ÏAI IJPEREN IN IET ARRONDISSEMENT.
Politiek, Nieuws- Handels- en Annoncenblad.
^Achttiende jaar.
Zaterdag 3 September 1904
Nummer 36.
BERICHTJ
Godsdienst en Politiek, twee
verschillige dingen.
Varia.
STADSNIEUWS.
Na de Processie.
Abonnementsprijs voorop betaalbaar 3.00 6*. per jaar voor den buiten. 2 50 ft*, voor stad. Per 0 maanden 1 fr. 50. Per 3 maanden 1 fr. Annoncen: 15 cent
far drukregel. Rechterlijke eerherstellingen: 1 ft*, per regel. Akkoord per jaar of per maand. 5 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 4 fr. per 100
Alle berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, als-
•■•4e die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Püblicité, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt vorzoeht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij
us ender teek end toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen.
Ongeteekende artikels aan de re
dactie van het Weekblad gezonden
worden niet opgenomen.
De redactie.
Talrijke kiezers op den buiten kennen de
ware beteekenis niet van den tegen woordi-
gen strijd op politiek gebied. Menigeen laat
zich nog bedriegen over de werking van het
liberalismus, dat alleen ten doel heeft het
geluk en den voorspoed des lands, de vrij
heid en gelijkheid aller Belgen, welke wij
zouden willen zien leven als broeders, vrij
van dwang en slavernij, en aan welken wij
ook meer welstand zouden willen bezorgen.
De groote stap, welken wij in de kiezin
gen van 29 Mei, 5 en 12 Juni vooruitdeden,
toont ten overvloede dat het Belgische volk
begint de zwarigheid te verstaan van het
klerikaal gevaar, waarvan zijne aandacht
sinds eenige jaren afgetrokken wierd. Onze
tegenstrevers, üe Kleriaaien of zoogezegde
katholieken, schreeuwden zoo hard, dat de
menschen een oogenblik geloofden dat het
klerikalisme waarlijk gelijk had en dat wij
het waren, die 't land in gevaar brachten.
Intusschentijd hongerden de klerikalen, bijna
onopgemerkt, het- land uit met alle slach
van lasten en vergunningsrechten.
De kwaal, waaraan België tegenwoordig
het meest lijdt, is nogtans de onaanneemlijke
en onverschoonbare inmenging der geeste
lijkheid op elk gebied van het burgerlijken
politiek leven der natie.
Het verveelt ons, hier zoo dikwijls van de
geestelijkheid te moeten sprekenmaar, het
is onloochenbaar, dat de priester zich tegen
woordig met alles bemoeit en eerst en vooral
met de 'politiek, die hem niet aangaat, ver
mits Christus zelf zegde Mijn rijk is van
deze wereld niet.
Verder vindt men de politieke priester
ook reeds in vele wereldsche ondernemin
gen: in koophandel en nijverheid, in samen
werkende maatschappijen, boerenbonden,
geiten- en konijnengilden, enz.
Geachte Lezers, legt u eens de hand op
't hart en zeg ons dan in de volle rechtzin
nigheid uws gewetens of het wel daar de
plaats is van den waren priester volgens de
leer van Christus
Neen, niet waar
Er was eemtijd, dat de brave en waardige
priesters, diep overtuigd van de gewichtig
heid hunner schoone zending van vrede en
liefdadigheid; de religie, waarvan* zij de
apostels waren, rond zich deden beminnen
en eerbiedigen. Zij wierden toen vereerd
door de geloovigen, welken zij troostten en
welken zij hielpen en bijstonden in de moei
lijke beproevingen des levens. Dezen zelve,
die aan hunne leering niet geloofden, bogen
zich eerbiedig voor die waardige mannen en
zij zouden hun vöor niets ter wereld eenig
werdriet willen aandoen hebben.
Maar; wat zijn die tijden ver verwijderd
Dat blies is verdwenen en behoort tot het
verleden.
Nu bestaat hun eeüig' streven in de poli
tiek en de najaging van winsten.
Er zijn hog eenige uitzonderingenmaar,
zij worden daaglijks zeldzamer.
De geestelijkheid zoekt zich thans overal,
bijmiddel van tusschenkomende en plooibare
mannen, meester te maken van het bestuur
des lands, der provinciën en gemeenten.
Hun eenig doel is tegenwoordig het wereld
lijk gezag in handen te krijgen. Het overige
wordt verwaarloosd.
Doen zij zulks in 't belang van den Gods
dienst? Iedereen weet van neen De Gods
dienst heeft niets te zien in het bestuur eener
gemeente of provincie, en nooit wierd hun
iets geweigerd, wanneer het recht en rede
lijk was. Alleen daar, waar zij het zuurge
wonnen geld der lastenbetalers nutteloos
willen doen verkwisten, om schatrijke kloos
ters nog rijker te maken, daar alleen roepen
wij hun toe: Tot daar en niet verder 1 Het
geld, dat velen zoo noodig hebben, om vrouw
en kinders te onderhouden, mag niet nutte
loos, verkwist worden. De religie mag, ten
andere, geene geldkwestie worden zij moet
binnen de grenzen blijven van wat redelijk
en betamelijk is, en, indien ze dat deden,
niemand zou er iets op te zeggen vinden.
Wat zij thans najagen, dat is: over alles
heerschen.
In plaats van het Evangelie, hoort men
kiessermoenen en preêken tegen personen
van de parochie, die op politiek gebied wil
len vrij blijven en die de aloude spreuk wil
len zien bewaarheden: De Pastoor in de Kerk
en de Burgemeester op 't Gemeentehuis.
In plaats van woorden van vrede en een
dracht, hoort men bijna nooit iets anders
dan twist en tweedracht zaaienmen ziet ze
soms de parochie rondloopen, zoekende hoe
ze iemand kunnen schaden.
Tegen die strekking is 't, dat wij protes
teeren. Godsdienst en Politiek zijn twee
geheel verschillende dingen, die niet kunnen
samengaan. Dat elk op zijne plaats blijve;
dat de pastoor zich bezighoude met de ziele-
zaligheid zijner parochianen; maar, dat hij
den Burgemeester de gemeente late bestie
ren volgens den wensch der kiezersdat de
priester het Evangelie, vrede en verdraag
zaamheid preêke, maar geene politieke mee
tings geve in de kerk en geene kiezingen
bestiere. En de Godsdienst en de priesters
zullen er oneindig veel bij winnen.
Neen, duizendmaal neen Het liberalisme
heeft den oorlog niet verklaard aan kerk en
priesters, gelijk men het aan de menschen
wil doen gelooven; het liberalisme is de
partij der vrijheid, die alle gevoelens en
denkwijzen eerbiedigtmaar, men zal met
ons bekennen, dat zij het recht heeft zich te
verdedigen, daar waar zij gedurig aange
vallen is en ten onrecht uitgescholden wordt
voor alles wat slecht is.
Godsdienst en Politiek, elk op zijne
plaatsDat is de wensch, niet alleen van
de liberalen, maar zelfs van veel rechtzin
nige en ware christenen, welke men niet
mag verwarren met de klerikalen, die de
Pharizeeërs zijn van onzen tijd.
Ben mirakel. Een genoemde Simon
Stoffel, letterzetter te Parijs, sinds lang ziek
zijnde, begaf zich naar Lourdes met de hoop
dat een mirakel hem zou de gezondheid
schenken. Heilaas! toen hij in de hoofdstad
terug kwam viel hij steendood.
Dit geval doet ons die vreeselijke spoor-
j wegramp van over twee jaar herinneren,
welke voorviel aan eenen bedevaarderstrein
uit België vertrokken en waarin zooveel
armen van geest er hetleven verloren.
Alles geschiedt door de wille Gods
zeggen de geloovigen en daarin vinden ze
troost en durven ze schier de slachtoffers
niet betreuren.
Nog een mirakel. Een woedend
on weder heeft aanleiding gegeven tot een
roerend drama waarvan het klein dorpje
Telgoët in Bretagne het tooneel is geweest.
Een braaf landbouwer, weduwenaar met
drie kinderen, is door den bliksem doodelijk
getroffen geweest op het oogenblik dat hij
en zijne kinderen aan 't bidden waren opdat
de goede God het ongelukkig huisgezin on
der zijne bescherming zou nemen.
Had de brave man wat meer geloof ge
steld in de wetenschap dan in de gebeden,
had hij geweten dat een donderscherm hem
het leven had kunnen behouden.
Staats- en gepatroneerde scholen.
Sedert ettelijke jaren zijn de leerlingen der
klas van Rhetorica, in de Athenaea en gepa-
wedstrijd van 't middelbaar onderwijs eer
sten graad, 80 punten op 100 hebben be
komen, toegelaten tot het afleggen van het
mondelings examen.
Het Staatsblad kondigt nu de lijst af der
45 leerlingen die zich in dit geval bevinden.
Op dit aantal ti eft men veertig leerlingen
aan van de Athensea en slechts vijf van
gepatroneerde scholen.
Deze uitslag wijst genoeg aan hoezeer de
Staatsgestichten boven de bisschoppelijke
scholen uitblinken.
Niettegenstaande eene kristelijke
opvoeding. De boetstraffelijke recht
bank van Brugge heeft zich, verledene week
met eene zedenzaak bezig gehouden, waarin
een twintigjarige jongeling als schuldige te
recht stond. Om de oprecht walgelijke fei
ten, welke de plichtige bedreven had, kreeg
x hij 27 maanden gevangenisstraf.
De vuilerik is een gewezen leerling van
eene vrije klerikale school. Jonas.
Vermits er nu niets verstandigs, niets
degelijks, niets ernstigs te vernemen was
over O. L. V. van Tuine bij menschen die
in haar processie gingen, die haren eere-
dienst mede-, voor-, of nagapten, ben ik de
geschiedenis gaan raadplegen, en de weten
schap van menschen die niet hadden meege
gaan in de processie. En 't geen ik alzoo ge
leerd heb was 't leeren waard. Want het
heeft me weer klaarder doen inzien dat er
geen einde is aan de domheid der kwezels,
en evenmin aan de onwetendheid of de
bewuste slechtheid der verkwezelaars. Die
menschen zijn werkelijk grof onbeschaamd
en tevens onbeschaamd grof.
De Tuindag, en dus 't feest van Yper's pa
trones, nemen hunnen oorsprong in een his
torisch feit, namelijk het beleg van Yper in
1383. En het is wel belangwekkend te zien
hoe de historische waarheid en werkelijk
heid mettertijk verdraaid en verknoeid werd
ten dienste van gemeene fabels, 't Geldt hier
immers weer de oude regel.dat hoe grover
een leugen is, hoe gemakkelijker men hem
door weinig nadenkende menschen doet slik
ken.
Het zal wel banaal wezen, eraan te herin
neren dat in de half of heel theocratische
samenleving der middeleeuwen, ieder maat
schappelijk organisme, 't zij familie, 't zij
stad of 't zij ook nering of gild, zijnen be
schermheilige of patroon had. De patroon
van Yper was de H. Maagd Maria. Haar
beeld stond in eene nis op den gevel van
onze Halle zelve, reeds in 't midden der veer
tiende eeuw. Elkeen riep haar in bij elke
deernis. Viel de gevreesde ramp op de hoof
den toch neer, dan was 't omdat men de
moeder Gods niet behoorlijk of voldoende
had aangesmeekt. Maar keerde integendeel
de geweerde ramp bijtijds af, daa was 't on
tegensprekelijk Yper's Maagd die ervoor
had gezorgd 't is toch zoo gemakkelijk
te gelooven en te doen gelooven aan dwaas-
be len die niemand rechtstreeks kontroleeren
kan.
Die eeredienst nu, was zeer algemeen in
eeuw. Dan reeds, zooals men 't misschien
weet, waren te Yper de aristocratische,
franschgezinde leeliaards meester van de
stad. In 1383 werd de stad Yper belegerd
door een Engelsch leger, dat de Gentsche
demokratische benden als bondgenooten had.
De aanvoerder van de Engelsche troepen
was niemand anders dan de zeer katholie
ke bisschop van Norwich De belegeraars
bleven negen weken lang de stad omsinge
len, die slechts door arme vestingen en ha
gen (thuynen) verdedigd was. Vrouwen, grij-
zaards en gekwetsten zaten nacht en dag te
bidden voor 't beeld der Moeder Gods, dat
dan vertoond werd in 't kerkje der Ypersche
Minderbroeders (nu de Arme Klaren). Na
negen weken wachten, strijden en vreezen,
verscheen een Fransch leger dat de stad
kwam ontzetten. Yper was gered, en die
redding werd eenvoudigweg toegeschreven
aan 't mirakuleus beeld der Minderbroeders-
kerk. Dat de vestingen der stad 'twas
eigenlijk maar eene haag van staken zoo
lang in staat waren geweest, de stad dege
lijk te beschermen, had de Ieperüngen zóo
verwonderd, dat ze, om het te kunnen be
grijpen,zich inbeeldden dat de H. Maagd hun
een mirakuleus weerstandsvermogen had
verleend. Van daar de aanbidding van Yper's
patroones onder de naam van O. L. V. van
Thuyne, anders gezegd O. L. V. van de
vestingen.
Aldus luidt de geschiedenis. Maar later
kwamen de grove fabels. Reeds in de vijf
tiende eeuw werd verteld dat onze be
schermheilige zich gelast had met het op
vangen der schichten en kanonhollen op de
vestingen, zoo aat, gedurende het gansche
beleg, niemand in leper gekwetst werd bui
ten eene hen en drie visscben Men heeft
er later bijgevoegd dat de brave Maagd de
geworpen wapens in haar schoot opving en
dan op den vijand weerrichte. Hoe jammer,
dat ze, terwijl ze toch aan 't mirakels ple
gen was, niet in eens naar willekeur de
pijlen vermenigvuldigde, ea in zulk getal en
zóo treffend naar de Engelschen weersmeet,
dat allen bleven liggen
Maar 't is niet al. Als men met Tuindag
i9f
WEEKBLAD
twm—mmm- r
muuvi o muvi
/li/v in 1/vn 1 n» /vjwv. -V. n
(Vervolg).