De heer Soete heeft, binst dat de heer
Temahieu aan het woord was, zijne plaats
hernomen.
M. Leuridan Ik voel niets voor die toe
voeging. Het blijkt dat er hier te Yper niemand
nzinnens zal zijn autolijkwagens te koopen, en
dit zou voor gevolg kunnen hebben dat er
vreemdelingen opduiken. Dit ware niet wen-
-schelijk, het werk van Yper moet zooveel
mogelijk binnen Yper's muren blijven. Het
ware goed mogelijk dat iemand, die voor
dergelijken dienst met autolijkwagens elders
reeds ingericht is, zou komen om hier insge
lijks den dienst te verzekeren.
M. Lemahieu. Het lastenkohier voorziet
dat de aanbesteding uitsluitend aan de Yper-
lingen voorbehouden is.
M. Missiaen. De Ypersche aanbesteder
kan zich met anderen verstaan en mogelijks
het materiaal huren.
M. Sobry. Er is dus mogelijkheid dat
deze bepaling een uitslag zou kunnen hebben
en daarom ware het goed ze in het lasten-
koh'ier te vermelden.
M. Leuridan. Ik stem ermede in, gezien
de aanbesteding voor de Yperlingen is.
M. Sobry. De raad moet deze wijzigin
gen goedkeuren. De stad heeft de gelegenheid
een occasie lijkwagen te koopen, het ware
dus best daarvoor nog wat te wachten.
M. Lemahieu. Wat zullen wij dan doen
met de lijkkoetsen
M. Leuridan. In het museum plaatsen.
M. Missiaen. Men zal ze moeten schoren,
anders zouden zij nog wel kunnen uiteen
vallen
M. Sobry. Is de raad van gedacht den
duur op driejaar te brengen in plaats van een
jaar, en te vermelden dat het vervoer ook
per autolijkkoets mag gedaan worden
Al de raadsleden stemmen ja.
11. Vaart Yper-Yzer Kaaimuur
Nieuw ontwerp.
M. Sobry. De heer Verstraete, hoofd
ingenieur van Bruggen en Wegen, heeft ons
een brief geschreven waarin hij zegt dat men
bemerkt heeft dat de grond, die onlangs aan
de kaai te Yper werd, blootgemaakt, van een
.gansch anderen aard is dan verwacht werd,
en dat de proefnemingen, die gedaan werden,
bewezen hebben dat de kaaimuren maar moei
lijk op zulke vesting zouden stand houden.
Daarom moest een nieuw ontwerp van
anderen kaaimuur opgemaakt worden. Dit
-werd reeds goedgekeurd door den minister
van Openbare Werken die daarvoor dezelfde
toelage van vroeger zal verleenen. De uit
gaven volgens het nieuw ontwerp zullen eerder
minder zijn dan vroeger. De kaaimuur zal in
beton gemaakt worden, en de steunpalen
moeten wat langer zijn dan voorzien. Volgens
schatting zal dit een mindere uitgaaf van
23-nofr. 16 voor gevolg hebben. De heer
Hoofdingenieur vraagt thans dat wij onze
instemming met deze wijziging zouden betui
gen. Voor wat mij betreft, ik zie daar geen
bezwaar tegen.
M. Leuridan. Aangezien het nieuw ont
werp minder kost dan het vorige, is het mis
schien om die reden dat de heer Vermeulen
in zijn brief zegt dat de punten der dagorde
maar van minder belang zijn
De voorgestelde wijziging wordt hierop
goedgekeurd. Alleen de heeren Missiaen en
Coutelle onthouden zich.
12. Zwemkom Buffet Verpachting
Proces verbaal.
M. Sobry. Voor de openbare verpachting
van het buffet in de zwemkom, die den 6 Mei
11. plaats had, zijn er geen aanbiedingen inge
komen. Ik moet echter doen opmerken dat
wij sedertdien twee aanboden ontvangen heb
ben. Het is nu den i5 dezer maand dat de
zwemkom opengaat en dat ook het buffet zou
moeten open gehouden worden. Daarom denk
ik dat wij wel zouden doen vandaag bij hoog
dringendheid over de gedane aanbiedingen te
beslissen.
MM. D'Huvettere en Soete. Dit zou best
in de geheime zitting besproken worden.
M. Vandamme. In het lastenkohier is het
niet voorzien dat de reddingsdienst zal ver
zekerd worden. Verleden jaar was er daar
voor door de stad een werkman aangesteld.
Zal de huurder van het buffet nu ook daarmee
belast worden
Verscheidene raadsleden antwoorden hierop
ontkennend.
M. Lemahieu. Niets belet de aanbiedin
gen hier te bespreken vermits de namen der
inschrijvers verzwegen worden.
M. Sobry. Er is een aanbod gedaan ge
weest van 200 fr. en een van 25o fr.
M. Leuridan. Tijdens elke.aanbesteding
wordt de volledige lijst der inschrijvers, met
hun naam en toenaam, afgelezen. Nu bestaat
er misschien een reden die namen te verzwij
gen. ik weet niet of er iets op te zeggen valt,
maar het ware toch eenvoudig de namen af te
lezen en desgevallend het hoogste aanbod
goed te keuren.
M. Sobry. Gewoonlijk tijdens een open
bare verpachting zijn de namen,in het proces
verbaal vermeld,reeds gekend. Hier is dit niet
het geval. Het proces-verbaal der gedane
verpachting zegt dat er geen inschrijvingen
waren. Maar sedertdien zijn er twee brieven
ingekomen en het is nu de kwestie te weten
of de raad bereid is over die aanbod-.n te be
slissen.
M. D'Huvettere. Daar er kwestie is. van
personen, denk ik dat het voor de zedelijkheid
beter ware dit in geheime zitting te bespreken.
M. Lemahieu. Ware het niet beter die
zaak over te laten aan het dienstdoende sche
pencollege en het te bemachtigen zelf een
beslissing te nemen, die dan aan den raad zou
onderworpen worden Intusschentijd kan men
de zaak nog eens onderzoeken en kunnen er
misschien nog andere aanboden gedaan
worden.
M. Sobry. In het lastenkohier is er voor
zien dat de buffethouder gelast is met het
afleveren der ingar^gskaarten. -
M. Lemahieu. Ik denk dat er in deze
eerste dagen nog maar weinig zwemmers
zullen zijn en voor die enkele dagen dat het
langer duren zou, kan er altijd zooals vroeger
een werkman van de stad daarmee belast
worden. Wil de raad dit nu liever na de zit
ting met gesloten deuren bespreken, mij is het
ook goed-
M. Sobry. Het ware best dat de per
sonen die ons een aanbod gedaan hebben zoo
rap mogelijk bescheid kregen.
M. Vandamme. Verleden jaar was de
persoon, die de kaartjes gaf, terzelfdertijd ook
met den reddingsdienst belast. Nu is het de
buffethouder die de ingangskaarten moet
geven en daarbij zult gij dan toch nog een
werkman moeten hebben. Wanneer io °/o der
ontvangsten aan den buflethouder afgestaan
worden, was het uw inzicht dan niet daar
profijt uit te trekken Thans zal dit niet het
geval zijn, vermits gij daar toch een man moet
aanstellen en ge daarboven nog io der
ontvangsten zult kwijt zijn.
M. Sobry. Het lastenkohier, dat door
den raad werd goedgekeurd, voorziet niet dat
de buffethouder eveneens met den reddings
dienst belast is.
M. D'Huvettere. Verleden jaar werd er
daarvoor een persoon aangesteld onder de
zedelijke verantwoordelijkheid van de stad.
Zult gij dat nu toevertrouwen aan een bejaard
mensch of misschien aan een vrouwspersoon
die zich zelf maar moeilijk zou kunnen verhel
pen Ik denk dat die zaak gansch onafhanke
lijk moet zijn.
M. Leuridan. Ten andere zijn bezigheid
aan het buffet zou den huurder ervan beletten
een waakzaam oog uit te oefenen.
De raad besluit hierop met eenparige stem
men de verdere bespreking van dit punt naar
de geheime zitting te verzenden.
i3. Mededeelingen.
MSobry. Er zijn geen mededeelingen in
den bundel.
-99 5
M. Capoen. Ik zou willen vragen dat
ervoor gezorgd worde een rapperen afvoer
aan het water der Bellewaerdebeek te geven.
Wij hebben daar overlaatst triestige dingen
gezien. De monding dezer beek zou dienen
verbeterd te worden, ook de duiker aan de
Potyze zou moeten verbeterd worden bijvoor
beeld door het leggen van buizen ernevens.
Dit is een kleinen onkost die de menschen
van langs die kanten veel schade zou ont
sparen.
M. Sobry. De heer Capoen weet dat er
onderhandelingen in gang zijn nopens de
Bellewaerdebeek van aan de Pilckembrug
tot aan de vaart. Thans is de uitkomst daar
van nog niet vastgesteld, maar ik hoop dat dit
heel in 't kort zal zijn.
M. Lemahieu. Ik deel ten volle de ziens*
wijze van den Heer Capoen, doch de oorzaak
van die overstrooming is niet te zoeken in den
duiker aan de Potijze. Deze duiker is groot
genoeg, maar het is omdat de Bellewaerd-
beek niet lost waar ze natuurlijker wijze zou
moeten lossen. Indien er geen barrage in de
beek ware, zou zij nooit overloopen. Dit is het
gevolg van een onverschil tusschen twee eige
naars. Het is nu 28 jaar dat ik in den gemeen
teraad zetel en 't is 28 jaar dat ik weet dat dit
geschil duurt. De eene eigenaar beweert dat
de beek alhier moet loopen, de andere daar
entegen zegt dat het aldaar is. Ik denk dat
binnen kort een radicale beslissing der perma
nente deputatie een einde zal weten te stellen
aan de koppigheid van twee eigenaars, waar
door er toeveel landen en huizen omtrent zes»
maal in een winter overstroomd worden.
M. Vandamme. Dagteekent dit nog niet
van indejaren 1815, ten tijde der Hollanders?
M. Lemahieu. 't Is mogelijk, maar'k heb er
geen onthouden van. (Gelach)
M. Vandamme Ik wensch te weten welk
gevolg er gegeven werd aan de vraag der be
woners van de oude Veurnestraat betreffende
het plaatsen der electrieke leiding. Werd die
vraag nu reeds onderzocht Dit is de derde
maal dat ik hier zulks vraag.
M. Lemahieu. De heer Vandamme moet
voldoening hebben.
M. Vandamme. Neen, 't is ik niet maar
de bewoners der Oude Veurnestraat die vol
doening moeten bekomen.
M.Lemahieu. Wij zullen u toch antwoorden
opdat gij dit aan die menschen zoudt kunnen
overmaken. Door de koppigheid der electri-
citeitsmaatschappij moeten de menschen daar
zelf het plaatsen eener transformatiekabien en
der leiding betalen, omdat ze buiten den kring
wonen die in het lastenkohier voorzien is,
juist zooals den Verloren Hoek, de Potijze,
de Rijselpoort, 't Wieltje, enz. Maar het zon
derlingste van al is dat eenige dagen geleden
de maatschappij in de Groenestraat, op het
grondgebied Yper, zeven of acht staken ge
plant heeft om de gemeente St-Jan van electri-
citeit te gerieven, terwijl ze weigert electrici-
teit te leveren op de Potijze of dit voor de
stad Yper te doen. Ze moet zelfs niet meer
vragen om haar staken op het grondgebied
der stad te zetten
M. Missiaen. Zij heeft ook zonder vragen
de pacht harer compteurs verdubbeld, en
nochtans volgens het lastenkohier heeft zij dat
recht niet.
M. Delahaye. In de Grachtstraat zijn er
daar twee garagen en de menschen moeten
daar 's avonds werken met petroleumlampen.
Niets is gevaarlijker gezien er daar eveneens
honderde en honderde liters essence zijn. Het
is reeds sedert 5 of 6 jaar dat er gevraagd
werd de electriciteit daar te willen plaatsen.
Het is toch niet redelijk dat daaraan geen
gevolg gegeven wordt.
M. Lemahieu. Het is door de koppigheid
of hardnekkigheid der maatschappij dat wij
hier van haar niets kunnen bekomen.
De openbare zitting wordt hierop te 18 u.
3o opgeheven.
