VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT. Politiek, Nieuws- Handels- en Annoncenblad. Herinneringen van 1887, 1 Het Slachthuis. Yper buiten. De Control. Het Manifest Achttiende jaar. Zaterdag 6n Februari 1904 Nummer 6. Kamer van Y olks vertegenwoordigers De rekening der Hospicen voor 1900 die komt te verschijnen. Nieuw tekort van fr. 30.098-13. Abonnementsprijs voorop betaalbaar 3.00 ft*, per jaar voor den buiten. 2.50 fr. voor stad. Per 0 maanden 1 fr. 50. Per 3 maanden 1 fr. Annoncen: 15 cent drukregel. Rechterlijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 5 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 4 fr. per 100 Alle berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, als- i die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicité, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij i enderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende morden niet opgenomen. f In de zitting van Woensdag 27 Januari 11. heeft M. Nolf de volgende vraag gesteld aan den minister van landbouw Is het waar dat de heer minister van landbouw voornemens is de fransche en hollandscbe grenzen voor het mager vee open te zetten of ten minste dit vee, voor- komstig van de departementen la Sarthe, la Mayenne, de Maine et Loire en Nièvre in 't land te laten komen? Daar de aan- koopen binnen kort moeten geschieden, wenschten de belanghebbenden te weten waaraan zij zich moeten houden. Zitting van 2 Februari 1904. M. Van der Bruggen, minister van land bouw antwoordt op deze vraag van M. Nolf. De invoer van fransch vee moest worden verboden omdat de gezondheidstoestand van het vee te wenschen overliet. De toe- stand is thans goed en binnen kort zal een ministerieel besluit op de fransche grenzen de maatregelen toepassen die op de hol- landsche van kracht zijn. De beesten voor de beenbouwers bestemd, zullen dus, vol- gens de gewone voorwaaren rechtstreeks naar de bijzonderste slachthuizen van het land worden gevoerd. De koeien zullen worden binnengelaten na een quarantaine en de proefneming door middel van tuber- culine te hehben doorstaan De financiën der Hospicen. Gewillig de uitdaging aanvaardende van het Journal d' Ypres, hebben wij in 't lange het zonderling verslag van de Commissie der Hospicen van 1902 kenbaar gemaakt, die den Gemeenteraad komt aangeboden te worden. Dat verslag, onze lezers hebben het kun nen bestatigen, zegt geeu enkel woord over de critieken, welke wij in de maand October 11. gericht hebben tegen de schul dige handelwijze der beheerders van de Hospicen en van den Gemeenteraad, hun medeplichtige. De heeren bestuurders, speculeerende op het feit dat de kwestiën der financiën onbe voegd en dikwijls onverstaanbaar zijn voor de menigte, en ook op het feit dat de kie zers den tijd gehad hebben om, na eenige maanden, onze bewijzen te vergeten, bieden op dit oogenblik aan de naïeve bewonde ring der Yperlingen een verslag dat eene menigte dingen bestatigt waarover wij niet gesproken hebben en welke wij niet begee- ren tegen te komen, omdat wij er niet zullen in toestemmen het geschil te verplaatsen. Wij willen op het ware terrein van het ge schil blijven en ous bepalen met de eenige kwestie te onderzoeken die opgeworpen is geweest. Die kwestie is deze Is het waar dat de burgerlijke Hospicen van Yper elk jaar hunne rekeaiugen van ge wone ontvangsten en uitgaven sluiten met tekorts en dat, in plaats van toelagen te vragen aan de stad om die tekorts te dek ken, ten einde het leggen van lasten niet te veroorzaken, zij sedert acht jaren putten in de kas der kapitalen en die kapitalen vertee ren om hunne gewone tekorts te betalen Welnu de kapitalen der Hospicen mogen deze bestemming niet hebben; zij zijn de bestendige en heilige fortuin der armen, die hun eeuwig ongeschonden moet bewaard blijven en waarvan de inkomsten alleen mo gen verteerd worden voor den gewonen dienst der weldadigheid. Het verslag der Commissie, zoo wijdloopig op al de andere bijzonderheden van haar be heer, antwoordt niets maar volstrekt niets op deze bepaalde vraag Is deze stilzwijgendheid niet welsprekend genoeg Moeten onze lezers niet overtuigd zijn dat indien onze bevestiging onnauwkeu rig ware, al de cijfers die wij aangehaald hebben tot staving niet geschikt waren, de beheerders der Hospjcen zich zouden ver haasten het te doen uitkomen en onze be wijzen te vernietigen Welnu zij beproeven bet zelfs niet. Zij bepalen zich met het geschil te verplaat sen, met van andere dingen te spreken die niet te pas komen Zij doen geen een der cijfers uitkomen die wij aangehaald hebbenzij hebben geen enkel woord van protestatie tegen de zware beschuldiging die wij gedaan hebben en die deze is De bestuurders der Hospicen verkwis- ten het geld der armen zij maken er zich eigentlijk meester van om hunne jaarlijksche tekorts te dekken; zij stelen het goed der armen. Dat zij daarop antwoorden! Wij verwach ten hunne loochening; wij verzekeren dat deze loochening niet zal komenZij kan niet komen, daar de waarheid onzer bevestigin gen de oogen moet uitsteken Die heeren komen hunne rekening van 1900 neêr te leggen. Deze rekening bestatigt opnieuw een te kort op het gewone van 30,098-13 franks voor het enkel jaar 1900. Dat de heeren bestuurders ons zeggen hoe zij dat tekort zullen betalen 1 Men betaalt de leveraars der Hospicen niet met beloften. Waar denken zij het geld te halen Zij willen de toelagen der stad niet vragen. Wie zal dus betalen Iemand moet het doen Wij zeggen dat zij zich de gelden ver schaffen met op oneerlijke manier (wel te verstaan op besturende wijze gesproken) in de kapitalen der armen, in de onvervreemd bare en heilige fortuin der armen te putten. Indien het valsch is, dat zij het ons zeggen. Maar indien zij voortgaan met te zwijgen, zullen de kiezers wel weten wat zij moeten denken. Welnu, indien de verkeerde toepassing nog eenige jaren duurt, de put welke de bestuurders bezig zijn met te graven in de kas hunner instelling, zal zoodanig diep wor den dat men zich met vrees moet afvragen hoe men hem nog zal kunnen vallen. Deze taak zal te beurt vallen aan den Ge meenteraad die ieder jaar de jaarlijksche te korts zou moeten dekken met hulpgelden en die in eens zal moeten voorzien aan eene zoo bezwaarlijke verplichting dat men zich mag afvragen hoe hij erin zal kunnen geluk je ken zonder de Ypersche lastenbetalers op eene buitenmatige wijze te belasten. Uittreksel van het Journal d' Ypres van 8 October 1887. De buitengewone opsteller van het Jour nal d' Ypres, de opsomming voortzettende der weldaden verschuldigd aan den ver- standigen gemeenteraad der stad Yper, schrijft: Het slachthuis bevindt zich in uit muntende voorwaarden. Waarlijk men verwachtte zich niet het slachthuis in deze zaak te zien. Is de bui tengewone opsteller van het Journal d' Y- pres dan zoo vreemd aan de stad dat hij niet weet dat het slachthuis in stad alge- meene reclamatiën verwekt Weet hij niet dat de beenhouwers reeds verscheidene kee- ren schriftelijk hevige protestation naar den Gemeenteraad gezonden hebben, die, met zijne welgekende welwillendheid voor de lie den van den stiel, nooit gewaardigd heeft er kennis van te nemen Weet hij niet dat deze taks te Yper jaar uit jaar in omtrent 15.000 franks opbrengt, wij zeggen vijftien duizend En ziet bij niet dat de taks in die voorwaarden een waar octrooi, eene belas ting op het verbruik uitmaakt? Ah! goede man van het Journal d' Ypres, die daags vóór de kiezing dezen haas opjaagt, aan vaard onze rechtzinnigste bedankingen 1 De talrijke grieven die wij in te roepen hebben tegen den verstand igen gemeenteraad van Yper, zouden ons misschien dezen heb ben doen vergeten die de min belangrijkste niet is. O gij, die u gelast het ons ter ge paste uur te heriuneren, wees gezegend onder al de opstellers. En zeggen dat M. Colaert en zijne vrien den de stad Yper beheeren, sedert 12 jaren, en dat bij niet alleen den toestand behou den heeft waarover de beenhouwers in 1887 klaagden, maar dat hij hem nog merkelijk verergerd heeft door den opslag van den prijs der kramen op het vleeschhuis. O gij, M. Colaert, die zulke schoone be loften deedt welke gij welhaast vergeten hebt, wees gezegend onder al de bestuur ders 1 Uittreksel van bet Journal d' Ypres van 12 October 1887. De bewoners van Yper buiten hebben talrijke grieven te doen gelden tegen het bestuur. Zoo, bij voorbeeld, men doet hen het stadswater betalen en zij krijgen niets voor hun geld. En nu, na 12 jaren klerikaal bestuur en financiëele verkwistingen Uittreksel van het Journal d'Ypres van 22 October 1887. Waarom werken de klerikalen met handen en voeten, waarom gebruiken zij alle denkbare middelen om de heeren Le- mahieu en Vandenboogaerde te doen zege pralen? Waarom maken zij van de kiezing van morgen eene hoofdkwestie Waarom De reden ervan is zeer gemakkelijk te vatten. Zij willen ten geenen koste dat een liberaal, een enkele, in den Gemeenteraad treedt; zij willen niet dat er een toezicht uitgeoefend zij; zij willen het geheim be waren, het grootste geheim over de stads- zaken. Welnu, die control welke onze meesters verwerpen, wij Yperlingen, wij eischen ze; dat geheim welk zij willen bewaren, wij willen dat het gekend zij. Sedert 12 jaren dat zij het geld der lastenbetalers in handen hebben, is er nooit geen uitleg gedaan geweest over het gebruik van hun geld. Dien uitleg willen wij, wij willen hem geheel en gausch en wij twijfelen niet dat het kiezerskorps hem met ons wil. Indien het klerikaal bestuur gedurende twaalf jaren zoo schitterend geweest is als men het ons heden wil doen gelooven, wat heeft het te vreezen van het licht Indien het slecht geweest is, is het niet meer dan tijd dat de lastenbetalers het weten en dat zij het kunnen verhelpen? Men kan niet beter spreken. Ziedaar waar om wij u vragen te stemmen voor de liberale kandidaten. Zooveel te meer dat er heden honderd grieven zijn tegen één in 1887. door de klerikale partij uitgegeven korts vóór de balloteering tusschen de heeren Colaert en Parsy, in 1S87, toegeëigend aan de tegenwoordige kiezing. Kiezers, Morgen hebt gij te kiezen tusschen vier kandidaten, die, man tegen man, in het strijdperk treden. Tusschen de heeren Lemahieu en Van denboogaerde van den eenen kant en de heeren Iweins en Nolf sua den anderen, de zegepraal kan geen oogenblik twijfelach tig zijn. Wij hebben een te goed gedacht van het gezond verstand onzer bevolking om te dur ven gelooven dat de heeren Lemahieu en Vandenboogaerde morgen de meerderheid der stemmen onzer medeburgers zullen be komen. "Neen, onze stad, spijts twaalf jaren klerikale dwingelandijouze stad is nog zoo laag niet gevallen dat zij zich wil wer pen in de armen van onbekenden, al waren zij koopman en landbouwerpachter der hospicen. Neen, onze stad heeft nog onafhanke lijkheid genoeg om mannen te durven kiezen die ze waardiglijk kunnen vertegenwoor digen. Onze meesters van het stadhuis gevoelen hoe weinig de kandidaten die zij ons willen opdringen, van het volk bemind zijn. Ook zoeken zij om van de kiezing van Zondag eene kwestie van princiep te maken. Met geweld gaan zij overal herhalendeDe kiezers moeten hunnen afkeer vergeten en de citadel van het klerikalisme ongeschon den behouden. Klerikalisme! Klerikale partij't Is zeer welmaar ware het dan genoeg den eersten den besten te nemen, hem in 't rood te kleeden en hem aan de Yperlingen voor te stellen met dit bonnimentZiedaar twee HET WEEKBLAD m

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1904 | | pagina 1