YAK YPBREN EN HET ARRONDISSEMENT. Politiek, Nieuws- en Handels Annoncenblad. stadsnieuws! Philips Van Artevelde. Twintigste jaar. Zaterdag 30 Juni 1906. Nummer 26. Hel boerenbedrog. Na de kiezing Het jaar van rampen. Drukfeil. Abonnementsprijs voorop betaalbaar 3.00 fr. per jiar voor den buiten, 2 50 fr. voor stad. Per 6 maanden 1 fr, 50 Ter 3 maanden 1 fr. Annoncen 15 cent er drukregel Rechterlijke eerherstellingen 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 5 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 4. fr. per 100 A'le berichten van verkoopingen of andere bekenimakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondiring der beide Vlaanderen, ais le die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publïcilé, Magdalenastraat. Brussel Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij mede die voor en onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden met opgenomen. In de boerenbonden door de geeste lijken ingericht onder voorwendsel van voordeelige aankoopen van land bouwbestellen, voedingsmiddelen, meststoffen, enz., in den echten zin des woords dat hij daar het aards- paradijs zal vinden, begint de boer te gevoelen, dat op zijnen rug geld geklopt wordt om den politieken winkel te doen draaien dat hij inge lijfd is om hem zooveel te gemakke lijker in den toom te houden en uit te baten, ten einde de klerikale macht te versterken en eeuwig aan het bewind te houden. De landbouw zou de bron van rijk dom moeten zijn en de klerikale egeering heeft er een arme-men- schenstiel van gemaakt. Moet men zich dan verwonderen dat boerke van Brussel aan zijnen politieken vriend minister Van der Bruggen, verwijt den ondergang van den land bouw te bewerken. En zijn het de landbouwers alleen welke heden zoo bitter hunne klach ten laten hooren? Ondervraag in alle dorpen de handelaars en andere stiel en neringdoeners. De boerenbonden doen hun eene konkurrencie welke alle gedacht te boven gaat. De toe stand der neringdoeners wordt nood lottig op den buiten en duizenden zijn er, welke van de eerste gelegen heid zullen gebruik maken om zich te wreken op de klerikale dwinge landen en broodroovers, oorzaak der groote ellende in welke heden verkeeren. Het rijk van het klerikalism is op zijn einde, de misnoegden zijn talrijk, Geschiedkudige Roman. Dat ziet er geene gemakkelijke deerne uit; fluisterde Gozewijn zijnen vader in 't oor. Ik ben geenszins zeker dat het eene vrouw is; dat schijnt mij iets dubbelzinnigs te verbergen; bemerkte de edelman. "Ik geloof dat wij voorzichtig zouden handelen dat wijf niet uit het kamp te laten gaan zon der ze eerst te doen onderzoeken Gij zoudt kunnen gelijk hebben vader, bevestigde de jongeling navorschend rond ziende. Waarlijk, waarlijk, daar schuilt iets achter; voegde hij er haastig bij, want van op de muren poogt men door teekens die vrouw tot spoed aan te sporen. Raas van Herzeele blikte op zijne beurt naar de vesting in de ricliliag, welke Goze wijn aanwees. Vooruit! dat wijf mag ons niet ontsnap pen. Verraad! Verraad! gilt hij luidkeels terwijl hij mot zijnen zoon de boerin achter na zet. de klachten zijn algemeen; de zwarte en de vergulde machten op den buiten slorpen alles op; het geduld is ten einde en het jaar 1903 zal in onze politieke geschiedenis gemerkt wor den als de verplettering van de kleri kale uitbuiteij. De boer is het oudje liedje De boer zal het al betalen: moede; hij is moede den speelman van onze politieke klerikale dansers te betalen, aan woorden laat hij zich niet meer vangen want hij heeft te goed onder vonden dat woorden geen oorden zijn, te lang is hij de speelbal der politieke geestelijken, te lang zijn deze geholpen door de klerikale regeering. Tot nu toe hebben de grooten de kleinen geëetende kleinen op den buiten willen zich niet langer laten opeten, maar zich met hand en tand verzetten tegen alle plagerijen, tegen alle miskenning hunner rech ten, zij zullen opstaan tegen alle dwingelandij van waar zij ook kome, van pastoor of kasteel, zij eischen hunne rechten en zij zullen ze bekomen. De landbouwer en de nerir.gdoener misleid door de valsche klerikale beloften, zullen het niet vergeten, omdat zij nu overtuigd zijn dat de liberale partij onverdiend was belas terd geworden en dat de katholieke beloften niet anders zijn dan boeren bedrog, De katholieken hebben overal met ge baarde geestdrift hun monsterlijk en over groot triomf gevierd. Maar niet zoodra heeft deze het noo lge- schreeuw gehoord, of zij werpt hare boter- mand weg er stelt het op een loopen Dit is meer dan genoeg om den edelman teenemaal te overtuigen dat hij zich niet vergist en er wezenlijk iets ongewoons, misschien zelfs iets gevaarlijks gebrouwd wordt. Hij verdubbelt dan ook zijn hulpge roep, zoodat weldra verscheidene Vlamingen buiten hunne tenten snellen om naar de oorzaak van den oploop te vernemen. En op het oogenblik dat do boerin het open velt deDkt te bereiken en zich reeds in veiligheid waant, wordt haar de weg afgesneden door een paar ambachtsgezellen. Met eene blik semsnelle bowegiDg, trekt zij eenen dolk van onder hare klecderen te voorschijn en ploft hem in de borst van den Vlaming, die zich dicht bij haar bevindt, eer deze er aan ge dicht heeft zich totzelfsverdedig'mg gereed te maken. Een ijselijk wraakgeschreeuw gemengd met de kreten Te wapen! Te wapen! - klinkt de vluchtende als een dooivonnis in de ooren en, in min dan een omzien, is zij omringd van honderde strij lers. die haar Waarin hunne zoogezegde zegenpraal be staat, dat kan ik mij moeilijk inbeelden. De welverdiende nederlaag der katholieke partij aan de oogen van alle gezond9 men- schen, het verminderen van hunne meerder heid in de Kamers, dat alles is voor die ar me menschen, een overgroot, een wonderlijk triomf. Voor den 27 Mei waren de Ypersche ka tholieken zoo zeker der nederlaag van onzen achtbaren liberalen volksvertegenwoordiger M. Nolf. In den katholieken kriog, in den café du Pernod, overal in hunne bijeenkom sten spraken zij van de intrede in de Kamers van hunnen derden kandidaat, volksvriend Thevelin. Welke slag op don 27 Mai? Niettegenstaande al hun werken, niete- genstaande hunne leugens waren zij er in niet gelukt den heer Nolf van kant te zetten. De geuzen, de kerkplunderaars, de schijn- heilighaards, de framassons en de combisten hadden hunnen kamerheer nog. Maar wat heeft hun de kiezing gekost. De kas is leeg en cm de gaten te vullen zijn de zwarte kiesiravers verplicht bij de bui tenlieden om almoes rond to loopen. Zal de gefopte landbevolking die zwarte bedelaars wel onthalen. Wees gerust, zij, hebben in de hatelijke kiesstriji de katho lieken klaargezien. Zij zuilen die zwarte rokken op geschuifel onthalen en in 1908 zullen de klerikalen voor goed den laatsten en doodelijken slag ontvangen. 1905 is voorbij. Zijn verdwijnen zal door niemand betreurd worden, want 'tiseeDjaar van verschrikking De duivel des oorlogs heeft getoond wat hij kan, als de menschen dwaas genoeg zijn naar zijne stem te luisteren. De zwaarden hebben gebliksemd, de ka nonnen hebben gebulderd, do 3d en vernieling rond z;ch zwaaiende. met pieken en goedendags den weg versper ren. Zij begrijpt dat er geen ontsnappen mo gelijk is en, den bebloeden dolk ten gronde werpend roept zij met forscbe stem. Ah! Ah! pendaille, arretez-moi Een Franschman Een Leliaardslaat dood! Slaat dood! huilen ambachtsgezellen en twintig knodsen te gelijk verheffen zich boven het hoofd der boerin waarin men thans duidelijk een vermomden manspersoon er kent. Naar de tent van den Ruwaard roept Raas van Herzeele het gerucht overheer- schende Dat is een verader of een bespie der hij moet ondervraagd en onderzocht worden De tusschenkomst vaa den, volksgezinden edelmaD, die men veel achtmg en genegen heid toedroeg, redde den vluchteling van eenen oogenblikkelijkcn dood. Stevig gebon den en geknevelt, werd hij naar Artevelde geleid, niet echter zonder de vinnige spotter nijen der krijgsliedeu om zijne zonderlinge toetakeling te moeten verduren en, nu en dan, door eenen hevigen ri k aan de koorden, ter aarde te storten. Japans velden hebben 't bloed gedronken van landzaat en van vreemden, zijn zeeën waren rood gekleurd van menschen- bloed. De Rus werd terug gezweept naar het land dat hij beter zou gedaan hebben nooit te verlaten Dan kende de woede van het volk daar geene palen meer: het wierp zijnen vloek in het aangezicht zijns keizers, dien het, te rechte of te onrechte, beschuldigde de schuld te zijn van al het gebeurde. De Keizer gaf bevel den oproeper met ge weld te onderdrukken. Het volk werd on- meêdoogend neèrgesabeld, neêrgeschoten. De fabrieken en andere werkhuizen wer den gesloten. Geen werk meer, dus ook geen brood. Dan begon de bevolking te stelen en te plunderen. Nieuwe maatregels tot begeuge- ling, nieuwe gevechten, nieuwe slachtoffers Op het oogenblik dat wij deze regelen schrijven, staan gansche steden in vuur en vlam, Men spreekt van duizenden doeden. En dat de opstand in bloed en dood ge smoord is. Danken wij intusschen God die hns ge liefd België zijnen weg in rust en vrede liet voortzetten, trots de houding van Woeste en consoorten, die het land ten ondergang zullen leiden, de kiezers zullen er een einde aan stellen. Dat zullen ze, wij hebben er de vaste over tuiging van. Muziek der Oud-Pompiers. Door onoplettendheid van een onzer letter zetters, zijn de datums der concerten, gege ven door het muziek der Oui-P:ompiers mis opgegeven geweest. Ziehier de juiste da tum. Onmindelijk wordt de trompet gestoken, en de oversten in krijgsraad geroepen. In korte woorden verhaalde Raas van Herzeele zijne ontmoetting met den bespieder, die in tusschen onder strenge bewaking in eene tent gebracht werd. Gij meent dus, heer van Herzeele, dat het toeval eenen zendeling van den graaf in uwe handen gevoerd heeft? sprak Artevel de de rede van den edelman besluitende. Van den graaf of van Daneel van Hale wijn; verklaarde de ridder. - Wij kunnen er ons van overtuigen door den gevangene to ondervragen. Meent gij, heeren, dat die ondervraging seffens zou moeten geschieden? - vernam Philips zich tot de vergadering richtende. Onmiddelijk; klonk het algemean ant woord. Het zij dan zoo; de gevangene worde binnengeleid gebood de Ruwaard. M ff een hoonende lach op de lippen ver scheen de onbekende voor de Vlaamsche legerhoofden en liet zijnen onbeschaamden blik als eene uitdaging van den eenen t"t d<m anderen dwalen. Wordt voortgezet. HET WEEKBLAD (55® Vervolg), i

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1906 | | pagina 1