VAN IJPEKEN EN HET ARRONDISSEMENT.
Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad.
Zevenste jaar.
Zaterdag 17" December 1892.
Nummer 51.
De liberalen in den buiten.
De liberale gazetten.
Onderwijs.
Liberale Yereeniging.
STADSNIEUWS.
Strijdersbond.
Bestuurlijke beminnelijkheden.
Abonnementsprijs voorop betaalbaar: 3 50 fr. per jaar voor de stad. 3 fr. voor den buiten. Per 6 maanden: 1 fr. 75. Annoncen: 15 cent. per drukregel. Rechte
lijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. - Akkoord per jaar of per maand. 10 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 8 fr. per 100. Alle
berichten van verkoopingen of andere beke udmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, alsmede
die voor het buitenland worden ontvangen ioor den Office de Publicité, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij ea
onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen.
De personen die een abonnement
nemen aan Het Weekblad zullen
het blad kosteloos ontvangen van
heden tot 31n December.
Abonnementsprijs per jaar 2 50 fr.
per post 3 fr.
Elk abonnent heeft recht aan eene
kostelooze aankondiging.
De sacristiegazetten drukken hunne ver
wondering en spijt uit dat er nog liberalen
in den Vlaamschen buiten zijn, die vrijmoe
dig de stem durven verheffen en de misbrui
ken geeselenook een woord weten te zeg
gen op de almeestermakerij van pastoor en
kapelaan.
Wel, goede God, 't is wonderlijk dat er
niet nog veel meer liberalen op den buiten
zijn, want de boeren werden genoeg gefopt
en bedrogen door de valsche klerikale belof
ten.
Ging het op den buiten, met de klerikalen
aan het hoofd, geen welstand en voorspoed
regenen, bij zooverre dat het al gouden ap
pelen zouden zijn, en dat er van de boomen
gebradene coteletten en karbonnaden maar
af te plukken zijn zouden.
En sedert acht eeuwige jaren verlangen de
veldbewoners te vergeefs naar dien tijd van
lek-melipje.
Ook komt er niets van de beloofde ver
mindering van belastingen en de verminde
ring van krijgslasten. Gooit maar met rotte
appelen, het publiek bijt altijd toe tot over
den neus.
Hoor eens, klerikale gazetten, de vrije
personen in den buiten hebben geen ongelijk
zich liberalen te toonen en zich gereed te
maken het ondragelijk juk af te schudden.
Weihoe! de staatsbelastingen verminderen
niet, en deze der gemeenten en provinciën
vermeerderen gestadig. Is dit Jan zoo aange
naam?
Ik begrijp goed dat de huidige tijd aange
naam is voor kloosters en pastoor. Zij krij
gen al wat zij willen en begeeren; al de gun
sten van Staat, provincie en gemeente zijn
voor hun; voegt erbij dat menig vet erfdeel-
tje nog voor de neus wegreist der familiën.
Wat lekkerland is België voor die zwarte
partij geworden.
't Is dan in het geheel niet wonderlijk dat
in den buiten hevig geklaagd wordt en, mor-
bleu, niet zonder reden.
Ja, vrije lieden, toont u van langs om
meer liberaal en gij zult er u wel bij bevin
den. Gij hebt nu de ondervinding, van dat
klerikaal veel beloven en weinig geven, doet
de gekken in vreugde leven.
De ondervinding is de beste leermeesteres.
Herinnert u de vroegere goede liberale tijd,
voegt u weder bij de brave vrienden der li
berale partij, die altijd uwe belangen, uwen
voorspoed, uw welzijn, uwen vooruitgang
zoozeer te harte genomen hebben.
Liberalen, wordt in den buiten dubbel,
drijdubbel sterk in getal en macht; legt daar
toe een vasten wil aan den dag en uwe klei
ne dorpstij rans zullen verdwijnen en mach
teloos worden.
De oorlog tegen de liberale gazelten begint
opnieuw, of liever dezelve heeft nooit een
oogenblik opgehouden.
De geestelijkheid en de geheele tegenpar
tij bouwen rond de gemeente hooge muren,
't is te zeggen nemen alle middelen te baat
om de lezing te beletten van vrijzinnige
schriften en gazetten, die het menschelijk
begrip ontwikkelen en gezond verstand ver
schaffen.
Wij verstaan goed dat de zwartjes er aan
houden alleen het woord te voeren in den
buiten, er alleen meester te zijn, er iedereen
te dwingen en te doen plooien als slaven en
laten.
En de liberalen Ja, spreek me daar
eens van. Zij latan gaan en doen, en zie!
terwijl men slaapt, gaat de vijand lachend
en spottend met den buit loopen.
Dit getuige geheel Vlaanderen, waar de
liberalen nooit ernstig de handen uit de mou
wen gesteken hebben om hunne gazetten in
de gemeente te verspreiden, en door lezing
vrienden en partijgenooten aan te winnen.
't Is ook de schuld, door gebrek aau werk
zaamheid, dat de Vlaamsche provinciën om
zoo te zeggen in de ban len der geestelijke
partij gevallen zijn.
Maar waartoe goed te spreken, de toe
stand zal er niet door beteren noch de blin
den deoogen openen. Nu geduld, 't zal bete
ren als de musschen tanden krijgen 1
De verstandelijke ontwikkeling des volks
is heden meer dan ooit de bron zijner wel
vaart, sprak onze vorst in zijne troonrede
van 1879. Of deze woorden van hem, met
zijne daden en die zijner ministers overeen
stemmen, zullen we voor heden ons wachten
te onderzoeken liet tandengeknars der dui
zenden gebroodroofde onderwijzers en onder
wijzeressen zou te akelig in onze ooren weer
klinken. Herhalen we slechts met Belgie's
eerste burger de loffelijke spreuk en onder
zoeken we kortbondig op welke klas van
menschenze meest toepasselijk is. Voor eerst
de rijke grond- of geldbezitters, zij welke
door moeder fortuin ruimschoots begunstigd
zijn geworden, ofschoon ze in 't algemeen
hunne geleerdheid minst noodig hebben toch
kennen ze te wel de waarheid van bovenaan
gehaalde spreuk en geven hunne zonen en
dochters een grondig onderwijs, en ze hebben
gelijk. De burgers, de neringdoeners en am
bachtslieden weten bij zelfondervinding ge
noeg, hoezeer het onderwijs hun te stade
komt en zelfs hoe dikwijls hunne geleerdheid
te kort schiet, wanneer ze met slimmere
concurenten moeten wedijveren. Daarom
doen zij al het mogelijke om de verstandelij
ke ontwikkeling hunner kiaders zoo ver
mogelijk door te drijven ze ontzien geene
ontberingen en sparen, indien noodig tiet
brood uit den mond om hunne kinders het
geestesbrood te bezorgen gelukkig moeten
ze meestal niemand zien oin deze in zoo ge-
wichtigen ouderplicht naar behooren te ver
vullen. Gansch anders integendeel is het ge
steld met den nederigen landbouwer, met
den scharnelen werkman, en toch hij ook
weet hoe noodzakelijk het onderwijs is, hoe
menigmaal hij, uit oorzaak zijner onwetend
heid, is bedrogen geworden, en hij toch ook
is vader en zou zijn kroost eene betere toe
komst willen te genioetzien komen, immers
alles wat hij de zijnen kan nalaten is de ge
leerdheid, zoo noodig om op de hobbelige
baan des levens te kunnen voorttobben,
maar heiaasde mid leis ontbreken dikwijl
en dwingen den armen wroeter zijne kinders
te benuttigen om in het huishouden te helpen
voorzien op eenen ouderdom waarop ze op
de schoolbanken nog zoo noodig waren.
Dit zij gezegd voor den boer of werkman
welke zijne vaderplichten verstaat wij be
klagen diens noodlot en]wenschen den dag
waarop het hem mogelijk weze zijne kinders
eenj behoorlijk onderwijs te kunnen geven
maar helaas! zulke boeren of werklieden zijn
er zelden of nooit te vinden, meest allen be
kommeren zich zooveel om 't onderwijs
hunner kinders, als eene koe om een hoop
safraan, [en zien slechts, in hunne kinders,
werkers, welke hoe tenger en zwak ook,
reeds verplicht zijn, te zwoegen van 's mor
gens tot 's avonds en gelijk de wilden op
groeien. Daarom bestaat in al de landen wel
ke den vooruitgang betrachten het verplich
tend onderwijs, daar worden de zorgelooze
ouders door de wet gedwongen hunne kin
ders eenen zekeren graad van onderwijs te
geven.
In België ongelukkig bestaat dit niet, 't is
volgens een fransch geleerde zegdehet
eenige land der wereld, waar het gouverne
ment zijn onderwijs tracht te vernietigen.
Deze handelwijze van 't gouvernement vindt
hare navolging bij de kleinere overheden,
zoo vindt men burgemeesters, welke om
d'eene of d'andere domme ongegronde redens
den kinderen de toelatingsbriefjes weigeren
om 't kosteloos onderwijs te genieten, en
dwingen alzoo de arme verstootelingën op
straat te loopen, wild en woest en onbe
schaafd op te groeien.
De handelwijze van zulke burgemeesters
verdient waarlijk den naam van schandalig
en is wraakroepend tot voor de oogen van
God, welke de kleine kinders tot zich riep en
hun onderwees. En toch worden zulke man
nen gevonden, ziet rondom u en ge zult ze
gemakkelijk met den vinger kunnen aanwij
zen.
MAANDAG 26 DECEMBER 1892
om 7 ure 's avonds stipt,
ALGEMEENE VERGADERING
in het lokaal De Beurs, Cartonstraat, Yperen
DAGORDE
Bespreking en stemming van het regle
ment.
Wij komen den volgenden brief te ont
vangen, welken wij volgaarne in ons blad
mededeelen
Eenige leden van den strijdersbond heb-
ban met leedwezen bemerkt dat het Week-
blad, i.i zijne wekelijksche rubriek van
den strijdpenning allerlei persoonlijkheden
opneemt van lieden die, ondar voorwend-
sel van hunnen penning aan den strijders-
bond to offeren, van die gelegenheid rnis-
bruik maken om zekere personen in hunne
eer en reputatie aan te vallen.
Genoemde leden drukken den wensch
uit dat voortaan de redaktic van het
Weekblad, dergelijke persoonlijkheden
weigere op te nemen of ten minste zich
zou bepalen tot het aanhalen van de eerste
woorden naast de vermelding van het ge-
storte bedrag en alleen de opgaven eene
plaats in de gazet te verleenen die zich
niet verder dan met zuiver politieke be-
ginselen bezighouden,
Aan dien wensch willen wij zeer bereid
willig voldoen, en meer dan eens reeds heb
ben wij aangekondigd dat voortaan alle
persoonlijkheden zouden geweigerd worden,
maar sinds eenigen tijd komen de bijdragen
ons geheimzinnig toe, zij worden in onze
brief bus gestoken met het bedrag der opgave,
zonder dat wij kunnen te weten komen van
wi n of van waar zij van daan komen.
Daar de drukker noch de opstellingsraad
van zin zijn zich in slechte lakens te steken
om de wille van eenige laf hertige aanval
len, nemen zij deze gelegenheid te baat om
te verklaren dat zij voortaan vreemd willen
blijven aan de inzamelingan van den strijd
penning, en hardnekkiglijk zullen weigeren
deze in te lijven die aan de gewenschte
voorwaarden niet zullen voldoen. Zij willen
niet dat zij verdacht worden voor eene on
beduidende som van 5,10 centiemen of meer,
waarvan zij toch niet het minste profijt heb
ben, de aanrandingen te beschermen die men
dikwijls tegen onschuldige personen richt.
Moeten de inkomstc-n van den strijdpenniug
er door verminderen, onze verantwoorde
lijkheid zal minder zijn ook en wij zullen het
genoegen hebben aan den wensch der leden
van den strijdersbond te voldoen.
Waarom ook zich verbergen achter eene
naamlooze beschuldiging? Dat zij, die er aan
houden eene gazet stichten waarin zulks
toegelaten wordt, wij verklaren vlakaf dat
wij er van afzien. De Redaktie.
De zaak Gryffon wordt voortdurend druk
besproken. Onze fransche confrater le Pro-
grès stelt eenige vragen voor die van langs
om beter doen zien dat de broodroovers te
vergeefs naar voorwendsels zoeken om hun
gedrag jegens den afgestelden fonteinmeester
te verechtvaardigen.
Ziehier hoe hij zich uitdrukt:
Heeft Gryffon de sluisdeur gesloten, of
heeft hij ze opengelaten? Gryffon houdt
staande dat hij ze gesloten heeft en Colaert
bekent ook dat hij ze gesloten heeft in tegen
strijdigheid met het gene Surmont gezcid had
Is zij eerst geopend geweest en heeft men ze
maar gesloten na dat men de noodzakelijk
heid bestatigd had ze te sluiten, 'tis wel mo
gelijk, maar dit alles is niet klaar, aangezien
Surmont geene uitleggingen geeft in den ge
meenteraad over dit belangrijk punt. Maar
wat klaar, helder klaar is, 't is dat Gryffon
geslachtofferd is geweest aan eene geheime
wraak en dat de sluisdeur hier slechts een
voorwendsel is.
Dat een werkman eenen misslag begaat
en wie begaat er geene moet men hem
daarom beslissend wegzenden? Na den mis
slag, indien hij grof is, komt de waarschu
wing, de boet, eene tijdelijke opschorsing,
de berisping of alle andere straf in betrek
king met den beganen misslag; de afzetting
is voor het einde, 't is de straf na de onver
beterlijkheid of den zichtbaren kwaden wil,
de boosheid, de ernstige verwaarloosheid
met hervalling.
Hier is niets dergelijks in het spel. Ten
eerste, het is niet bewezen dat Gryffon ge
faald heeft, en indien hij gefaald had, zou
HET WEEKBLAD