Het Geheimzinnige
Document
JVCei
16-6-1934 Het Ypersche - 2e Bijvoegsel - JLaHégion d'Ypres N° 11
Stort 9 Frank 50
Mengelwerk van Het Ypersche Nr i
door CHRISTIAN HAUGEN
Vertaald door P-J. AERSSENS
I.
Het Avontuur
Algy Rodney had meer dan genoeg van zijn
saai, eentonig leventje. Bijna tien jaren lang
ging hij dag aan dag om denzelfden tijd langs
denzelfden weg naar hetzelfde kantoor, zon
der dat er ook maar iets voorgevallen was,
dat weliswaar opoffering kostte, maar dan
toch ook aan 't leven gl >ed en kleur gaf.
Reeds viermaal in den loop van 't laatste
jaar had hij 't voornemen opgevat om eenvou
dig den knoop door te hakken en zijn ontslag
te vragen, om dan op goed geluk af te reizen
naar een der kleinere Zuid-Amerikaansche
staten, waarvan de kranten steeds aanlokke
lijke verslagen gaven van oproer en andere
heerlijke avonturen. Maar steeds had hij zich
terug laten houden door zeer alledaagsche
voorvallen, als b. v. bevordering of opslag en
zoo was hij nog steeds dezelfde gebleven.
Zijn zucht naar spanning en avonturen
trachtte hij inmiddels te bevredigen door
't verslinden van romans. En de eenige aflei
ding, die hij op z'n avondwandelingen of
kleine tochtjes in werkelijkheid ondervonden
had, bestond in 'n paar vechtpartijtjes, waarbij
hij eens aan de dokken een blauw oog opge-
loopen had.
Intusschen begon hem de eentonigheid met
den dag meer en meer te kwellen en zoowel
zijn chefs als zijn ondergeschikten bij de firma
Watson en Co., makelaars, ondervonden, dat
hij dagelijks uit z'n humeur en in hevige mate
geprikkeld was. Het vergenoegd lachje, dat
hem vroeger steeds om de lippen speelde,
scheen voor goed verdwenen te zijn.
Rodney was afdeelingschef bij Watson en
Co. en had 't tot 'n flink salaris gebracht. En
toch had hij de voorkeur gegeven aan 'n leven
vol avonturen en bonte afwisseling. Hij was
nu acht en twintig jaar en soms bekroop hem
-de angst, dat hij al te oud en te verstandig
was om Londen vaarwel te kunnen zeggen en
de wijde wereld in te kunnen vliegen.
Eindelijk zou dan toch denzoo vurig begeer
den tijd aanbreken. Het avontuur kwam on
verwachts op hem losgestormd op een avond
midden in Juni, na een drukkend warmen dag.
Algy Rodney zat op zijn. kamer te werken
over drie dagen zou hij op vacantie gaan en
vóór hij kon afreizen, diende hij nog verschil
lende zaken te regelen of af te handelen.
Hij bewoonde twee kamers in een ouder-
wetsch huis in Southwark Sunner Street 43.
In het benedenhuis was een zaak gevestigd in
scheepsuitrustingen en een verfwirkel. Op de
achterplaats lagen steeds volle of leege vaten
en tonnen, waarvan de verf-, olie benzine- en
teerlucht, doorloopend langs zijn venster om
hoog steeg. Toch vond hij deze geuren aller
minst onaangenaam, want zij riepen in hem
phantasieën op van lange tochten over einde-
looze zeeèn. Wel had Rodney nog nimmer
een voet op een behoorlijk schip gezet, maar
toch droomde gij graag van reizen ©p de verre
zee, dan weer in gloeienden zonneschijn, dan
in zilveren maneschijn of onder een diep-blau
wen tropenhemel, met ontelbare flonkerende
sterren.
Zoo waren eigenlijk de teertonnen de aan
leiding geweest, dat hij de achterkamer als
werkkamer gekozen had. Van hieruit keek hij
op de oude loods de verfhandelaar noem
de dit zijn magazijnen en garage en op den
achtergevel van een oud huis, even grauw en
verveloos als waarin hij zelf woonde. Maar
daarachter verhieven zich de daken der hooge
handelshuizen, torens en spitsen en gaven aan
het uitzicht 'n cachet van durf en moed en
ondernemingsgeest.
Algey Rodney zat diep over zijn boeken
gebogen. Het was al over elf, maar hij wilde
zijn zaken zooveel mogelijk in orde hebben om
schoon schip te maken.
Plotseling gebeurde het.
Hij was juist bezig met een lange, inge
wikkelde procentberekening, toen door het
open venster een kogel kwam aanfluiten, vlak
langs zijn rechteroor suisde en achter hem in
wat porselein rinkelde.
Hij keerde zich om en constateerde, dat
zijn eenige bloemenvaas opgehouden had te
bestaan. De bloemen lagen verspreid over
zijn boekenkast en 't water druppelde op den
vloer. Hij ergerde zich aan de gedachte, dat
zijn boeken konden bederven, temeer wijl het
water groen en onzuiver was, daar hij het
sedert enkele dagen niet meer ververscht had.
Doch eindelijk drong het tot hem door, dat
iemand op hem geschoten moest hebben en
hij wierp zich op den grond, vervuld van
tegenstrijdige gevoelens angst, verbazing en
vreugde maar tenslotte kreeg de verbazing
toch de overhand.
En toch had Rodney de laatste tien jaren
de meest spannende romans gelezen en de
afgrijselijkste rechtbankverslagen verslonden,
steeds ten hoogste verwonderd, dat hij nog
nimmer in z'n leven in zulk een avontuur of
misdaad betrokken was geworden. Nu echter
werd er blijkbaar een moordaanslag op hem
gepleegd en zijn verbazing kende geen grenzen.
Hij bleef enkele seconden plat op den vloer
liggen en luisterde naar het monotome gezoem
van het grootstadsleven. Een venster aan den
overkant werd gesloten, een autohoorn brom
de in de verte en toen werd alles stil.
Opeens rinkelde de telefoon.
Rodney kromp ineen van schrik en angst,
hij, die steeds gedacht had, dat zijn zenuwen
van staal waren. Maar het was ook een zóó
Faire nettoyer ou teindre ses
vêtements chez l
Kleederen door
c'est leur donner une nouvelle 1
jeunesse.
in 't nieuw gekuischt of geverfd
zijn wederom zooals nieuw.
Glapage Américain
de Cols et Manchetles
Schoone Strifkwasctl
Kilowasch
Succursale L. KNOCKAERT - JOOS Bijhuis
53, Rue de Dixmude n Diksmudestraat, 53
YPRES. 11 YPER.
op postcheckrekening Nr 46.173 van
C. Dumortier, Yper, en Het Ypersche
wordt U wekelijks toegezonden van nu
tot Nieuwjaar.
onverwacht geluid. Nog nooit had iemand hem
zoo laat opgebeld. Het toestel stond op zijn
schrijfbureau, binnen z'n bereik en daar hij er
absoluut niets voor voelde om nogmaals als
mikpunt voor een onbekenden vijand tedienen,
richtte hij zich slechts even op, om den hoorn
te grijpen.
Met Rodney antwoordde hij.
Is Mr. Algy Rodney zelf aan de telefoon
vroeg een dame, en haar stem klonk angstig
en zenuwachtig.
Ja antwoordde Algy.
O, ik was al zoo bevreesd, dat het te
laat zou zijn. U verkeert in groot gevaar.
Wees vooral voorzichtig. Sluit uw deuren
zorgvuldig en vertoon u niet voor de vensters,
U zoudt anders wel eens door een kogel
getroffen kunnen worden
Ik ben u zeer dankbaar. Maar u komt
ongeveer 'n minuut te laat. Zoojuist heeft hier
'n klein schietpartijtje plaats gehad daarom
lig ik op 't oogenblik op den grond. Ik lig dus
veilig
Ik hoop maar, dat u niet gewond bent
Neen, maar m'n eenige bloemenvaas is
reddeloos verloren. Nu zou ik echter graag
willen weten, wie u eigenlijk bent en wat u
van deze zaak afweet. Ik heb geen flauw ver
moeden...
Neen, neen, ik mag 't u niet zeggen
onderbrak zij hem. Ik zal u helpen, zoo
veel in mijn vermogen ligt. Als 't u eenigszins
mogelijk is, reis dan af, zoover u maar kunt.
Daar komt iemand.... morgen bel ik
weer op...
De laatste woorden werden fluisterend en
in groote haast gesproken. Even trad er een
korte stilte in, en daarop ging dezelfde stem
verder, maar nu in een geheel anderen toon
Neen vanavond is 't te laat. Ik speel lie
ver een partijtje schaak. Morgen zie ik je wel.
Tot ziens. Groet de anderen
Er werd afgebeld.
Algy Rodney bleef nog geruimen tijd op den
vloer zitten, geleund tegen zijn schrijfbureau,
maar geen oogenblik dacht hij dien avond
meer aan zijn werk. Het was reeds midder
nacht, toen hij eindelijk, heel voorzichtig, het
licht uitdraaide en zich te bed begaf. Hij
schoof een zwaren stoel voor de slaapkamer
deur en ontkleedde zich in 't donker.
En hij, die anders gewoon was, na verloop
van enkele minuten in te slapen, lag nu uren
lang wakker en voortdurend rinkelde hem de
telefoon in de ooren.
II
Om acht uur
Toen zijn huishoudster om half negen zijn
ontbijt binnenbracht, was hij 't met zich zelf
nog niet heelemaal eens, of hij gedrormd had,
dan wel dat 't gebeurde inderdaad werkelijk
heid was. Mrs. Jones echter, die in z'n stu
deerkamer al stof afgenomen had, overtuigde
hem er spoedig van, dat hij zich midden in 'n
avontuur bevond. Voor alles sprak zij haar
leedwezen uit over 't feit, dat zijn bloemen
vaas kapot was en vertelde hem dan, dat
's nachts iemand getracht had de buitendeur
te openen. Het was zóó warm, dat ik onmoge
lijk in slaap kon komen en zoo hoorde ik het!
duidelijk, dat er iemand aan het slot morrelde.
Zij was opgestaan, om te vragen wie er was,
maar toen werd 't opeers heel stil.
Hoe laat was dat vroeg Rodney.
Het bleek, dat Mrs. Jones er zeer oudev-
we^sche begrippen omtrent dag en nacht op
nahield.
Het was elf uur antwoordde zij. De
klok sloeg juist, toen ik weer in m'n bed
stapte
Zijn huishoudster ging weg en Rodney bleef
nog lang liggen piekeren, wat dit raadsel toch
VERBODEN NADRUK