VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT.
Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad.
Tierde jaar.
Zaterdag 21" December 1889.
Nummer 51.
BERICHT.
Immer werkzaam.
De Kamer.
I i^pwhe^ellingmn per regd^—^kkwrdn Stad' 3 fr' 5° V°°r '.ien buiten" Per 6 maanden: 1 fr. 75. Annoncem 15 cent. per drukregel. Rechter-
rTehten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten Creese dezer^edrukV ^d Centiemen per nummer. - Afzonderlijke nummers voor arlikels, enz. 8 fr. per 100. - Alle
if. voor het buitenland wordep ontvangen door den Office de Publicité T7 T" "T 'agehjfd' De annoncen voor Be!giö' ter uitzondering der beide Vlaanderen, alsmede
iderteekend toe te zenden. - Artikelen ongeteekend of personnaliteiteJSS'wSÏ n^gen^m h0egenaamde artikels uiterl*k tegen Vr«d*« middag en
De personen die een abonnement
zullen nemen aan het Weekblad voor
'1890, zullen, van af den dag hun
ger inschrijving tot dqp 1 Januari,
jiet blad gratis ontvangen.
Hoe gemakkelijk toch! Wel, zie! Men gaat
op z'n staminé Bij eene tafel zit men
gemakkelijk een pintje Roeselaarsch op te
leppen. En men praat. Ja men praat over
politiek, met een doorzicht-dat 'n diep ver
nuft verraadt. 01 lage bet maar aan oris,
geen maatschappelijk vraagstuk of liet ware
op twee tellens opgelostMen geeft perioden
ten beste over de herziening van art. 47
der Grondwet. Wou men maar van oris
oordeel zijn! - En un lour de main! -
Maar Janson, Van der Kindere, Gaux! Wat
kennen die van den landbouw?
Ën zoo gaat het. diepzinnig over de toe
komst der maatschappij, over vragen van
'den dag, over beschaving en wat. niet al!
Is men dan geen liberaal wanneer men
zóó verlicht blijkt en zoo vol ijver voor het
oplossen van zoo gewichtige vraagstukken?
En t'liuis, bij het noenmaal, balt men de
ruist en slaat op Je tafel, omdat Woeste het
stemrecht wil ontnemen aan ettelijken aan
wien het toekomt. Ah! neen! dat mag, dat
kan, maar dat zal niet! Men moet protestee
rt! En onskleinlje, dat zeo even het neusje
Joor het venster van het leven gestoken heeft,
schrikt en beeft! Waarom is papa zoo boos?
- Oh! wist het wichtje dat papa ijvert voor
(ene edele zaak
Is papa niet liberaal?
Ja papa is gewis liberal, en diezelfde man
is in staat Chronique en Gazette neuswijs
na te pralen, wanneer deze jeremiëeren over
den toestand van ons Vlaanderen in liberaal
opzicht. Vlaanderen is fel achterlijk! De
schuld van de flaminganten, die bachi-bou-
souks! De Vlaamsche Beweging is 'n strui
kelsteen voor den vooruitgang der besclia-
ling!
A propos Bedaar wat, beste papa Kunt
'fi mij zooal zeggen wat de Vlaamsche Bewe
eg is? Ha! jawel. Mijnheer heeft zijn
fflnis van het Vlaamsche mouvement -
Pgedaan uit Gazelle en Chronique. Ilij is
is wel op de hoogte! Vraag hem wat 'n
imingant is.
Hm! 'n flamingant is 'n woelziek rnensch,
le de Walen zou willen opeten
Hiiaasbeste papa! Meent-je dat we hier
1 °Es Arm Vlaanderen - niet genoeg te
Redderen hebben?
Denkt nu niet dat ik u de bepaling van
n flamingant geven ga. Keen. Het is noch
'ijd, noch de plaats. Maar ik wensch voor
goed en voor het heil van mijn land, dat
e(ms de kennis van een flamingant mocht
Aen in levenden lijve, niet in de kolommen
n Chronique of Gazelle.
Maar zeg eens. Zouden we nu niei een
ialje kunnen hebbm, zoo heel op ons
®ak. maar in vpllen ernst? Welaan dan.
hebt met uws gelijken, rond de herberg-
geredekaveld over allerlei vraagstuk-
D' Hij hebt protestaties gezonden naar de
mer tegen het wetsontwerp Woeste. Gij
J' Wel gedaan. Maar denkt ge toch zeer
ernstig dat onze zaken daarmede een voet
bteed vooruit gegaan zijn? Protesteeren?
Goed. Tegen onrechtvaardigheid moet ge
protesteerd worden. Maar liet men ons nu
nog alle liberale kiezers die we voor 't oo-
genblik bezitten. Hoever zou ons dit brengen?
Zou ons Vlaanderen liberaal zijn? Neen, niet
waar? Dus dat we in Vlaanderen veel liberale
kiezers te kort hebben; dus, dat er in Vlaan
deren veel te weinig liberalen zijn. Hebt ge
daar vrede meê? Ik niet. Bij mij bestaat da
wensch dat er meer liberalen komen in
Vlaanderen, voor het welzijn van mijn land.
Nu, als een boer maar twee koeien heeft en
hij er vijf begeert in z'n stal, dan weet die
eenvoudige man wel dat hij er nog drie moet
bij krijgen. Willen wij dat onze denkwijze
eens in Vlaanderen zegeprale, dan ligt bet
voor de hand dat er meer liberalen komen
moeten, dat wij er dus meer moeten maken.
Hoe zullen wij er maken? Door al de kleine
middeltjes waarvan men te dien aanzien
gebruik en misbruik maakt? Brrr! Drijfzand,
waarop men niet bouwen zal
Hoe dan? door propagande meenen wij;
door prediking, verspreiding der liberale
gedachten. Zeg eens, beste papa, zult gij
die propagande maken? Ik?!
Maar nog wat! Gij spreekt zoo dikwijls
over beschaving. Zeer graag wou ik weten
wat gij daardoor verstaat? Nog liever, wat
gij en uws gelijken ooit gedaan hebt om de
verlichting en de beschaving van uw land
een duim breed vooruit te helpen?
Wel, M'nhrer! M'n gansch leven..
In den Zwarten of in den Witten.... de
honden bang gemaakt?
Laat ons liever ernstig zijn. Wel wil ik
aannemen dat ge voor u zelf een zeer be
schaafd menscli zijt, en niet eens naar het
gehalte uwer beschaving vragen. Maar ziet.
Als een boer zijn akker spitten wil, moet bij
een spade bezitten. Wat dan, als gij door
uwe taal van uw volk gescheiden zijt, als gij
het werktuig ter omspitting van den akker
der beschaving niet bezit, en bet zaad van
uwe beschaving in de schuur van uwe ge
dachte moet geborgen blijven, zonder dat het
ten goede gedije i
Zeg, als gij ooit eene gezonde, vruchtbare
gedachte hadt, hebt gij er ooit aan gedacht
dia ten behoeve van uw volk, klaar en be
grijpelijk uiteen te zetten? Zie wat uwe
vijanden doen! Dag aan dag wordt ons
Vlaanderen overstroomd door kalotenbladen
bij de vleet. Voor ieder smaak, voor ieder
beurs. Het centenbladje en het printentijd-
schrift, waarmeê de klerikalen het vertrou
wen onzer Vlaamsche huisgezinnen kapen.
Want let op! Wanneer zoo iets in een huis
gezin gedrongen is, dan moge de droes het
er weer uit bannen, het tijdschrift dat vol
doening schenkt aan oogen, hart en geest.
En wanneer dat jaar aan jaar zal geduurd
hebben, en het klerikale vergift tot in het
merg der beenderen van ons vlaamsche volk
zal doorgedrongen zijn, wat vrucht zal dan
uwe beschaving afgeworpen hebben? Hoe
dan nog den siroom opgevaren?
Als ik u ook vraag of gij het woord van
uwen mond ooit heb dienstig gemaakt om
aan uw volk de liberale gedachten aan te
prediken of in zijn hart het zaad der vrijzin
nigheid, der verdraagzaamheid, der verlich
ting te strooien.
Wie dan heeft er iels gedaan ter verlich
ting van het Vlaamsche volk
Laat u dat verschiet zóó rustig
Als ge mij die vraag stelt, dan bied ik u
het heirleger mijner strijdgenooten aan. Dan
zullen wij daarop antwoorden, met de hand
op het hart, en het trotsche hoofd omhoog:
- Wij hebben iets gedaan, die dweepen met
eigen aard en taalWij die denken dat het
eerste wat een volk behoeft om groot te zijn,
is het besef zijner waardigheid,;pij die den
ken dat een volk geen volk is wanneer het
geen eigen taal heeft. Of wat zouden de
honden onder een zeggen van hun makker
die niet blaffen kan? Wij nog, die ai onze
krachten inspannen om aan dat volk het
verloren bewustzijn terug te schenken, zijn
hart voor zijn grootste verleden te doen ont
vlammen, zijn oog op hooger idealen te ves
tigen. Wij hebben én onze pen én ons woord
ten dienste gesteld om ons volk te beschaven.
Zie de onafzienbare reeks boekdeelen waarin
wij het volk deelachtig maakten aan onze
ruime ontwikkeling! Boeken die zijn hart en
zijn geest vormen moeten; ook boeken die
ter vrijzinnigheid opleiden moeten. Of hebt
ge wellicht: - Vlaamsche Jongen Arm
Vlaanderen - Sophie - In onze
Vlaamsche Gewesten en zóóveel! niet
gelezen? Wij ook hebben met ons bezielend
woord het hart des volks geraakt. Of is er
ooit in Vlaanderen één man van het woord
ipetzulk doel opgetreden zoo hij niet tot de
onzen behoorde?
Zoo zouden wij spreken en u wijzen op
hetgeen wij in onze afdeelingen van het
Willems-Fonds verrichten ter beschaving
van ons volk.
Kunnen wij dan niet alles wat we zouden
begeeren te doen, dat ligt niet aan ons maar
aan de omstandigheden. Boekerijen stichten
en die met boeken vullen kan iedere aUeeling
van bet Willems-Fonds slechts-met de bijtre
ding van velen. En daarom doen wij een op
roep aan de menschen van goeden wil die der
beschaving van hun land een warm hart
toedragen. Voordrachten laten geven gaat
ook al niet zonder stoffelijke opoffering wan
neer de spreker van elders moet komen. Om
die moeilijkheid te boven te komen is juist
Immer Werkzaam - gesticht.
De kring zal namelijk degelijke elementen
opleiden om met vaardigheid het Vlaamsche
woord te voeren. Die elementen zullen dan
in onze afdeeling kunnen optreden en haar
meer leven bijzetten
En wanneer we dan sterk genoeg riju en
vertrouwen genoeg in ons zelf bezitten, zul
len wij er, met ondersteuning, kunnen aan
denken ook op ander tooneel op te treden en
licht te verspreiden daar waar lieden nog
volle duisternis heerscht.
Handelen wij goed en verstandig en in het
belang onzer zoo dierbare overtuiging, men
onthoude ons dan de ondersteuning niet.
Laat allen die de liberale vlaamsche zaak
genegen zijn, en bunn® overtuiging met wat
meer dan herberg tinnegieterij willen dienen,
zich bij ons aansluiten.
Wij doen eenen warmen oproep aan alle
jeugdige wakkere krachten, wachtende dat
men per naast breeder inlichtingen over ons
doel en onze inrichtingen kunne geven door
het afkondigen van onze verordeningen.
Vlaamsche Jongen.
Vooreerst eene spaarzaamheid te ver
wezenlijken, dewijl minister Beernaert langs
alle kanten op loer is naar spaarzaamheden
t« doen zooals men verder lezen zal,
zelfs op den rug der arme werklieden
duiden wij er hem eene aan, welke op libe
raal en katholiek een bijzonder goed uit
werksel zou maken en oneindig veel zou
bijdragen om de volksgunst te verkrijgen,
die de zaak Pourbaix hem ontnomen heeft,
tot zooverre dat zijne vrienden op de laatste
kiezingen te Gent niet dorsten in den kies
strijd treden omdat 't zoo slecht weer was...
zegden ze.... Is de luchtgesteltenis nu beter
misschien en toch onthouden de katholieken
zich niet te Leuven??
Maar vergeten wij de spaarzaamheid niet
die te doen is. Het ware de maandelijksche
parlementaire toelage te verrangen voor de
volksvertegenwoordigers door eene gering#
tegenwoordigheidspenning, waaraan de. te
huis blijvers geen recht zouden hebben.
Dit ware eene echt# edelmoedige spaar
zaamheid die gansch het land hartelijk zou
toejuichen.
Terwijl deze die minister Beernaert be
werkstelligt op den intrest der pensioen
en lijfrentkas niemands goedkeuring kan
afdragen.
De liberale ministers verleenden opvol-
gentlijk op de gestorte gelden voor de
pensioenkas eenen intrest van 4 1/2 ten
honderd. Minister Beernaert verminderde
dien intrest op 3 ten honderd en hjj ver
klaarde verleden week in de Kamer dat men
voorzichtigheidshalve den intrest zou moeten
brengen op 2 1/2 ten honderd uit vreeze dat
de Staat latertijds zou kunnen eenig verlies
onderstaan.
Doch intusschentijd verwezentlijkt het
Staatsbestuur geldwinstcn op het beheer der
pensioen- en lijfrentkas, uitsluitelijk inge
steld voor de bedrijvige en spaarzame
volksklassen.
Wij herhalen dus onze vraag van verleden
week. Is het te verwonderen dat de lijfrent
kas zoo bitter weinig bijval ontmoet
Wij zeggen luid op: Neen, niet dat het
volk teeneinaal onverschillig is aan de wis
selvalligheden der toekomst en dat er geene
werklieden zijn die zouden begeeren te
sparen voor hunnen ouden dag, maar de
voorwaarden zijn oprecht te schadelijk die
het Staatsbestuur stelt om de natuurlijke
onverschilligheid van vele menschen wakker
te schudden.
Daar ligt de knoop Er moet te veel en
te lang gespaard worden vooraleer wat van
beduidenis te verzamelen.
't Ware voorzeker gecnen slechten maat
regel wilde de Staatskas zich eene geringe
opoffering getroosten om zooveel te meer de
werk menschen aan te moedigen deel te ma
ken van de pensioen- en lijfrentkas.
Ah! dat minister Beernaert bevel kreeg
van wege zijne meesters de bisschoppen, den
klerikalen winkel te bevoordeeligenUi Wat
zou hij zich verhaasten zonder opmerking
de gevraagde toelagen te vergunnen.
Wat dunkt u, lezer?
De kamerzittingen loopen nu zoo stil af als
ze eertijds hevig waren tijdens de bespre
kingen van Pourbaix, welke man 's mid-
dernachts bij minister Beernaert ontvangen
werd.
Men sprak over bet leger in de kamer en
M. Woeste, wiens stemme stille zweeg ge
durende geheel de zaak der mouchard».
HET WEEKBLAD
li®1