5 482.733 fr. in ontvangsten en uitgaven, waar van er 40.i5o fr. ten laste komen der stad. M. Vandamme. Deze begrooting werd opgemaakt door het ministerie van Kunsten en Wetenschappen. Ik denk dat de begroo tingen van al de andere middelbare scholen daar ook opgemaakt en' berekend worden volgens de grootte der gebouwen. In het arti kei voor de verlichting en verwarming zie ik -dat er voor ig32 een som voorzien wordt van .22.750 fr., terwijl er in het schooljaar ig3o reeds 2^.546 fr. 3o uitgegeven werd alleen voor de verwarming. Met de verlichting en het aankoopen van een verwarmingstoestel met gas bekomt men een gezamenlijke uitgaaf van ongeveer 32.000 fr. 'tzij dus een verschil ■van omtrent 10.000 fr. meer dan hetgeen nu voorzien wordt.Ik heb reden te gelooven dat de som, die nu voorzien wordt, zeer benaderend berekend werd en ik vraag aan het schepen college dat het bij den beheerraad der school 20U willen tusschenkomenen aandringen opdat de verwarmingsstofïen zoo spaarzaam moge lijk zouden gebruikt worden. Het mag niet meer gezegd worden dat de asschen die men op straat zet nog evenveel kolen bevatten als .asschen. Er mag geen misbruik gemaakt wor den van de kolen, gezien de stad een deel der kosten moet betalen. M. Sobry. De stad betaalt alles. M. Vandamme. Een reden te meer om dien wensch uit te drukken. Er moet voldoen de verwarming zijn opdat de kinders 's win ters in de school geen koude zouden' lijden, maar dit sluit niet uit dat er zuinig kan te werk gegaan worden en dat men daarvoor zou aandringen, gezien het de stad is die al de onkosten daarvan moet dragen en deze school nu reeds zooveel kost als bijna alle andere scholen samen. M. Scbyy. Er zal akte genomen worden van deze vraag. M. Lemahieu. Wie maakt er thans deel uit van den beheerraad der Middelbare School M. Lturidan. Dit begint stilaan tot de legende te behooren, het lijkt aan ostracisme. M. Missiaen. Binnen twee maanden moet een nieuwen beheerraad benoemd worden. M. Sobry. De raad heeft zijn candidaten gesteld, maar tot hiertoe werd nog niemand benoemd. M. Leuridan. Heelt de stad reeds geschre ven om daarvan de redenen te kennen M. Missiaen. - Ik heb den minister daar over vroeger eens geschreven en ik kreeg voor antwoord eens tot bij hem in zijn kabinet te komen. Misschien zou de heer Leuridan, bij oen zijner reizen naar Brussel, dit eens wil ,len doen M. Sobry. De heer Missiaen heeft reeds .geschreven. M. Missiaen. Ja, maar dat was in mijnen persoonlijken naam. M. Lturidan. Dit is een nalatigheid van wege het schepencollege, want het had daar voor eveneens bij den minister moeten aan dringen. \H. Sobry Het schepencollege maakt deel uit van den beheerraad en komt daarvoor regelmatig bijeen. M. Lemahieu. Van rechtswege maakt het schepencollege deel uit van den beheerraad, doch dit is niet regelmatig zooals de heer Bur gemeester het zegt. De begrooting dier school wordt ons door het ministerie opgedrongen. Vroeger heb ik ook eens daarover geschreven, doch ik bekwam zelfs geen antwoord. M. Leuridan Dit gelijkt weldra aan een detectiveroman. Op voorstel van den heer voorzitter wordt de voorgelegde begrooting goedgekeurd. Al leen de heer schepen Lemahieu onthoudt zich. M. Laton. In verband met dit punt, zou ik willen vragen zoo er nog geen nieuws is over den huisbewaarder voor die school M. Sobry. Het is een werkman der stad die voorloopig dien dienst verzekert, maar de stad wordt die kosten terugbetaald. Tot op heden werd daaromtrent nog geen beslissing genomen. 11. Aanvragen om toelage. 1) M. Sobry. De Kaartersfederatie vraagt een toelage van 3oo fr. Het schepencollege heeft die vraag onderzocht en het geraadzaam geoordeeld besparingen te doen en die toelage niet toe te staan, gezien dit hier slechts een herbergkermis geldt die geen volk aanlokt en geen nering bijbrengt voor de stad. M. Leuridan. Het zijn juist die kleine afschaffingen die de menschen het minst ver dragen. Dit kost u niet veel en het baartgroot ongenoegen otj het volk. Ik weet niet hoe het schepencollege zoo hardnekkig zulke kleinig heden kan weigeren. Naar hetgeen ik verno men heb, zouden de wijkkermissen ook het- zellde lot ondergaan hebben. M. Missiaen. Daar is niets van, men moest alleen maar op de goedkeuring der stadsbegrooting wachten. M. Leuridan. Te beter, en het ware wenschelijk ook in deze gevallen den zeilden weg te volgen. M. Sobry. Er komen van langs om meer wijkkermissen, weldra heeft iedere straat haar kermis en men komt de stad lastig vallen langs alle kanten. MLeuridan. Dit hier is niet nieuw. M. Delahaye. De kaartersfederatie be grijpt al de kaartersmaatschappijen en ieder jaar richt ze een reeks prijskampen in die den eenen Zondag in d'eene herberg, den anderen Zondag in gene gehouden worden. Ik stel voor dezelfde toelage als verleden jaar te ver leenen. M. Leuridan. Hoe lang is dit gebruik reeds in zwang M. Delahaye. Het bestaat reeds van vóór den oorlog. M. Leuridan. Dit is dus reeds met het volk vergroeid, en het komt er op aan zoo veel mogelijk de aloude, folkloristische gebrui ken te bewaren. Het i^ met leede oogen dat wij zooveel van het oude zien verdwijnen. M. Sobry. Het vérleénèn van stadstoe lagen zal steeds meer en me'er prijskampen verwekken. Er zijn reeds feesten genoeg door de stad ingericht en wij moeten het geld niet nutteloos weggeven bijzonderlijk voor feestjes die weinig ot geen nering verwekken. M. Vandamme. Mag ik aan den heer schepen van financiën vragen hoeveel er nog overblijft van het krediet voor feestelijkheden? M. Missiaen. Er is nog genoeg over. M. Vergr acht. Is het waar dat de toela gen der wijkkermissen verminderd zijn M. Missiaen. Neen, alleen werden zij in twee categoriën verdeeld volgens hunne belangrijkheid. M. Sobry.— In het verslag over de Stads kas hebt gij gehoord dat de stad nog groote schulden heeft en verschillige leeningen die zoohaast mogelijk zouden moeten afgelost worden. M. Leuridan. Maar gij hebt ook gehoord dat het krediet voor de feesten nog niet uit geput is. M. Sobry. Dit is niet noodig het is niet omdat een krediet gestemd werd dat het daarom volledig moet verbruikt worden. Ik stel voor over die vraag te stemmen. Stemmen ja de heeren Lemahieu, Dela haye, Capoen, Laton, Leuridan, Soete, Ver gracht en Vandamme neen de heeren Mis siaen en Sobry de heeren Bonnet en Ver meulen onthouden zich. 2) M. Sobry. Er is ook nog een vraag in gekomen vanwege de Trachterschutters ge vestigd in de herberg De Trompet M. Missiaen. Ik protesteer tegen zulke vragen. Hier betreft het een herberg die mid den de stad. op de Groote Markt gelegen is, die dus van alles profiteert en nu nog komt men aan de stad een toelage vragen voor een prijskamp waarvan slechts een enkele herberg voordeel heeft. M. Lturidan. Dit is niet waar, gij moet niet alleen de herberg inzien, maar wel de maatschappij die, zooals alle andere, haar zetel in een herberg gevestigd heeft. Deze maatschappij telt leden die allen behooren tot de belastingbetalers van Yper. Het is slecht van uwentwege nu, om reden van bezuiniging, die toelagen te willen afschaffen. M. Missiaen. Ik heb daar altijd tegen ge stemd, zelfs vooraleer ik schepen van finan ciën was. Wanneer men zoo wil te werk gaan, dan moet men aan alle maatschappijen van vogelpik, biljard, enz. een toelage verleenen. M. Vandamme. Ik meen dat deze aan vraag, sedert de vijf jaren dat wij hier zetelen, ieder jaar verworpen werd. Stemmen ja de heeren Laton, Leuridan en Soete neen de heeren Missiaen, Lema hieu, Delahaye, Bonnet, Vandamme en Sobry; onthouden zich de heeren Capoen, Vergracht en Vermeulen. 12. Overeenkomst voor Oorlogsschade waterleiding schattin gskosten. M. Sobry. Op voorstel van den heer sche pen van Openbare Werken ware het beter dit punt in geheime zitting te bespreken, daar er zekere uitleggingen dienen gegeven te worden die in openbare zitting niet mogen kenbaar gemaakt worden. Al de raadsleden verklaren zich met deze zienswijze t'akkoord. •3. Stadsrekening voor het dienstjaar ig3o. Deze rekening werd vroeger ter inzage der raadsleden op het bureel neergelegd en de heer schepen van financiën geeft thans lezing van zijn verslag over die rekening. M. Vandamme. In de rekening heb ik facturen gevonden voor kolen waarvan de prijzen verschillen van 36o fr. tot 415 fr. de ton. Ware het niet mogelijk de plaatselijke kolenhandelaars te bevoordeeligen door ze met deze leveringen beurtelings te gelasten en van hen een bepaalden prijs te bekomen M. Delahaye. Voortaan zullen alle kolen door de Yperschehandelaars geleverd worden. M. Missiaen. Ik ben met den heer Vandamme daarover niet t'akkoord en het ware best dat er voor alle leveringen een aanbesteding uitgeschreven ware. Het is niet altijd wel alles door de bevolking te doen leve ren, de stad. wordt ervan somtijds bestolen. Een prijs van*4i5 fr. voor kolen, zooals de heer Vandamme daar aangeeft, dat bestaat niet. Ik heb ook nog andere dingen gezien, zoo o. m. voor een voorwerp eener waarde van 80 centiemen rekent men 3 fr. 5o aan. Dat moet gedaan zijn. M. Sobry. Ik stel voor de stadsrekening thans goed te keuren. Stemmen ja de heeren M'ssiaen, Lema hieu, Delahaye, Bonnet, Vandamme en Sobry. De heeren Capoen, Laton, Leuridan, Soete, Vergracht en Vermeulen onthouden zich. 14. Mededeelingen. M. Sobry. Er zijn geen mededeelingen te doen. Wenscht een der leden een of andere vraag te stellen M. Lturidan. In het blad der vlaamsche nationalisten lees ik een open brief aan het schepencollege gericht. Ik weet niet of dien brief aan het schapencollege werd toege zonden, misschien werd hij slechts in dezen vorm in een plaatselijk weekblad openbaar gemaakt, maar dit laat niet na dat hij zeer ernstig verdient opgenomen te worden. Een eerste punt in dezen brief aangeraakt is dat er, nu dat de heropening der scholen aanstaan de is, een oog dient in 'c zeil gehouden te worden op de toepassing der redelijke onder- wijsbeginsels, opdat in onze scholen het aan- leeren der moedertaal niet zou verwaarloosd worden en alle aandacht gevestigd op de tweede taal. Reeds van in den kindertuin wor den aan de kleinen fransche fabeltjes aange leerd die zij als papegaaien kunnen opzeggen maar waarvan zij niets verstaan. Ik hoop dat het verjongd schepencollege, dat democratisch is tot in de toppen van zijn vingeren, niet langer zal gedoogen dat het in die zaak de les gespeeld worde door eenige weldenkende Yperlingen. Ik voel me beschaamd over die-

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1931 | | pagina 5