2
Verven Droogkuischen TT Teintures Nettoyages
Nieuwwasschen Blanehissage de luxe et au kilo
Luxe - "Waschdienst GlaQage Américain
Kilowasch de Cols Manchettes
Bijhuis L. KNOCKAERT - JOOS Dépöt
53, Diksmudestraat Rue de Dixmude, 53
YPER. Tel. 260 YPRES.
is gedaan ten bate der gemeenschap, zonder eenig
gedacht van eigen winstbejag, uit zuivere ge
hechtheid aan onze geliefde martelaarstad.
Ik zeg ook standvastigheid Toen wij in 1929,
het volledig herstel der vaart Yper-Yzer vierden
en Ued. reeds alsdan een welverdiende hulde
brachten, rees de kreet op En nu de vaart Yper-
Komen.
Het tijdstip der verwezenlijking is thans
nabij.
Niettegenstaande alle hinderpalen, bleeft gij
standvastig werken.
Wanneer anderen ontmoedigd waren bleeft
gij moed, hoop en betrouwen houden, belegdet
gij vergadering op vergadering, gingt gij, als be
devaarder van het Recht, op alle deuren kloppen
totdat eindelijk de blijde mare inkwam De
vaart Yper-Komen wordt hersteld.
Dat is Vermeulen's werk
Wij uiten dien kreet met fierheid.
De Yperlingen van heden en het nageslacht
zullen dienzelfden kreet herhalen met dankbaar
heid en met genegenheid
De Heer Tahon overhandigt vervolgens dit
adres, heel mooi verbonden en met de Ypersche
kleuren versierd, aan den Heer Vermeulen, ter
wijl er door gansch de zaal, als om de oprecht
heid van de hartelijke woorden van den Heer
ondervoorzitter nog meer te onderlijnen, een
storm van toejuichingen losbreekt. Er zijn soms
van cie ocgenblikken waarop de gevoelens van
dankbaarheid het hart overweldigen en men niet
bij machte is om ze behoorlijk uit te drukken,
doch beter dan de schoonste woorden vertolkte
deze warme ovatie al de gevoelens van erkente
lijkheid en verknochtheid welke de leden ten
opzichte van hun geliefden voorzitter bezielen.
Het Ypersch Tuindaglied, door den Heer Bou
quet meesterlijk vertolkt, verhoogt nog die alge-
meene vreugdestemming en doet de heerschende
geestdrift haar toppunt bereiken.
Zichtbaar ontroerd neemt de Heer Voorzitter,
die zich geenszins aan zooveel huldeblijken ver
wacht had, het woord en drukt zich ongeveer uit
als volgt
Mijnheeren,
Ik ben zeer gevoelig aan de eer die mij heden
wordt aangedaan en ik bedank het bestuur en al
de leden voor deze zoo welgemeende en hartelijke
hulde.
Het werk, dat verricht werd, is van het hoog
ste belang voor Yper. Maar het had niet kunnen
uitgevoerd worden, zoo eendracht en samenwer
king niet steeds onder het bestuur en onder de
leden hadden bestaan.
Wij. geboren Yperlingen, die onze stad ken
nen tot in haar minste bijzonderheden, die van
onze vroegste jaren al de pogingen gevolgd heb
ben welke door onze voorgangers gedaan werden
om onze stad te doen bloeien, die al de oogen-
blikken van hoop en ontmoediging beleefd heb
ben, wij zouden laf geweest zijn indien wij, na
den oorlog, onzen plicht niet hadden begrepen
en geweigerd hadden ook op onze beurt te werken
voor de heropleving onzer dierbare stad. Die wer
king, immers, kon niet verwacht worden van den
eenvoudigen werkman of van den kleinen burger,
onze plicht was het die taak te vervullen. Wat
wij gedaan hebben, was dus slechts de volbren
ging van hetgeen men met recht van ons mocht
verwachten.
Na den grooten bloei van Yper in de Middel
eeuwen en waarvan de grootsche praal gebouwen,
hier langs den overkant der Markt gelegen, nu
nog steeds de sprekende getuigen zijn, werd
Yper, door zijne ligging, gedurende eeuwen het
bolwerk dat over het bezit van gansch Zuid-
Vlaanderen besliste. In dit tijdstip werd het in
een schier oninneembare vesting herschapen. Het
onderging niet minder dan zeventien belegerin
gen en tot vijftien maal toe werden de vestingen
verbeterd en versterkt. Yper geleek aan een ste
kelvarken dat, ineengekrompen, langs buiten
niets dan zijn stekels of sterke verdedigingswer
ken vertoonde en door niemand kon aangeroerd
worden. Alles diende tot de verdediging der stad
en zelfs de wateren van Dickebusch en Zillebeke,
die vroeger den bloei der Ypersche nijverheid
uitmieken, werden aangewend om de vestings
grachten te spijzen en de tot de verdediging der
stad dienende lage weiden onder water te zetten.
Niettegenstaande dezen toestand en alhoewel
de bevolking op zeker tijdstip tot een minimum
gezakt was, toch waren er burgers die den moed
hadden om te trachten den verloren bloei te her
winnen. Vandaar het graven der vaart Yper-Yzer
en de pogingen tot verbinding met de Leie, en
het zijn deze voorbeelden die wij gevolgd hebben.
Gedurende de verleden eeuw was Yper een
stad die zich groote en zware opofferingen ge
troostte ten voordeele van het onderwijs harer
kinderen, die nadien, bij gebrek aan loopbanen
hier ter plaats, hun hier opgedane geleerdheid
en hun talent overal elders ten dienste van andere
en meer bevoorrechte steden gingen stellen. Zoo
vindt men, geheel België door, Yperlingen die
van de hoogste plaatsen van het land bekleeden.
De gedane opofferingen voor het onderwijs kwa
men dus niet ten bate van de Ypersche gemeen
schap en wij hebben dan nog, na de vernieling
onzer stad, met spijt moeten bestatigen hoe ge
ring het aantal was dier vooraanstaande gewezen
Yperlingen die zich nog hunne geboortestad en
weldoenster herinnerden.
De statistieken, gegeven in den open brief
aan den Heer Minister De Man gericht en ver
schenen in «Het Ypersche» van 24 Oogst 11.,
toonen ten duidelijkste mogelijk aan wat het
Rousselaarsche en het Kortrijksche aan hunne
waterwegen te danken hebben. Wanneer de vaart
Yper-Komen zal voltooid zijn en alzoo haar wel-
doenden invloed zal kunnen laten voelen, dan
zullen ook hier handel en nijverheid opnieuw
herbloeien en dan ook zal voor onze opkomende
jeugd de kans ontstaan hier een winstgevende
en verdienstelijke loopbaan te vinden. Dan zullen
de gedane opofferingen voor het onderwijs niet
meer, zooals vroeger, voor de Ypersche gemeen
schap verloren gaan, maar aan de stad zelf en
gansch hare bevolking ten goede komen.
Dit is het doel dat nagestreefd wordt en uwe
talrijke tegenwoordigheid hier op deze vergade
ring, uwe hartelijke betooging bewijzen mij dat
gij het vraagstuk onder hetzelfde oogpunt be
schouwt.
Onnoodig te zeggen dat deze merkwaardige
improvisatie van den Heer Vermeulen meermaals
door luidruchtig handgeklap onderbroken en
langdurig toegejuicht wordt.
De Heer voorzitter stelt vervolgens aan de ver
gadering voor een glas te ledigen op den bloei
van Yper, en de Heer J. Tahon, ondervoorzitter,
geeft lezing van een pas ontvangen telegram,
door de Heeren A. Gruwez en A. Weckesser van
uit Brussel verzonden en dat luidt als volgt
Weckesser Gruwez bidden bestuur handelska-
mer beste gelukwenschen aan voorzitter over
te maken voor bekomen uitslag. Leve Vermeu-
len's werk.
Nadien meldt de Heer Voorzitter nog dat men
het ontwerp had opgevat om op Zondag laatst
de blijde nieuwstijding van het besloten herstel
der vaart Yper-Komen door een algemeene be-
vlagging te vieren, doch men heeft daarvan, ten
gevolge van het smartelijk ongeval dat aan onze
teerbeminde Koningin het leven benam, moeten
afzien.
De Handelskamer heeft zich, in deze pijnlijke
omstandigheden, bij de algemeene rouwhulde,
waarvan ons Vorstenhuis het voorwerp is ge
weest, aangesloten en het volgend telegram ver
zonden
Aan Zijne Majesteit Koning Leopold HI
Voorzitter en bestuur Handelskamer Yper
betuigen aan Zijne Majesteit de uitdrukking
hunner innige deelneming en verkleefdheid
in dezen pijnlijken rouw.
H. Vermeulen.»
Op voorstel van den Heer Voorzitter wordt ver
volgens rechtstaande een minuut van ingetogen
stilte onderhouden.
Daarna geeft de Heer Vermeulen nog lezing
van den brief van den Heer Minister De Man,
waarbij aangekondigd werd dat het herstel der
vaart Yper-Komen op het programma der werken
van den Dienst voor Economisch Herstel opgeno
men is en dat de noodige onderrichtingen gege
ven zijn om de plans dadelijk op te maken, als
ook van het telegram dat aan den Heer Minister
De Man werd opgestuurd om hem voor zijne
goede beslissing te bedanken.
De aflezing van het ministerieel schrijven
wordt op een geestdriftig applaus onthaald.
De Heer Voorzitter vestigt eveneens de aan
dacht der leden op den grooten en welwillenden
steun dien hij steeds bij de technische Diensten
van Bruggen en Wegen gevonden heeft en neemt
de hem hier geboden gelegenheid te baat om deze
bevoegde Heeren een welverdiende hulde te bren
gen.
De Heer Vermeulen is gelukkig hier insgelijks
in 't openbaar den achtbaren Heer Gouverneur
Baels te kunnen bedanken voor al hetgeen hij ten
voordeele van Yper gedaan heeft en nog doet
zooals blijkt uit volgenden brief, waarvan lezing
gegeven wordt
Provinciaal Bestuur van Brugge,
West-Vlaanderen den 4 Sept. 1935.
K. 1788
Heer Voorzitter,
Het verheugt mij door uw schrijven van 29
Augustus te vernemen dat het herstel der vaart
Ieperen-Leie, in het programma van Econo-
misch Herstel bepaald ingeschreven is.
«Voor een paar weken had ik de gelegenheid
met den Heer Minister van Openbare Werken
omtrent bedoelde vaart te spreken en deze
zaak welke uw gewest zoo zeer aanbelangt, te
bespreken.
«Hoogachtend. De Gouverneur,
(get.) Baels.
den H§er Vermeulen, Voorzitter der Handels-
en Nijverheidskamer,
Hötel du Sultan, Groote Markt, leper.
Onzen dank gaat ook zoo vervolgt de Heer
Voorzitter, aan de stadsoverheden van Yper,
de Heeren Vanderghote, burgemeester, en Sobry,
oud-burgemeester, aan al de overheden van ste
den en dorpen die zooals wij de grootste voor-
deelen van de verbinding Yzer-Leie mogen ver
wachten en er samen met ons steeds voor ge
streefd hebben, aan de Heeren Mandatarissen
van Senaat en Kamer die onze zaak genegen
waren, aan den Heer Lommez, bestendig afge
vaardigde, op wiens gewaardeerde medewerking
wij nooit te vergeefs beroep hebben gedaan. Ook
de Heer J. Antony, stadsbibliothecaris, die steeds
bereid was de gewenschte inlichtingen in zijn
rijke boekenverzameling op te zoeken, verdient
onzen besten dank. Wij zouden aan onzen Dlicht
tekort komen, zoo wij hier niet een gansch bij
zonder woord van dank toezegden aan den zeer
verdienstelijken Heer advokaat Arthur Butaye
en aan de Federatie der Geteisterden, waarvan
hij de zoo geachte voorzitter is. De Federatie der
Geteisterden was steeds aan onze zijde om ons in
onze werking te helpen en te steunen, meest alle
belangrijke vergaderingen werden samen met
haar belegd en ook voor de zoo talrijk gedane
stappen bij de bevoegde Minister? en zelfs bij
onzen zoo betreurden Vorst, wijlen Koning Al-
bert, hadden wij de voldoening op haar algeheele
medewerking te mogen rekenen.
Wij mogen ook onze goede vrienden der
Handelskamer van Nieuwpoort niet vergeten.
Hunne medewerking en steun was ons en zal ons
in de toekomst steeds zeer kostbaar zijn.
In onzen dank moeten wij ook nog begrijpen
de drukpers, zoowel de verschillige dagbladen
van 't land als de plaatselijke weekbladen, die
ons steeds machtig geholpen hebben. En hier
moeten wij vooral den Heer C. Dumortier, ons
geacht medelid, inniglijk bedanken voor de
groote welwillendheid die hij ons steeds betoond
heeft met in zijn uitstekend weekblad al de arti
kelen ten voordeele der vaart op te nemen. Het
Yperscheis een tribune waar, boven al de
kwesties die anders de Yperlingen zouden kun
nen verdeelen en scheiden, kans gegeven wordt
de algemeene belangen der stad te verdedigen.
Zonder Het Ypersche zouden wij tot geen uit
slag gekomen zijn. Wekelijks werden een aantal
exemplaren van dit blad aan de Heeren Ministers,
mandatarissen, enz. opgestuurd en zulks heeft
machtig veel bijgedragen om de overwinning,