Gemeenteraad van Yper
Verslag der zitting van 13 Januari 1930
3
De zitting wordt te 18 u. 35 geopend. Zijn
tegenwoordig de Heeren Sobry, burgemees
ter voorzitter Declercq, Lemahieu en D'Hu-
vettere, schepenen Capoen, Laton, Leuri
dan, Soete, Missiaen, Bonnet, Coutelle, Ver
gracht, Vermeulen en Vandamme, raadsleden
Versailles, secretaris.
1. Proces verbaal der zitting van 3o De
cember ig2Q.
De Heer Secretaris geeft lezing van dit
proces-verbaal, waarna het zonder opmer
kingen wordt goedgekeurd.
De Heer Schepen Lemahieu geeft de bewe
ging der bevolking gedurende het verloopen
jaar te kennen. Op in Januari 1929 telde de
stad 14218 inwoners en op in Januari ig3o
waren er 14369.
Intredingen 523 mannen en 654 vrouwen,
't zij 1177 en 290 geboorten is 1467.
Uittredingen 497 mannen en 5^5 vrouwen
is 1072 en 244 overlijdens is i3i6.
Er zijn dus i5i inwoners meer dan verleden
jaar. Volgens de Heer Schepen is dit maar
weinig, maar de oorzaak ervan is volgens
hem te wijten aan het uitzonderlijk getal over
lijdens die wij verleden jaar, en inzonder
gedurende den verloopen strengen winter, te
boeken hadden. Verleden jaar waren er 244
overlijdens tegen omtrent 180 de voorgaande
jaren.
Nederzetting van vreemdelingen 101.
Uitwijkingen naar den vreemde 42.
Huwelijken nr. Echtscheidingen 3.
Geboorten 139 mannelijke en 15r vrouwe
lijke.
Sterfgevallen .110 mannelijke en 134
vrouwelijke.
Kiezerslijsten voor 1929-1931
Getal kiezers voor de Kamers 4114 (waaron
der 14 vrouwen).
Getal kiezers voor de gemeente 4032 mannen
en 4857 vrouwen. Samen 8889.
Vervolgens geeft de Heer Schepen D'Hu-
vettere verslag over den toestand der stadskas
op 3in December 1929.
M. Sobry. De Heer Delahaye heeft zich
laten verontschuldigen daar hij belet is de zit
ting van heden bij te wonen.
2.— Overeenkomsten voor Oorlogsschade.
Een nieuwe overeenkomst voor oorlogs
schade werd getroffen voor het herstel van
het tweede deel van den noordvleugel der
Hallen, waar de overdekte botermarkt inge
richt wordt. Voor het eerste deel werd er
7o5 000 fr. toegestaan en de nieuwe overeen
komst voor het tweede deel kent een forfai
taire vergoeding toe van 371.049 fr. 70, alle
intresten inbegrepen.
Een tweede voorgestelde overeenkomst
voor oorlogsschade staat een forfaitaire ver
goeding toe van 3o3.874 fr- 4^ voor het her
stel der bevloering en schrijnwerkerij van de
overdekte botermarkt.
Beide overeenkomsten worden, bij afzon
derlijke stemming, eenparig goedgekeurd.
3. Gemeentelijke opcentiemen verhooging.
Het Schepenencollege stelt voor de gemeen-
teopcentiemen op staatsbelasting op het in
komen van 60 op 70 te brengen.
De heer Voorzitter zegt dat de begrooting
noodzakelijk nieuwe lasten vereischt. Dé ge
wone dienst sluit met een tekort van 222.000
fr., en met de gemeenteopcentiemen met 10
te verhoogen zal de stad misschien i20.ooofr.
meer ontvangen. Deze kleine verhooging is
voldoende daar er nog middel is geld te vin
den op een andere manier om het overige
tekort te dekken. De stad heeft niet den min
sten last van onderzoek noch van iets anders,
daar het de Staat is die deze belasting op een
rechtmatige wijze bepaalt die door iedereen
kan nagezien worden. Het is ook de Staat die
deze belasting int en het aandeel der stad laat
kennen, het is dus voor de stad een gemakke
lijke belasting om innen en de heer Voorzitter
vei hoopt dat de raad de vraag van het sche
penencollege heel matig en gegrond zal vinden.
M. Missiaen. Heeft het schepenencollege
reeds inlichtingen genomen zoo er in de laat
ste tijden verandering gebracht werd aan de
wet op de fiscaliteit en wel namelijk aan het
recht van de gemeenteraden om opcentiemen
te stemmen Gij moogt maar boven de 60 gaan
alswanneer alle andere belastbare artikelen
reeds belast zijn, en volgens de wet moet gij
ook een speciale goedkeuring hebben om bo
ven de 60 opcentiemen te gaan. Is er daaraan
verandering gekomen
M. D'Huvettere. Neen, maar wij moeten
eerst het maximum der opcentiemen bereiken
vooraleer er n bijzondere toelage van den Staat
te kunnen krijgen.
M. Missiaen. Ik ben daarmede t'akkoord,
maar vooraleer de opcentiemen te mogen ver
hoogen moeten alle belastbare zaken belast
zijn en 't is alleen, wanneer men dan nog niet
toekomt, dat men de opcentiemen mag ver
hoogen.
M. D'Huvettere. Wij zullen nog andere
dingen moeten belasten gezien wij met 70
opcentiemen niet zullen toekomen. Als onze
begrooting door de hoogere overheid zal
goedgekeurd zijn, dan zal de gestemde ver
hooging der opcentiemen daardoor ook wor
den goedgekeurd.
M. Missiaen. Ik ben niet tegen die ver-
hooeing, maar de bestendige afvaardiging
heeft zulks nog nooit aanvaard en ik vrees dat
zij zal verworpen worden. In het ministerie
bestaat er een lijst der belastbare artikelen die
moeten belast zijn vooraleer de opcentiemen
te vermeerderen.
M. Lemahieu In geval alle belastbare arti
kelen uitgeput zijn en we. tot 80 opcentiemen
gaan, dan alleen maar zouden wij een bijzon
dere toelage kunnen verkrijgen. De stad Yper
zal dus nooit moeten rekenen iets van die
20 millioen te krijgen.
M. Sobry. In gansch het land zijn er meer
dan duizend gemeenten die 80 opcentiemen
gestemd hebben, ik ben dus zeker dat de 70
opcentiemen die wij hier voorstellen door de
hoogere overheid zullen aanveerd en goedge
keurd worden.
M. Missiaen. Ik heb die zekerheid niet,
tenware de wet zou veranderd zijn hetgeen bij
mijn weten het geval niet is.
M. Sobry. Ik twijfel geen oogenblik aan
de goedkeuring.
Hierop wordt tot de stemming overgegaan.
Stemmen ja de heeren Declercq, Lemahieu,
D'Huvettere,Vergracht,Vermeulen,en Sobry
onthouden zich de heeren Capoen, Laton,
Leuridan, Soete, Missiaen, Bonnet, Coutelle.
en Vandamme.
4. Belasting op wedden en loonen.
De heer Voorzitter stelt voor een belasting
te leggen op wedden, Iconen en pensioenen
gelijkstaande met het vierde der bedrijfsbelas
ting, dragende uitsluitelijk op het deel dat de
20.000 fr. belastbaar inkomen te boven'gaat.
M. Vandamme. Een paar jaar geleden
heb ik gevraagd de belasting op wedden en
loonen af te schaffen. Wedden en loonen zijn
de verdiensten betaald aan geestes- of hand
arbeiders en die verdiensten zijn reeds be
last aan de bron. Door die afhouding bij de
betaling zijn de arbeiders steeds van de regel-
matigste lastenbetalers geweest. Ik herinner
mij dat de heer Lemahieu verleden jaar aan
maande om besparingen te doen. Werden al
de artikelen der begrooting 1929 uitgeput en
zijn er besparingen gedaan ge weest
M. D' Huvetiere.De nooditre werken wer
den uitgevoerd en door de gedurige verhoo
gingen hebben wij zelfs met de voorziene kre
dieten soms niet toegekomen.
M. Vandamme. Ook in deze begrooting
werd er aangeraden besparingen te'doen, na
melijk op artikelen 17, 21, 171, en 177. Mij
dunkt, als de kas er zoo armtierig uitziet, dat
men moet besparingen doen en dat de heer
schepen van openbare werken met geen zoo
groot geweld allerhande werken, zooals ho
vingen en beplantingen, zou moeten doen uit
voeren. Over twee ïaar heb ik de afschaffing
dier belasting gevraagd en. ik zal mij niet be
lachelijk maken met nu te aanbidden wat ik
toen verbrand heb.
M. Lemahieu. Ik'moet d< n heer Van
damme doen opmerken dat het slechts het
deel is boven de 20.000 fr. dat verhoogd
wordt. Ik denk dat dus riet een werkman of
een kleine bediende daardoor zal getroffen
worden. Hierin stad zijner misschien een r5o
personen die zullen betalen, er zijn er onder
deze die 5o.ooo fr. of meer trekken per jaar
en ik vraag mij af waarom deze niet iets meer
zouden mogen betalen. Er zijn er zelfs die op
kwartier wonen en dus geen grond- noch
straatbelasting moeten betalen, anderen heb
ben, zooals men zegt, noch kind noch kraaie
te onderhouden, ik geloof dus dat wij die be
lasting gerust mogen stemmen.
M. Declercq. Aan den Heer Vandamme
zal ik alleen antwoorden dat de verscheidene
artikelen, die hij aanhaalde, door den raad
besproken en goedgekeurd werden. Op de
begrooting is thans niet meer terug te keeren
en deze zaak is effen.
M. Missiaen. Ik wil niet t.-tkennen dat
dit voorstel redelijker is dan diegene vroeger
door het schepenencollege gedaan.Doch het is
mij niettemin onmogelijk dit voorstel goed te
keuren, daar he.t loon voor ons iets is dat
geheiligd is. Dit is het eenige d,<t rechtmatig
toekomt aan dezen die het trekken, en wie
meer dan 20.000 fr. verdient is reeds zwaar
belast door den Staat.
M. Sobry. Zoo niemand nog het woord
begeert, ga ik over tot de stemming.
Stemmen ja de Heeren Declercq, Lema
hieu, D'Huvettere, Vergracht, Vermeulen en
Sobry neen de Heeren Missiaen, Bonnet,
Coutelle en Vandamme onthouden zich de
Heeren Capoen, Laton. Leuridan en Soete.
5. Belasting op straatgebnuk.
M. Sobry. De Heer Schepen Declercq
heeft een voorstel van belasting op het straat-
gebruik ingediend, waarvan een afschrift aan
al de raadsleden in mededeeling gezonden
werd. Wil de Heer Declercq er lezing van
geven
M. Declercq. Overwegende dat de
openbare verlichting, de politiedienst, de
vuilnisdienst en het onderhoud van het
rioolnet aan de stad overgroote onkosten
vergt en om in de mate van het billijke die
kosten te helpen dekken wordt er van de
inwoners die langs plaatsen, straten of
wegen wonen die een of meer van vermelde
voordeelen genieten een belasting op het
straatgebruik of geveltaks geëischt in de
volgende voorwaarden
Art. 1. Er zal van af in Januari ig3o en
voor een termijn van 5 jaren een jaarlijksche
gemeentebelasting geïnd worden. Deze
belasting belast de lengte der gevels in even-
redigheid van de breedte der straat (hoog-
stens 10 m.),'t zij dat zij langs de straat of op
»een afstand van min dan 25 m. gebouwd zijn».
M. Lemahieu. Ik weet niet zoo de
bewoordingen van artikel 1 wel gepast zijn.
Ik heb hier een ander voorstel waarvan de
bewoordingen afgenomen zijn van bestaande
reglementen uit andere steden. Het ware,
volgens mij, beter te bepalen dat een belasting
zal geheven worden op de lengte der gevels
berekend op een straatbreedte van ten hoogste
10 meters. Veronderstelt een huisgevel van 10
m. lengte, dat ware 100 vierkante meters te
betalen aan 1 fr. den vierkanten meter of 100 fr.
M. Missiaen. Er werd ons een voorstel
medegedeeld, wij bestudeeren het en nu komt
men met een heel ander voorstel voorden dag,
dat we niet kennen. Als er een ander ontwerp
bestaat, ware het beter dit punt te verdagen
om de twee ontwerpen te bestudeeren.
M. Lemahieu. De draagwijdte van mijn
voorstel, voor wat de belasting betreft, is de
zelfde als die van het ander voorstel, het zijn
alleen maar de woorden die volgens mij beter
zijn.
M. Leuridan. Het kan zijn dat het voor
stel van den heer Lemahieu beter is, maar bij
een enkele lezing ervan kunnen wij er r.iet
over oordeelen.
M. Lemahieu.Ik heb mijn voorstel mede
gedeeld in het Scheperencollege en het is
daar dat het nadien veranderd werd.
M. Leuridan. Draagt die belasting op
geheel de straat of slechts op de helft ervan
M. Declercq. Ja, op gansch de straat.
M. D'Huvettere. Het komt zonderling
voor dat wij tweemaal hetzelfde belasten en
ook dat wij iets belasten dat het onze niet is,
gezien al de straten of wegen aan de stad niet
toebehooren. Maar die belasting wordt ge
vraagd enkel ter oorzake van de diensten die
daar ingelicht zijn en als vergelding voor ie
voordeelen die de bewoners dier straten ge
nieten.
M. Declercq. De inwoners die van- de
openbare stadsdiensten genieten, zullen dus
nu een deel ervan helpen betalen.
M. Vandamme. Het ware redelijker,vind
ik, dat ieder inwoner slechts de helft der straat
te betalen had.
M. Lemahieu. Maar dan moet de taks
verdubbeld worden en het komt dan overeen
uit. Voor wat echter de breedte betreft die op
de Groote Markt moet bepaald worden, laat
ik dit over aan het gedacht van den Raad.
M. Vandamme. Voor de Groote Markt
alleen zou ik de breedte op i5 m. vaststellen.
M. Sobry. Wanneer men de artikelen 1
en 4 samenlegt, betwijfelt men als het den
gevel is die belast wordt ofwel het land dat
langs de stiaat gelegen is. Volgei s mij moet
alle grond, die langs de straat ligt, ook belast
worden Artikel 1 spreekt enkel over de gevels
en in artikel 4 staat alle eigendommen Het
ware dan beter niet meer te spreken van ge-