In de Hospicen. Stadsfinanciën. Allerlei. FÊTE MILITAIRE STADSNIEUWS. Bericht. Ongelukken. Poperinghe. Nog Poperinghe. en toch zult gij den leeuw niet meer temmen. Want er is iets machtiger dan al uwe machten te zamen, Haantjes, en dat is de tijd. En de diepe werking van den tijd wordt dagelijks meer voelbaar, want gij hebt ver geten éen maatregel te nemen om ons volk even verdrukt te houden, of liever gij hebt dien maatregel niet kunnenen zoudt hem thans niet meer durven nemen. Om te gelukken hadt gij moeten ons Vlaan deren gansch afzonderen, het aanleggen van verkeerbanen en ijzerwegen, van telegraaf en telefoon beletten, het gebruik van rijwiel en automobiel tegenkanten. Reeds zien wij 't uitwerksel van die diepe omroering van ons maatschappelijk leven. Nog slechts in de verst afgelegene dorpen wonen nog too- verheksen en weerwolven. Daar ook nog alleen, teekent de priester de brand af, of weert hij met zijn gebeden de ziekten der beesten op de hoeven. Vijftig jaar geleden was het op heel het Vlaamsche land, de ge woonte, dat de kinderen en zelfs de volwas senen, die een priester ontmoetten, voor hem neerknielden en hem zijn zegen vraagden. Waar zijn nu nog de plaatsen waar zulks geschiedt! Men had voor dertig jaar, op zijn tien vingers de menschen kunnen tellen die, op den buiten, Diet regelmatig den biechtstoel bezochten; en gij zelf hebt tijdens den school strijd zoodanig uwen biechtstoel onteerd, dat de dorpeling nu juist evenveel gewicht hecht aan 't plankje als een modern vorst aan een pauselijken banvloek. Elke buiten sporigheid van pastoor en kappelaan, die vroeger stil in 't dorp ondergaan en tevens verzwegen werd, wordt nu, dank aan de betere middelen van verkeer, in de naburige dorpen bekend gemaakt, en met eenige vrij heid besproken. De wijding die bijgeloof en sukkelachtigheid aan uw kleed hechtte, hebt gij er zelf afgeschud, en ze komt er zoo licht niet meer op weer. Uwe pluimen verliezen hun glans, Haantjes, en 't zal niet gaan om ze te vernissen. En de pluimen zelf gaan af vallen, Haantje, en gij zult op uw beurt het armelijke wezen worden dat gij altijd hadt moeten zijn. Dan eerst, o Haantje, zal ons volk adem halen, dan zal ons volk eerst beginnen leven zooals 't behoort. En dan zal 't volk leeren zijn land beminnen met een verstandige, verlichte liefde; de burger of landman zal leeren zijn kortzichtig eigenbelang in 't hoekje steken voor 't nut van 't algemeen, en ons maatschappelijk leven zal eerst dan zijn degelijken doelmatigen gang gaan. En dan, o Haantjes, zult gij haar nooit meer krijgen, de ziel van 't Vlaamsche volk 1 P. S. Reeds was dit artikel geschreven en ingezonden, toen het laatste nummer van het Weekblad verscheen. Dat nummer wijd de ook aan het Iepersch guldensporenfeest eenige volzinnen, waartegen, in het Laatste Nieuws van dinsdag laatst, de heer Julius Hoste uitvalt. In het bovenstaande stuk ligt al wat wij meenen te moeten inbrengen om onze houding uit te leggen. Wij zijn er met den heer Hoste over eens, dat de gulden sporenslag een demokratische overwinning was, en dat alleen de volksgezinden, en dus ook de vrijzinnigen aan feestvieren zouden mogen denken. Maar wij willen niet van dat recht gebruik maken, omdat wij ner gens willen zien haat opstoken tegen een naburig volk (een bedorven en goddeloos volk, zegt 't Haantje); omdat wij 't chauvi nisme haten, dat in Frankrijk zelf 't natio nalisme en 't antisemitisme teweegbracht, dat in Engeland, onder den naam vanjin- goïsme cot den moord van 't boerenvolk noopte, en dat nu weeral zulke treurige din gen op touw heeft gebracht in 't verre Oos ten. Het is maar jammer dat de heer Hoste onze Iepersche toestanden niet kent, het is vooral jammer dat hij Haantje's strooibriefje niet te lezen kreeg, en ook niet op de hoogte was van al de andere even verstandige vod jes die Haantje's kozijntjes op 't platteland en in verscheidene andere Vlaamsche steden hadden rondgestrooid. Wat er nu ook de heer Hoste over oordeele, wij zijn van ge dacht dat men kan een zeer goed Vlaamsch- gezinde zijn, zonder daarom Franschhater te worden. legenheid van zijn officieel bezoek te Yp-r. op Zondag, 14 Oogst 1904. "J Dit feestmaal zal plaats hebben in de Halle, ten 4 ure namiddag. Een iDschrijvinglijst berust in het Stad huis (Secretariaat.) Zij zal gesloten worden den 1 Oogst. gj|De prijs der inschrijviug is bepaald op 5 franks, wijn niet in begrepen. W) Wat gebeurt er dan in de Hospicen nopens de benoeming van een bijgevoegd geneesheer in het zinneloozen gesticht, dat, waarvan men sedert eenigen tijd zooveel spreekt. Men spreekt op onbepaalde wijze van eenen verbindingsbrief geteekend door een edelen doode en door 2 of 3 levenden. Er zou nogmaals eene comedie daar onder zijn. Quid Wanneer, in 1891, het klerikaal bestuur op het stadhuis gekomeD is, heeft M. Sur- mónt het financieel].beheer zijner liberale voorzaten geweldig gehekeld. De toestand was nochtans in een bloeien- den staat. Het ware zeldzaam eene vergelijkende tabel op te maken van de grondgoederen welke de stad op dat tijdstip bezat en van deze welke zij nu nog bezit. Wij zullen eens dat werk verrichten. Verleden Maandag heeft jhet Stadsbestuur voor 30.000 fr. gronden verkocht op de Maloulaan. Het ware belangrijk te weten tot welke wederbeleggingen deze buitengewone ontvangst bestemd is. Wat zal men doen met die 30,000 fr.? Wat heett men gedaan met de duizenden franks voortkomende van de verkooping van stadsgoederen Zwijgen is onverbeterlijk;! Het Journal d'Ypres zal nochtans wel willen uit zijne vadsigheid opstaan eenmaal is geene gewoonte en de lastenbetalers inlichten. Er zijn reeds vragen gedaan geweest aan 't stadsbestuur opdat het de Groote Markt zou willen doen besproeien. Wij veroorloven ons hetzelfde te vragen voor de Maloulaan, die een'Koninklijke weg geworden is voor de automobiels die van Frankrijk komen en zich naar de zee begeven Ofschoon onze vraag redelijk zij hebben wij weinige hoop dezelve te zien toestaan. En nochtans hoeveel stof! Men bouwt en men zal altijd bouwen. In de nieuwe wijk der statie, komen de herbergen voor omtrent 40 in de nieuwe gebouwen; en men beweert dat de brouwers te beklagen zijn en dat de noodzakelijkheid van te bouwen niet bestaat I Hoe men zich bedriegen kan In de Gemeenteraad heeft men met de gewone goede trouw gezegd dat de vertragin gen in het leggen der lijn van Yper naar Belle toe te schrijven zijn aan de onverschil ligheid van het fransche bestuurwij meenen te weten dat er niets van is maar dat zij te wijten zijn aan de koppigheid van een belgischen magistraat (altijd denzelfden) die de vertakking van Poperinghe naar Kemmel wilde opdringen, eene vertakking zonder toekomst en die de winsten der bijzondere lijn zou verzwolgen hebben van Yper naar Belle. Gelukkiglijk voor de stad Yper, is die vertakking, welke wij altijd bestreden hebben, door de maatschappij der belgische buurtspoorwegen niet aanvaard geweest. Hoeveel tijd zal er noodig zijn om de belanghebbende gemeenten te vergaderen en eene beslissing te nemen? DIMANCHE 24 JUILLET a 3 1/3 heures au polygone de Zonnebeke En cas de mauvais temps, un drapeau blanc arboré la tour de l'Eglise St Martin, indi- quera que la fête n'a pas lieu. Een feestmaal zal den heer Gouverneur der provincie aangeboden worden, ter ge- de tusschenkomst van M. Vandenbulcke die hem er uittrok. Men heeft weinig hoop hem j te redden. Woensdag in de Griminckstraat, wierd de kleine Daniël Baart 6 jaar oud. omgeworpen door het rijtuig van bakker Devos. De jongen heeft eene wonde op zijn borst bekomen, hij is op beternis. Zondag voormiddag was een kleine jongen aan 't verdrinken in den zwemkom, toen hij door M. Victor Vanaerde, adjudant der pom piers, gered werd. Woensdag, speelde, de kleine Vanhove, 11 jaar, op 't Zaalhof, op de boorden der drink plaats. Door een misstap viel hij met zijn hoofd voren in 't water en kwam niet meer boven. Hij ware voorzeker versmoord door Rechten en plichten. Over eenige dagen werd in 't - Voddeblad van Yper de vraag der Rechten en plich ten der Priesters opgeworpen. Ongeluk kiglijk is dat gewichtig onderwerp slechts half behandeld geworden, daar de schrijver enkel de rechten heeft uiteengezet en over de plichten werd er geen woordeken gerept. Als naar gewoonte, tot staving zijner stel ling, waagt de schrijver eenen uitval tegen de vrijdenkers en de geuzen, die, de rechten der priesters, die, volgens hem, burgers zijn zooals iederen Belg, willen inkorten; en vooral, roept hij, komen de liberalen tegen het politiek voeren der geestelijkheid,.... dat zijn wonderbare beweegredens!? Waarlijk ik geloof dat de opsteller van dat artikel schrijft uit vrees voor.... het wit papier, in alle geval bezit hij eene zonder linge manier van redeneeren. Ah 1 de pries ters zijn burgers zooals al andere Belgen? Beste lezer, oordeelt eens zelve daarover 1 De eerste noodzakelijkheid om den fleren naam van vrijen en waren burger te mogen dragen is het vervullen zijner plichten je gens het duurbaar vaderland, dat alsdan aan zijnen trouwen zoon die kostelijke rechten verleent, zooals het stemrecht en andere po litieke rechten bijgevolg elk inboorling zal echt burger worden en deelnemen in het bestuur des lands, nadat bij de bekwaam heden zal opgedaan hebben om de inrichtin gen en den grond ervan tot ter dood te ver dedigen. Iedereen soldaat, iedereen eene stem. De geestelijken genieten het voorrecht van den krijgsdienst ontslagen te zijn, waar schijnlijk omdat men ze aanschouwd heeft als tot deze wereld niet rechtstreeksch meer behoorende, zij voldoen toch aan de noodzakelijkste vereischte niet om waar burger te wezen. De wetgever, heeft, mis schien met een goed inzicht, hunne plichten verminderd, zonder evenwel er op te denken hunne rechten in evenredigheid in te korten, nochtans is dat geen reden opdat wij de leemte niet zouden doen opmerken en niet vurig zouden wenschen het rechtvaardig be ginsel; Dezelfde rechtendezelfde plich ten te zien in voege brengen. Wat denkt gij daarover, beste lezer?.... Verder het verschil tusschen de manier van het Opperste wezen te vereeren en die van een land te besturen is te oneindig groot, opdat de dienaar des Heeren in staat zij zich nauwkeurig met beide vakken be zig te houden, of hij moet staatkundige worden ofwel zich uitsluitelijk met gods dienstige zaken ophouden. Ziehier, beste lezer, eenige welsprekende bewijzen, ge nomen uit het dagelijksch leven, dat de priester, die zich in eenen politieken strijd laat wikkelen zelfs zijne geestelijke plichten naar wenschen niet meer vervult en dat hij zich meestal laat leiden door eene eigen- dunklijkheid, misschien in het uitvoeren van zijn geestelijk ambt passende, maar die in den strijd betreurenswaardige gevolgen kan na zich sleepen. De strijd baart immers min of meer tweedracht, welke de priesters in 't algemeen nog doen aangroeien in plaats van zooveel mogelijk de eendracht onder de kinderen Gods te betrachten Christus heeft gezegd Helpt en troost den arme de po litieke priester heeft die edele woorden gansch anders begrepen, hij zou den onge lukkige dwingen en onderdrukken, ja! hij schaamt zich niet, mensch met versteend hart die hij is, het laatste korstje brood uit den door den honger opengespalkten mond van vrouw en onnoozele wichtjes te rooven, om wille der politieke denkwijze van Het hoofd des huisgezins, neen 1 eenv rudige werkers gij beschikt nog niet vrij over uw denkvermogen, gij zijt nog de onderworpe ne slaven der politieke pastoors, wanneer zult gij dat hatelijk juk afschudden om de zoete vrijheid te smaken? Verheft uwe stem en men zal haar aanhooren, Vervolgens moeten de priesters ons niet leeren elkander beminnen als broeders, moeten zij den vrede niet doen heerschen onder het menschdom? en wat verrichten onze politieke zwartge- rokten al om dat voortreffelijk doel te be reiken? Overal zaaien zij slechts haat en nijd en oogsten bloedige burgeroorlogen, en zon der eens achteruit te deinzen doordringen zij zelfs de geheimen van het huiselijk leven, stoken twist tussc^n vrouw en man, moe digen de eerste aan, alle middelen in te spannen om haren gemaal tot het waar ge loof terug te brengen ('t is te zeggen van liberaal katholiek toorden) en als het vrouwken een kwezelken is verplichten die zwartgerokten ook wel eens het dibbe- ken van indien de echtgenoot hardnekkigen tegenstand biedt hem van al hare, bekoor lijkheden, niets meer te laten genieten, tot dat bij zicu.... onderwerpt. Schande! niet waar, beste lezer? Ongelukkiglijk, beperken die "(onvermoei bare politiekers, zich daarbij niet. Zonder aarzelen zonder schrik of eenig leedwezen hebben zij den godsdienst met,,de. politiek zoo kunstmatig vermengd, dat "men nu bii eenen eersten oogopslag denken zou, dat beide zaken door natuurlijke en onverzetbare banden vereenigd zijn. Nochtans welke zijn de wreede, de gruwelijke gevolgen dier mon sterachtige samensmelting? Hebben wij niet onmeedoogendlijk aan geloovigen het heilig sacrament der biecht zien weigeren, ze als afschuwelijke melaatscben van de heilig tafel zien verwijderen en vervloeken omdat zij hun liefelijk kroost aan denStaat toevertrouwden, ofwel omdat zij aangewe zen waren als voor de liberalen gestemd hebbende, twee onvergeeflijke zonden; noch bisschop, noch paus niemand kon u vergiffe nis schenken, daar het feit van voor vrij'- heidslievende mannen gestemd te hebben geene zonde is en nooit geen zal zijn. Wel is waar, beste lezer, is die zonde van aau- zien verminderd; echter vergeet niet dat de tijden waarvan ik nu laatst gesproken heb nog niet ver verwijderd, zelfs niet overal henen zijn, zij kunnen nog terugkeeren als nood zal dwingen laat u dan niet meer verschrikken, maar geeft steeds aan de stem uws geweten gehoor, gewis zult gij dan dea waren weg bewandelen en niets moeten vreezen hier nog hiernamaals. Een ander rampzalig gevolg van dien hutsepot met godsdienst en politiek is, dat de godsdienst niet alleenlijk meer ondermijnd is door dé wetenschap, maar nu ook te lijden heeft der politiek, en 't kluchtige van 't spel is no» dat de priesters daarover verwonderd zijn! Eilaas! de geestelijken zouden reeds zeiven hunne verhevene zending moeten verstaan hebben, zij zouden moeten weten, dat zij de doktoors der ziel, hier op aarde de midde laars tusschen God en de geloovigen en niet de kiesdravers der katholieke partij zijn Zij zouden zich boven alle wereldlijksche zaken moeten stellen en nu te meer, omdat zij kun nen bestatigen hoe noodlottig hun onbezon nen gedrag voor den godsdienst is. Of zouden zij misschien meer aan de katholieke partij houden, die hunne heldendaden ia kiespe- riode met, een anders geld, zoo mild beloond, dan aan den godsdienst? Oordeelt eens zelf daarover, beste lezer. O'L, Wie is de schrijver van Poperinghe in het vuilblad van Yper? De algemeene open bare meening is dat het een priester is, ten is niet gelooflijk, doch 't en kan niemand anders zijn daar geen enkel katholiek onzer stad daarvoor wil passeren, zelve vele spre ken met schande over hetgeen sedert drij maanden wordt geschreven. Onze medeburgers leefden in vrede, er kwamen geene uitdagingen noch van den eene noch van den anderen kant, en het is dat oogenblik dat de priesters verkiezen om op loensche wijze in een onnoembaar blad eerlijke menschen aan te vallen en twist en tweedracht te zaaien. De reden, als er wel een schijn van reden is, 't is omdat de Philharmonie zal blijven bestaan! Zoodus zij klerikalen hebben hunnen cirkel, het Volks huis, de choeurs, het Davidsfonds, den On- derlingen Bijstand, en nog een dozijn andere genootschappen zonder de confreriën, waar van zij deel kunnen maken, de liberalen of al degenen die in den cirkel niet willen zijn hebben alleenlijk de Philharmonie. Welnu dat is nog te veel voor d'heeren priesters. Zij zijn de meesters, en die met hun niet is, is tegen hun! Zij schrijven de schandelijkste lastertaal iu Engels gazet om de menscheD benauwd te maken En de Deken van Pope ringhe laat zulks toe wanneer hij het kan beletten want het is zeker dat er niets zou geschreven werden indien de Deken niet wilde. Hij is dus verantwoordelijk, Pope- ringnaars, vergeet het niet. Welke taak voor onze priestershet ver foeilijkste, het laagste dat men wel denken kan, hunnen evenmensch in naamlooze scli rif ten aanvallen, de treffelijkste personen der stad bemodderen, dat doen de priesters van Poperinghe in het vuilblad van Yper. Schande! driedubbele schanie! Indien dat zij hunne geestelijke zending alzoo verstaan, is het hoog tijd dat zij alhier varen lijk ia Frankrijk. Niemand zal ze beklagen. De buit. 'T is al uit achter buit op de wereld. Nauwelijks had hij zijnen laatsten snik gegeven of de eenen kwam bezit nemen van het huis, en uitrekenen hoeveel huis ea meubelen wel gingen opbrengen: o, wat schoone buitl De andere kon niet wachten tot dat het lijk koud geworden was: een kasteel voor buit die uit de lucht viel op hel oogenblik dat men het.... kon gebruiken, (sic). Andere nog, de familie, viel op de meu bels, het geld, de waarden, vette buit en vond dat het had kunnen vetter zijn. Beste lezers het is een priester van Pope- riDghe die dit schrijft in het vuilblad vergeet het niet. Dat is den eerbied die 4 VILLE D'YPRES.

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1904 | | pagina 2