In 't Westen iets nieuws Wat nieuws OZONIA M. Lemahieu. De modder zou natuurlijk eerst moeten weggenomen worden, vooraleer -daar steengruis op te voeren. as—5 Onze groote Banen Hel ittiUiiird franken besteed aan de ■«veeken grond voeren, dan zou dit werk maar weinig deugdelijk zijn. Daarom zou de tech nische dienst van de stad eerst dit voorstel moeten onderzoeken. M. Vergracht. Er zijn nog andere straten van stad die in slechten staat zijn, onder meer ■de straat die van den Veurnesteenweg r.aar den Vlamertinghesteenweg gaat en die de ver lenging van de Nooidlaan uitmaakt. De men- .schen kunnen daar geen weg meer, zelfs naar ik vernomen heb ontziet de heer Hosten het om daar in die straat te gaan. De stad heeft reeds onteigend- en zou daaraan moeten ■voort doen. M. Delahaye. De stad heeft daar vroeger in die straat verscheidene karren aarde doen •voeren, ge kunt denken van hier in welken staat ze nu moet zijn. De heer Vandamme dringt op zijne beurt aan voor het herstellen eener andere straat, waarop de heer schepen Lemahieu hem ver zekert dat dit in de begrooting voorzien is. M. Bonnet. Denkt ge niet, Mijnheer de Voorzitter, dat wij nu eerder bezig zijn aan punt elf der dagorde dan aan punt twee M. Sobry. Ik vind dat het geraadzaam ware het voorstel van den heer schepen D'Hu- vettere over te zetten aan den dienst der wer ken die ons alsdan een verlag erover zou voor leggen. Deze zienswijze wordt algemeen bijge treden. 2. Openbare Onderstand Begrooting van het dienstjaar iq3o. Overdracht van Jir edieten. Bij beraadslaging van 20 Februari 11. heeft ■de Commissie van Openbaren Onderstand besloten op hare begrooting voor het dienst baar ig3o een overdracht van kredieten te doen. Zoo wordt er voorgesteld acht artikels der begrooting te verhoogen met de totale som van 53.6oo fr., en twee andere artikels met zelfde som te verminderen. De slotsom der begrooting blijft dus dezelfde, en het is eenvoudig een verbetering die door de Com missie van Openbaren Onderstand wordt voorgesteld. Al de tegenwoordige raadsleden keuren dit voorstel eenparig goed. M. Sobry. Vooraleer de bespreking te vervolgen moet ik eerst nog de heeren Ver meulen en Declercq verontschuldigen de zit ting van heden niet te kunnen bijwonen, de eerste wegens sterfgeval in zijne familie en de heer Schepen Declercq wegens onpas selijkheid. 3. Gemeen teopcentiemen op Staatsbelasting 4p 't inkomen hernieuwing en verhooging. M. Sobry. Ik verleen het woord aan den heer Schepen van financiën om uit te leggen waarom de verschillige voorstellen van belas tingen, die op de dagorde voorkomen, noodig zijn. M. D'Huvettere. Het opmaken der be- ^rooting heeft veel werk gevraagd, nu bijzon derlijk met de veranderingen die er, tenge volge der wet van 22 Januari 1931, moesten aangebracht worden. Wie aan dit opmaken geen deel heeft genomen, kan er zich geen gedacht van geven. Daarom achten wij het geraadzaam eenige uitleggingen te geven vooraleer de volgende punten der dagorde te bespreken. Onder artikels 23, 24 en 25 der begrooting, zijnde ons aandeel in Staats grondbelasting, in Staats belastingen op roerende zaken en in Staats bedrijfsbelasting, was eqn ontvangst voorzien van 5oo 000 fr. Door de verandering, die de wet van 22-1-31 hieraan heeft gebracht, schiet er daarvan maar 3.000 fr. meer over. Artikel 27 der be grooting, aandeel in Staats taks op cinemas en vertooningen, mogen we van 25.000 fr. op 35.000 fr. verhoogen ómdat de Staat aan een deel van die taks verzaakt. Voor artikel 5r, stads deel in 't Fonds der gemeenten, dat in 't vooruitzicht der niéuwe wet reeds mët 5o 0/o verhoogd werd, wordt er voorgesteld de voor ziene som van 520 000 fr. op 556.ooo fr. te verhoogen. Artikel 62, teruggaaf door den Openbaren Onderstand in 't bijzonder fonds ten bate van gebrekkelijken en verminkten, voorzag de som van 1.400 fr. Dit wordt thans door den Staat overgenomen en het is dus een vermindering van uitgaven. M. Missiaen. En van ontvangsten ook. M. b'Huvettere In de notitie, die u allen werd medegedeeld, ziet gij dat, voor wat betreft de ontvangsten, er dus nog een tekort is van 402 467 fr. 01. Wat ru betreft de uitgaven, hebben wij 84.403 fr. 56 meer in geschreven en ook de uitgaven met7l.5oi fr. 99 verminderd, zoodat er daar een winst van uitgaven is van 12 901 fr 57. VI. Vandamme. Ik heb niets kunnen ver staan. VL D'Huvettere Vermits gij mij algelijk niet verstaat en gij mijn dood niet moet ver haasten, zal ik het kort maken. Na de wijzi gingen ingevolge de wet van 22-1 3i, sluit de gewone dienst met een gezamenlijk tekort van 245.410 fr. 91, en 't is om dit tekort te dekken dat er dus absoluut nieuwe kredieten noodig zijn. M. Sob>y. De heerSchepen van financiën zegt dat het tekort 245 410 fr. 91, bedraagt, maar daarbij dient nog gevoegd te worden een som van 3o 000 lr. voor interest verschul digd aan het Gemeentekrediet en die niet voorzien was. Dit verhoogt ons tekort en het is dus een som van 275.000 fr. die wij zullen moeten vinden. M. Missiaen Er is ook nog een som van 8o 000 ir. die in uwe begrooting als ontvangst ingeschreven staat en waarop gij thans niet metr moogt rekenen. M. SobryDit zal later besproken wor den. M. Missiaen. Het is toch een verminde ring van ontvangst en gij moet dit bij uw te kort voegen. M. Sobry. -- Wij ziillen verder daarover handelen, doch iniusschen neem ik nota van uw verklaring. Thans zijn wij gekomen aan punt drie der dagorde, dat luidt als volgt Gemeente opcentiemen op Staatsbelasting op 't inkomen hernieuwing en verhooging. Het Schepencollege stelt voor... M. Missiaen. Maar het is niet mogelijk de bespreking ernstig voort te zetten, met al die orgels die wij hier hooren. M. Delahaye Laat ons de zitting opschor- sen en een dag kiezen waarop er geen muziek gemaakt wordt. Na een korte beraadslaging wordt er beslo ten Vrijdag aanstaande, om 5 uur 'savonds, opnieuw bijeen te komen. MDelahaye. Vooraleer de zitting te slui ten zou ik er nog willen aan herinneren dat het Weikloozenfonds een biief naar het stadsbe stuur gezonden heeft om voor de maanden Januaii en Februaii een voorschot te vragen. De rekeningen der maand Januari zijn thans ir.gediend, doch deze voor de maand Februari zullen voor den i5n dezer maand niet binnen komen. Ik denk dat de stad zou moeten doen zooals de Staat. De toestand verergert nog steeds, de kassen zijp uitgeput en niets is las tiger dan den steun te moeten weigeren aan de werkloozen. Dit is brood voor vrouw en kin deren. Hier te Yper zijn er nu meer dan 3oo werkloozen. De Staat zendt wekelijks een voorschot van 5o.oco fr., en de stad zou wel doen ook een voorschot te geven. M. D'Huvettere. Dit is omtrent de ge schiedenis van een eenoogige die den weg vraagt aan een blinden. Wij hebben zelf niets anders dan schulden, vooraleer dus geld te gpven moeten wij eerst: zorgen onze zaken te vereffenen. Ik zal insgelijks tegen verschei dene uitgaven raoétetf stemmen, alhoewel die werken heel nuttig zijn, maar wij moeten steeds zien of het mogelijk is die werken te betalen. Wil men -mij een betalingsman» daat voörleggén ik zil hét gfahg onderteeke* nen, de heer ontvanger mpet dan maar zien met wat hij zal betalen. M. Bonnet. De heer Schepen D'Huvet tere is dus geneigd ons voldoening te geven in de mate der mogelijkheid en hij twijfelt voorzeker geenszins aan de gegrondheid der vraag. De werkloozenkassen echter vragen naar geen mogelijkheden, het is geld dat zij noodig hebben om den steun voorts te kunnen uitbetalen. M. Sobry. Wij hebben reeds 280.000 fr. moeten ontleenen om de zaken der stad te kunnen voortzetten. Vandaag nog zendt de heer ontvanger mij een bevel van 60.000 fr. om de bedienden en werklieden van de stad te betalen. Ik denk dat wij eerst moeten zorgen voor onze bedienden en werklieden, zooveel te meer dat wij de gewoonte hebben het werkloozenfonds slechts alle drie maanden te betalen. Er wordt ons nu 8.285 fr. gevraagd, moet dit alle maanden zoo zijn dan zullen wij dit jaar meer dan 90.000 fr. te betalen heb ben, en er werd slechts 3o.ooo fr. in onze begrooting voorzien. Wij moeten dus zien of er middel is te betalen. Wij hebben ook het recht de rekeningen te onderzoeken en na te gaan zoo de stadsbijdrage wel werkelijk zoo hoog beloopt en de 10 °/o, die wij op de reke ningen van het crisisfonds moeten betalen, niet overtreft. M. Bonnet. Ik kan de woorden van den heer Burgemeester niet onbeantwoord laten, want hij geeft den schijn als zou het werkloo zenfonds met gesloten deuren werken en de verbruikte sommen niet verrechtvaardigen. Nochtans zijn al de gemeenten steeds op de vergaderingen uitgenoodigd en de afgevaar digde der stad Yper is in de mogelijkheid alle rekeningen te onderzoeken. Ten andere het tusschengemeentelijk werkloozenfonds vraagt niets béters dan dat er door al de aangesloten gemeenten een nauwe controle over zijne wer king zou uitgeoefend worden. M. Sobry. Wij vragen enkel dat men ons de rekeningen zou voorleggen. M. Lemahieu. Het^zal ons alsdan gemak-* keiijker zijn na te gaan welk ons aandeel zal zijn. Voor de maand Februari zal dit zeker omtrent hetzelfde bedragen M. Bonnet. Het zal veel meer zijn, daar het getal werkloozen in deze laatste dagen fel, gestegen is. M. Delahaye. Ik zal aan den heer Secre taris van het werkloozenfonds order geven de rekeningen van Januari in te dienen. Ik steL echter vast dat de Staat meer vertrouwen heeft in het tusschengemeentelijk werkloozen fonds dan de stad. Anderzijds zijn Januari, Februari en Maart steeds de drie slechtste maanden van 'tjaar, en alles doet verhopen dat, zooals alle voorgaande jaren, de bijdrage gedurende de overige maanden zoo groot niet zal moeten zijn. De openbare zitting wordt hierop te 17 u. 55 opgeheven. Zie laatste bladzijde. Geen mensch, vooral geen lastenbetaler kan onverschillig blijven bij 't bedrukkelijk schouw spel onzer wegen en banen. 't Jaar door worden groote werken uitge voerd in de verschillige richtingen, langs Elverdinghe, Poperinghe, Waasten en Mee- nen en 't jaar door bevinden zich die banen in zeer slechten staat. Aan dezen die het gewaagd hadden te klagen over dien schadelijken toestand, deed een hoog bediende als in een tooverachtige film de lange reeks groote sommen afrollen besteed aan de wegen. Niemand betwist dat ongelooflijke sommen verspild worden aan het onophoudelijk herstel der wegen. Maar tot wat strekt zulks t) - t -t ■t- c' iJL eii

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1931 | | pagina 5