Echte ANTHRACIET KOLEN voor haardvuren en centrale verwarming
bij L. MONKERHEY-VAN NESTE, 9, Koeimarkt, Yper.
Tabs op Muziebtuigen
Op Maandag 4Januari 1932
VRIENDENSCHIETING
op de liggende Pers
steenweg en der Kruisstraat aan de stad
gezonden hebben om hun beklag te doen over
den slechten toestand der baan. Daarin wordt
o. m. gez gd dat zij met groot genoegen ver
nomen hebben dat de stad besloten heeft aan
-de werkloozm we k te geven, maar dat zij
spijtig zijn dat de stadsbestuurders niet dik
wijls de Kruisstraat komen bezoeken, want
dat zij het hun als een plicht zouden aanre
kenen ze er hartelijk welkom te heeten, affioe-
wel het niet beleefd ware dit in de modder te
moeten doen. De baan is er zoo slecht dat,
-volgens den brief, het water in de huizen
•dreigt te loopen.
M. Sobry. Het is reeds lang dat wij bij
het ministerie van Openbare Werken aan
dringen om de verbeteringswerken van den
"Veurnesteenweg, Vlamertinghesteenweg en
Dickebuschsteenweg te bekomen. Ik heb hier
twee antwoorden door den heer minister
gezonden aan volksvertegenwoordigers, die
ten voordeele dier werken zijn tusschenge-
komen, en waarin gezegd wordt dathet herstel
der barn Yper Rousorugge ter studie ligt en
dat de verbetering van den Poperinghesteen
weg in 1932 zal gedaan worden. Voor den
Veuinesteenweg en den Dickebuschsteenweg
is het nog niet zeker dat de werken toekomen
de jaar zullen kunnen uitgevoerd worden,
omdat de noodige kredieten daarvoor niet
beschikbaar zijn. Het behoort niet aan de stad
alles te doen, er zijn wciken die ten laste van
andere besturen vallen. Pogingen werden
reeds gedaan en zullen voorts gedaan worden
om die noodige herstellingswerken te bekomen.
M. Vermeulen. Ik zou opnieuw en roet
meer nadruk daarvoor aandringen. Zoo ik mij
niet vergis hebben wij reeds in 1928 of in
1929 dergelijk antwoord ontvangen waarbij
de steenweg Yper Locre in orde zou gebracht
worden. De toestand is er waarlijk pijnlijk en
ik zou voorstellen nogmaals aan te dringen.
M. Bonnet. Dit waren toen voorzeker
kiesbeloften en die zijn nooit gehouden.
Sri. Lemahitu. Het plan bestaat en is
zelfs reeds goedgekeurd, het is alleen maar de
financieele toestand van het land, die voor
het oogenblik niet te bloeiend is, die zich
tegen de uitvoering der werken verzet. Dus is
•de stad niet ten achter in hetgeen zij moet
doen, doch dit belet niet dat wij kunnen voorts
aandringen totdat wij voldoening bekomen.
M. Delahaye. Over een drietal weken
heb ik met den heer ingenieur den Vlamertin
ghesteenweg, de Capucienenstraat en den
Dickebuschsteenweg afgegaan. Zooals ik het
hier vroeger reeds zegde, heeft hij mij beloofd
dat de aanbesteding van den Vlamertinghe
steenweg rond den i5 Januari zou uitgegeven
worden, en voor den Dickebuschsteenweg zal
hij bij het Bestuur van Bruggen en Wegen
aandringen opdat dit werk in den loop van
ig3z zou begonnen worden. Doch er is daar
een zekere moeilijkheid en men is thans in
-onderhandeling om de tramlijn in 't midden
van den weg te leggen. De stad neemt de
kosten der rioleering op haar tot aan de Capu
cienenstraat, en voor het aanleggen der twee
voorlanden is zij bereid het noodige geld te
verschieten. We hebben nu reeds voldoening
op een punt, namelijk voor den Vlamertinghe
steenweg, laat ons hopen dat de herstelling
van den Dickebuschsteenweg weldra zal vol
gen, doch we moeten nooit denken dat de
twee werken te samen zullen uitgevoerd wor
den, want er moet toch een uitweg open blij
ven. In plaats van voort te gaan met de her
stelling der baan tot aan Rousbrugge, heb ik
aan den heer ingenieur gevraagd, aanstonds
na den Vlamertinghesteenweg, eerst de wer
ken van den Dickebuschsteenweg te willen
aanvangen. Hij heeft deze vraag gegrond
bevonden en ik verhoop wel dat wij dit
zullen bekomen.
M. Sobry. Wij zullen dus blijven aan
dringen.
4) De heer Voorzitter geeft lezing van een
brief uitgaande van het Comiteit tot bevorde
ring van het vreemdelingenverkeer, waarbij
het protest aanteekent tegen de afschaffing
der toelage die het vroeger van de stad ont
vir.g, en ock tegen het besluit van den
gemeenteraad om een deel der vestingen van
Yptr te sloopen.
M. Lemahieu. De heer Vermeulen heeft
gezegd dat men tot in Brussel toe daartegen
ging opkomen, en inderdaad de Brusselsche
dagbladen, zoo groote als kleine, hebben een
foto gegeven van de Rijselpoort als'tu belieft,
alsof er hier besloten werd de Rijselpoort af
te breken. Ik ben hier in 't bezit van die foto
uit een dagblad geknipt, dezi lfde die in al de
bladen verscheen. Ik geloof dat zulke ezela-
rijen, als die inlichtingen die een persoon aan
de bLden vei strekte, aan de kaak dienen ge
steld te worden
M. Vermeulen. Mijnheer Lemahieu, gij
moet het rechtuit zeggen wie ge bedoelt.
Is het ik Ik vraag dat gij hier dien persoon
zoudt noemen.
M. Lemahitu. Gij zijt er niet in betrok
ken. Ik denk wel dien persoon te kennen,
maar zal zijn naam niet zeggen. Hij weet
heel goed dat er hier hoegenaamd geen spraak
is geweest de Rijselpoort af te breken, doch
alleen maar van een klein deeltje der vestin
gen gaande van de Statie tot aan de Tempel
poort. Die persoon weet ook heel goed dat dit
eindje sis ch s 35o m. lang is, terwijl er dan
nog 2200 m. vestingen overblijven van aan de
Tempelpoort tot aan de Zwemkom. Zaterdag
laatst zijn hier twee heeren geweest die ik
ontvangen heb, daar de heer burgemeester
nog niet toegekomen was, en die heeren
waren hes 1 verwonderd geweest te hooren dat
wij de Rijselpoort gingen plat smijten. Men
kan daaraan oordeelen hoe de inlichtingen van
dien persoon de openbare meening in dwaling
gebracht hebben. Hij had beter gedaan met
aan de dagbladen juiste inlichtingen te ver
strekken en hun de foto gegeven van dat vuil-
hoekje, dat Boterplas heet. Die heeren waren
nog meer verwonderd toen er hen gezegd
werd dat er geen spraak was de vestingen der
Rijselpoort te sloopen, doch alleen maar een
klein hoekje van 35o m. lang. Ik had het plan
der vestingen gereed doen leggen en de heeren
hebben alzoo kunnen zien dat dit deel der
vestingen inderdaad niet zeer belangrijk is.
Wij zijn dan ter plaats gegaan, eerst langs het
boerenmagazijn, al over den hoop steenen,
om eens den buitenkant dier vesting te zien
en wij zijn dan al boven teruggekeerd. Die
heeren habben daar kunnen bcstatigen dat er
daar bij de majoorgracht geen muur meer is,
dat er dus geen continuïteit is tusschen den
Boterplas en de andere vesting. Vandaar zijn
wij vooitgegaan tot aan de Rijselpoort die
niemand vraagt af te breken en vanwaar men
een der schoonste en merkwaardigste zichten
geniet. Daarbij het water mag daar niet aan
gevuld worden, vooreerst omdat de stad
19 000 fr. ontvangt voor het water dat de
ijzerweg uit de stadsgrachten neemt, verders
omdat het dient om het vuil water der riolen
uit te spoelen en, ten derde, omdat die vesting
veel visch bevat en men alzco aan talrijke
menschen hunne liefhebberij zou ontnemen.
De Kasteelgracht moet eveneens blijven be
staan omdat zij dient totspijzing van de zwem
kom, en het moet dus een grooten onnooze-
laar zijn die de dagbladen alzoo verkeerd
heeft ingelicht.
M. Bonnet. Ik geloof dat de heer schepen
Lemahieu zijn diplomatiek taal vergeten is.
M. Lemahieu. Ja, ja, een onnoozelaar, ik
herhaal het, die alzoo tracht de openbare
meening in dwaling te brengen.
M. Vermeulen. De heer Lemahieu weet
wie dit is.
M. Missiaen. En de dagbladen die het
opgenomen hebben weten het ook.
M. Vermiulen. Maar de heer Lemahieu
beweert dien persoon te kennen.
M. Lemakieu. Ik betrek uniet.
M. Vermeulen. Waarom zijt ge dan be
gonnen met over Vermeulen te spreken
M. Lemahieu. Ik heb alleen gezegd dat,
zooals gij het beweerd hebt, de brusselsche
gazetten zich met de zaak hebben bezig
gehouden.
M. Vermeulen. Ik heb nooit van geen
gazetten gesproken, doch alleen maar gezegd
dat het besluit van een deel der vestingen van
Yper te sloopen een'ontroering en een alge-
meene afkeuring in het land zou verwekken.
M. Lemahieu. Thans moeten wij nog
enkel het verslag van die heeren afwachten.
M. Bonnet. Ik ben t'akkoord met den
heer schepen Lemahieu, en om de gevolgen
van die ezelarij, door de brusselsche gazetten
begaan, tegen te gaan ware het van belang een
foto te doen nemen van dit pishoekje en ze
aan diezelfde bladen op te sturen als terecht
wijzing, zooals het ten andere ons recht is.
Zoodoende zult ge de openbare meening de
ware toedracht der zaak leeren kennen en niet
meer op een dwaalspoor laten. Dit is het min
ste wat de gemeenteraad van Yper in die
zaak kan doen
M. Missiaen. En 't ware ook een middel
om aan die gazetten den persoon te laten
kennen die deze valschheid begaan heeft.
M. Vandamme. In het schrijven van dit
comiteit wordt beweerd dat de handelaars
door het niet toekennen der stadstoelage een
verlies zullen ondergaan. Moesten zij 5o
van dat verlies aan de stad afstaan, dan zou
den zij nog de helft ervan profijt doen.
M. Sobry. Er wordt akte verleend van
dien protestbrief.
M. Bonnet. Goed, maar ik neem niet aan
dat men zoo gemakkelijk over mijn voorstel
heenstapt, en ik vraag dat er zou rekening
gehouden worden van mijn wensch om een
foto dier vesting te nemen en aan de bladen
op te sturen.
Oe meerderheid der raadsleden verklaart
zich met dit voorstel t'akkoord, en de openba
re zitting wordt te 19 u. i5 opgeheven.
De houders van herbergen en alle andere
openbare plaatsen, waarin zich muziektuigen
bevinden, zooals pianos, orgels, spreekma-
chienen, radiotoestellen, erz. worden eraan
herinnerd dat zij, ingevolge een nog van
kracht zijnde gemeentereglement, van den 1
tot den 3i Januari aanstaande, deze speeltui
gen moeten aangeven in het Politiecommissariaat
van Y per.
De overtreders van dit reglement, t.t.z. allen
die deze aangifte ten gepaste tijde niet zullen
gedaan hebben, zullen gestraft worden met een
boete van dubbele taks en stellen zich bloot
aan boetstraffelijke vervolgingen.
Aan allen dus van zich in regel te stellen.
Handboogmaatschappij WtLLEM TELL"
in de verwarmde zaal bij Cyriel Vander meersch,
herberg De Saumon, te Yper.
De inleg is bepaald op 5.50 frank.
Al het inleggeld zal verschoten worden in
vogels van 2.5o fr.
o.5o fr. voor de kosten.
Inschrijving om 5 uur, begin om 5 1/2 uur
zeer stipt tot rond 8 uur.
Verders gewone voorwaarden.