VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT. Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad. Ghemin de fer Elfde jaar. Zaterdag 31n Octotber 1896. Nummer 44. Slechte jaren. De schoonheden der schoolwet. De Briefdragers. STADNIEUIS. AVIS. Abonnementsprijs voorop betaalbaar 3.00 fr. per jaar voorden buiten. 2.50 fr voor stad. Per 6 maanden 1 fr. 50 Per 3 maanden 1 fr. Annoncen: 15 cent per drukregel. Rechterlijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 5 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, euz. 4 fr. per 100 Alle berichten van verknopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, als mede die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicüé, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij en onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen. Heures de départ- rf'YPRES pour "Wij hebben dikwijls onze oudjes, grootvader en grootmoeder, ja vader en moeder hooren spreken van de slechte jaren. Als zij daarvan redeneeren voelt elk eenen zekeren schrik, men ijst als men denkt wat alsdan de arme man moest lijden, wat ontberingen, wat ellende hij uitstond. En nu, nochtans, al gaat het mis schien zoo hard niet, zijn het toch nog slechte jaren, mag men zeggen. Dit is vooral te wijten aan het on gelukkig weder dat sedert lang alle hoop vernietigt, zoowel van den land bouwer als van den ambachtsman. Verwachte men koude, er kwam warmte dacht men dat het ging re genen, 't was de zon die scheen, alles tegen en buiten seizoen. Vooral, die ongelukkige regen die ijselijke massa water, welke wij sedert verscheidene jaren hebben zien vallen, heeft on eindig veel kwaad aan landbouw en handel berokkend. De landbouw heeft schoone veel belovende oogsten zien mislukken, de aardappelen nu, dan het vlas, hier de hoppe, ginder het graan, verder de grasplanten. Zoo is het dat meni ge pachter buiten staat werd gesteld zijne verplichtingen te voldoen. Zoo kwamen veel hofsteden ledig, hetgeen en voor den eigenaar en voor het al gemeen welzijn nadeelig is. Zoo komt het dat men in den buiten algemeen klaagt en bitter spreekt over de te genwoordige slechte jaren. In de stéden gaat het niet beter. De werklieden die met de veran dering der seizoenen leven, kleer- en schoenmakers en al wat er van naar of bij betrek mede heeft, klagen put ten in den grond en niet zonder re den. Zij zien al hunne hoop bedro gen, door de slechte opeenvolging, of liever door de afwezigheid der jaar getijden. De kalanten komen niet zoo als gewoonte af, tegen den winter om hunne warme kleederen, met de lente om lichter goed. Want, waartoe noodigregen en zonneschijn, koude en warmte zijn op hunne plaats niet meer. Kerstdag is warmer dan Pa- schen, terwijl men te Lichtmis zweet, loopt men te half oogst met eene winterkazak Dus, de bijzonderste oorzaak der slechte jaren die wij nu beleven, is in de weêrgesteldheid. Kon die schrik kelijke plaag beteren, konden de jaar getijden, zooals in onzen jongen tijd, beter, gunstiger en regelma tiger hunnen loop volgen, gij zoudt aldra beternis in den algemeenen toe stand zien. Er is noch oorlog, noch bijzondere plaag die ievers woedt, 't is vooral het slecht weder dat alle onheil bijgebracht heeft. Mocht het nu te hopen zijn, dat de warmte, de koude, den wind wat ge paster hunne rol komen vervullen; mochten vooral die afschuwelijke re genvlagen, die duizend millioenen hectoliters water wegblijven, die in de laatste jaren gevallen zijn, dan zoudt gij wel den handel en de nij verheid zien herleven. Gij zoudt alras de ledige hofsteden weder bewoond, het land bebouwd, de kleermaker schuifelend op zijn tafelier, de schoenmaker zingend op zijnen driepikkel zien. Laat ons dit geluk hopen. God, die ons lot, dat van Vlaande ren in handen houdt, zal 't, is te ho pen wel geweerdigen te beteren. Men wordt het niet moede dit ge- denkteeken van afschuwelijke terug werking te bewonderen. Reeds heb ben wij er het brutaal en fanatiek sectarisch karakter van aangeduid nu is het noodig er het financeel doel van te doen uitschijnen. Hier is het dat men het spectakel van liet kleri kaal bedrog nog kan geven dat er in gelukt om van de openbare schatkist de prooi der kloosters te maken. Tot aan de wet Schollaert werden de aangenomen scholen,daar waar er aangetroffen werden door de aannemende gemeente gesubsidieerd ingevolge overeenkomst gesloten met den schoolbestuurder, en dat was al. De Staat kwam er in hun voordeel niet tusschen. Onze meesters hebben dien staat van zaken het onderste boven gesme ten. Voortaan zullen de aangenomene scholen zelfs de eenvoudige pri vaatscholen welke de gemeenteover heden niet zullen waardig geacht hebben van aangenomen te worden van den Staat dezelfde subsidiën ont vangen als de officieele scholen. De regels der verdeeling zijn dezelfde voor de eene zooals voor de andere. Zij hebben denzelfden titel als de ge meentescholen, recht op de kredieten ten laste van het bureel van welda digheid gelegd voor de kosten van het onderwijs der arme kinderen. Ziedaar reeds overvloedige renten verzekerd voorde broederkens en de zusterkens. Doch dit alles niet. Eene formeele schikking der wet Schollaert verplicht de gemeente van aan de onderwijzers der aangenomene scholen een mini mum van jaarwedde te verzekeren met periodieke verhoogingen van vier tot vijfjaren. Dat is eene overmaat. Dus ziet nu daar onderwijzers wel ke de gemeente niet kent, welke zij niet benoemd heeft, op dewelke zij geene de minste tucht aanspraak heeften het is nochtans de gemeente die hen zal betalen, en die verplicht is hunne jaarwedde op het budget te brengen. Dit is de omverwerping van alle bestuurlijke regels. Gewoonlijk sleept de verplichting van te betalen het recht van te bevelen na zich, of ten minste van toe te zien. Hier is er niets dergelijks van. De gemeente be taalt, maar heeft het recht te zwijgen, zij heeft verplichtingen maar zonder onderlinge betrekkelijke rechten. Het is de uitbreiding van het eere- dienststelsel tot het Onderwijs. De Staat betaalt de leden van het gees telijkheid zonder dat haar iets als wedervergelding kan vragen. Men heeft pastoors gezien welke de ongehoorzaamheid aan 's landswetten aanpredikten, en als zij van den pre dikstoel afkwamen, zegepralend hun tractement gingen opstrijken. De privaatscholen, aangenomen of niet, werden vroeger als werken van zelfopoffering en volstrekte onbaat zuchtigheid vertegenwoordigd. De clericalen droegen den roem dat zij dezelve met hunne duiten ondersteun den en verheerlijkten hun schoolwerk, als een der wonderbaarste betuigin gen van den opofferingsgeest. Het is er voortaan mee gedaan met die legende. Het klerikaal onder wijs houdt op van een werk van zelf opoffering te zijn om een voorwerp van winstbejag te worden. De uitgaven van het privaatonder wijs gaan door de provinciën, de ge meenten, de bureelen van weldadig heid en van den Staat gedragen wor den. De particulieren en de congre gatiën zullen er van het hunne niet meer moeten instekenmet een beet je behendigheid zullen de ontvangsten van de openbare kassen de schooluit gaven te boven gaan en er zal een overschot blijven dat aan de kiespro- paganda zal kunnen besteed worden. De clericalen zijn tot hun doel ge raakt. Onder voorwendsel van vrijheid van onderwijs, onderwerpen zij de openbare schatkist aan eene geregel de aftapping. De nijverheid der privaatscholen gaat eene goede opbrengst opleveren. Oh ja! Het uur der persoonlijke op offering is voorbij, en wel voorbij De briegdragers te Brussel en in andere steden hebben het niet al te breed, zooals is geweten. De jaarwedde die men hun aanbiedt, is zoo belachelijk dat, hadden zij de fooikens niet van nieuwjaar, zij er onmogelijk zou den kunnen mede omspringen. Het vakorgaan Le Chempostel, roept met reden de aandacht der overheid op dien staat van zaken. Ten allen kante, zegt het blad, zien wij eene beweging ontstaan ten voordeele van het minimum van dagloon. De meest sceptische geesten erkennen dat een briefdrager met zijne jaarwedde moeilijk kan bestaan. De staat, die het voorbeeld diende te ge ven en zijne agenten boven den nood ver heven te houden, gaat maar voort zijne briefdragers te doen werken aan 2.80, 3 en 3.50 fr. per dag. Het is een echt schandaal. II paraitra sous peu un guide iilustré pour la ville d'Ypres et les environs. Les hóteliers, cafetiers, voituriers, négo- ciants, etc., qui désirent être recommandés aux étrangers, sont priés de s'adresser pour tous renseignements chez CH. DEWEERDT, Rue de Lille, 59, Ypres, avant le premier Décembre prochain. Le guide comprendra environ 75 pages de texte et de photogravures. II sera tiré a 5000 exemplaires qui seront vendus proba- blement de 1 franc a 1 franc 50 centimes. Son format sera de 13 c. sur 20 c. en hau teur. Prix de l'annonce 1 page entière: 15 francs 1/2 page8 francs 1/4 page5 francs Les annonciers peuvent, rédiger eux-mê- HET WEEKBLA Poperinghe, 5-20 6-53 8-52 9-03 9-43 U.45 2-46 - 3-43 - 6-24 - 7-07 8-11 9-41 Houthem, 5-13 8-00 10-59 12-25 5-02 7-38. (Jominss 5-13 7-42 8-00 9-41 9-46 10-59 12-25 2-29 2-35 5-02 7-38 8-40 Oomines-Armentières, 5-13 7-4210-592-35 5-02 8-40. Roulers, 6-45 7-44 10-20 12-00 1-33 2-33 3-48 6-27 7.37. Langhemarck-Ostende, 4-00 (Cortemarck), 6-54. 9-50 11-57 3-39 6-07. Oourtrai, 5-13 8-00 9-41 10-59 12-25 2-29 5-02 7-38. Courtrai-Bruxelles, 5-13 8-00 9-41 10-59 2-29— 5.02 7-38. Courtrai-Oand, 5-13 8 00 10-59 2-29 5-02 -7-38. De Poperinghe vers Hazebrouck, 7-11 9-19 12-03 4-01 —0-38 8-28. TRAM YPRES -FURNES. 4.40 7-28 9-46 1-00 3-50 6-30 10-36 (le samedi seuletnent). FURNES-YPRES. 4.45 7.32 9-50 1-05 3-55 6-34.

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1896 | | pagina 1