, zal plaats hebben den Zondag 15 De cember 1889, 's middags, in de zaal van den Gouden Arend. Programma 1° Sonate p. piano et violon op. 24. L. Yan Beethoven.' aAllegro. b) Adagio, molto expressivo. c) Scherzo, allegro moto. d) Rondo Allegro ma non troppo. 2° Romance en Fa. L. Van Beethoven. 3° Polnische Tanzweisen. aVivace b) Comodo. cModerato. Morgen Zondag, om 5 1/2 ure 's avoads biedt de tooneelkundige maatschappij hare leden en het publiek hare tweede vertooning van het seizoen aan. Op het dagorde, beha-W ve een viertal uitgelezen muziekstukken, uit te voeren door de muziekafdeeling, onder het kundig bestuur van den heer Balmaekers, staan Blijspel in een bedrijf, door Hendrickx. Dramatisch schouwspel in een bedrijf door N. de Tière. Blijspel met zang in een bedrijf door Meyer Roelandts. :5ji Eene luisterlijke vertooning gelijk men ziet, die de goede faam der Sterlingèn nog verhoogen zal en die voorzeker zulke taüooze menigte naar de tooneelzaal lokken moet dat deze veel te klein zou kunnen zijn. Wie eene goede plaats begeert, ga dan op tijd. j De koninklijke Maatschappij der oud-on derofficieren van het Belgisch Leger richt, voor den 22 dezer, in de tooneelzaal een groot dronkaard heeft gewoonlijk dorst. Verstaat gij mij nog niet? Neen, ik versta u niet, jonkvrouw... Zie, zei de jonkvrouw, hier is een klein flescbje... En dat fleschje? vroeg het meisje schrikkend. De hovelinge naderde haar lachend en, met de innemendheid van den Booze, die moeder Eva verleidde, lispelde zij in Geral- dina's oor Gij zult den inhoud ervan in zijnen beker gieten. Vrees niets!... Doch Geraldina deed een stap achteruit en maakte met de hand een gebaar van afgrijzen en angst. Hem vergiftigen? o, neen, jonkvrouw, nooit, nooit.... riep zij. Jonkvrouw de Templeneuve lachte nog innemender. Zij haalde de schouders op, als gevoelde zij medelijden met de angstvallig heid van het jonge meisje. Gij verstaat mij niet, vleide zij; hij zal er niet door vergiftigd zijn. Hij zal enkel een tijdlang onpasselijk blijven en alzoo in de onmogelijkheid gesteld worden onzen goeden prins te bederven. Wat denkt gij wel? Zou ik een mensch vergiftigen 1 De Heer behoede mij voor dat gruwelstuk. Maar eene onschul dige plicht zal ik mij wel toelaten, als het er op aankomt onzen goeden Dolfijn te bescher- concert en een schermfeest in, met de wel willende medewerking van het muziek der Pompiers, van Mej. Irma Dejaegher, ln pi'js der koninklijke muziekschool van Gent; van den heer Van Elslande, bestuurder der Phil- harmonie van Poperinghe, der heeren Arthur en Emiel Gaimant, Ligy, Weckesser en Moreau, en der heeren Marx, Meyskens, Pinart et Dewaele, schermmeesters van het garnizoen. Prijzen der plaatsenfamiliekaart, o fr personneele kaart, 2 fr. Voor de bijzonderheden, men zie het pro gramma. Waren er japneuzen aan 't jubelen, toen zij het te vroegtijdig afsterven van den uit muntenden rechtsgeleerde Beaulieu verna men, die al zijnen tijd, al zijn vernuft en al zijnen invloed in 't werk stelde om die zaak in een waar daglicht te stellen en die van de wereld weggemaaid werd vooraleer zijn schoon doel te bereiken, meenden zekere heilige vaten dan dat alles gedaan was en dat het geding in 't water vallen ging, zij vinden zich nu zeer teleurgesteld en kijken nu lijk pietje-pek in een wijwaterpot, omdat den be roemden advokaat, den uitmuntenden volks man Paul Janson, van Brussel, zich met die zaak inlaat. Er zijn er, die met de poepers zitten, omdat hij de verdediging der rechten van de ware erfgenamen op zich genomen heeft en nu Woensdag toekomende voor on zen rechtbank die belangrijke zaak komt pleiten. Mochte hij in deze zaak zoowel gelukken als in het berucht proces De Buck, waarin hij de jesuieten zoo deerlijk aftrommelde en daarbij'het geroofde erfdeel deed terugge ven! Dat er geen volk ontbreken zal om den zoozeer geroemden rechtsgeleerde te zien, te hooren en te bewonderen, spreekt als een boek ook. La Dépêche, dagblad van Rijsel. Mej. Louisa De Hem, van wie wij, sinds achttien maanden, reeds drie of viel maal met veel lot hebben mogen spreken, is nog maals goed vooruitgegaanDe Bedelares, namelijk, is eene studie van eene zeldzame kracht en van een heel sterk gevoel. Zoo de wonderbare vooruitgang dier jonge kunste nares nog wat blijft voortduren, zal zij eens een der grootste namen zijn der hedendaag- sche schilderkunst. Een jongentje, die in de lintenweverij van den heer Seys 30 centiemen te weke wint, heeft het ongelukkig gedacht gehad zijnen vinger in de machien te steken. In een oog wenk was de vinger letterlijk afgedraaid en en het mag nog een geluk heeten, dat er geen erger ongeluk te betrueren is. Wat men tegen ellendelingen die hem strikken spannen. Gij stemt toch toe?... Maar.... aarzelde Geraldina. Jonkvrouw de Templeneuve werd nu nog overtuigender. Zij zou eene andere snaar aanraken van het hart des pagen. En met vuur in de stem, die van verontwaardiging trilde, begon zij opnieuw Maar, Gerald, zijt gij dan geen zoon uwer familie? Gij zegt mij dat die man uw geslacht in 't ongeluk gedompeld heeft, en gij aarzelt, u door eene enkele grap te wre ken? Wellicht heeft hij uwen vader beroofd en misschien verbannen, en gij aarzett? Wel licht heeft hij uwe moeder.... Bij het hooren uitspreken van dien zoo teerbeminden naam, bonsde het driftige hart in den boezem van het meisje omhoog. De tranen welden uit hare schoone oogen en zij sprak in eene nokking Mijne moeder, o zwijg, zwijg, jonk vrouw...' Deze voelde dat zij op een voor haar vrucht baar gebied was gelreden. Zij zou den ader der moederliefde wel weten te nutte te maken. Neen, ik zwijg niet, ging zij voort. Zulk een man doen verdwijnen is geen kwaad, kan geen zonde zijn. Mag men het ongediert niet vernielen? Geeft God daarvoor geen toelating?.En uwe moeder, die eene zouden zulke knapen toch beter naar goede school gaan dan aan eenen sous te werken in plaats, waar zij gevaar loo verminkt te worden^en Dinsdag morgend kwaam de polity t weet dat vrouw Caulior, oud 70 jaren we/ Vantours, die Luikstraat, 2, woont sinT eenige dagen niet meer te zien was. De pop tie, vergezeld van dokter Dalmote drong Jq het huis, waar men de arme vrouw in den gang bij den trap dood vond. Op 't eerste zich zou men aan eene misdaad gedacht hebbendoch na een jjnderzoek des genees heer bleek het dat de dood aan een ongeval toe te schrijven was. De ondergeteekende Annibal Bracqué heeft de eer het publiek kenbaar te maken dat, te rekenen van Maandag 16 Decem ber, de maal-post van Meesen zal vertrekken om 2 1/2 ure 's namiddags, in plaats van om 3 ure, en van IJperen, 's avonds ten 5 1/2 ure, in plaats van ten 5 1/4 ure; om in ver band te zijn met de treinen van Poperinghe, Rousselare, Brugge en met den buurtspoor weg van Veurne. De vertrekuren van 's morgens blijven dezelfde. A. Bracqué. Van en met 15 December 1889, kunnen de bewoners der landelijke gemeenten zich tot de brievenbestellers op dienstronde wenden: 1° Voor het betalen der handelseffecten, j zonder kosten, dia niet bij de aanbieding betaald en nog niet aan de afgevers terugge zonden werden. (De waarden, welke niet aan protest on derhevig zijn, worden den tweeden dag na dien der aanbieding teruggezonden; daarin zijn de erkende feestdagen niet begrepen); 2° Voor het vereffenen der borderellen van ter inning afgegeven kwijtbrieven. Bij de betaling der handelseffecten wordt den belanghebbenden, voor de gestorte som men, een voorloopige kwijtbrief afgegeven, welke uit een daartoe bestemd boekje wordt gescheurd; bij de volgende dienstronde neemt goede beminnelijke vrouw was, ik lees het in uwe oogen uwe moeder heeft wel licht door de schuld van dien man alles uit gestaan, heeft wellicht geleden of is in smart en waanhoop.... Eene zenuwtrilling doorliep de leden van het arme meisje, dat tot hiertoe in groote smart naar den bodem had gestaard. Zij strekte de handen naar de verleidster toe; O geef! geef! riep zij. Ja, ik moet mij wreken; ik heb het gezworenIk zal doen wat gij zegt, jonkvrouw, ik zal het doen; al moest hij.... sterven. De bekoring zegepraalde. De sluwe ver zoekster drukie het reeds half misdadige meisje in hare armen en zoende het me i groote tevredenheid. Moedig kind, oprechte zoon, nep ziJi zie, dat is voor u. En zij duwde haar een beursje met gou in de hand. Doch de bogen van Geraldina straa e van verontwaardiging. Zij wierp het ge ten gronde. - Geld? Neen, dat wil ik niet. Houdtgu mij voor een sluipmoordenaar, riep zij, 1 men betaalt? Ik wil mijn geslacht wre j jonkvrouw; daarvoor geld ontvangen zou genot mijner wraak verminderen. (Wordt voortgezet-'

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1889 | | pagina 2