VAN YPEREN IN HET ARRONDISSEMENT.
Politiek, Nieuws- en Handels Annoncenblad.
Philips Van Artevelde.
Twintigste jaar.
Nummer 25.
Priester Daens.
Ter aanmoediging.
Slechten tijd.
Abonnementsprijs voorop betaalbaar 3.00 fr. par jaar voor den buiten, 2.50 fr. voor stad. Per 6 maanden 1 fr, 50 Ter 3 maanden 1 fr. Annoncen 15 cent.
per drukregel. Rechterlijke eerherstellingen 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 5 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 4. fr. per 100
A'le berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden een3 gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondiring der beide Vlaanderen, als
mede die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicilé, Magdalenastraat. Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij
en ouderteekend toe te zenden. Artikelen ongetaekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen.
Een man die door alle eerlijke
lieden, tot welkdanige gezindheid zij
ook behooren, zou moeten geeërbie-
digd worden, is priester Daens.
Van hem kan men zeggen dat hij
gewerkt, gestreden en geleden heeft,
niet om aanzien of persoonlijke voor-
deelen te verwerven, maar uit loutere
liefde voor de nederigen, de verdruk
ten.
Wij bewonderen dezen priester
om zijnen moed, zijne rechtzinnig
heid, zijne ware volksliefde. Voor
ons is hij een achtingswaardige
tegenstrever; voor de klerikalen is
hij een vijand.
Omdat de wisselvalligheden der
politiek dezen koenen ouderling van
zijnen zetel in de Kamer beroofd
hebben, kunnen de reactionnaire
bladen niet genoeg hunnen bijtenden
scherts tegen hem bot vieren; zij
hebben geen greintje medelijden voor
den braven priester die zijn fortuin
voor het volk heeft opgeofferd en
thans zelf in armoede verkeert. Daar
aan herkent men de lieden voor wie
de christelijke liefdadigheid, zooals
overigens de goedsdienst zelf, slechts
een masker is waarachter zij hunne
haatdragende tronie verbergen.
En nu priester Daens bezweken is
in den kiesstrijd, zat hij, beroofd van
zijne vergoeding als volksvertegen
woordiger, naar middelen moeten
uitzien om zijn bestaan te verzeke
ren. De klerikalen zouden hem thans
willen overhalen aan de politiek
vaarwel te zeggen en zich te werpen
in de armen diergenen die hem en
Geschiedkudige Roman.
Ëu de twoe krijgslieden verdwenen achter
bet behangsel der tent om zich buiten in bet
gewoel der wekelijksche markt te verlusti
gen.
De legerplaats der Vlamingen rond Aude-
naarde was wezenlijk schoon en wel inge
richt. Als aanvoerder had Artevelle op den
Edelareberg, ten Zuiden der vesting, stand
gevat. Van daar beheerschte hij niet alleen
de sterkte, maar was bij tevens in staat
nauwkeurig de gemeentelijke troepen gade
te slaan en des noods spoedige bevelen te
geven. Immers zijne tent, een prachtig pa-
wiljoen mot kostbaar laken afgehangen, be-
"vond zich op het verhevenste punt van den
heuvel en de Vlaamsche standaard met zijnen
klimmenden leeuw die er boven wapperde,
Was door bijna geheel het kamp zichtbaar.
In geval van hoogdringendheid, kon dus de
Ruwaard door overeengekomen teekeDS,
door het uitstellen van bepaalde vaandels of
het ontsteken van noodvuren ganscb de
zijne familie met eene booze hardnek- T
kigheid vervolgd, gebroodroofd en
onder stoffelijk opzicht ten onder
gebracht hebben; als prijs van dit
verraad jegens zijn eigen zei ven zou
toelaten het overige zijner dagen in
een zekeren welstand te slijten... 't Is
een hoon te meer voor de volks
priester, een hoon waarop hij zeker
met verachting zal nederzien,
Niets is hatelijker dan de doen
wijze der klerikalen in deze zaakzij
speculeeren op den nooddruft van
den man, slachtoffer hunner wraak
zucht, vergrijsd en verarmd in den
strijd die hij rechtzinnig meent den
goeden strijd te zijn. En zij durven er
op rekenen dat hij het werk zou
verloochenen door hem gesticht en
waaraan hij het beste van zijn leven
heeft gewijd! Slechts in klerikale
breinen kunnen dergelijke gedachten
ontkiemen.
Wij gevoelen te veel eerbied voor
priester Daens om een oogenblik te
gelooven dat hij in staat kan zijn. ten
prijze zijner waarheid, het medelij
den zijner vijanden te aanvaarden.
Het is niet tegen de Kerk, tegen het
Geloof dat hij gestreden heeft, maar
wel tegen de hedendaagsche Phari-
zeërs, de kooplieden van den Tempel
die zich overgeven aan de schandig-
ste uitbuiting van den godsdienst
welke in hunne handen slechts een
werktuig is om hunne schraap-en
heerszuchtige plannen uit te voeren.
En men kan besluiten dat Je Chris
ten democraten, al zijn zij verslagen,
den klerikalen nog vrees inboezemen
dewijl deze laasten voor de schand-
volste middelen niet terug wijken
legermacht in beweging brengen en onver
hoeds, zelfs blimsemsnel op den vijand stor
ten. Wanneer men van daar den blik. over
de legerplaats liet dwalen, voelde men zich
waarlijk verrukt door het grootsch tafereel
dat zich voor het oog ontvouwde. In de verte,
bij de Beverepooit, lachten de driekleurige
kappen der Brugsche tenten in den gloed der
zonne en fladderden honderde vaandels, wit,
geel en rood in de warme en doorschijnende
zomerlucht. Lichter, in de liefelijke beem
den, die zich van weerzijden der stad op de
Scheldeoevers uitstrekken, dansten de be
weegbare schaduwen van abeelen en popu
lieren, volgens de grillen van den wind, op
de gestreepte tentekleederen der talrijke
benden van het Vrije, van leper, van Kor-
trijk, van Poperinghe, van Veurne, en van
Kassei. Menigvuldige straten, van afstand
tot afstand beplant met blazoenen, die leeu
wen, kruisen, dwarsbalken of blokjes op
gouden, zilveren of zwarten grond voorstel
den, bakende de legering der verschillige
steden af. Nabij, op de Noordelijke helling
van den Edelareberg, waar zich de Oost-
Viamiagen neergeslagen hadden, vormden
om te beproeven van hen ootmoedige
en karakterlooze slaven te maken.
J. L. V....
Onder de drie groote politieke partijen,
welke aan de verkiezingen van 27 Mei deel
namen, zijn de liberalen wel degene welki
zich het meest over haren uitslag mogen
verblijden.
In meerderheid van 1878 tot 1884 vi 1 de
vertegenwoordiging der liberale partij al
met eens van 79 tot op 51 zetels. En bij het
naderen der herkiezing verminderde zij nog.
In de constituante van 1892 vinden wij
60 liberalen; maar bij de eerste toepassing
van het nieuw stelsel vallen zij tot op 21.
Vier jaar later waren zij nog slechts met 11,
Al hare hoofden waren uit het parlement
verwijderd. Hare kiesvereenigingen waren
teenemaal ontredderd, ten zij in eenige
groote steden. In menig arrondissement
voerden zij geen strijd meer. De jeugd keerde
haar den rug; een «jonge» liberaal werd
een wonder. Hare drukpers, die van hare
eigene bcstandmiddelen leefde, bleef baar
alleen over, en de gemeentebesturen, waar
van zij hare laatste verschansingen had
gemaakt. Klerikalen en socialen bazuinden
overal uit dat de liberale partij stervende
was en reeds betwistten zij onder malkander
haar erfdeel, haar nalatenschap.
't Is dan, dat de evenredige vertegenwoor
diging de zaken weer op baar pas bracht.
Terug in het bezit gekomen van de kies
rechten, welke het meerderheidstolsel hun
ontnomen had, bekwamen de liberalen
34 zetels in 1900. Sedert dien gingen zij
steeds vooruit, groeide hun getal gestadig aan.
In 1902, zijn zij 34; in 1904, 43; in 1906,
46. Inlusschentijd herstelden zij hunne
eenheidmaakten hun programma, her
stelden hunnen legerstaf, verwierven do
gmegenheid, de achting en de medewerking
der jeugd en men zag hun vaandel wap
peren en door de straten gedragen worden
in al de kiesomschrijvingen des linds. In
de bont versierde nokken hunner tenten als
do treden van eenen oumeetbaren trap langs
w aar men, over damasten tapijteD, de hoog
te zou beklommen hebben. Hier en daar kon
men, tusschen die tallooze tenten, hoogere
en ruimere paviljoenen met koepelvormige
bedekking onderscheiden waarboven lange
wimpels ia de lucht zweefden. Het waren
taveernen waar men Malvezij, Rhijnzwijn en
bier uitventte; magazijnen waar men laken,
lijnwaad, pelterijen en zelfs juweelen ver
kocht of hallen waar men, alle Zaterdagen,
boter, kaas, eieren, vleesch en groenten te
koop bracht. Trouwens, in het kamp ont
moette men vreemdelingen uit alle gewes
tenBrabanders, Henegouwers, Hollanders,
ja tot Duitschers toe kwamen er heen ge
stroomd om hunne waren te veilen.
Geen wonder dus dat op gemelden dag in
de legerplaats eene buitengewone drukte,
een luid gejoel heerschten, die Raas van
Herzeele en zijnen zoon uit hunne tent lok
ten. Achteloos slenterden de twee ridders in
de legerplaats rond, hier luisterend naar het
getier der koopüenen, daar de uitgestalde
goederen bewonderend, elders den prjjs van
het arrondissement Brussel alleen, waar
in 1894, zij nauwolijks 40 000 stemmen
bekwamen, tegen 60.000 gegeven aan de
socialisten en 90.000 aan de klerikalen,
thans hebben zij er meer dan 99.000
dus boven de spcialitische lijst zoowat 33,000
stemmen en rakende op 20.0)0 stemmen na
die der klerikalen. Te Antwerpen, waar
de socialisten, niettegenstaande den grooten
aangroei van het kiezerskorps, niet den
minsten vooruitgang dedeD, met hunne
14.000 stemmen bleven, en de klerikalen er
slechts 5000 wonnen, steeg haar getal wat
12.000. In kot meeste deel van de andere
arrondissementen is de aangroei of de ver
mindering moeilijk vast te stellen, dewijl de
kartel er in voege was, dGCh men mag zonder
vrees van gegronde tegenspraak aannemen,
dat de toeneming van de oppositiekrachten
vooral te danken is aan den vooruitgang van
het liberalismus, en dit in weerwil van d^n
afval welke door bet in voege brengen
zelf van het kartel, zich zou hebben kunnen
voordoen.
Sedert hoevele jaren klaagt men nu over
den slechten lijd I.
Als grootmoeder in de verre dagen met de
buurvrouwen haar wekelijksch koffietafeltje
hield, liep het gesprek over de buitengewone
duurte van het brood de aardappelen waren
mislukt, de boter was niet koopbaar, de
kolen duur, het leven kostte stukken van
menschen. En tusschea eiken teug van den
geurigen en gezonden drank, namen de aan
gezichten van onze kofllevrouwkens een
meer en meer bedenkelijke uitdrukking.
De gewone bezoekers uit Het Vlaf-msch
Bierhuis bezadigde burgers, spraken tus
schen smousjas en dominospel over de te
verregaande koncurrentie, over te hooge
huishuren, de schaarschheid van werk, de
te drukkende lasten.
De maatschappij liep op hare laatste
beenen, er was voor een ordentelijk burger
geen mogelijkheid meer om door de wereld
te geraken.
't een of ander voorwerp vragend. Zoo kwa
men zij eindelijk bij de brug, welke de Vla
mingen over de Schelde geworpen hadden,
om bet verkeer tusschen de twee legerafJee-
lingen te vereemakkelijken, het punt waar
het gevecht van den morgend het hevigst
geweest was. De plaats was eenzaam en
verlaten als waren de beleraars overtuigd
dat zij daar, voor het oogenblik, geen gevaar
te vroezen hadden. Alleen eenige schildwach
ten, door de warmte ontzenuwd, door den
strijd afgemat of door het gewoel der markt
verstrooid en afgetrokken, waren hier en
daar uitgezet. Wanneer de twee edeliedenj
smalend over deze gebrekkelijke bewaking,
den overkant der Schelde bereikten, ont
moetten zij eene boerin van buitengewoone
gestalte. Zij droeg eene botermande aan den
arm en scheen zeer haasiig. Ilare groote en
zware stappen, hare stijve hou lino, hare
onbehendigheid in het dragen van den korf
en meer nog iets hards en mannelijks in
heur gelaat, deen de ridders eenen veelbe-
teekenendea blik wisselen.
Wordt voortgezet.
HET WEEKBLAD
(55» Vervolg).