VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT.
Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad.
Extension universitaire.
Philips Van Artevelde.
Ti
2,50 fr. s' jaars,
3,00 fr. 's jaars,
Negentiende jaar.
Zaterdag 25 November 1905.
Nummer 46JH
De nieuwe inschrijvers.
L'Electricité et quelques unes
de ses applications
Y olksbedriegers.
Voor de kleine bedienden.
Aftonntmenteprtys vocfop betaalbaar 3.00 fir. por jaar voor dea buiten. 8.50 ft*, voor stad. Per 6 maanden 1 fr. 50. Per 3 maanden 1 Cr. Annoncen: 15 cent
0 drukregel. Rechterlijke eerherstellingeni ft*, per regel. Akkoord per jaar of per maand. 5 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 4 fr. per 100
AAe bsrkshten v&n verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele deeer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, a.ls-
0éf die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicité, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij
1 eoderteakend toe te zenden. Artikelen on ge teek end of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen.
De abonnenten of de personen die
wekelijks het weekblad niet ontvan
gen worden vriendelijk verzocht het
onmiddelijk te laten weten aan den
uitgever rijselstraat, 59, te Yper.
welke een abonnement (voorop be
taalbaar) voor het jaar 1906 nemen,
zullen het Weekblad met den dag
der inschrijving tot het einde van
December 1905, kosteloos ontvangen
Het abonnement kost slechts
voor den buiten, (met den post)
dit blad verschijnt wekelijks den zater
dag namiddag.
üe inschrijvingen worden ontvan
gen ten bureele van het blad.
Voor de herbergiers die een abon
nement nemen op ons blad worden
prijskampen en vermakelijkheden, wel
ke door hun gegeven worden zonder
kosten opgenomen. De niet geabon-
neerden betalen voorop.
Cours de M. PIÉRARD
Professeur h l'Ecole poly technique de
Vüniversité libre de Bruxelles:
en 6 legons avec projections
lumineuses.
2* LegonDIMANCHE 19 NOVEMBRE
SALLE DE LA BOURSE
RUE CARTON.
Geschiedkundig Roman.
Terwijl een lang gejubbel de woorden
van den Ruwaard onthaalde, liepen de keu
kenknechten tusschen de rangen en reikten
het brood en de wijn rond welke men uit
Gent medegebracht had.
De Ruwaard had het geraadzaam geoor
deeld dezen voorraad te besparen voor het
oogenblik van den strijd en de legerhoofden
aangespoord zich te behelpen met hetgene
men vond op de plaatsen waar het leger
stilhield.
Terwijl de Gentenaren hopend en vree-
zend, maar vol moed, hunne laatste mondbe
hoeften verbruikten en sommige oversten
den ongelukkigen strijd met onrust en angst
le gemoet zagen, was Brugge in volle
vreugde. De B. Bloedprocessie, welke dien
dag plaats had, evenals de oproep des
Braven, die zijne leenmannen uitgenoodigd
had hem te komen helpen, hadden talrijke
vreemdelingen naar de stad gelokt. Het
jaarlijksche feest was daardoor vróolijker
dan naar gewoonte en de meeste Brugge
bogen hadden, met hunne gasten, niet alleen
Van tijd tot tijd komt nog in de
eene of de andere klerikale gazet de
bewering voor, dat het laatste libe
raal ministerie het zuurgewonnen
geld van de belastingschuldigen ver
kwistte aan nuttelooze schoolpalei
zen.
Deze bewering maakte deel van
den lasterveldtocht door de klerikale
pers van gansch het land onderno
men op bevel van de bisschoppen en
op de kosten van de met miljoenen
opgepropte diocesane kassen.
Zelfs het geld, dat door de geloo-
vigen gegeven was, voor zielmissen
of liefdadige werken te steunen,
werd door de geestelijke overheid
aan deze schandelijke lasterveldtocht
besteed, zooals het door den heer
procureur generaal werd vastgesteld
zonder dat het door de advokaten
van bisschop Dumont, van bisschop
de Rousseaux of van kanunnik Ber
nard kon geloochend worden.
Dezelfde klerikale partij, die het
zoo euvel opnam omdat de liberalen
de werkerskinderen van stad en bui
ten in behoorlijke, goede verlichte
en verluchte schoollokalen hun on
derwijs willen doen geven, diezelfde
klerikale partij heeft sedert een twin
tig tal jaren miljoenen en nog mil
joenen verkwist om gevangenissen
en gendarmerieën op te richten.
De goede bezorging van vagebon
den, dieven en moordenaars ligt de
klerikale partij nauwer ter harte
dan de verzorging van onze werk
manskinderen.
Ondanks hun geblaf tegen de nut
telooze schoolverkwistingen, ondanks
het afschaffen van honderden gemeen-
teschoolen en het broodroven van
honderde onderwijzers en onderwij
zeressen, kinderen van brave werk-
smakelijk gegeten, maar ook lustig gedron
ken. In dien toestand vernamen zij dat de
Gentenaren hunne stad bedreigden en snel
den onmiddelijk naar 's Gravens een, oorlof
verzoekende de vreemdelingen te mogen
aanvallen en bewerende dat zij ze in min
dan een uur zouden verpletteren. Te vergeefs
poogde de grijze Allaard van Poecke, een
ridder, de dronkemans van hun ontwerp af
te brengen, te vergeefs opperden sommigen
dat de dag tot een gevecht slecht gekozen
was, te vergeefs deden anderen uitschijnen
dat het nutteloos was de Gentenaren te
bestrijden, wijl ze, binnen eenige dagen door
den honger zouden omkomen; niets kon
bateB. De Bruggelingen wilden en zouden
dien dag te velde trekken en daar ook hunne
inzichten door de meerderheid van den adel
gedeeld werden, moest Lodewijk van Male
den optocht bevelen.
Woest en uitgelaten en zonder zich in 't
minst om orde of tucht te bekommeren,
stroomde de opgewonden volkshoop, die on
geveer veertig duizend man telde, de poort
uit, als ware 't genoeg geweest zich aan de
Gentenaren te vertoonen om dezen op de
drijven. De onnoozele bluffers moesten al
spoedig ondervinden dat er meer behoeft dan
lieden en kleine burgers die zich
groote opofferingen getroost hadden,
ondanks de ontreddering van het
officieel onderwijs in 't algemeen,
geeft de klerikale regeering op het
budget van onderwijs zooveel uit als
de liberale regeering, maar het groot
ste gedeelte vau de centen der belas
tingschuldigen dienen eigenlijk meer
om de schatrijke kloosters te bevoor-
deeligen dan om aan de volkskinde
ren een ernstig en degelijk onderwijs
te bezorgen.
De kreet"Weg met de school ver
kwistingen was al zoo valsch als
de roep
Geen man, geen cent, geen ka
non meer
Ziedaar het klerikaal volksbedrog
in zijne volle en walgelijke naakt
heid. Low.
M. Liebaert, door de genade Gods Minister
van IJzerenwegen, Posten en Teleprafen,
komt zijne genade en liefde voor zijne
onderhoorigen en vooral voor zijne kleine
bedienden en werklieden te toonen. De gunst
is buitenmate groot en moet bij allen welkom
wezenluistert liever
- Al de bedienden en werklieden, die 35,
45 en 50 jaar dienst hebben zuilen boven de
burger decoratie eene geldelijke belooning
ontvangena) De bedienden wiens trakte
ment de 3100 fr. niet te boven gaat 100 fr.
na 31 jaar dienst; 150 na 45 jaar dienst
en 200 fr. na 50 jaar dienst!
b) De postbedienden en werklieden 50 fr.
na 35 jaar dienst, 75 fr. na 45 jaar en 100 fr.
na 50 jaar goeden dienst 1
't Is om verbaasd te staan, hoe minister
Liebaert met, de penningen vau eenieder
durft omspringen, om al de bedienden en
werklieden met goud en zilver te bedekken I
Doch bezien wy zijne milddadigheid van
dichter bij
100 fr. gratificatie, of gunstloon, na 35
ijdel gezwets om den zege te behalen!
Wanneer zij op het Beverhoutsveld ver
schenen hadden Artevelde's bende juist hun
laatste voedsel gebruikt. De voorposten sein
den den vijand en de Ruwaard, zijne mach
tige stem verheffende, riep: Gezellen, het
begint! Elkeen vervulle zijnen plicht! En
helpe God
In kleine hoopen verdeeld, naderen de
Bruggelingen de legerplaatst en het moeras
omtrekkende, willen «ij deze van ter zijde
bespringen. Reeds zyn zij tot dicht by de op
geworpen verschansingen, wanneer eens
klaps het geschut der Gentenaren eene y'se-
iijke verwarring in hunne rangen doet ont
staan. Een oogenblik blijven zij onthulst en
staren ontsteld op de talrijke dooden en ge
kwetsten, welke ten gronde storten. De stem
hunner oversten brengt hen echter tot het
ware besef van hunnen toestand. Zij trach
ten hunne verbroken gelederen te hervormen
doch het Gentsche geschut buldert immer
voort en verspreidt den dood alom. Artevel
de, de aarzeling der aanvallers bemerkende,
gebiedt eensklaps: Voorwaarts! en als
getergde leeuwen vliegen zijne mannen over
de verschansingen en bonsen onweerbaar op
hunne vijanden. Terzelfder tijd neergeklapt
jaar den Staat voor een klein traktement,
trouw gediend te hebben en 200 fr. aan den
zeventigjarigen, die gedurende eene halve
eeuw, 50 jaar, de menigvuldige ja duizend-
tallige domme omzendbrieven des ministers
nageleefd heeft. Daarenboven hoeveel be
dienden zullen van die gratificatie kunnen
genieten?... Weinig ofgeene! Want de 35,
45 en 50 jaren dienst worden niet geteld,
zoodra men in de staatsbureelen opgenomen
of aanvaard wordt, maar slechts sedert men
eene bepaalde benoeming heeft
Al de jonge lieden, gelijk in welken dienst,
't zij van Posten, Telegrafen, of IJzeren-
wegen, moeten eene stagie van 5 tot 10
jaren hebben vooraleer eene bepaalde be
noeming te bekomen. Intusschen zijn zij
voorloopig ten dienste van, den Staat en al
deze jaren zijn verloren. Zoodanig dat de
jongeling in dienst op 17 jarigen ouderdom,
dikwijls maar op 24 25 jaar benoemd
wordt en alzoo nagenoeg 60 jaar is om eene
belooning van 100 fr.70 jaar voor 150 fr.
en 75 jaar voor die van 200 fr. te genieten 11
Gewoonlijk wordt men op 65 jarigen
ouderdom, en te recht, op pensioen gpsteld,
zoodat er niemand de gratificatie van 150 of
200 fr. zal ontvangen.
Van de postbedienden en werklied»n
(letter B) mag betzelfde gezegd worden en
het zullen maar enkel uitzonderingen zijn,
zij die eene sterae gezondheid hadden en de
ruwe opgelegde taak hebben kunnen door
staan, om de laagste gratificatie van 100 en
van 50 fr. te genieten.
De voorgeschreven gunst is dus oogver
blinding en wordt door den minister, juist
voor de kiezing van 1906, als een manna
uitgereikt, om eeniga misnoegden de mouw
te strijken en ze toekomend jaar te aanzoe
ken voor den zoo mildadigen minister
Liebaert te stemmen.
Wat de lintjes betrett, deze kosten niet
veel, en weldra zal geen Belg meer zonder
decoratie wezen Wat wilt gij?... De ijdel-
heid heeft altijd aanhangers!... Doch het
meerendeel der bedienden en werklieden
zeggen als het haantje der fabelEen klein
door de Goedendags en de pieken der Gen
tenaren en weggemaaid door hunne schiet-
gevaarten en werptuigen, verliezen de Brug
gelingen alle tegewoordigheid van geest.
Hunne slagorde wordt door de vooruitstor-
mende benden van Artevelde in tweeën ge
scheiden, en zij zijn tot geene verdediging
meer in staat. Intusschen dringen de Gente
naren door tot bij den graaf, die van zijn
paard geworpen, met moeite weder in den
zadel geraakt en haastig het slagveld verlaat.
Deze vlucht beslist over den strijd.
Wel gelukt Allaard van Poecke er in, de
deinzende drommen bij de kerk van Asse-
broeck staande te houden om eene laatste
poging te beproeven; de koene ridder ook
valt onder de slagen der woedende Gentena
ren en van dan af is alle hoop verloren. De
schrik hecht de Bruggebogen vleugels aan
de voeten en snal als de wind vliegen zij aan
hunne stad terug, op de hielen gevold door
Artevelde's juichende benden die kappen en
kerven dat hunne arme er van vermoeien,
enden zegekreet: Gent! Gent! als een
doodvonnis in de ooren der vluchtelingen
donderend.
(Wordt voortgezet).
HET WEEKBLAD
(35* Vervolg).