DE KEIZER Voor de Verbinding Leie - Yzer - Moordzée Let op 4 Sportgilet motocycliste aan 90 fr. Tennisbroek 90 - 82 - 49 fr. bij GLISSOUX Statiestraat, 11YPER. Onder deze hoofding verscheen in De Wekker liberaal weekblad voor de kantons Veurne, Nieuwpoort en Dixmude, een reeks merkwaardige bijdragen waarin de noodzake lijkheid voor Nieuwpoort en ook voor Dix mude aangetoond wordt om thans samen met Vper te werken voor de spoedige herstelling der reeds bestaande en sedert den oorlog verwaarloosde verbinding Leie-Yzir langs Komen Yper. Na alles wat, in vergaderingen en bijeen komsten te Dixmude en Roeselaere gehouden, tot zelfs hier door zeker raadslid in den ge meenteraad van Yper, gedaan en gezegd werd ten voordeele van ontwerpen die, zonder de minste rekening te willen houden met de be staande vaart Yper-Komen en dus haar voor rangsrecht ontkennen, het graven van nieuwe en door dat feit zelf veel kostelijker kanalen voorzien; na de argumenten die door sommige bladen tegen onze vaart Yper Komen gebruikt werden, argumenten die wij telkens h rhaal delijk en breedvoerig tegengespri k-n en weer legd hebben, doet het ons thans genoegen een andere stem te hooien die de zaken klaar inziet en aan de voo-standers der ontwerpen Dixmude Ro'selaerc eu tutti quanti den rsa i geeft hun geweer vin schouder te veranderen en zich langs or.ze zijde te schven om samen te streveu voor het herstel der bestaande vaart Yper-Komen, Je kortste en goedkoopste verbinding Leie Yzer, wier verwezenliiking naar het oordeel der bevoegdste deskundigen niet alleen mogelijk is maar zelfs, volgens de stellige belofte onlargs nog door den heer Minister van Openbare Werken gegeven, in 't kort mag verwacht worden. Om riet in herhaling te vallen kunnen wij hier gansch het artikel van De Wekker niet overdrukken, daar wij tal van argumenten en beschrijvingen die er in vooikomen reeds vroeger gegeven hebben, doch wij veroorlo ven ons toch eenige uittreksels ervan, voor namelijk waar het gaat over de haven van Nieuwpoort, de geschiedenis van de Vzer en de vroegere handelsbetrekkingen van Vper met Nieuwpoort, aan onze lezers mede te deelen. Wij laten hier dus het woord aan De Wekker Onze lezers zullen ons wel willen veront schuldigen, op de verbinding Nieuwpoort Leie nog eens terug te komen, maar deze zaak is, mede voor onze stad (Nieuwpoort). van een levensbelang dat niemand onzer zal ontkennen. Wij hebben hier in lerdaad een haven, door een natuurlijken waterloop ge vormd en 't dichtst bij de zee gelegen,'n haven met 'n prachtig hinterland van kanalen en banen, een haven die, lang voor Antwerpen zelfs, een ongewone drukte kende, en die haven ligt hier, vooral sinds den oorlog, haar slaap te sluimeren Zal er dan in hooger krin gen, nooit eens worden ingezien wat een belang de haven van Nieuwpoort oplevert, niet enkel voor den ekoncmischen toestand van Vlaanderens westhoek, maar tevens voor het heele land? Moeten wii hi r, die toch ook ons zware deel betalen in de algemeene lasten voor eeuwig verstoken lijven van ten beetje welvaart die een havenbedrijf noodzakelijk meebrengt en wie weet van een wei- nigje industrie, welke ook hier zou kunnen opriizen, moest de haven in een be hooi lijken staat worden gesteld om te kunnen geëxploi teerd worden Weerom millioenen, zult ge zeggen. Ja, maar de slechte toestand van de Staatskas zal, hopen we, niet altijd voortdu ren en waar elders millioenen worden besteed om nieuwe wei ken uit te voeren, kan het hier ook om reeds bes'aarde te verbeteren en uit te breiden. Dat Nieuwpoort van oudsher reeds zocht aansluiting per water te verkrijgen met het binnenland, is een feit. Zeer druk was al de handel tusschen leper en Nieuwpoort in de middeleeuwen. Van weerszijden voelde men al dadelijk behoefte aan een regelmatigen waterweg om ook andere waar dan visch te vervoeren. Wij weten dat reeds in de vroege middel eeuwen Biugge, Gent en leper de grootste nijverheidscentra, vooral voor de lakenindus trie, van Vlaanderen waren. Het is dus heel natuurlijk dat de Ieperlingen den kortsten uitweg zochten naar de Zee, naar Engeland, dat in die tijden zijn wol naar Vlaanderen zond om ze te bewerken. In I25i vroegen de inwoners van leper aan Margareta, gravin van Vlaanderen, zekere gedeelten van den Ijzer te mogen uitdiepen en een bevaarbaren weg te mogen graven tusschen hun Stad en den Ijzer, ten einde langs Nieuwpoort te kunnen uitvoeren. Ieperen betaalde vooraf zijn aandeel in de onkosten, die beliepen tot de som van 4.600 pond Vlaamsche munt, onkosten die tevens werden gedekt door de wateringen van Veurne en Brugge. In 1270 was de vaart tusschen leper en Knokke op den Ijzer reeds gedolven, was de Ijzer ver diept en de sluis van Nieuwendamme alhier hersteld. In 1293 werden tusschen Nieuwpoort en Nieuwendamme nieuwè sluizen of «speyen» gebouwd. De vaart tussóhen Nieuwpoort en leper was dus in orde- en onze haven kende alsdan een ongewonen bloei. Overigens had den de Ieperlingen sedert lang reeds het voorrecht haring in onze vischmijn te koopen tegen dezelfde voorwaarden als de Nieuw- poortnaars, t.t.z., zonder speciale rechten te betalen. Een besluit van Graaf Filips van den Elzas uit 1166 ontsloeg de Ieperlingen reeds van zekere tolrechten, wat aantoont dat de scheepvaart op den Ijzer en enkele bijri vieren reeds zeer oud moet zijn. De inwoners van leper moeten daarbij altijd een groote rol heboen gespeeld, vermits de gravin Mar gareta en haar zoon Gwijde aan leper de k ur verleenden voor altijd ontslagen te ^worden van allerlei tolrechten op al de koopwaar, als wol, laken, graan, enz..., die de Ieperlingen langs de haven van Nieuwpoort zouden in of uitvoeren. Dit was in zekere mate 'n vergoe ding voor de schade, die de gravin aan leper zou kunnen berokkend hebben en een tegen hanger voor een dergelijk voordeel, door Filips van den E'zas in 1168 aan de Nieuw poortnaars geschonken. De scheepvaart op den Ijzer moet in de 14* eeu.v bijzonder druk zijn geweest, hoewel men op dit tijdstip niet over de moderne sche pen beschikte en er geen sluizen met sass-*n oestonden zooals nu. Ook mogen we ons den loop van den Ijzer niet voörsttllen zooals hij thans is. De Ijzer bestond feitelijk uit vel schillende vertakkingen, althans dicht bij de kust, (wij denken daarbij even aan de haven van Lombartzijde, die aan den voornaamsten arm gelegen was, welke omtrent 1134. ver zandde, zoodat de inwoners van die belang rijke haven zich te Sandhove of het oude Nieuwpoort kwamen vestigen) De hoofdloop van den Ijzer zal nagenoeg geweest zijn deze van de kreek, die nu nog tusschen den Ijzer en de Brugsche vaart ligt, want het is maar in 1643 dat de Ijzer op St joris rechtgetrok ken werd. Alsdan werd ook in de achterhaven een sas gebouwd, dat het hooge tij zou tegen houden en het waterpeil in den Ijzer zelf zou regelen. In 660 was 'lit weik voltooid, en om de kosten ervan te d. vken moesten de schip pers een soort doortochtgeld betalen, maar de Ieperlingen waren ervan ontslagen, waar schijnlijk omdat zij geldt lijk in den bouw waren tusschen gekomen, daar zij zoo een groot belang hadden bij het op peil houden van het water van den Ijzer en de Yperlee. Dit sas was het Iepei sas, dat in 1877 afge broken werd en vervangen door een nieuw, en de Ijzer was eenvoudig weg de lepervaart. De stad leper werkte intusschen ook flink mee om de scheepvaart op de Ieperiee veel te verbeteren, namelijk door het bouwen van het sas van Bot singe, omtrent 1643 Men mag zich echter niet inbeelden, dat wat wij nu sassen noemen, altijd in hunhuidigen vorm hebben bestaan. Die oude sluizen uit de i34 en l4e eeuw waren, wat men te dien tijde noem de overdrachten Zoo'o overdracht was een afdamming met er nevens een soort hel lend vlak, waarop men het schip moest trek ken door middel van koorden en windassen, om het nadien in een ander vaartgedeelte neer te laten. Die karwei was natuurlijk uiterst las tig en vergde veel tijd, en mislukte wel eens, wanneer b.v. de koorden sprongen of de wind assen begaven. Een ander nadeel ervan was, dat slechts kleine schepen met geringe tonne- maat konden versast worden. Inderdaad, een besluit van den Raad van Vlaanderen, uit het midden der i5* eeuw, verbood de scheep vaart aan schepen van meer dan zes ton op de Ieperlee op den Ijzer daarentegen was deze inhoud tot i5 ton toegelaten. Die overdrach ten konden ook moeilijk bet water op het noodige peil houden in den zomer was het te laag, in den winter te hoog En het gebeur de niet zelden, doordat de duikers er in aangelegd, verstopt geraakten, dat overstroo mingen werden veroorzaakt. Ofwel konden de overdrachten het overtollige zeewater niet tegenhouden. Dat was onder andere het geval met de overdracht op den Ijzer tusschen Nieuwpoort en Nieuwendamme (oude Ijzer- loop). De scheepvaart lag dus op zekere tijd stippen stil en het is enkel in 't begin van de 16* eeuw, dat men bij Nieuwendamme een groot sas bouwde, dat het peil van den Ijzer min of meer kon regelen. Wij zijn hierin onze vorige bijdrage wfeer een einde achteruit geloopen. Op het einde der 17* eeuw was de loop van den Ijzer dus voor een groot deel recht getrokken en de water toevoer in Ijzer en Ieperlee, alsmede de andere vaarten die te Nieuwpoort uitmond den, geregeld. De bestaande sluizen werden gaandeweg verbeterd, zoodat de scheepvaart tusschen leper en Nieuwpoort zeer druk werd. Beide steden hadden er overigens een levensbelang bij. Men zag zelfs verder er moest een ver binding komen tusschen Leie, Ijzer en Noord zee, en dit ontwerp van een vaart leper Leie dagteekent reeds uit vroeger eeuwen. Hierna volgt het verslag van den heer Dé Brauwer, dat in 1802 aan de Fransche Repu bliek gezonden werd en dat wij in een onzer vorige nummers reeds gaven, alsook een korte beschrijving van de vaart Yper Komen en der verschillige werken die eraan uitgevoerd werden. Van deze vaart sprekende, besluit de brief wisselaar van De Wekker zijn artikel als volgt Ligt hier voor Nieuwpoort's haven geen hoopvolle toekomstmogelijkheid Een recht streeksche verbinding met de Leie, dus met ons eigen industrieel gebied een- rzijds en met het Fransche Noorden anderzijds De ver binding Schelde-Ijzer ware langs het kanaal van Bossuyt verwezenhikt. Veel schepen zouden langs Nieuwpoort de zee kunnen bereiken, in plaats van Antwerpen, Gent of Oostende aan te doen. Wat een nieuwe be drijvigheid voor Nieuwpoorts verlaten haven! Een tweede, onlangs ontworpen plan, be oogt een gelijkaardige verbinding, en wel door het graven van een nieuwe vaart van RofS°laere op Dixmude. Alsdan ware de af stand voor de schepen, komende uit het Zui den, merkelijk vermeerderd en... Nieuwpoorts haven is vooral op het Zuiden aangewezen, hoewel dit tweede ontwerp uitstekend zou zijn voor de op de Leie opvarende schepen. Maar nu dient de vraag gesteld Kunnen beide vaarten ineens verwezenlijkt Wij hier 'n Nieuwpoort vragen niet heter dan dat er eindelijk eens iets voor onze haven worde ge daan en wel door haar in de mogelijkheid te stellen, aan te toonen dat zij een werkelijk goede haven is. Daarom heeft zij een net r.oodig van kanalen, die in verbinding staan met het hinterland. En wij juichen dan ook van harte de twee vaarten toe Komen- leper en Roeselaere Dixmude Het ware daarom wenschelijk, dat èn Nieuwpoort èn Dixmude hand in hand werken met leper om een eersten en zekeren uitslag te bereiken. Wij durven verhopen dat dien wensch van Je Wekker zich zal verwezenlijken en dat hij daaraan voorts zal willen medewerken, hetgeen waarvoor wij hem op voorhand be dar.ken. Nieuwpoort en Yper hadden op talrijke punten gemeenschappelijke belangen die zij steeds samen wisten te behertigen en te verdedigen. Het artikel, dat hier voorafgaat, is daar het bewijs van. Wij herinnerep ons ook nog hoe na den oorlog, in '.928 en later, de Handelskamer van Yper en de Federatie der Geteisterden de Handelskamer van Nieuwpoort, die toen onder het voorzitter schap van dén heer Van Eynde geplaatst stond, hebben gestfund in den strijd ten voordeele van het herstel der haven van Nieuwpoort en het pleit hebben helpen win nen. Aan de beurt van Nieuwpoort, die er rechtstreeks zooveel belang bij he»ft, ook nu onzen rechtmatigen eisch, het he stel der vaart Yper Komen, te ondersteunen en te helpen verdedigen Mocht De Wekker dien heilzamen ommekeer bewerken en waarlijk de wekker zijn om allen die nog aarzelen ten onzen voor deele te winnen, dan zou met hunne hulp, door de eendrachtige samenwerking van allen, de zoolang verwachte verbinding Leie- Yzer een grooten stap vooiuitgedaan hebben.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1934 | | pagina 4