VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT.
Politiek, Nieuws- Handels- en Annoncenblad.
Orgaan der Liberale verbintenis van Yper en het Arrondissement.
EENDRACHT MAAKT MACHT.
7
Vijftiende jaar
Zaterdag 21" December 1901.
Nummer 51.
Onze lieve vrouw
van Nuremberg.
Wat* hebben d§
bewaarders' gedaan
i
De schietbaan in de Kamer.
Abonnementsprijs voorop betaalbaar 3.00 fr. per jaar voor den buiten. 2 50 fr. voor stad. Por 6 maanden 1 fr. 50 Per 3 maanden 1 fr. Annoncen. 15 cent
per drukregel. Rechterlijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 5 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 4 fr. per 100
Alle berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd De annoncen voor Bolgië, ter uitzondering der beide Vlaanderen, als
mede die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicité, Magdaienastraat, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vri;
m onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen.
(Vervolg).
Deze ijzeren schoenen werden gloeiend
heet gemaakt, om de voeten der slachtoffers
te verbrandenMenigmaal hebben deze
angstproppen van de hartverscheurende
kreten der gemartelden getrild!... Deze
kruiken goten, druppel voor druppel, water
op vochtiggemaakte mondproppen, welke
duizende eerlijke lieden verstikten!... Deze,
met gestolten bloed bevlekte foltertuigen,
daar in die nissen, hebben op de wreedaar
digste wijze, ganscb de protestansche bevol
king van Beieren, die weigerde voor den
Paus te kruipen gemarteld en verbrand 1...
Doch genoeg bloed 1 Verlaten wij dit museum
nabij het paleis gelegen, om ons naar den
Toren van Maximiliaan te begeven Dui
zende en duizende ketters, mannen, vrouwen
en kinderen, allen met zware kettingen be
laden, hebben den weg, welke langs die wo
ningen leidt, afgelegd, en hebben een laat-
sten blik naar den blauwen hemel gericht,
alvorens den drempel van dit sombere ge
bouw te overschrijden.
Eenige stappen gaans, onder dit wêergal-
mend welfsel brengen ons voor een duiste
ren trap, die ons onder den grond, tot eene
galerij leidt, gansch in de rots gekapt.
Bij het flikkerende licht der lantaarn van
den bewaker, bemerken we eene zware don
kerbruine deur van ijzeren platen en nagels
voorzien. De sleutel draait in het roestige
slot; krassend opent zich de sombere deur.
Wij volgen den bewaker en bereiken in dg
halve duisternis, eene tweede, logge poort
met een onheilspellend uitzicht!
Deze twee afsluitingen waren voldoende;
"Eene derde deur, die wij tien stappen verder
bespeurden, verwittigde de slachtoffers dat
alle hoop op ontsnapping ijdel was.
-Eene schrikwekkende stilte omringt ons
.plotselings; geen gerucht van de stad dringt
tot in deze onderaardsche krochten door
geen noodkreet der gemartelden mocht bui
ten gehoord wordenDe bewaker leidt ons
verder, blijft voor eene deur staan, opent ze
<en fluistert ons toe Hier is het
Wij bevinden ons in de folterkamer!...
Hier is het, dat gedurende 70 jaren in
quisitors kwamen zetelen onder dit groofé
kruisbeeld, dat nog aan den muur hangt;
hier is' lieLdat 6 kandelaren, deze mon
sters én4nfj|Ke slachtoffers verlichtten hier
is het, d^t dè KgH#k £.zicli»
woord van den be-
van den gefolterde
folterbank, van die' zWare 'steë:
stalen angels, en van al die geheimzinnige
foltertuigen, die aan deze vier wanden va\t-J
gehecht zijn, bediende om de wreedaardigste
lafheden te begaan op de edelste burgers
van Beiëren.
En terwijf wij, diep ontroerd, grond
beschouwden, voorheen met zooveel'bloed
rood geverwd, door zooveel tranen bevoch
tigd, bedekt met zooveel lillende ledematen,
fluisterde onze leidsman ons geheimzinnig
toe: «Deze lieden loochenen de Maagd en
stierven in hare omhelzing.
En weer volgden we hem langs de sombe
re galerij, rechts afslaande; na eenigen tijd
gaans bevonden we ons onder een tamelijk-
laag gewelfsel. Onze geleider hief zijne lan
taarn een weinig opwaarts.
Voor ons stond een afzichtelijk ruw Ma
riabeeld, dat plotselings met dubbele valdeur
openvloog.
Nu begrepen we het
waker De doodstrijd
eindigde in Onze Lieve vrouw van Nu
remberg. De ongelukkigen, ontwricht,
verminkt, vermorzeld in de folterkamer,
werden voor dit ijzerenbeeld gebracht. Ecue
veer bewoog de beide vleugels der deur,
welke langs binnen met stalen punten gewa
pend waren, op zulke wijze geplaatst, dat
zij de oogen, de borst, en den buik van bet
slachtoffer doorboorden, wanneer de vleugels
der deur in hunne vroegere standplaats ge
bracht werden.
De gemartelde werd met den hals aan de
zoldering van het beeld vastgehecht. De deur
werd gesloten bij middel van eenen z waren
balk; en de dood volgde zoo langzaam als
de monnik het verkoos.
Het beeld werd geopend. Men ontsloot
eene val, en het slachtoffer verdween langs
eene buis en kwam terecht in een afgezon
derd kanaal, verbonden met den Peignitz...
De R. K. Kerk hernieuwt slechts hare
traditiën!'t geen zij gisteren verrichtte,
zal zij morgen pogen te herhalen.
Volgens den Pauselijken Syllabus
heeft de kerk het recht de macht te gebrui
ken! En nimmer heeft zij van deze aanmati
ging willen afstand doen. Zij tracht er eene
werkelijkheid van te maken.
Haar machtige arm omvat gansch België
Gedeeltelijk beheerscht zij het Hoilandsch
Bewind. Zij bestormt het weerspannig
Frankrijk.
We iWee! het westen van Europa, in
dien zij er in gelukt hare verovering te vol
tooien 1
Ziehier 't geen zij in naam van haren God,
in 67 Seminarien (van Frankrijk alléén)'on
derwijst.
Men moet erkennen, dat de Kerk van
God de macht verkregen heeft van diege-
hen te dwingen en te straffen, die halstar-
rig van den weg den waarheid afwijken,
niet alleenlijk bij middel' van geestelijke
maar ook bij middel van tijdelijke en li-
chamelijke, dat wil zeggen, door de ver-
beurdverklaring der goederen, door
boelen, door het gevang, door de geese-
ling, door de foltering, door dever-
minking, en door de dood. (i)
Zult gij ons eindelijk helpen, waarde le
zer, om deze bandieten vereeniging lebe
strijden JüpES BOSMANS.'
Wij^ehbq^dikwijls beweert en beweren
nog immerdat'vffe werkende staiïden der
iüaatschappij niet van de katholieke behou
ders hun redding te verwachten lgsjj^lh.
De behoudsgezinde katholieke partij is de
partij der rijke menschen. 't Zijn de belan
gen dezer klas die zij .bellerligt en indien zij
nu en dan iets doet voor het volk, doet zij
het slechts gedwongen, als zij niet verder
kan.
Een kort overzicht van 't geen zij al deed
gedurende haar lang bestuur zal volstaan om
onbetwistbaar te bewijzen dat niet van haar
de redding te verwachten is.
1) Wie verzette zich het harinekkigst te
gen alle uitbreiding van stemrecht?
Aan wie hebben wij het hatelijk meervou
dig stemrecht te danken, de bron van ver-
valschingen en van bedrog, die rem gelegd
aan den wagen der volksgezindheid?
De behouders.
Wilde de katholieke partij, van morgen
hadden wij het rechtvaardig algemeen stem
recht.
Moest eene wet aan de rijken slechts eene
stem geven en aan de armen en de boeren
drij en vier, welke rijke mensch zoude nog
voor de partij stemmen die zulk stelsel door
dreef? Geen enkele.
Is 't dan geen dwaasheid voor werkmen-
schen en landbouwers deze te ondersteunen
die hen door eene onrechtvaardige wet in
een staat van minderheid stellen in het land?
2) Gedurende de rnaaud Mei zijn 60,000
Vlaamsche werklieden ia Vrankrijk. Zij zijn
dus feitelijk van hun stemrecht beroofd door
de behouders, die door dien eileridigen truk
de macht der werkende klas in Vlaanderen
verminderen.
Is liet dan geen dwaasheid voor al wie het
volk bemint voor zulke partij te stemmen?
3) In 1884 kwamen de behouders aan het
hoold onder den kreetweg met de lasten?
De lasten verre van af te slaan zijn ver
meerderd.
De last op koffij bestaat nog; de last op
den tabak ookde last op den genever is veel
verhoogd. De lasten op suiker, kruideniers
waren, leder, zekere kleerstoffen, enz. zijn
niet verminderd, en de minister schikt de
grondbelasting veel te verzwaren dank aan
de herziening van het kadaster.
Welke reden hebben wij om de behouders
in ons hart te dragen?
4) Sedert onheugelijke tijden belooft men
ons vermindering van krijgslasten.
In 1884 bedroeg het budjet van oorlog 46
millioenen en de diensttijd 10 jaren.
Onze behouders verhoogden het budjet
van oorlog dit jaar tot 54 millioenen.
De diensttijd is verhoogd tot 13 jaar.
Het ontwerp heden ter sprake moet ons
leger 3 a 4000 man meer schenken en jaar
lijks 10 a 12 millioen nieuwe lasten bijbren
gen.
Heeft ooit eene partij zoo den zot gehou
den met hare kiezei s
5) De behoudsgezinde partij bestaat dank
aan de Vlaamsche gewesten; zonder Vlaan
deren waren er geen tien katholieke bewaar
ders in de Belgische Kamers. Wat doet het
bestuur voor ons Vlaamsche volk?
Kijft b$t niet de verstooteling in Belgie?
Wordt fSüZQ taal niet veracht en mispre
zen
Welke behouder heeft den moed ze te
spreken in Kamers of Senaat.
6) Wie heeft de gebrekkige wet op de
evenredige vertegenwoordiging gemaakt die
twintig arrondissementen van het land dien
eene of de andere partij van alle vertegen
woordiging berooft?
7) Wie houdt ons volk in kluisters? Wie is
er bereid elkeen te vervolgen die durft spre
ken en de misbruiken aanklagen?
8) Wie heeft er onze jaarlijksche kosten
van 320 millioen in 1884 doen stijgen tot
470 millioenen? Zijq het niet de behouders 1
9) Wie houdt er de hatelijke jachtwet in
voege, alhoewel ze jaarlijks van 20 moorden
de oorzaak is?
10) Wie ondermijnt er ons onderwijs voor
al in Vlaanderen? Wie is er bezig onzen
Vlaamschen buiten te hullen in de onwetend
heid om beter te kunnen mfeester blijven en
geruster onrechtveerdige wetten te mogen
stemmen?
Wij Vlaamsche kiezers, we hebben ons
dus te beklagen over de behouders als Vla
mingen, omdat zij ons krenken in ons ua-
tionaal gevoelen, omdat zij ons volk de plaats
niet geven die hem in Belgie toekomt.
11) v\ ie weigert er 't belachelijk pensioen
te verdubbelen?
Wij hebben ons over hen te beklagen om
dat zij ons bedrogen als kiezer: steeds heb
ben zij ons gepaaid met ij dele beloften en ons
bedrogen. Wij hebben ons vooral over hen
te beklagen als leden of vrienden der volks
klas. De gestadige bekommernis der behou
ders is de macht van het volk te krenken en in
te toornen, en zoo zijne stoffelijke verbetering
en vrijmaking te beletten. Moest ooit een be
stuur zooveel misdoen tegen de rijken als
dat bestuur misdaan beeft tegen den boeren
stand en de werklieden, nooit zou het in het
gedacht komen van een rijk mensch zulk be
stuur te ondersteunen: seffens zouden de rij
ke menschen zich van zoo eene partij af
scheuren en op hun eigen eene partij stich
ten, die beter hunne belangen behartigt.
Dat is het wat boeren en werklieden ook
moeten doen: voor hunne belangen een ei
gen leger, eene-eigene macht stichten,'t is
te zeggen eene eigene partij. H. Pl.
In antwoord op de vraag van M. Nolf,
heeft de minister van 't inwendige in zitting
der Kamer van Volksvertegenwoordigers
van 10 December 11., zijne belofte hernieuwd
tijdens de bespreking zijner begrooling, de
schikking te wijzigen die de tusschenkomst
van den Staat in de bouwingskosten van
schietbanen op een derde bepaalt.
Wij wensclien den heer afgevaardigde Nolf
geluk deze belangrijke vraag gedaan te heb
ben. De aanneeming van het ontwerp door
do Kamer zal eene rijke kans voor de stad
en eene bron van inkomsten voor talrijke
inwoners.
Zeggen wij te dezer gelegenheid dat in de
maaud August! 1900, eenige Yperlingen het
initiatief namen een verzoekschrift in omloop
te brengen, dat gericht was naar het Stads
bestuur, strekkende om het bouwen der
schietbaan te bekomen, reeds zoo dikwijls
beloofd door den burgemeester. Dit verzoek-
schrilt bekwam een zeer grooten bijval, het
werd geteekend door de gansche burger
wacht, door het Pompierskorps en door ver
scheidene honderden bijzonderen: iedereen
begreep het nut dezer instelling. Inderdaad,
gelijk de verzoekers het zegden: De afwe-
zigheid eencr schietbaan te Yperen, ver-
plicht jaarlijks liet garnizoen gedurende
eenige weken de stad te verlaten om schiet-
oefeningen te doen in het kamp van Bever-
loo; de burgerwacht moet zich begeven
naar Roesela re en Brussel, ten koste der
stad de pompiers hebben geen andere toe-
vlucht om zich te oefenen dan dechineesche
schijf.
Wat meer is, de minister van 'tinwen-
dige richt jaarlijks voor de belgische scliut-
ters, luisterrijke prijskampen in, die door
duizende liefhebbers bijgewoond worden;
wij, Yperlingen, geen oefeningsveld heb-
bende, wij bevinden ons in eenen staa
«JUS
HET WEEKBLAD
g«:ragTO,-»ssi^:j-..3aBisa&3gwacfl'araaggmgs^^
ittn vffh i
(1) Dogmatische en zedelijke théologie door
Vincent on de Godsdienstleeraars van het Semina
rie van Clermont derSociëteit van St Sulpice,
1» boek bh 400 (uitgave van 1899.) Dit v ordt onder
wezen in 67 seminarien van Frankrijk, met de
goedkeuring van Leo XIII.