Aanstootelij k. Aan het vuilblad! Eene Voordracht van M. Medard Yerkest. dit punt te doen toetsen. Van den Meenen- sche steenweg komende, zou men langs de Kauwekinstraat, de Cartonstraat.de Nieuwe Houtmarkt, de Boesinghestraat, naar de Vandenpeereboomplaats gaan. Die afschet sing zou kunnen gedaan worden, want, na onderzoek, bevestigt het achtbare Raadslid dat de hoeken niet te recht zijn. De Raad heefter belang bij, zegt M. Boone, de Maat schappij te beletten langs de Meenenstraat en de Markt te gaan. De heer Burgemeester. Het was de wensch van den Raad langs de buitenwan deling te gaan, toen wij eene laatste maal vergaderd hebben. Dit ontwerp was dus goedgekeurd geweest door de wedergemeen- telijke maatschappij. In onze laatste verga dering hfcb ik u mededeeling gegeven van eenen brief der maatschappij van Kortrijk. Aangezien de stichting van den tram ging gedaan worden op de buitenwandeling, ei gendom der stad, was het maar billijk dat de Dationale Maatschappij der buurtspoor wegen ons schadeloos stelde voor den grond en voor het vellen der boomen, maar zij hield er niet aan. Ik heb dat getoond in ge heime zitting. Er diende dus eene nieuwe afschetsing ge maakt te worden en, volgens mij, zou zij kunnen gedaan worden langs den Meenen- schen steenweg, de Kauwekinstraat, de Car- tonstraat, de nieuwe Houtmarkt, de Boe singhestraat, de Vandenpeereboomplaats. Wij hebben de zaak onderzocht en den heer ingenieur Watelet geraadpleegd die mij een plan gegeven heeft der Kauwekinstraat met een hoek der vesten af te snijden en in de Cartonstraat te gaan. De hoek is stomp. Die hoek zou moeten onteigend worden, aangezien er een straal van 25 meters noo- dig is. De tram zou gelegd geweest zijn langs den overkant der straat langs het huis van M. D'Huvettere, om voort te gaan langs de Nieuwe Houtmarkt, de Boesinghestraat, de Elverdinghestraat, naar de statie. Het huis van M. VTyckaert, dat den hoek der Boesinghestraat uitmaakt, en de hoek der Vandenpeereboomplaats zouden moeten ont eigend worden. Er zou een stilstand geweest zijn aan de Elverdinghestraat. Ziedaar. De maatschappij zal misschien kunnen bestaan zonder te onteigenen. Hoe zal zij het aanleggen met te onteigenen M. Boone. Te Meenen heeft men elf huizen onteigend. M. Colaert. Dat is een ander geval. Eene andere zwarigheid. De slijting van het materiaal in eene dergelijke krommige lijn; een zeer schadelijk materiaal, zoodanig dat de uitbater niet zal willen uitbaten. Zoo dat wij gebracht zijn tot dit: bij gebrek van langs de buitenwandeling te gaan, want de wedergemeentelijke maatschappij zal langs daar niet willen gaan indien wij eene bsta- ling eischen, blijft er ons eene laatste op lossing over, 't is van door de stad te gaan (Meenenstraat, Groote Markt, Boterstraat, enz.) Wij hebben een verzoekschrift ontvan gen, dat tegen deze beslissing verzet aan- teekent. Indien men door geene andere straat kan gaan. de Cartonstraat, bij voorbeeld,zal men slechts de inrichting vertragen en zelfs zul len wij den tram niet hebben, ten ware hij zou stilhouden aan de Bascule. De kwestie is dus deze: Wilt gij den tram, ja of neen, door de Meenenstraat, Groote Markt, Boterstraat Wij hebben moeten bekennen dat wij tiindernissen zul len hebben. M. Boone protesteert en haalt de hinder nissen aan die zich voorgedaan hebben te Gent met den electrieken tram. M. Colaert. Wat mij betreft, ik ver zaak er aan dóór de Boterstraat te gaan ten gevolge der moeilijkheden en spreken wij er niet meer van. M. Colaert. Er is misschien een ander middel, 't is van te gaan door de Meenen straat, de Groote Markt, de Neêrmarkt en de Vandenpeereboomplaats. M. Boone. Wat zult gij doen met uwen sti aal van 25 meters M. Colaert. Gij zult zien dat de straal daar niet van 25 maar van 40 meters is. De heer Voorzitter onderwerpt het plan van dit ontwerp aan het onderzoek der Raadsleden en vindt dat er maar die oplos sing is om den tram te hebben M. Vandenboogaerde. Zou men niet een gedeelte van den eigendom Wyckaert kunnen onteigenen M. Colaert. Neen. Met maar een ge deelte der huizen te onteigenen zou men zeer slechte krommingen hebben. M. Boone. Het schijnt mij dat deze kwestie van slijting van geen groot belang is. M. Colaert. Integendeel, 't is eene zeer belangrijke kwestie. De heer Voorzitter verklaart dat hij al de hindernissen aangehaald heeft en dat hij t'einde zijn latijn is. M. D'Huvettere. De oplossing door M. Boone voorgesteld is volstrekt onmogelijk zij is doorspekt met hindernissen en moei lijkheden. Het achtbare Raadslid haalt al die hinder nissen aan. M. Colaert deelt de zienswijze van M. D'Huvettere. Het is geene politieke kwestie, zegt de heer Voorzitternoch eene kies- kwestie, maar eene kwestie van intrest. Wij hebben alles nagezienwanneer gij het voor en tegen zult nagezien hebben, zult gij ein digen met mijne gedachten te deelen. M. Fraeys geeft de voorkeur aan de bui tenwandeling langs het Hoornwerk en den spoorweg volgende. M. Colaert. Dat is volstrekt onmoge lijk. Volgens de afschetsing die ik u kom aan te wijzen zal men rechtstreeks aan de groote en de kleine Botermarkt komen. Aan gezien er spraak is de groenselmarkt in de kleine Botermarkt te verplaatsen. M. Vandenboogaerde voorziet de aan komst niet van eene groote hoeveelheid bo ter door den tram van Gheluwe; het zal misschien anders gaan bij het vertrek. M. Colaert. Besturen is voorzien. Er zal middel zijn denk ik den handel aan te trekken langs de lijn van Poelcapelle, St. Juliaan en St. Jan. Er is daar eene groote samenhooping. M. Fraeys. Gij houdt geene rekening van de bevingen van den grond voor de zie ken van 't hospitaal. M. D'Huvettere. Het ware eene reden om uw hospitaal te doen vertrekken. M. Colaert. Ik durfde het niet zeggen. M- Boone. Gij zegdet zooeven dat gij zekere vreeze hadt voor de Halle ten gevolge der bevingen. M. Colaert. In alle geval ware het min spijtig voor 't hospitaal dan voor de Halle. M. Fraeys dringt aan op het geval dat hij komt aan te halen. M. Colaert. Dat zou misschien kunnen nadeelig zijn voor de typhuslijdenden. Wat er van zij, wij zullen straks aan die zwarig heid denken, in geheime zitting. In geheel deze zaak heeft de openbare meening haar woord te zeggen. M. D'Huvettere eischt een beter toezicht over den veloweg langs den steenweg van Zonnebeke. M. Colaert. Er zal rekening gehouden worden van uwe opmerkingen. M. Boone verzoekt het Collegie de oude kasseien te benuttigen voortkomende van de Staatswegen, om den weg te verbeteren die naar het kerkhof leidt langs den kant van den steenweg van Zonnebeke. Die weg is een ware modderpoel. De heer Voorzitter antwoordt dat die oude kasseien al benuttigd zijn geweest. Er zullen voorstellen gedaan worden voor de herstelling van de stedelijke wegen en er zal recht gedaan worden aan de vraag van M. Boone. 2. Stadseigendommengoedkeuring proces-verbaal verkooping van boomen. De Raad keurt het proces-verbaal goed der verkooping van boomen groeiende op de stadseigendommen gelegen te Boesinghe en Yper, gehouden den 23 November 1903. Deze verkooping heeft meer dan 8,000 fr. opgebracht (1). 3Stadsfinanciën: neerlegging der be grooting der stad voor 1903. Eene kopij zal Maandag toekomende kun nen behandig i worden aan de leden van den Raad. Men zal in Commissie zetelen, Zater dag 12 dezer, ten 5 ure, en de bespreking der begrooting zal plaats hebben in open- bare zitting, zaterdag 19 December. Goedgekeurd. 4. Lager onderwijslijst der recht hebbenden op het kosteloos onderwijs en bepaling van het belastingdeel van het Weldadigheidsbureel. Er vloeit voort uit eene beraadslaging van dit weldadigheidsbestuur, dat de Commissie het belastingsaandeel vastgesteld heeft op 8 fr. per kind voor de rechthebbenden op het kosteloos onderwijs. Gunstig advies. 5. Slachthuis: tariefverordening van het slachtrecht. Er is overgegaan geweest tot een onder zoek van commodo en incommodo nopens de tariefverordening van het slachtrecht. Na de uitleggingen door het Collegie ge geven hebben de beenhouwers zich aan de oude wijze van ontvangst geschikt, 't is te zeggen aan de taks ontvangen per kilo. M.Begerem. Hebben zij niet eenige vragen gedaan? De heer Voorzitter. Inderdaad. Zij hebben eenige vragen gedaan die onmidde- lijk vertoond zijn geweest aan den bestuur der met verzoek dezelve te onderzoeken en er verslag van te geven. De Raad, na kennis genomen te hebben van deze vragen, neemt de tariefverordening van het slachtrecht aan. 6.Kerkfabriek van St Jacobsreke ning 1902 en begrooting 1904. De rekening van 1902 sluit met een tekort van fr. 3,290-53. De heer Voorzitter bestatigt bij bet over zien der rekening dat dit tekort van jaar tot jaar vermindert. (1) Binnen 7 of 8 jaren zal er geen tekort meer zijn, zegt M. Colaert. Gunstig advies. De begrooting voor 1904 dezer kerkfa briek beloopt in ontvangsten en in uitgaven tot de som van fr. 9,723-62. Men heeft bij de ontvangsten eene som van 3.450 fr. gevoegd om in evenwicht te brengen. Gunstig advies, 7. Bureel van Weldadigheid: Rekening 1902 en begrooting 1904. Daar het in de inzichten van den Raad komt de rekening en de begrooting in af- deelingen te onderzoeken, stelt de heer Voorzitter vóór Zaterdag 12 dezer ten 4 ure te vergaderen. Aanvaard. De openbare zitting wordt ten 6 ure 30 m, geheven, Dit is te Brugge gebeurd. De brugsche magistraten hadden voor den laatsten kiesstrijd de aanplakking verboden op plaatsen die niet gewoonlijk daartoe bestemd waren. Een politieagent had gemeend te mogen een klerikalen plakbrief aftrekken! daar de plakker geene rekening gehouden had van het officiéél bericht. De agent, die maar plichtig was zijnen dienst gedaan te hebben en die gemeend had dat, in een klerikaal land, een verbod door de magistraten gedaan, voor iedereen gedaan is, klerikalen medebegrepen, werd gestraft met acht dagen opschorsingll! Wij maken dat schandaal aan al de eerlij ke lieden bekend. Hier te Yper, gedurende den kiestijd der maand October, zijn kinderen die naar zeke re klerikale scholen gaan, op heeterdaad be trapt geweest van verscheuren van liberale plakbrieven en aangeklaagd geweest bij de politie. Het Gerecht heeft de schuldigen niet vervolgd. Een bakkersgast, is vervolgd geweest. En spotternij, zijn verdediger vóór de rechtbank is Mr Colaert geweest, burgemeester der stad, geroepen door zijn ambt om de wetten en de reglementen te doen eerbiedigen Welk zal het vu u zijn? Wij zijn nieuws gierig het te kennen. Ja, M. Colaert, de eerbied voor het ge recht verdwijnt! Maar wiens schuld is het? Keer u dan als 'c u belieft om. Den gediplomeerden ezel heeft het gevon den, hoe slim, in ons blad van 28 November 11. schreven wij dat er op 6500 lotelingen meei dan 7187 mannen waren die noch lezen noch schrijven konden. Welnu, slimmerik, daar gij te dom zijt om te verstaan dat er eene feil bestaat, laten wij u weten dat het 718 moet zijn. Ja wii zeggen nog dat het volstrekt noodig is het verplichtend onderwijs te hebben het ware voor uwe dommerikken eene goéde zaak in plaats van met eene buize naar huis te ko men zou het mestdagh zijn Beati pauperes spiritu. Het Iepersch comiteit voor uitgebreid hoo- ger onderwijs vergast dit jaar zijne inschrij vers op eenen buitengewonen avond. Den 28n December, te 8 ure, zal de heer Me dard Verkest, van Brugge, eene voordracht houden over de Vlaamsche gothieken De bespreking zal begeleid zijn door licht- teekeningen. Niemand beter dan de heer Verkest kon een dergelijk onderwerp met degelijke ken nis van zaken behandelen. De Ieperlingen die hij, in Juli van 't verleden jaar, te Brug ge door de tentoonstelling rondleidde, heb ben zich kunnen rekenschap geven van zijne mooie bevoegdheid in zake van oude zoowel als van nieuwe kunst. Zijne belangrijkste opmerkingen en opzoekingen aangaande de jongste kunsttentoonstelling heeft hij neer geschreven in een merkwaardig werkje, waarvan de aangekondigde voordracht eenig- zins de korte inhoud wezen zal. Dit boekje zullen we nu zelf niet bespreken, en liever hier de beoordeeling overdrukken, welke Vindépendance beige in haar nummer van 25 oktober daarover ten beste gaf. De onvergetelijke tentoonstelling van Vlaamsche primitieven te Brugge heeft eene heele letterkunde doen ontstaan. Zij is het onderwerp geweest van een groot aantal boeken, welke de werken en het leven van onze gothieke schilders in een helder dag licht hebben gesteld. Het laatste van deze werken is eerst onlangs verschenenhet is geschreven door den heer Medard Verkest, een volbloed Bruggeling, wiens verdiensten we reeds verkondigden, ter gelegenheid van eene reeks artikels welke hij wydde aan eenige meesters der doode stad, onder an dere aan den betreurden Alexander Hanno- tiau, die zoo vroegtijdig henenging. Het boek van den Vlaamschen criticus heet Tentoonstelling van Vlaamsche primitieven en oude meesters te Brugge Indien het slechts bladzijden behelsde welke hem door de tentoonstelling zelve, en door de aldaar vereenigde werken werden inge geven, dan zou het slechts van tweede waarde zijn't zouden documenten zijn, die zouden te plaatsen wezen naast andere boek- deelen, welke voor hem over 't zelfde on derwerp doer andere schrijvers werden ge leverd. Maar 't is niet zóó. M. Verkest heeft zijne algemeene beschouwingen over de schilderkunst der primitieven en zijne korte monograflën over eiken meester doen op volgen door eene merkwaardige studie over de verhoudingen van onze oude kunst tot de folklore. In eene reeks verhandelingen be toont hij wat al de kunst van het gothieke tijdperk en van de renaissance aan de bij- belsche verhalen, aan de liederen der eerste middeleeuwsche dichters en aan de oude vertelsels verschuldigd is. En hij bewyst op zeer rechtmatige wijze hoe die bewonderens waardige meesters op hunne eigene manier zooveel verschillende onderwerpen behandel den, terwijl ze aan allen de athmosfeer en de omgeving van hun eigen of van een in gebeeld land bijgaven, en hunne helden in de kleedij staken welke zij zelf of hun tijd genoten droegen Hij vestigt ook de aandacht op de verstof felijking waarmee die gothieken hun gods dienstig geloof doordrongen, en toont aan dat dit geloof al niet heel hoog zweefde. Zij pasten de heilige mysteriën op hun dringen de instincten, en hun ongekunstelden geest aan. Van daar komen die tafereelen, geput uit de Testamenten, en weergegeven met een spartellevend realismus, in een midden waar de minste bijzonderheid afgekeken en om zoo te zeggen meegeleefd is. Hun voor» gangers hadden 't zoo gedaan in woord en (1) Welz buitenkansje voor onzen burgemeester, den koning der Financie 1 8.000 fr te voegen bij zijn fameuzen boni van fr. SÖ.SSO-yS (op hetpapierwel te verstaan). Ongelukkiglijk voor hem zal men in 't korte deze som zien smelten gelijk de sneeuw. Nauwelijks zullen er 5.000 fr. van overblijven Welke bestuurder 1 (N. d. R.) (1) In 1901 stoot de rekening der kerkfabriek van St. Jacobs met een te kort van fr. 3.882-43 (N. d. R.)

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1903 | | pagina 2