VERSCHRIKKELIJKE RAMP TE TURNHOUT.
ÉLF DOODEN. Zondag morgen hadden
een twintigtal inwoners van Willebroeck, allen
geburen wonend in dezelfde straat, een uitstapje
gedaan naar Baerle-Hertog met de vrachtauto
toebehoorende aan M. Frans Flies en waarop
eenige banken geplaatst werden. Bij de terug
reis, rond 3 u. 30 's namiddags aangevangen,
reed de voerder, bij het oversteken eener brug,
waar juist een wielrijder kwam voorbijgebold,
tegen de borstwering der brug die een heel eind
afkraakte, waardoor de auto eerst met een wiel,
daarna met een tweede van de brug afviel en
eindelijk in de Kempische vaart, nabij de kom
Oude Dok te Turnhout, omkantelde. Dank aan
de reddingswerken, die door eenige moedige
zwemmers en schippers dadelijk ondernomen
werden, konden er tien der inzittenden gered
worden. Elf anderen, waaronder de voerder
Frans Flies, in wiens gezin een twaalfde kind
verwacht wordt, Vrouw Cortebeek-Moens, moe
der van zes kinderen, nog 5 andere vrouwen en
4 mannen, verdronken jammerlijk.
Het tragisch einde van deze speelreis heeft
natuurlijk in gansch de streek algemeene ver
slagenheid verwekt. Te Willebroeck, waar de
vlag op het gemeentehuis halftop werd gehangen,
is de Appeldonckstraat, waar al de slachtoffers
woonden, geheel in rouw. De begrafenisplechtig
heden der slachtoffers hadden Woensdag morgen
te 10 u. plaats onder een ontzaglijken volkstoe
loop en in tegenwoordigheid van den Heer Van
Isacker, minister van Economische Zaken, van
senators, volksvertegenwoordigers, provincie
raadsleden en een officieele afvaardiging van het
gemeentebestuur van Turnhout. Hierbij heeft
men een zicht over den treurigen lijkstoet in de
straten van Willebroeck.
weten welken omzendbrief hier bedoeld wordt,
en zco deze bestaat dan kan ik niet aannemen
dat het voor de eene scholen verboden is naar
de cinema te gaan en voor de andere niet. Op
welken omzendbrief heeft de Heer burgemeester
zich gesteund om dit antwoord aan een cinema
bestuurder te sturen en treft dit verbod alleen
de officieele scholen en niet de vrije scholen
M. Vanderghote. Wij zullen niet betwisten
dat de vrije scholen geen toelating moeten vra
gen, zij staan onder toezicht van het school-
comiteit dat ook het recht heeft de toelating voor
het bijwonen van een film toe te staan. Het sche
pencollege heeft tweemaal aan een cinema uit
bater geweigerd een film door de leerlingen der
^stadsscholen te laten bijwonen, en zulks in uit
voering van een ministerieelen omzendbrief toe
gekomen ten tijde van wijlen Heer burgemeester
Colaert en waarin onder meer gezegd werd dat
het niqt wensphelijk was de schoolkinderen, zoo
onder ander voor dé prijsuitdeeling of in andere
omstandigheden, te leiden in zalen waar er
dansgelegenheid bestaat. Wij hebben opzoekin
gen gedaan om dien brief, gericht aan M. Colaert,
terug te vinden. Het is op. dit ministerieel schrij
ven dat de Heer Colaert zich gesteund heeft om
den stadsschouwburg heropgebouwd te krijgen.
Ik heb persoonlijk dit schrijven niet gelezen,
doch deze inlichtingen alsmede de inhoud van
den brief werden mij door een collega medege
deeld. Laat ons dit incident als gedaan beschou
wen tot wanneer wij dien brief zullen terugge
vonden- hebben. Ik weet niet of deze omzendbrief
het bijwonen van cinemavertooningen toelaat
voor de schoolkinderen, ook niet zelfs wanneer
de film van opvoedkundigen aard is, doch indien
de raad vindt dat het schepencollege zijne rech
ten is te buiten gegaan, kan hij vernemen in het
ministerie van openbaar onderwijs welke de
verplichtingen zijn van het schepencollege tegen
over een cinema uitbater. Het schepencollege
heeft geoordeeld dat de films, waarvoor de toe
lating gevraagd werd, van geen opvoedkundigen
aard waren en heeft dan de toelating geweigerd.
De Heer Leuridan treedt hierop de raadszaal
binnen.
M. Missiaen. Dit is heel behendig rond de
zaak draaien.
M. Vanderghote. In 't geheel niet. vermits
uwe vraag toch wel was te weten zoo de ministe-
rieele omzendbrief bestaat.
M. Missiaen. Nu zegt gij dat deze omzend
brief geschreven werd ten tijde van den Heer
burgemeester Colaert. Welnu vóór Maart 1933,
dus na het verzenden van den brief aan M. Co
laert, werden er verschillige cinemavertooningen
door de schoolkinderen bijgewoond. En nu al met
eens wordt de toelating geweigerd door den bur
gemeester die den omzendbrief zelfs niet kent.
Volgens den brief, dien hij onderteekende, moet
er geen toelating meer gevraagd worden voor het
bijwonen van een film en zal dit niet meer toege
staan worden al ware de film van opvoedkundi
gen aard of niet. Ik betwist het bestaan niet van
den ministerieelen omzendbrief, doch vraag zoo
er daar een verschil in gemaakt wordt voor de
officieele en voor de vrije scholen. In het minis
terie heeft men nog nooit, nu nog minder dan
ooit, op het gedacht gekomen een onderscheid
te maken. De scholen worden gelijk gesubsi
dieerd en ofwel het verbod bestaat evengoed voor
de eene als voor de andere scholen, ofwel dit ver
bod bestaat in 't geheel niet. Waarom heeft de
Heer burgemeester dan dien brief geschreven
M. Vanderghote. Wij zullen den ministe
rieelen omzendbrief doen terug zoeken en vra
gen aan het ministerie welke rechten en verplich
tingen het schepencollëge in deze zaak heeft.
Laat ons zelfs eens aannemen, dat deze omzend
brief niet bestaan heeft, dan nog zouden wij ge
meend hebben die toelating te moeten weigeren.
M. Missiaen. Indien gij een documentatie
verlangt, zal ik u deze bezorgen. Zoo zult gij we
ten hoeveel kinderen van vrije scholen elders deze
film hebben gaan bezien. Ik zal deze inlichtingen
vragen aan den uitgever van de film, die, mits
weglating vaneen klein gedeeltje, gemakkelijk
van iedereen mocht gezien worden.
M. Van der Mersch. Wij hebben het be
proefd een coupure' te ;tfóen, doch dit was niet
mogelijk. Ik spreek hier van de film Les Esqui
maux en niet over «J^..Croix de .bois».
M. Vanderghóté. Wij 2ullen die bespreking
hier maar eindigen 'en jwërgaan tot een ander
punt.
M. Missiaen. ik dïeè' tJëk nog een andere
vraag te doen. Tijdens hét opmakèn der stadsbe-
grooting is er kwestie* gëwëest van de deelname
der stad aan de Wéreldïentoöpstelliqg van Brus
sel. Gij zult u nog herinneren dat ik mij daar
tegen verzet heb. Ook de Heer Leuridan kwam
daartegen op en deed zulks mogelijks om andere
redenen dan ik. Nadien werd ér toch een toelage
van 5000 fr. gegeven, of was 'het 10.000 fr. Ik
heb tot driemaal toe de deelname van Yper aan
de Tentoonstelling gaan bezien-en zulks in vollen
klaren dag, en driemaal; bevond ik mij er gansch
alleen. Aan verschillige inwoners van stad heb
ik ook gevraagd of zij dezen stand hebben gezien.
Sommigen antwoordden van ja doch bekenden
dat er daar geen enkelen tdeschouwër was. Ande
ren zegden mij van neen. Dit is dus wel een be
wijs dat wij ten volle gelijk hadden en dat zulks
een volledig nuttelooze uitgave was. Die 5000 fr.
voor een vierkante meter ruimte is volledig weg
gesmeten geld, gezien die panorama niet be
zocht is.
M. Vanderghote. Wij zullen er nota van
nemen.
M. Leuridan. Dit is niet zeer vleiend voor u.
Wanneer gij teruggekeerd zijt op de vroegere
beslissing, dan is zulks éen weinig bij verschal
king gebeurd. Yper was niet de ware beweegre
den van deze verandering.
M. Vanderghote. Het kwaad, indien dit alzoo
mag genoemd worden hetgeen nog niet bewezen
is, is thans gedaan. Wij zullen daarover niet veel
woorden meer den nek breken.
M. Missiaen. De lastenbetalers zullen het
toch betalen.
M. Vanderghote. Ik heb ook dezen stand
gaan zien en er was daar wat meer volk. Ik moet
toch bekennen dat het paviljoen wat eenzaam ge
legen is. Het had beter gelegen geweest langs een
groote laan in plaats van langs een zijweg ver
doken te zijn in het bosch, doch dan ook hadden
wij dit misschien zoo goedkoop niet gekregen.
M. Leuridan. Gij waart gewaarschuwd en
men kon zich gemakkelijk inbeelden dat deze
vierkante meter in dat doolhof van belangwek
kende zaken in een wereldtentoonstelling gansch
onopgemerkt zou voorbijgaan en geen uitgaaf
van 5000 fr. waard was.
M. Vanderghote. Het is daarvoor niet dat
wij betaald hebben. Immers 4000 fr. hebben ge
diend om het diorama te maken.
M. Leuridan. Die som van 5000 fr. was toch
overdreven in verhouding der aantrekkings
kracht van een diorama van een vierkante meter.
M. Vanderghote. Indien wij gefopt zijn ge
weest, dan zijn we allen gefopt want ook nog
andere steden dan Yper hebben aan dit paviljoen
deelgenomen. Deze inrichting staat onder het
voorzitterschap van den Heer Gouverneur van
West-Vlaanderen.
M. Missiaen. Dit heeft hier in de zaak niets
te zien.
M. Leuridan. Het kan zijn dat men elders
in andere steden niet wist wat men deed, doch
hier waart gij wel verwittigd. Indien die kwestie^,
die eerst verworpen werd, later door u weer opi-
gerakeld is geweest dan is zulks bij verschalking
geschied.
M. Vanderghote. Deze bespreking komt, hier
niet van pas in den gemeenteraad.
M. Missiaen. Watheeft de raad daar niets
in te zien wanneer het een uitgaaf van 5000 fr.
betreft
M. Vanderghote. Indien wij een dommigheid
begaan hebben, wat geenszins bewezen is, dan
zijn de gazetten .daar om daarover kritiek te
maken.
M. Missiaen. Wij hebben toch ook wel het
recht het u te zeggen wanneer gij een dommig
heid begaat.
M. Vanderghote. De menschen zijn misschien
weggeloopen wanneer gij daar in het paviljoen
kwaamt
M. Missiaen. Neen, want er waren daar geen
andere personen.
M. Vanderghote. Had onze deelname een
grooter succes moeten gehad hebben, dan zou
men thans alzoo niet spreken. Daarbij ik geloof
niet dat wij een dommigheid gedaan hebben. De
zaak werd herhaaldelijk door het schepencollege
onderzocht en ook de meerderheid van den raad
was met de zaak t'akkoord.
M. Leuridan. Het is onder de drukking van
anderen dat gij de zaak, nadat ze verworpen was
geweest, terug te berde hebt gebracht.
M. Vanderghote. Wij wisten niet meer wat
gedaan en hebben dan gedaan wat de anderen
deden. Oostende, Brugge, Nieuwpoort en andere
steden hebben ook aan dit paviljoen deelge
nomen.
M. Missiaen. Het is niet juist dat de meer
derheid van den raad t'akkoord was. De eerste
maal werd het voorstel verworpen.
M. Van der Mersch. Dit werd niet onder
drukking aangenomen. De kwestie werd twee,
driemaal onderzocht.
M .Vanderghote. Ik stel voor thans het pro
ces-verbaal der laatste zitting goed te keuren.
M. Missiaen. Ik vraag de schrapping van het
woord gemeentescholen.
De Heer secretaris verklaart dat hij dit woord
niet zal schrappen, maar de gemaakte opmerking
in het verslag der huidige zitting vermelden.
De openbare zitting wordt hierop te 19 u. 20
opgeheven.
De oudste firma in de Tentoonstelling is mis
schien wel de Chicorei PACHA 110 jaar. Een
zoo lange ondervinding van vader tot zoon moet
tot een buitengewone hoedanigheid doen be
sluiten.