LEFLIBUSTIER L'AVANCEMENT 2 Verzoekschrift van den h. Arth. Butsye Asiles des Sold^ts Invalides Beiges Représentation Extraordinaire teisterden gesteld worden om hen toe te laten het herbeleg te verwezenlijken op de tijdstip pen door de rechtbanken voor oorlogsschade vastgesteld. Deze tekst is klaar en duidelijk. Wat de geteisterde overigens moet hebben om de uitgaven te kunnen doen die hem door de verplichting van het herbeleg opgelegd worden (want men mag niet vergeten dat het herbeleg door de wet opgelegd wordt), 't zijn gangbare speciën en geen titels. Men mag hem dus geen fr. geven wanneer hij er too moet verteren. Het is dus onmogelijk hem de titels, die men hem in betaling wil doen aan vaarden en bij middel derwelkehij zich slechts ongeveer 75 °U kan verschaffen, aan hunne nominale waarde aan te rekenen. Om deze onloochenbare onwettelijkheid te begaan, beroept de Regeering zich op het duitsch moratorium dat een beletsel voor de naleving harer verplichtingen zou zijn. De verzoekers herinneren aan Uwe Majes teit dat de wet op het herstel der oorlogs schade als beginsel stelt dat de Belgische Staat de schadeloosstelling der oorlogsge teisterden te zijnen laste neemt zonder reke ning te houden van de wederlandsche ver plichtingen van Duitschland. Van Bladtl, de beste uitlegger dezer wet, schrijft, hetgeen ten andere klaarblijkend is volgens den tekst en de voorbereidende wei ken der wet De wet bevestigt een herstel van inneilijk recht dat, by gebrek aan den wezenlijken schulde naar, door de gemeenschap moet afgedragen worden. De Belgische Staat is dus recht streeksche schuldenaar onaangezien de kwestie te weten of de oorlogsvergoedingdie hij van Duitschland zal ontvangen, voldoende zal zijn om de schade door de belgische burgers geleden te dekken. Het is dus een wet van inwendige orde en niet van wederlandsche orde de Staat, schuldenaar reeds van voor de onder- teekening van den vrede, draagt den last der schade Men ziet het, de geteisterde is dus de recht streeksche schuldeischer van den Belgischen Staat. En Uwe Majesteit weet dat deze schuld van een bijzonderen onschendbaren aard is. De Regeering mag dus het duitsch mora torium niet inroepen om hare bijzondere onschendbare schuld niet te betalen. Indien er geen geld is om de geteisterden te betalen zooals de wet het vereischt, dan vragen deze zich af hoe men al de andere schuldeischers van den Staat, onder dewelke velen min belangwekkend zijn dan zij, in speciën kan betalen. De verzoekers hebben dus de eer hunne toevlucht te nemen tot Uwe Majesteit, die in hunne oogen de verpersoonlijking vertegen woordigt van de eer en van den eerbied voor het gegeven woord, om te bekomen dat het groot nadeel, waarover-zij hun beklag doen, zou hersteld worden. Het krediet van een Staat, evengoed als dit van een bijzondere, berust meer op een moreele basis dan op geldelijke middelen het is nooit met de meest blijkbare (en hier in 't geval de meest onschendbare) schulden te loochenen dat een Regeering het land kan verrijken. Hoe kan men ten andere aan de burgers vragen hunne verbintenissen na te leven en zich aan de wet te onderwerpen indien de Regeering zelf het ergerlijk voorbeeld geeft van de onwettelijkheid en van tekortkoming aan hare verplichtingen. De verzoekers kennen de gansch bijzondere bezorgdheid die Uwe Majesteit in alle om standigheden voor hare door den oorlog be proefde onderdanen betoond heeft zij zijn dus overtuigd niet vruchteloos op Uw opper ste gezag beroep te doen. En zij hebben de eer, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer nederige en zeer getrouwe onderdanen te zijn. Le Boulengé, Advokaat, Dinant. Sire, Vooraleer op onze vraag van verhoor te ant woorden, hebt Gij wel gewild dat wij U eerst in een vertoog de twee kwesties zouden uit eenzetten, waarvoor wij Uwe tusschenkomst zouden begeeren te vragen. Voor de betalingefi in titels die al de ge- teisterden van België aanbelangen, heeft de heer Le Boulengé, advokaat te Dinant, zich gelast U de uiteenzetting dezer zaak te doen. In een woord, wij maken er ons beklag niet over dat wij thans betaald worden bij middel van belgische schuldbrieven 5 maar wij vragen eenvoudiglijk dat deze titels ons slechts aan hunne verhandelbare waarde zou den aangerekend worden omdat zij ons gege ven zijn met het inzicht ze onmiddellijk te verwezenlijken. De afschaffing der Rechtbank voor oorlogs schade te Yper is een kwestie die uitsluitend de arrondissementen Yper en Veurne betreft. Gij weet, Sire, dat het de twee meest ge teisterde arrondissementen van gar.sch België waren, dit van Yper bijzonderlijk. Welnu, er werd steeds overeengekomen, tusschen de Regeering en de geteisterden van alhier, dat de Rechtbank voor oorlogsschade te Yper zou blijven bestaan tot na volledige afhande ling der uit te spreken vonnissen. Dit was rechtmatig. Wat men er ook te Brussel moge over zeggen, blijven er heden nog, benevens de te sluiten akkoorden voor lanütouwschade, een goed duizendtal vonnissen te vellen. Deze overblijvende zaken zijn over 't algemeen de meest ingewikkelde, en deze die er belang bij hébben zijn terzelfdertijd ook het meest te beklagen, daar zij de laatste gediend zijn. Welnu, in 't begin van October laatstleden, vernamen wij opeens dat een Besluit ver schenen was de Rechtbank van Yper-Veurne met den 3i December afschaffende en al de diensten naar Brussel overbrengende. Deze maatregel heeft een algemeen protest uitgelokt. Vooreerst brengt dit voor den Staat geen gewin van tijd, hoe gering ook, noch eenig geldelijk voordeel bij. Het eenig doel van dien maatregel is het behouden te Brussel van ambtenaren vreemd aan onze st eek, terwijl deze van hier afgedar kt worden. Dit is niet rechtvaardig. Doch het is daarentegen onmo gelijk aan te nemen dat onze geteisterden van het front verplicht zouden zijn z er lange en zeer kostelijke reizen naar Biussel te doen om er hun staatscommissaris of hun opziener van het herbeleg te ontmoeten, zelfs nog in de veronderstelling dat nooit een hunner reizen nutteloos gedaan ware. Üp onze protesten heeft de heer Renkin, gewezen minister van financiën, geantwoord dat de Bu'gerlijke Rechtbank van Yper met de uitspraak der vonnissen zou gelast worden Dit is nevens de zaak antwoorden. Vooreerst is het reeds een onzer burgerlijke magistraten die sedert 12 jaar vonnist, en dit op een meer afdoende manier dan het de Rechtbank van 1° Aanleg zou kunnen doen. Doch, wij verzet ten ons tegen de groote kosten die deze maat regel aan de geteisterden zal opleggen. Voor allen is het volstrekt noodig, ten minste een maal en het meerendeel verscheidene malen, met hun staatscommissaris en daarna met den opziener van het herbeleg te ondeihandelen. Hen daarvoor verplichten iedermaal de ver plaatsing naar Brussel te doen, om ginder uitleg te gaan geven aan iemand die ten andere niets van onzen toestand kent, zou aan een ware rechtsverkrachting, aan een beschim ping onzer rechten gelijken Ook heeft het nieuws der afschaffing van de Rechtbank van Yper-Veurne een geweldige ontroering verwekt in gansch de streek die er, voor gansch het gewest van het gewezen front, een tergende maatregel in ziet. Bijna al de betrokken gemeentebesturen hebben vergaderd om erover te beraadslagen en zij hebben daartegen protest uitgebracht en vragen het behoud der Rechtbank. Heden nog vraag ik aan den heer Minister van Finan ciën een verhoor om hem deze officieele klach ten, uitgaande van bijna al onze gemeenten, te overhandigen Vooral op dit oogenblik, zou deze huidige ongunst niet mogen blijven duren, het is hoogstnoodig dat er bevrediging kome en dat de Regeering zonder verwijl aankondige dat deze zoo impopulaire maatregel ingetrokken is. Er is nog een andere reden van hoogdrin gendheid, 't is het beletten van met de verhui zing aan te vangen, of ze te doen ophouden indien zij reeds begonnen is. Het belang van de bevrediging in onze streek gaat samen met het hooger belang van het land. 't Is om die reden, Sire, en geen antwoord ontvangende van het gewezen ministerie, dat wij U vragen onze afvaardigjng te ontvangen die zich voorstelt U mondelings onze klachten uiteen te zetten. Het is immers van aller grootste noodzakelijkheid, nu vooral, dat er geen de minste oorzaak van rechtmatige onte vredenheid of van verbittering blijve bestaan. Deze uiteenzetting gedaan zijnde, blijft de Federatie der Geteisterden van het Arrondis sement Yper op Uwe tusschenkomst vertrou wen en vernieuwt U de vraag die zij de eer had U toe te sturen. Ik heb de eer, Sire, van Uwe Majesteit den zeer verkleefden onderdaan te zijn. Arthur Butaye, Voorzitter van de Federatie der Geteisterden van het Arrondissement Yper. By het ter pers gaan vernemen wij dat de gemeenten Dranouter en Clercken eveneens een protest gestemd hebben, wat dus het to taal gemeenten op 58 brengt. 'Association sans but lucratif sous le Haut Patronage de S. M. la Reine et sous Ie controle de I'O. N. I. G. COMITÉ D'YPRES Salle VIEIL YPRE8 Jeudl 24 Novembre 1932 a 8 heures du soir avec le concours de la Compagnie Artistique Maurice GILLAIN du Théatre Royal du Pare Comédie en 3 actes de Jean Richepin avec Le spectacle se terminera par Comédie en i acte de Gaston POLLONNAIS Interprêlée par Mm' Rose DENY Mr Maurice GILLAIN Régisseur de la scène M' Léon BROSSEL. PRIX DES PLACES Fauteuils 12 fr. - Balcon 8 fr. Brasserie 6 fr. On peut se procurer des cartes chez M<IIfr Delva, 10, rue de Stuers M. Heursel, 41, rue au Beurre et 24, Boulevard Malou. ainsi qu'ala Papeterie Dumortier,34, rue au Beurre. Les places réservées peuvent être numé- rotées au Vieil Ypres, les Dimanche 20 et Lundi 21 Novembre, de a a i3 h., moyen- nant un supplément de I fr. par place.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1932 | | pagina 2