VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT. Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad. I m Achttiende jaar. Zaterdag 10 September 1904 Nummer 37. Liberale en klerikale Ylaamschgezindheid. Bond dtr Hofboiiwmaatsckppijen van België. Fransche kiezingen. t Ak*nn«m*QtspriJ* voorop betaalbaar 3.00 fr. per jaar Toor des buiten. 8.50 ft*, voor stad! Per 0 maandeh 1 fr 50 Per 3 maanden 1 fr. Annoncen: 15 oent §tr drukregel. Rechterlijke eerherstellingen1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 5 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 4 fr. per 100 Alk berichten van verkoopingen of aaders bekendmakingen ten bureeie dezw gedrukt worden eens gratis ingelijfd Dn annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, als- g|ede die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicité, Magdalenastraat, Brussel.'— Mon wordt verzocht allehoegenaainde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen. [jfEen onzer vrienden, zond ons de vorige week een brief toe, dien hij van eenen Brus- selschen flamingant had ontvangen. Wij hebben de toelating niet gekregen, dat stuk hier over te drukken, maar het kan nage noeg samengevat worden in de volgende woorden: hoe jammer dat er te Yper zoo weinig verstandhouding bestaat tusschen de liberale en de klerikale flaminganten. Is daar niets aan te verbeteren, en kan er niet belet worden dat intusschentijd de M klerikalen alle Vlaamschgezinde handeling monopoliseeren,en uwe partijgenoten doen doorgaan voor een hoop franschdollen Het is de eerste maal niet dat een derge lijke taal wordt gevoerd, en het kan nu wel te pas komen, dat onderwerp eens kort te bespreken. Zeer oppervlakkig, en in Vlaamschgezind opzicht beschouwd, schijnt de opmerking van oDzen Brusselaar veel gegrond. Zij is het niet meer wannéér we de zaken van dichterbij onderzoeken. Het is genoeg de zienswijzen van beide fracties na te gaan om dadelijk te begrijpen dat liberale en kle rikale Flaminganten met malkaar niets ge meen hebben dan den naam-, meer nog, dat beide partijen streven, met iet of wat vergelijkbare middelen, maar een zeer ver- schillig, ja naar een dwars tegenovergesteld doel. Hoe luidt immers de verklaring der Vrij zinnige VlaamschgezindenHet Vlaamsche volk ligt diep gedrukt in armoede en onwe tendheid, onder den hiel van priester, kas teelheer en grootmaker. Dit volk zal niet eerder toegankelijk zijn voor het besef van nationale waardigheid en volksrecht; dan wanneer het zal hebben leeren denken, en dus leeren lezen. De opleiding van dat volk kan slechts ge schieden bij middel van zijne eigene taal, en d&arom moet ons openbaar leven zóo inge richt zijn, dat het in harmonie sta met het bijzondere karakter der Vlaamsche natie. De volkeren, zooals de menschen, moeten beginnen met zich zelf te zijn, eer ze iets kunnen daarstellen dat blijve en deuge. Met eene nationale opleiding als basis zal het verstandelijke leven van het volk zich ver der kunnen uitbreiden en ontwikkelen, en de Vlaming zal niet meer enkel het oog heb ben op hetgeen, buiten zijn eigene streek, in Frankrijk geschiedt, waar ook op hetgeen de beschavingen van andere landen al dege lijks opleveren. Evenals de Hollander, wiens verstandelijk leven ver boven het onze staat, heeft de Vlaming noodig zich op eigen hand te ontwikkelen, om een eerbare plaats te kunnen bekleeden in het verstandelijke we reldleven. Kortom, de verstandelijke en ze delijke verheffing van het volk, en zijne daaruit natuurlijk voortspruitende stoffelij ke en maatschappelijke welvaart, kan slechts geschieden in en door de Vlaamsche taal. En hoe redeneeren nu de katholieke Vlaamschgezinden die ter goeder trouwe zijn! Zij zeggen: de gehechtheid van het Vlaamsche volk aan zjjne taal, aan al zijne oude zeden en gebruiken, is de beste waar borg voor zijne getrouwheid aan zijn oude geloof en aan zijne oude politieke overleve ringen. Het uitsluitend instandhouden van eene Vlaamsche samenleving, zet den Vla ming buiten van de verderfelijke, goddoloo- ze, revolutionnaire lucht die men in andere landen inademt. En het breekt, in de eerste plaats, den band af, die het Vlaamsche volk in betrekking brengt met Frankrijk, waar in de twee laatste eeuwen de slechte mo derne gedachten het spoedigst en het ge makkelijkst gekiemd en zich voortgeplant hebben. De twee programma's staan dus wel scherp tegenover malkaar: wij zien in vervlaam- sching het eenige middel om ons volk doel matig te doen deelnemen aan het wereld leven, en zij zien in dezelfde vervlaam- sching het middel om het volk uit dat wereldleven buiten te sluiten. De Vlaamsche beweging, men vergete het niet, is uitsluitend van vrijzinnigen uitge gaan. Jan Frans Willems, Ledeganck, He remans en Vuylsteke waren overtuigde li beralen. De eenmaking der Vlaamsche en Nederlandsche spelling, bekrachtigd op het Congres van 1860, is het werk van libera len alle kringen gesticht met het doel de taalkennis te bevorderen, de letterkunde te beoefenen, of ook zich in de volkstaal toe te leggen op het onderzoeken van belangrijke onderwerpen van allen aard, zijn eerst door liberalen in het leven geroepen geworden. En slechts later hebben de klerikalen, in strijd daarmede, andere organismen daarge- steld, met het enkele inzicht een zeker aan tal menschen te onttrekken aan onzen in vloed. Zelfstandig werk leveren zelfs nog op onze dagen, die katholieke maatschappijen zeer weinig, of zelfs gewoonlijk in 't geheel niet. Wat wordt er dan gepraat van kleri kaal monopolium En wat hebben de klerikalen op gebied van Vlaamsche verordeningen wel positief gedaan Laat ons eens kijken in de alge meen-landelijke politiek. Wie was er minis ter als de wet van 1883 op het gebruik van het Vlaamsch in het middelbaar onderwijs gestemd werd En wie was de vader van het wetsvoorstel. De minister heette Van Humbeek, en de eerste neerlegger van 't voorstel was Devigne, wien het Coremans uit de handen nam. En tot welke partij be hoorden de dertien Vlaamsche senators die men later de dertien Judassen heeft geheeten, en die, met Baron Surmont en graaf Vilain XIV aan hun hoofd, in 1897 de gelijkheids- wet van Coremans en Devriendt deden vallen bij de eerste stemming. En hoe komt het dat het nieuwe ontwerp van Edward Coremans, behelzende de toepassing van de wet van 1883 op het vrije middelbaar onderwijs maar niet ter bespreking geraakt. Het is meer dan twee jaar geleden, dat onze Burge meester-volksvertegenwoordiger Colaert aan eene afvaardiging van den oud-Hoogstuden- tenbond van West-Vlaanderen beloofde dat voorstel te helpen neerleggen. En waar blijft het? En waar blijft dan het monopolie. Ik ken één monopolie aan de oude katholieke partij toe tegenover deVlaamsche beweging: het is het monopolie der misprijzende en afkeurende onthouding. Ik herinner mij nog de protestatie-meeting gehouden in den Vlaamschen schouwburg te Brussel den 28 februari 1897, en die het treurige gedrag van onze Vlaamsche senators moest laken. Er waren talrijke liberale sprekers opgekomen, en socialisten, en kristene democraten. Van de echte katholieke groep waren slechts twee maanen opgekomen, en dat waren de twee vaders van het ontwerp, Edward Coo- remans en Juliaan Devriendt Dat ligt overigens alweer in den aard der zaken zelve. Wie zegt Vlaamschgezind zegt volksgezind en wie zegt klerikaal zegt aris tocratisch. In hun geheel genomen hebben de klerikalen voor het volk de achting en de liefde die vetleggers overhebben voor bun vee. En evenals deze 's winters aan hun os sen't voedsel geven dat hun het best zal rustig houden, en het spoedigst zal vet ma ken en gereed tot geldslaan, zoo ook geven de kit rikalen aan 't volk het geestesvoedsel dat het om 't gemakkelijkst koest houdt, en gedwee ter uitbuiting. Men denke daarom trent maar alleen aan 't gehalte der offlciëele volksbibliotheken, en k ij ke bijvoorbeeld den catalogus in indien er nog een bestaat van Yper's openbare stadsboekerij. Al wat er in die boekerij aanwezig was in zake van ernstige, degelijke werken, is er verwaar loosd geworden, en aan de weinige bezoekers die er nog heen gaan, worden de kleurluoze boeken in de hand gestopt, die juist de letter kundige waarde hebben van de zoogenaam de keukenmeidroman's Dat men daarbij eens vergelijke de bibliotheek van ons klein Willems Fonds, dat ook jaarlijks nog zijn 800 boeken uitdeelt en men zal zieu waar de uitgedeelde boeken dienen tot geestesver- lichting, en waar tot beuzelig tijdverdrijf. En dat men dan eens zegge, wat te Yperen de klerikalen gedaan hebben, dat de betee- kenis hebbe van de Vlaamsche University- Extension, zooals ze voor eenige jaren door de leeraars van het college - L'Union was op touw gezet En dat men dan eens uitiegge of't ook al is uit liefde tot taal en taalbe oefening dat ons klerikaal stadsbestuur be scherming en onderstand ontzegde aan onze vlaamsche tooneelmaatschappij De Vlaamsche Ster En dat men ons eens een ernstig vlaam sche werk toone dat duurzaam door de offlciëele kopstukken vau 't klerikalisme erkend en bijgetreden wordt. Aldus, heeren klerikalen, bekent de Daaste keer de waarheid als men nog spreekt van uw monopolie der vlaamschgezindheid.- Al wat gij doet hebt gij van ons nagekeken, hebt gij aan ons ontleend, of aan ons ontstolen. Dit laatste is namelijk het geval geweest met het geld dat wij ophaalden voor het Breydelstandbeeld van Brugge in 1887, en voor het standbeeld van Groeninghe verle den jaar. Wanneer wij er de centen voor hadden helpen inzamelen, hebt gij ons bui- tengeschopt zoo gauw ge ons niet meer noodig hadt. Gij hebt met hel geld der libe ralen klerikale feesten gehouden, zooals gy ook tracht uw klerikaal strijdlied te maken van den Vlaamschen leeuwdie door den liberaal Autheuois gedicht en door den libe raal Karei Miry getoonzet werdB. De negen afdeelingen van den Boni, inge steld voor de uitbreiding der verschillige takken der hofbouwnijverhehl, hebben den 27 Juli 11. vergaderd om hunne programma's te bewerken en de vraagstukken op te stel len die zullen onderworpen worden aan de besprekingen van het wederlandsch Congres van hofbouwkunde dat de Bood opricht te Luik, in Mei 1905, met de medehulp en onder de bescherming der Regeering. Ziehier eenige inlichtingen nopens den Bond die zich in 1902 samengesteld heeft voor de verdediging der belangen ea voor den vooruitgang van den hofbouw. Hij on derverdeelt zich in acht regionale bonden Antwerpen, Brabant, West-Vlaanderen, Oost- Vlaanderen, Henegouw: Charleroi, Hene gouw: Bergen, Doornijk, Luik en Limburg, Namen en Luxemburg. Deze provinciale of regionale bonden tellen 130 hofbouwmaat- schappijen, meer dan 23.000 leden bevat tende. Een groot getal personen: hofbouw kundigen, professors, Staatsgeleerden en lief hebbers hebben de afdeelingen en het Congres aangekleefd. Deze snelle uitbreiding en de reeds bekomene .uitslagen bewijzen dat het werk ernstig, duurzaam is, en dat de Bond geroepen is om mede te werken tot den bloei van een der belangrijkste vak keu van den nationalen landbouw. Dat doel welk hij ver volgt, gezamentlijk met de regionale bon den, is dus van openbaar belang. Het is nuttig de aandacht der provinciale Raden te roepen op een spijtig als verbazend feit. Als men de begrootingen der provin ciale besturen doorloopt, vindt men er aan zienlijke toelagen ten voorJeele van den landbouw, der nijverheid, van den koophan del, der schoone kunstender maatschap pijen van vermaak, maar, behalve in de provincie Luik, is de hofbouw tot eene so bere wedde gebracht of gansch vergeten. Nochtans de teelt der groensels, der fruiten en der bloemen breidt zich uit over geheel het land en tot in het minste gehucht Haar beheer is aanzienlijk als men rekening houdt van die overgroote voortbrengst die de h 1- len, de markten, de roepen, den zoo uitge braden handel der hofbouwvoortbrengs den onderhoudt, en die, voor een nog aanzien lijker deel, rechtstreeks in het verbruik komt. Wat meer is, 't is eene weldadige nijver heid die den werkman in huis hou it, hem aanzet zich te onderwijzen en hem somtijds een bijvoegsel van middelen en altijd eene vermeerdering van welstand brengt. Hoe die langdurige vergetelheid van wege onze pro vinciale raden uitleggen, die langdurige ver getelheid eener belangrijke bron van den openbaren rijkdom, ander als door de afzon dering en de vergetelheid waarin de hof bouwkunde gedurende zoovele jaren geble ven is? De provinciale Bonden hebben voor plicht de aandacht te vestigen der gemach tigden op dien beklagenswaardigen staat van zaken bij de provincie en hun te vragen hunne bezorgdheid en hunne aanmoedigin gen uit te breiden over de hofbouwmaat- schappijen. Nieuwe zegepralen voor het Kabinet Combes. De beslissende uitslagen der fransche kie zingen voor de algemeene Raden, geven aan de ministerieëele republikeinen eene winst van 109 zetels. Zij hebben er voortaan 883 tegen 483 aDtiministerieëlo en 41 twijfel achtige. In de kiezingen der Bestuurraden, is er winst van 82 zetels voor de ministe- riëele Republikeinen die er 1,153 beklee den, tegen 544 bekleed door de antiminis- teriëelen en 24 twijfelachtigen. c P 'iE s HB»JF HET WEEKBLAD a 'r jiii

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1904 | | pagina 1