TAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT.
Politiek, Nieuws- Handels- en Annoncenblad.
Achttiende jaar.
Zaterdag 23" April 1904
Nummer 1T.
De aanstaande kiezingen.
Godsdienst en Politiek te lande.
Onwetendheid-Misdadigh iid.
Abonnementsprijs voorop betaalbaar 3.00 fr. per jaar voor den buiten. 2.50 fr. voor stad. Per 6 maanden 1 fr. 50 - Per 3 maanden i fr. Annonoen: 15 cent
drukregel. Rechterlijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 5 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 4 fr. per 100
Alle berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondering, dor bei Je Vlaanderen, als-
i die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicilé, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaainde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij
i onderteek end toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personn&liteiten bevattende worden niet opgenomen.
Het is thans zeker dat de kiezingen in
geheel het land, voor de gedeeltelijke ver
nieuwing van den Senaat, in vijf, en voor
die van de Kamer, in vier andere provinciën
den 29 Mei aanstaande zullen plaats hebben.
Voor den Senaat moot er gekozen worden
in de provinciën Antwerpen, Brabant, West-
Vlaanderen, Luxemburg en Namen. Voor
de Kamer zullen er kiezingen zijn in de
provinciën Henengouwen, Limburg, Luik
en Oost-Vlaanderen.
Wij achten het nuttig, op het oogenblik
dat de kiesstrijd overal aan den gang is,
hier in 't kort den politieken toestand der
verschillende provinciën in oogenschouw te
nemen.
De Senaat telt tegenwoordig 63 katho
lieken, 41 liberalen, 6 socialisten of radiko-
socialisten. Bijgevolg eene katholieke meer
derheid van 16 stemmen.
In de Kamer zijn er 96 katholieken, 34
liberalen van verschillende kleur, 34 socia
listen en 2 kristen-demokraten.
De katholieke meerderheid bedraagt er
dus 26 stemmen.
In de provincie Antwerpen zijn er 13
uittredende senators, 10 katholieken en 3
liberalen, verdeeld als volgt4 katholieken
en 2 liberalen in het arrondissement Ant
werpen 3 katholieken en 1 liberaal in het
arrondissement Mechelen-Tumhout. Daaren
boven 3 katholieken gekozen door de provin
cieraad.
In de provincie Brabant zijn er 20 uit
tredende senators 11 liberalen en 9 katho
lieken; daarvan zijn er 6 katholiekenen 5
liberalen in het arrondissement Brussel, 2
katholieken en 1 liberaal in het arrondisse
ment Leuven1 katholiek en 1 liberaal in
het arrondissement Nijvel. Daarenboven 4
liberale senators die door den provincieraad
moeten herkozen worden.
In West-Vlaanderen zijn er 13 uittredende
senators11 katholieken en 2 liberalen,
verdeeld als volgtarrondissement Brugge
1 katholiek en 1 liberaal; arrondissement
Veurne-Dixmude-Oostende 2 katholieken
arrondissement Thielt-Roeselare, 2 katho
lieken arrondissement Kortrijk-Ieperen,
3 katholieken en 1 liberaal. Daarenboven te
herkiezen 3 katholieke provinciale senators,
In Luxemburg zijn er 5 uittredende
senators, waaronder 2 katholieken en 1
liberaal voor de arrondissementen Aarlen-
Bastenaken en Neuf-chateau-Virton en 2
katholieken gekozen door den provincieraad.
In de provincie Namen zijn er 6 mandaten
van senators te vernieuwen 2 katholieken
en 2 liberalen in de arrondissementen
Namen-Dinant-Philllppeville en 2 katholieke
provinciale senators.
Dit maakt in 't geheel 38 zetels van katho
lieke en 19 zetels van liberale senators, te
zamen 57 te vernieuwen mandaten.
Voor de Kamer zijn er in 't geheel in de
vier provinciën 81 uittredende leden, waar
onder 42 katholieken, 14 liberalen, 24 socia
listen en 1 christen-demokraat. Deze zijn
onder de verschillende provinciën als volgt
Henegeuw 28 uittredende volksvertegen
woordigers, waaronder 2 katholieken, 1
liberaal en 6 socialisten in het arrondisse
ment Charleroi; 2 katholieken, 1 liberaal en
3 socialisten in dat van Bergen1 katholiek
1 liberaal en 2 socialisten in dat van Zonin
gen 3 katholieken, 2 liberalen en 1 socialist
in dat van Thuindus te zamen 9 katho
lieken, 6 liberalen en 3 socialisten
Limburg6 uittredende volksvertegen
woordigers, allen katholieken, waarvan 3
in het arrondisseint Hasselt en 3 in dat van
Tongeren-Maeseik.
Luik 21 uittredende volksvertegenwoor
digers, waarvan 1 katholiek, 1 liberaal en
2 socialisten te Hoei-B irgworm3 katho
lieken, 2 liberalen en 7 socialisten te Luik
3 katholieken, 1 liberaal en 1 socialist te
Verviers; dus voor geheel het arrondisse
ment, 7 katholieken, 4 liberalen en 10
socialisten.
Oost-Vlaanderen 26 uittredende volks
vertegenwoordigers, waaronder 4 katholie
ken en 1 christen-democraat in het arron
dissement Aalst; 3 katholieken in dat van
Dendermonde 7 katholieken, 2 liberalen en
2 radico-socialisten in dat van Gent-Eekloo
2 katholieken en 1 liberaal in dat van
AudenaarJe en 4 katholieken in dat van
St-Nikolaas. Dat maakt te zamen 20 katho
lieken, 3 liberalen, 2 radico-socialisten en
1 christen-democraat.
Honderd malen heeft men beweerd dat
godsdienst en politiek niet meer verhouding
tusschen elkander hebben als water en vuur.
Honderd malen heeft men bewezen dat de
godsdienst eene eewige taak is en de politiek
eene tijdelijke, of in andere woorden dat de
godsdienst het geestelijke of zedelijke van den
mensch beheerscht terwijl de politiek het
lichaamelijke bedoelt.
En nochtans wanneer we een oogslag
werpen op het politiek leven, dan moeten
wij de droevige overtuiging opdoen dat de
geestelijkheid zich meer dan ooit in het
politiek strijdperk werpt, ja zelfs dat zij in
ons Beigenland de heer en de meester is en
over een marioenetten die ze bij het koorde-
hentrekken doen dansen en bewegen.
Doch laat ons eens de gevolgen van hare
te overgroote bezorgdheid in 's lan i zaken
van nabij beschouwen, en overwegen wij een
oogenblik den toestand die zij op godsdienstig
gebied geschapen hebben.
De godsdienst vermindert bij de landelijke
bevolking op zeer gevoelige wijze. Hoe stout
dit gezegde ^moge wezen, zal ik de onder
neming wagen, den achtbaren lezer van
deze waarheid te overtuigen.
De vlaamscha buitenman nogthans, had
derdig jaar geleden een kloek en vast
geloof. De gematigde liberaal zelf kweet
stiptelijk zijne godsdienstplichten. Allens-
kens heeft de geestelijkheid hare bestuur-
wijze veranderd, bij het minste gevaar dat
hare heerschappij bedreigde, heeft zij den
godsdienst geexploiteerd en van de burger
lijke kiesplichten eene kwestie van con-
cientie gemaakt.
Zij zijn begonnen met den invloed hunner
godsdienstige bediening ten dienste te stellen
der politiek om te eindigen met de schatten
der Kerk te verpanden om hunne heerschap
pij te vereeuwigen.
Maar uit alle overdaad spruit misbruik.
Hun argloos streven heeft den godsdienst
een gevoelige knak toegebracht.
Ja wel te lande vindt men nog den buiten-
schijn van den godsdienst, maar die inge
wortelde geloofdsbelijders bestaat niet meer.
Ja wel ziet men den Zondag dat legioen
buitenmeisjes te kerk gaan, opgesmukt en
gepommadeerd om er de mis te hooren maar
wie zegt dat dit bezoek niet eerder bestaat
om een nieuwe rok, een modehoed, een stuk
goudwerk enz, te laten bewonderen of liever
om een oogsken te werpen naar hunnen
minnaar of de eene of andere rendez-vous
vast te stellen. Spreek hen van het officie
der mis, zij zullen lachenden Zondag met
zijne schoone kleeren en zijne uitspattingen
dat verkiezen ze.
Anderen kwijten hunne godsdienstplichten
om aangenaam te zijn aan de geestelijkheid
wil deze in nauw verband staat met M. de
Baron, de Markies, of welkdanige graaf van
den ezeldom.
Een derde soort kwijt eeuvoudiglijk zijne
godsdiensplichten uit menschenlijk opzicht.
En waaraan zijn deze verschillige afdwa
lingen te wijten? Rechtstreeks aan de
geestelijkheid en om menige oorzaken. Hier
gedurende de eene of andere kiesperiode
heeft de heer Kapelaan op de hoeve rondge-
loopen. De Kapelaan is een jonge frische
kerel van zijn eerste broekje. Hij heeft zijne
kwajongenstrekken uit het seminarie nog
niet g'heel afgebracht. Ten hoeve scherst
en kwikslaagt hij met de dochters van den
landbouwer, hij zou over hun lief kouten.
De Kapelaan verlaat de hoeve lier als een
haan, de geestdriftige proza die hij daar
aflapte, geeft hem de overtuiging dat hij
demokratisch gehandeld heeft. Vandaar
twijfel in het hart der jonge meisjes over de
geestelijke bediening van den priester.
Ginds is men voor eenen haastige zieke de
berechting gaan bezoeken, beide geestelijken
zijn afwezig, zij zijn naar de eene of andere
smoefelpartij bij den pastoor der naburige
gemeente zij verkiezen tijdelijke vermaak
boven hunne geestelijke plichten. De dui-
zende franks die zij van 's lands bestuur
ontvangen moeten verteerd worden en zij
hebben noch vrouw, noch kinderen. Die
avontuur beeft opschudding teweeggebracht.
Twijfel, knagende twijfel is ia menig hert
neêrgezonken. De ziekte sterft.., zijne familie
vraagt zich af indien er nog godsdienst
bestaat...
Verders heeft de geestelijkheid zich eene
schoone fortuin buit gemaakt en onterfde
eene arme familie. De onterfden vragen zich
af indien de geestelijkheid het recht heeft
het goddelij k woord Uw rijk is van deze
wereld niet, aan de hespen te vagen
Men zal mij verwijten dat ik tegen gods
dienst en geestelijkheid ben, neen... ware er
geen godsdienst, ik ware de eerste om 6r
eene te maken, niet voorde intellctueelen
maar voor de groote groffe volksmassa,
wien de tijdelijke wetten niet voldoende zijn
om in de regeltucht te houden. De liberale
partij vraagt eene strenge geestelijkheid,
onafhankelijk van alles, met eene strenge
regeltucht, zich geene wereldsche zaken
aantrekkende, zij aanschouwt de geestelijken
als openbare ambtenaars, wakende op de
volmaking der zielen, wanneer na zoodoende
de geestelijkheid zich geene tijdelijke weelde
kan verzekeren, dan toch zal zij de onschat
bare waarde bezitten het geloof te behouden
en te beantwoorden aan haren geestelijken
roep. Ibis.
Op verbazende wijze groeit van jaar tot
jaar, wat zeg ik, van maand tot maand de
misdadigheid aan. 'tIs alsof we onder
't klerikaal ministerie terugkeeren naar de
barbaarschheid.
Het orgaan der Christene volkspartij in
België deelt de volgende cijfers mede gerok-
ken uit offlcieela statistieken, die bewijzen
hoe de zedeloosheid en de misdaden in
België op onruswekkende wijze toenemen
Van 1886-1890 waren er jaarlijks 40,254
veroordeelingen, doch in 1901 waren er
64,344. De veroordeelingen zijn met
60 p. h. gestegen, de bevolking slecht met
20 p. h.
De misdaden en waadaien waarvan de
daders onbekend zijn gebleven stegen van
14,421 in 1890, tot 23,480 in 1901.
In 1880 waren er 648 inwoners in de
verbeteringsgestichten, in 1900 zijner
2,241 in de badelaarsgestichten, 2,857
in 1880 en 4,258 in 1900 1 't Is verschrik
kelijk
In 1886 vindt men 106,124 beschuldig
den bij zake van enkele politieke, en ia 1900
is dit cijfer tot 170,816 geklommen
Wij staan hier dus, zegt dit christelijk
blad voor een onloochenbaar feitgedu
rende de behoudsgezinde regeering is de
zedelijkheid van ons land diep gedaald. En
waaraan is de vermeerdering van schelm
stukken en misdrijven toe te schrijvea?
Volgens ons aan twee bijzondere oorzaken
1° Het verval van het onderwijs hetgeen de
ruwheid der zeden bevorlert. 2° De moei
lijkheid om door werken een loon te ver
dienen dat toereikend is om deftig te
bestaan.
Ja de misdadigheid neemt toe met de
onwetendheid. Het gehalte der scholen ver
mindert aanhoudend, het onderwijs natuur
lijk evenzoo. Vele scholen door Staat,
provincie en gemeente onderhouden (vroeger
klerikale scholen) tellen ongediplomeerde
onderwijzers en onderwijzeressen en uit de
vrije gesubsidieerde normaalscholen komen
onderwijzers welke in grooten getalle onbe
kwaam zijn, geheel beneden hunne taak.
In die normaalscholen is 't gelijk in de
seminariën nooit heeft men van een gebuis
de seminarist gehoord, hoe dom hij ook
weze, hij is volgens de hedendaagsche rich
ting, toch nog bekwaam genoeg om priester
te worden, hoe verkeerd zulks ook weze
zoo ook in de vrije normaalscholen het is
voldoende er heen te gaan om zeker te zijn
een diploma van onderwijzer t9 bikomen.
Wat kan men van zulk personeel ver
wachten.
Na twintig jaren klerikale regeering, telt
men in Beige op 100 lotelingen, 20 die geen
A voor een B kennen. Bij degme die lezen
en schrijven kunnen worden dan nog gere
kend al degene die hunnen naam kunnen
zetten, hoe slecht het ook zij en eenige
woorden in een leesboek aaneen kunnen
brengen al zij het spellende. Zoodat men vrij
uit mag zeggen dat 60 ten 100 der meer
derjarige Belgen ongeleerd zijn, dat wil
zeggen geen of slechts een begin van onder
wijs hebhen genoten.
De goede scholen zijn afgeschaft, de goede
onderwijzers werden op straat gezet.
De scholen zijn verminderd, de gevangen
huizen vermeerderd de onderwijzers zyn
HET WEEKBLAD
n I i ir. 11 i in i.