RADIO
TELEFUNKEN
E. Christiaen, 28, Boterstraat, YPER - Tel, 301.
PAULA1
Crédit Foncier de Belgiqoe
3-2-1934 Haf Yparsche - 3£ Bijvoegsel - JLa JRégion d'Ypres N-0 44
BANK 14A'
Déclarations- Passavant
Agentschap voor Yper en omliggende
Ten bureele dezer kan men de voor
gaande nummers van het mengelwerk
bekomen.
Mengelwerk van Het Yperiche Nr 10
Roman door A. BRUL EZ
(Vervolg)
Daarop legde hij zich, met het hoofd achter
over, in zijn hoek en begon te droomen. Soms
was zijn voorhoofd gerimpeld, zijn oogen
somber dan weer ontspanden zijne spieren
en hij moest onwillekeurig glimlachen. Het
was hem aan te zien dat hij al de tooneelen
die zijn verblijf te Leuven kenmerkten, weer
voor den geest riep.
't Meisje schijnt nochtans veel van u te
houden zei ik, na hem een tijdje in zijn mij
meringen te hebben gevolgd.
Echt vroeg hij eenigszins twijfelachtig,
na hetgene kwam te gebeuren.
Ik zou moeten blind zijn om dat niet te
zien Die poets? bah ze zou 't aan een an
der niet toevertrouwd hebben, al is 'c ook
maar een kinderportret
Mogelijk Ge kunt niet gelooven, Gust,
hoe aangenaam het is te denken dat ze mij
genegen is
Toch. Ik neem het giarne aan. 't Doet mij
zelfs genoegen uwe vriendschap te beschou
wen,... de lust bekruipt me soms om er ja
loersch op te zijn Nochtans vind ik dat dit
groot verlof ten gepasten tijde komt.
Hoe zoo Wat wilt ge zeggen
Het gaat zoo goed en uwe vriendschap
ontwikkelt zich zoo zeer, zoo ongestoord,
dat ik vrees dat het daarbij niet zal blijven.
Daarom is de vacantie eerder welkom I
Tut-tut tut, jongen, gij weet toch wel wat
ik haar gezegd heb,'c was toch niet dubbelzin
nig, meen ik.
Akkoord maar denk eens goed na Üwe
vriendschap is nu heel natuurlijk, omdat zij
zich vrij voelt als een vogel in de lucht en om
dat gij zeker zijt haar eenige, groote vriend te
zijn. Maar moest daar iemand anders tusschen-
komen, die hare genegenheid in ernst zocht te
winnen en dat zij daaraan niet onverschillig
blijft 1 Wat dan
Wel, wat dan
Dan schiet gij vlam of ge valt in ruzie 1
In 't geheel niet 1
Kom, kom, denk er eens kalm over na
gedurende 't verlof. We zijn te Brussel. We
moeten hier scheiden 1
Dat mijn vriend er over nadacht en zelfs
dieper getroffen was dan ik zelf dacht, werd
mij al spoedig bewezen.
Raph begon mij brieven te schrijven. Hij
verveelde zich
Daaruit snapte ik met volle grepen dat hij
aangegrepen was door een soort heimwee
naar Leuven. Hij wilde zulks uitleggen door
allerl i schijnredenen, om zich zelf te overtui
gen. 't Was, meende hij, omdat hij niet meer
gewoon was aan dat eentonig, onveranderlijk
huisleven op een dorp, waar de eene dag zoo
wel gelijkt aan den anderen dat men naar den
volgenden niet verlangt. Welk verschil met
Leuven, waar de lessen en studiën afwisselen
de bezigheid brengen, waar de ledige uren ge
wijd worden aan 't blokken, aan 't bijwerken
van leergangen, aan vriendenbezoek en wan
delingen waar afleiding en vermaak gevonden
werdt in de Gilden, clubs, studiekringen en
café. Als bijkomende factor gaf hij 't gezel
schap van Paula op, zonder er te veel op te
durven steunen.
Nochtans voelde ik maar al te wel dat de
scheiding hem hoe langer hoe zwaarder viel.
Hij kwam immer tot hetzelfde onderwerp
terug. Eens zelfs had hij het geweldig tegen
de huidige sociale toestanden en den bekrom
pen geest der menschen over 't algemeen.
Werd er niet algemeen aangenomen dat een
goede burgerszoon niet trouwt met een her
bergmeisje En waarom Als dat meisje wel
opgevoed, verstandig, werkzaam, goedhartig
en daarbij nog mooi is, waarom mocht het
dan niet opwegen tegen een burgersdochter,
die slechts enkele, misschien niet één van al
die gaven bezit Waarom worden zulke meis
jes niet even hoog geacht als andere Omdat
zij gelijk gesteld worden met deernen, die men
minachtend bestempelt met den naam van her
bergprinses, omdat zij zich weinig gelegen
laten aan haar faam en zich als lich kooien ge
dragen. Maar als het dan een meisje geldt dat
zich onder alle opzichten deftig houdt
'k Heb wellicht ongelijk, besloot hij dan,
mij daar iets aangelegen te laten of er kwaad
bloed om te maken, aangezien de kwestie mij
niet rechtstreeks aanbelangt, maar ik heb
thans te veel ledigen tijd en dan filosofeer ik
wat en geef aan die overwegingen lucht met
ze u over te brieven, Beste
Ik trachtte hem, door alle mogelijke weer
leggingen en door 't behandelen van andere
vraagstukken, wat afleiding te geven. Daaren
boven noodigde ik hem, bij goedkeuring mij
ner ouders, uit, om enkele dagen bij ons te
komen doorbrengen. Dit werd aangenomen,
ik zelf reisde daarna met hem af om bij hem
eenige dagen te gast të zijn we deden uit
stapjes per fiats, bezochten musea, woonden
liederavonden en concerten bij, zoo dat hij het
daarna heel wat kalmer en aangenamer kreeg
dan voorheen. We schreven, gedurende dit
gezellig samenzijn, elk onze kaart naar Leu
ven, die wij op mijn aanraden, uit voorzich
tigheid, slechts teekenden met een letter van
den doopnaam en in eene andere gemeente ter
pest brachten.
Zoo ging 't verlof
VIII.
Er Ontstaat Brand
Bij onze terugkomst waren wij een rang
hooger geschoven wij waren Schacht af I
Dat geeft heel wat meer vastheid en indruk
aan het voorkomen en de handelwijze van een
student, die minder vreest beet genomen of in
minderheid gesteld te worden, en al kan uit
kijken boven de koppen der nieuwe schare
schachten.
Natuurlijk werden wij bij onze aankomst
onthaald op veelbeteekenende, pret vierende
lachjes der beide meisjes om de poets met het
portret.
Raph greep Paula dadelijk bij de beide pol
sen vast, als om haar in een foltertang te nij
pen en zei
Nu onder ons, meisje Wat hebt ge mij
bij 't heengaan in de handen gestopt
Wel, mijn portret I
Uw portret 't Kon ook dat uwer groot
moeder zijn, toen ze klein was
Blanche was bijgekomen en we lachten allen
zoo hartelijk dat Raph zelf niet ernstig kon
blijven. Dan vroeg hij
Waarem hebt ge mij zoo bedrogen
Ik heb u niet bedrogen, Raphke. Ge
vroegt me een photo van mij, ik heb er u een
gegeven 1
Juist, maar waarom hebt ge deze gege
ven 'k mag ze evengoed doen doorgaan voor
deze van mijn zustertje, alhoewel ik er geen
heb
't Pleizier dat ze er in vond verdubbelde
nog, maar Raph duwde sterker op haar polsen
en drong aan
Spreek I
Omdat ik er geen ander heb zei ze.
Praatjes 1 Ik wil er een andere voor in ée
plaats.
Ik heb er geen Vraag het aan Blanche.
't Is zeker, Raphke, ze heeft er geen, zei
deze.
Dan bespreek ik ér een zoodra gij er
zult hebben.
Aangenomen
Hij liet haar los en we namen plaats aan
tafel.
't Duurde niet lang of we waren weer ten
volle ingelijfd in die mêeslepende roering der
studentenwereld en Raph had zijn zwaarmoe
digheid, zijn neurasthenieke zwartgedachten en
verbittering ®p conventies der maatschappij al
spoedig terzijde geschoven. Hij wierd weer
de lustige, aangename gezelschapsstudent
met wien men gaarne omgaat.
Ik had me eenigszins om zijn toestand be
kommerd gevoeld, na die terneerdrukkende
verlofdagen Maar toen hij Paula vrij en min
zaam teruggevonden had, hernam het gewone
leven weer. Hij had er zelfs pleizier aan be
leefd de schachten rond haar te zien fladde
ren met begeerige oogen en linksche manieren
en waar te nemen hoe zij ermede wist om te
gaan, zonder toegevingen, maar lieftallig en
vriendelijk.
Af en toekwam er wel een indringer, onder
de ouderen, die zich wat aanstellerig wilde
tusschenschuiven of een oogenblik scheen te
zegevieren over hem, doch dit duurde door
gaans niet lang en de tijd vloog heen zonder
kenmerkend voorval tot aan het Paaschverlof.
Na dit verlof gebeurde er watikhem maanden
geleden ah mogelijkheid had voorgesteld.
Te Brussel, als naar gewoonte, hadden we
mekaar teruggevonden en wij stoomden
samen naar Leuven. Hij was uiterst blij te
moede, vol goede luim en opgewekt verlangen.
Daar zijn kot te ver afgelegen was,
kwam hij mêe naar 't mijne, om zich van zijn
reiszak te ontlasten en zich even op te knap
pen, om aldus naar den Anker te gaan.
Wij trokken er in de beste stemming heen.
Van zelfden schrijver zijn verschenen
en te koop ten bureele dezer
TE VELDE, Oorlogsroman
IN DEN STORM, Roman.
Uitgifte van Grendobligatiën
INTREST 4V4 ZUIVER VAN
ALLE TEGENWOORDIGE
EN TOEKOMENDE LASTEN
EN WEST VLAANDEREN
en vente au Bureau de ce Journal
BELGISCH GRONDKREDIET
liimliizi Miatschippij itsticM ii 1135
(Vervolg te naaste week).
Die obligatiën uitgegeven daor deze maatschappij
met een bestaan van bijna 100 Jaar, en beschermd
door de SOCIÉTÉ GÉNÉRALE DE BELGIQUE,
zijn eene velstrekt zékere plaatsing. l
Onder meer zijn zij geklasseerd in de portefeuille
van de ALGEMEENE SPAAR- en LIJFRENTKAS
en van talrijke maatschappijen.
AGENTSCHAP
Naamlooze Vennootschap gesticht in 1873
YPER
Hypotheekleeningen aan voordeelige voorwaarden.
V