Afgrijselijke Misdaad te Becelaere
8
Twee kiadereo vinden hunne Moeder laffelijk vermoord
Nog Allerhande Nieuws
Maandag namiddag werd de gemeente
Becelaere in opschudding gebracht door de
ontdekking van een afschuwelijke misdaad die
drie kleine kinderen van hunne bezorgde
en teedervolle moeder berooft.
Op het gehucht Kei berg staan twee
tweewoonsten en een nette werkmanswoning
die met een hoving omringd is en van de
andere huizen een weinig afgezonderd staat.
Deze laatste woning is bewoond door de
echtgenooten Leon Durnez - Boucquet en
hunne drie minderjarige kinderen, Maurice,
io jaar oud, Ivonne, 7 jaar, en de kleine
Paula, i5 maanden. De man werkt te Wervick
(Frankrijk) en zijne echtgenoote Godelieve,
geboren te Bavichove, den 4 November 1900,
houdt zich met het huishouden bezig.
Terwijl de twee oudste kinderen naar
school waren, ging de vrouw Maandag
namiddag per velo, waarop zij haar kleinste
kind geplaatst had, een boodschap doen,
bezocht onderwijl nog haar moeder en eenige
andere kennissen en kwam rond 4 uur weer
naar huis gereden. Bewoners van een blok
huizen, die wat verder gelegen zijn, zagen
haar nog op dat uur voorbijrijden.
De ontdekking der Misdaad
Rond 4 u. 3o kwamen haar twee kinderen
terug van school en toen ze het huis binnen
traden vonden zij hunne moeder nabij den
keldertrap beweegloos liggen. De oudste
riep op haar en begon er aan te schudden,
doch daar hij geen antwoord bekwam liep hij
buiten en riep luide om hulp. In een oogwenk
kwamen de geburen toegesneld en kregen er
een akelig schouwspel te zien. De vrouw lag
levenloos op haar rug uitgestrekt in den gang,
met het hoofd op den bovensten keldertrap
en de betnen half in de openstaande deur der
aanpalende slaapkamer. Rond haren hals was
een kous vastgesnoerd en de bedsprei, die
van het bed getrokken was, lag tot bij haar
beenen en was gansch in een lang einde uit-
gerokken alsof iemand er zich hevig had aan
vastgeklampt. In gansch de woning heerschte
de meeste wanorde, en alles was doorzocht
en doorsnuffeld geworden.
Het Or> dei zoek
De rijkswacht, die van het gebeurde ver
wittigd werd, kwam aanstonds ter plaats en
was er weldra gevolgd van het parket van
Yper dat de noodige vaststellingen kwam
doen en de getuigen onderhooren. Volgens de
bekomen inlichtingen moet de moord gepleegd
zijn geworden enkele oogenblikken nadat de
vrouw terug thuis was gekomen. De moorde
naar moet daar eenigen tijd rondgedoold heb
ben en, wanneer hij vrouw Durnez in den
namiddag zag voorbijrijden, heeft hij alsdan
aan een anderen persoon gevraagd wie die
vrouw was. Van dan af moet hij zijn slacht
offer achtervolgd en beloerd hebben. Wat
verder vroeg hij waar.vrouw Durnez woonde,
vervolgens beeft hij ook nog aan een vijftal
werkloozen, die langs den weg stonden, ge
sproken en hen gevraagd of zij geen vier
peerden gezien hadden die naar Yper reden.
Een dezer mannen, een autobusvoerder, had
goed de velo, een soort koersrijwiel, van den
vreemdeling bemerkt en gezien dat er aan het
achterwiel twee tandwielen waren en dat het
vastgeschroefd was met moeren die slechts
één vleugel hebben. Op den kader had hij
ook het woord Camillê kunnen lezen.
De vrouw, die natuurlijk niets vermoedde,
was naar huis gereden, had haar kind in zijn
wiegje gelegd en was begonnen met boter
hammen te snijden voor de kinderen die straks
van school zouden thuis komen. Het moet
op dat oogenblik zijn dat de moordenaar is
binnengetreden en de vrouw overvallen heeft.
Deze echter zal zich met de macht der wan
hoop verdedigd hebben en al vechtende tegen
haren moordenaar gestruikeld hebben en
tegen de kelderdeur gevallen zijn. Een aldaar
staande olieflesch werd 't zij door den schok,
't zij in de worsteling, omgeslagen en gebro
ken. De laffe rekel heelt zijn slachtoffer eerst
de keel toegenepen met de hand en daarna
bij middel van een kous vast toegesnoerd,
zoodat de arme vrouw door verwurging be
zweken is.
M?n vermoedt dat diefstal de drijfveer der
misdaad moet geweest zijn. Een koffer, die
zich in de slaapkamer bevond, was openge-
stampt, het handzakje van het slachtoffer was
insgelijks geledigd, en al het geld dat zich in
huis bevond \tfas verdwenen. De som zal
voorzeker niet groot geweest zijn, eenige
spaarpenningen en het weekloon van den man,
dat in een kasje in de kleerkas verborgen was.
Dit kasje werd medegenomen om de vinger
afdrukken te hemen.
De man van het slachtoffer, die van zijn
werk terugkwam, werd onderweg afgewacht
en met omzichtigheid over het gebeurde inge
licht. Men kan zich gemakkelijk zijne droef
heid inbeelden.
Daar de moordenaar door verscheidene
personen gezien werd en met sommigen ervan
gesproken had, kon zijne persoonsbeschrijving
heel nauwkeurig opgegeven worden. Het was
een kerel van omtrent 26 jaar, gekleed met"
zwarte vest, gestreepte broek en bleek blauw
hemd, bruine haren, dikke lippen en fijn
gezicht.
De lijkschouwing heeft plaats gehad in het
Gemeentehuis.
De begrafenis van het ongelukkig slacht
offer had Donderdag morgen, te 9 u., plaats
onder een machtigen toeloop van volk.
Een Aanhouding
De rijkswacht, geholpen door de gerechte
lijke politie van Gent, die speciaal voor die
zaak werd afgevaardigd, stelde dadelijk een
ieverig onderzoek in. Verscheidene personen
werden onderhoord, doch men ondervond
telkens dat men op het echte spoor niet was.
Onze wakkere onüercommissans van politie,
M. Vansevenant, was ondertusschen van
zijnen kant op inlichtingen uitgegaan en was
alzoo reeds te wete gekomen dat een zekere
persoon, wiens beschrijving goed overeen
kwam met die van den moordenaar, geld was
komen uitwisselen in een huis der Maarschalk
Fochlaan.
De persoonsbeschrijving van den dader was
overal rondgestuurd geworden en verscheen
Woensdag morgen reeds in de dagbladen.
De herbergier Theophile Debisschop, wonen
de in de Ville, de Courtrai Statiestraat,
werd bij het lezen dier beschrijving in de
dagbladen getroffen en herinnerde zich dat
een persoon, die volledig aan alle gegeven
bijzonderheden beantwoorde, d'en nacht van
Maandag op Dinsdag in zijne herberg had
vernacht. Hij kwam dit op het politiebureel
aangeven en de Heer Vansevenant, door deze
kostbare inlichting geholpen, kon zijn onder
zoek verder met vrucht voortzetten.
Hij bracht de gerechtelijke politie op de
hoogte zijner ontdekking en deze ging zelfden
Woensdag avon^-npg naar Remnghelst, de
Clytte, waar de persoon in kwestie verklaard
had te verblijven. aar hij 's morgens naar
zijn werk in Frankrijk was vertrokken, werd
hij door de politie tusschen Dickebusch en
de Clytte afgewacht en bij het afstappen van
de autobus aangehouden. Men deed hem
thuis zijn beste kleederen aantrekken en daar
alles zoo goed overeenstemde met hetgeen
de getuigen van Becelaere opgegeven hadden,
werd hij in hechtenis genomen en 's avonds
om g uur nog naar Yper gebracht. Het is
zekere Dumortier Jples, geboren te Renin-
ghelst den 25 April 1904, gehuwd en wonende
op de Clytte. Hij werd tot 1 uur 's nachts aan
een streng onderhoor onderworpen, doch hij
loochende alle schuld en zegde nog nooit te
Becelaere te zijn geweest. Volgens zijne ver-
klaring heeft hij den Zondag al de kanten van
Waasten rondgedoold en 's avqnds, tijdens
het onweder, ievers in een barak der douanen
geslapen. Hij herinnerde zich niet den Maan
dag ievers binnen te zijn geweest 't zij om iets
te drinken of te eten, en wat wonderbaar
scheen, hij wist alleen maar te zeggen waar
hij den dag van de moord na 5 u. 's namid
dags geweest was en wat hij alsdan gedaan had.
Donderdag namiddag werd hij onder goede
bewaking, daar men voor de woede van het
volk vreesde, naar Becelaere gebracht. Het
parket van Yper, samengesteld uit dé Heeren
Devos, onderzoeksrechter, Opdebeeck, sub
stituut van den procureur des Konings, Van-
derghote, griffier, en vergezeld van den luite
nant der rijkswacht en van de gerechtelijke
politie van Gent, was insgelijks ter plaats.
Op de gemeente, waar men van dit bezoek
verwittigd was, was alles nog eens in rep en
roer. Een groote menigte, die men schat op
wel 3oo personen, was bij het Gemeentehuis
en rond de woning van het slachtoffer ge
schaard, en toen de aangehoudene te midden
de gendarmen, rond 3 u., uit de auto stapte,
was het te"allen kante een geroep en getier
van moordenaar. De gendarmen konden
met moeite de verbolgen menigte in bedwang
houden.
Meest al de opgeroepen getuigen verklaar
den Dumortier stellig te herkennen, ook zijn
velo werd herkend en beantwoordt geheel en
gansch aan de opgegeven aanduidingen. Niet
tegenstaande deze formeele getuigenissen en
bezwarende omstandigheden, bleef de ver
moedelijke dader hardnekkig loochenen.
Bekentenissen
Bij zijn terugkomst te Yper, Donderdag
avond werd de vermoedelijke dader door den
Heer ondercommissaris Vansevenant aan een
nieuw en langdurig onderhoor onderworpen.
Met zachtheid en beroep doende op zijne ge
voeligheid, met hem aan zijne goede en voor
beeldige ouders te herinneren, gelukte het den
Heer Vansevenant ten lange laatste, rond
8 u. 3o, hem een halve bekenteni's te ontruk
ken. In een snik zegde hij 'k heb het ver
diend hetgeen ik nu heb-. De eerste stap was
gedaan. Door allerhande vragen in 't nauw
gebracht eindigde hij met volledig te beken
nen en gaf als volgt het verhaal zijner afschu
welijke misdaad
Ik ben bij de vrouw binnengegaan en heb
haar een glas water te drinken gevraagd.
Zij gaf mij een tas koffie en twee boterham
men, en 't is daarna dat ik haar bij de keel ge
grepen heb. Zij liep weg in de kamer en riep
om hulp, alsdan heb ik mij opnieuw op haar
geworpen en, haar de keel toeduwende, ge
vraagd waar het geld stak. Zij wees mij de
kleerkas aan, bij middel van een gevonden
kous bond ik haar vervolgens de keel toe en,
meenende dat het veinzerij was van harent
wege, liet ik haar liggen waar zij gevalllen was.
Ik nam het geld dat ik kon vinden, twee fran-
sche briefjes van 100 fr. en een drietal belgi-
sche briefjes van 20 fr. en nam vervolgens de
vlucht.
Den Vrijdag morgen verscheen de moorde
naar voor de Raadskamer waar zijn aanhou
dingsmandaat bevestigd werd De Heer Vanse
venant werd op het parket en door zijn over
sten hartelijk geluk gewenscht voor den
grooten ijver die hij in 't vervullen zijner taak
aan den dag legt èn voor den goeden uitslag
waarmede zijn onderzoek bekroond werd.
't Is dank aan de Heeren Debisschop en
Vansevenant dat de laffe dader zoo spoedig
kon gevat worden.
Dö dader poogt zelfmoord te plegen
Vrijdag middag, rond 1 u., kwamen gendar
men naar het politiebureel om den gevangene
af te halen en naar het gevang van Kortrijk
over te brengen. Zij vonden hem half verhan
gen en kwamen nog juist in tijds om zijn onder
vest, die hij rond zijn hals gebonden had, los
te snijden. Hij werd onder goede bewaking
geplaatst en aanstonds naar de statie gebracht
om zijn nieuwen thuis te Kortrijk te gaan
vervoegen.
Yper.- Werkloozen aan 'i werk. - Don
derdag avor.d warén een I7tal werkloozen van
Yper per velo naar de Rijselpoort gereden om
er de autobussen, die met werkvolk van
Frankrijk terug kwamen, af te wachten. Toen
deze in hunne nabijheid waren, begonnen zij
er met zware steenén naartoe te werpen. De
autobus Lindberg in plaats van door te
rijden, stopte echter en de voerder samen
met eenige werkvrouwen die in de autobus
zaten, liepen hunne laffe aanranders achterna
en waren zoo gelukkig er twee van te kunnem
aanhouden. Zij werden in de autobus gesleept
en zoo naar de gendarmerie op de Kalfvaart
gebracht, waar zij door het volk werden uit
gejouwd en door de gendarmen in goede
bewaring geplaatst. Dit zal voor die woel-
makers een goede les zijn.
Zillebeke. Grondinzakking. De
groote baan van Yper naar Meenen is dezen
Winter, door het instorten van onder-
aardsche gangen eu kamers die daar binst den
oorlog gemaakt werden, op verscheidene
plaatsen ingezakt. Het vullen van een dezer
putten, gelegen rechtover de herberg Het
Kanon duurt nu reeds verscheidene maan
den. Men heeft daar onder meer een ruime
zaal ontdekt die binst den oorlog waarschijn
lijk tot ziekenzaal gediend heeft. Zon-dag 11. nu,
ten gevolge van de geweldige en overvloedige
regens, heeft de macht van het water aldaar
een nieuwe en overgroote grondinzakking
veroorzaakt. De put, die naar men beweert
wel veertien meter diep is, stond gansch vol
water en men moest beroep doen op de pom
piers van Yper die met hun autopomp ter
plaats'kwamen en er langen tijd wrochten om
het water gedeeltelijk uit te pompen. Alle ver
keer werd geschorst, zelfs de stoomtram van
Gheluwe is gedurende twee dagen naar Yper
niet meer kunnen komen. Alle gerij is afge
wend langs den Zonnebekesteenweg, doch
deze baan is eveneens in gedeeltelijke herstel
ling en het verkeer is er zeer moeilijk. Thans-
is men ieverig aan 't werk om den put van.
den M eenensteenweg te vullen en om er zoo
veel mogelijk nieuwe instortingen te voor
komen.