De Toeristische Propaganda
plein, maar wat verdwenen en afgenomen werd
komt nimmer meer terug en beloften kunnen
barsten als zeepbellen.
Vaarwel 1935 Wees welkom 1936
Wij zien u hoopvol naderen. Wij wenschen het
voorspoedig voor al onze lezers, voor ons volk,
voor al de volkeren der aarde. Wij wenschen een
einde aan den oorlog, dat de natiën ontwapenen,
niet alleen in wapens, maar in politiek en na-
iever om elkaar te onderkruipen op ekonomisch
gebied.
Dat de regeeringen meer en meer tot onder
linge verstandhouding komen met van lieverlede
eikaars nooden te verstaan. Daarom een einde
gesteld aan hoogmoed, overdreven geldzucht,
schreeuwende onrechtvaardigheden en onbe
schaamde misbruiken, die in alle landen de werk
zame massa verdrukken en die de eerste oorzaken
zijn van de bloedige moorderijen, die tot hiertoe
de historie van het menschenras schandvlekken.
Wij wenschen dat het recht zegeviere overal
waar geschillen oprijzen. Wij wenschen den voor
spoed van handel en nijverheid, eenige weg voor
's lands heropbeuring. Wij wenschen dat onze re
geering het zware juk der belastingen verlichte
voor al die spaarders en wroeters, die de schat
kist met de voortbrengst van hun arbeid moeten
vullen. Wij wenschen een doortastende regeering
die durft den stroom afdijken der nuttelooze uit
gaven. Wij wenschen voor de redding der volke
ren, dat de Staatsmannen overgaan tot grondige
hervormingen opdat zij op een gegeven oogenblik
niet onmachtig zouden staan tegenover een uit
barsting van verbittering waarvan men het ergste
zou moeten duchten.
En met vertrouwen in hun wijsheid en met
Gods hulpe gaan wij het nieuwe jaar in.
X
Dikwijls wordt er gezegd, en dan nog vooral
door personen die, door het bedrijf dat zij uitoe
fenen, het meest van het toeristenverkeer genie
ten en bij dezes uitbreiding het grootste belang
hebben, dat er dit of dat zou dienen gedaan te
worden, dat men dit alzoo zou moeten doen
en... dat, moesten wij hen gelooven, het veel be
ter zou gaan zoo zij iets in de pap te brokkelen
hadden. Doch beknibbelen is gemakkelijk, maar...
beter doen, is heel wat moeilijker.
Meermaals dus wordt er hier geklaagd dat er
op propagandagebied voor Yper zoo weinig ge
daan wordt, maar zelden of nooit wordt gewag
gemaakt van de kosten die een degelijk inge
richte propaganda vergt, niemand duidt het mid
del aan om aan de noodige gelden te geraken en
zoo weinigen helaas, van dezen die het kunnen
en het zouden moeten doen, bieden zich aan om
door hunne bijdrage, hoe gering ze ook weze, de
toeristische propaganda voor Yper te steunen en
aan te moedigen. En nochtans, iedereen weet het,
koken kost geld.
Wij bezitten hier te Yper twee vereenigingen,
namelijk het Syndicat d'Initiative of Comiteit
tot Bevordering van het Vreemdelingenverkeer,
en de Vereeniging der West-Vlaamsche Bergen,
die zich uitsluitend met toeristische aangelegen
heden bezig houden, die zich beijveren om hier
te Yper en in het omliggende zooveel toeristen en
bezoekers mogelijk aan te lokken en die, onbaat
zuchtig, alleen met het doel de stad, de bevolking
in 't algemeen en de neringdoeners in 't bijzonder,
dienst te bewijzen, met de beperkte middelen
waarover zij beschikken alles doen wat zij kun
nen, en zelfs soms meer, om het beoogde doel te
bereiken.
Beide vereenigingen ontvangen van de stad
hoop en al een schamele tegemoetkoming van
1000 fr. 's jaars en moeten dan zien dat zij bij
private personen en bijzonderlijk bij de hoteliers
en neringdoeners, die het meest van hare wer
king profiteeren, de overige fondsen kunnen in
zamelen die noodig zijn om de onontbeerlijke
uitgaven te bekostigen.
Dat beide inkomstbronnen, zoowel de gemeen
telijke kas als de particuliere hulp, ver beneden
de taak blijven die hoogergenoemde vereenigin
gen terecht van haar zouden mogen verwachten,
is eens te meer gebleken tijdens de laatste alge-
meene vergadering die het «Syndicat d'Initiative»
einde November hier te Yper hield.
Tot voorlichting onzer lezers willen wij een en
ander putten uit het verslag dat op deze vergade-
rir 2 werd voorgedragen en dat als een korte
schets is der
Werking van het Syndicat d'Initiative
Na het overlijden van den Heer Nestor Angloo,
de toenmalige voorzitter van het Comiteit tot
Bevordering van het Vreemdelingenverkeer, heeft
de Heer Remi Bouquet, op aandringen der be
stuursleden, in Juli 1929, voorloopig het voorzit
terschap ervan waargenomen.
Samen met den Heer Vuylsteker, secretaris,
nam hij regelmatig kennis der ontvangen brief
wisseling, beantwoordde alle vragen om inlich
tingen en gaf, in de mate van het mogelijke, vol
doening aan de vragen naar brochures en plak
brieven.
Zoo werd er, van Juli 1929 tot einde December
van 't zelfde jaar, op 51 brieven geantwoord, in
1930 op 146, in 1931 op 112, in 1932 op 102, in 1933
op 148, in 1934 op 230 en in 1935 tot einde Novem
ber op 175 brieven. Het aantal verzonden brochu
res en reklaamaffiches bedroeg 3.090 van Mei 1933
tot einde van 't zelfde jaar, 6.500 in 1934 en 5.849
in 1935 tot einde November, 't zij samen 15.439.
In 1932 en in 1935 werden er 27.000 nieuwe bro
chures in vier verschillige talen, vlaamsch,
fransch, engelsch en duitsch, besteld.
Deze enkele cijfers geven reeds een klein ge
dacht van hetgeen de werking van het Syndicat
d'Initiative moet kosten.
In 1929 ontving het Comiteit een bijdrage van
enkele aangesloten leden, waarvan er 11 de som
van 100 fr. betaalden. Verder waren er nog 8
leden aan 50 fr. en 22 aan 20 fr.
Zoolang het met deze bijdragen en met de ma
gere tusschenkomst der stad kon rond komen,
deed het Comiteit geen verder beroep op de mild
dadigheid van particulieren. Alleen in 1932 werd
er besloten een oproep te richten tot 76 personen
van stad, alsmede van Kemmel, en andere toe
ristische centrums, zooals Zillebeke- en Dicke-
buschvijvers, om een aankondiging in de bro
chure te plaatsen en alzoo eenigszins in de kosten
van uitgifte tusschen te komen, doch van de 76
waren er slechts 27 personen die antwoordden.
In 1934 werd nogmaals beroep gedaan op de
hoteliers en andere personen die reeds een aan
kondiging in de brochure hadden staan alsmede
op 29 andere huizen van Yper, opdat zij het Co
miteit geldelijk zouden willen ondersteunen, doch
ditmaal kwamen er in 't geheel maar 9 antwoor
den toe.
Hoe wil men dan dat het Comiteit het noodige
kunne doen om hier steeds meer en meer vreem
delingen aan te lokken, wanneer men het de
middelen niet verschaft, wanneer men het den
zoo noodigen steun, zoo zedelijken als geldelij-
ken, niet geeft om een vruchtbare propaganda
op breede schaal voor Yper te voeren
Het zou ons te ver leiden moesten wij hier de
opsomming geven van de gevoerde briefwisseling,
van de verzoekschriften, in een woord van alles
wat het Comiteit sedert enkele jaren van hier
ten voordeele van Yper deed. Wij zullen ons dus,
om al het nut der werking van dit Comiteit te
doen uitschijnen, ons moeten vergenoegen, alleen
enkele der bijzonderste feiten aan te halen.
Den 15 October 1930 werd aan de stad gevraagd
om een toelage van 3000 fr. voor 1931 te verlee-
nen, hetgeen niet werd toegestaan. In 1932 werd
er een subsidie van 1000 fr. bekomen.
Den 26 September 1932 werd er, samen met den
Heer stadsbouwkundige, de Heeren Arm. Donck
en A. Gruwez, een bezoek gebracht aan de kaze
matten onder de vestingen, om te onderzoeken
welk nut er daar zou kunnen uitgetrokken wor
den.
Er werden aankondigingen geplaatst in ver
scheidene vreemde groote tijdschriften, doch dik
wijls ook en vooral vanaf 1933 moest men, bij ge
brek aan fondsen, dergelijke aanboden alsmede
dit van het agentschap Publifer om publiciteit
voor Yper in de staties te maken, afwijzen. Tel
kens moest men zich vergenoegen deze dagbla
den, tijdschriften en agentschappen aan te raden
zich tot het stadsbestuur te wenden.
Het Comiteit moest eveneens, en steeds om de
zelfde reden, verzaken aan zijn aansluiting bij
de Groepeering der officieele uitgiften, waarbij
het voor drie jaar was toegetreden en telken
jare een inlassching van 1/16 bladzijde bekwam.
In de Guide Européen des Hotelsuitgifte
voor 1934, werd de publiciteit hernieuwd en de
uren van de Last Post plechtigheid 's zomers en
's winters in de drie talen aangeduid.
Aan het Inrichtingscomiteit van den Carnaval
stoet werd nog in 1934 en 1935 een toelage gege
ven voor het aankoopen van een fanion.
Op aanvraag van den Heer Hallaert, consul te
New-York, werden hem photos en brochures over
Yper toegezonden. Andere photos van Yper wer
den ook nog overgemaakt aan The Associated
Press aan het Hollandsch Consulaat, enz.
Aan de Royal Automobile Club van België
werd gevraagd een paviljoen in de Brusselsche
Tentoonstelling op te richten waar, mits een
maandelijksche bijdrage van 100 fr. voor den
duur der Tentoonstelling, lichtbeelden over Yper
zouden gegeven worden.
Den 4 Mei 1934 had een nieuwe vergadering
met de hoteliers plaats en werden er aan het
stadsbestuur verschillige wenschen aangaande
het toerisme overgemaakt.
Leden van het Comiteit deden dienst als gids
tijdens de doortocht alhier van verschillige radio
treinen.
Den 16 Juni 1934 vergaderde het Comiteit om
een versmelting te beramen van verschillige
groepeeringen in maatschappij zonder winstge
vend doel, genaamd Les Amis d'Ypres
Den 22 November 1934 werd er, doch te ver
geefs, aan den Belgisch-Luxemburgschen Dienst
voor Toerisme gevraagd een deel der toelage te
krijgen.
Als gevolg op de onderhandelingen met een
Duitsch reisagentschap, ontving onze stad den
13 October 1935 het bezoek van ongeveer 400 Duit-
schers. Inlichtingen en brochures werden in Oc
tober 11. ook verzonden naar Rumenie in 't voor
uitzicht van een bezoek aan Yper.
Deze lijst zouden wij, dank aan het jaarverslag
van het Syndicat d'Initiative nog veel kunnen
verlengen, doch de enkele gegevens die hier
vóórgaan bewijzen reeds genoegzaam welke dien
sten dit Comiteit aan de stad bewijst, hoe nuttig
zijne werking is, en alles wat wij hier nog zouden
aan toevoegen zou steeds op hetzelfde neerkomen
en steeds meer en meer doen uitschijnen dat dit
Comiteit, zoowel van officieele zijde als vanwege
de bijzonderen, niet genoegzaam gesteund wordt.
Moest het over' de noodige geldmiddelen be
schikken, zou dit Comiteit zeker nog zijn werk
kring kunnen verruimen. Het is niet de lust ertoe
die aan de zoo offervaardige als ijvervolle be
stuursleden ontbreekt, alleen de noodige fondsen
ontbreken om datgene te verwezenlijken wat ze
graag zouden willen doen.
Alzoo werden, tijdens de laatste algemeene
vergadering van dit Comiteit, nog verscheidene
voorstellen gedaan waarvan vele, helaas, nooit
zullen kunnen verwezenlijkt worden zoolang onze
stadsbeheerders al het nut eener wel begrepen en
degelijk ingerichte propaganda niet willen be
grijpen.
Zoo, onder meer, zou men
1) Aan de stadspoorten opschriften moeten
plaatsen die de aandacht der bezoekers op de hier
bestaande bezienswaardigheden vestigen
2) Op een goed in 't zicht zijnde plaats een
inlichtingsbureel moeten openen waar een be
diende, die verscheidene talen machtig is, de
bezienswaardigheden van stad aan de vreemde
lingen zou aanwijzen, hen brochures uitdeelen
en aHe gewenschte inlichtingen verstrekken
3) Over gidsen moeten beschikken di.e de
vreemde bezoekers kunnen geleiden en hen allen
uitleg kunnen geven nopens de geschiedenis der
stad en harer monumenten en nopens de bijzon
derste oorlogsfeiten die hier te en rond Yper
plaats hadden
4) Het bezoek van het stadsmuseum, van de
schatten onzer kerken en andere merkwaardige
gestichten moeten vergemakkelijken. Binst het
goede seizoen zou dit bezoek ten minste geduren
de 2 of 3 uren daags aan de vreemdelingen moe
ten toegelaten zijn
5) Het Merghelynck museum moeten voltooien;
6) Een Ypersche specialiteit, bv. de Ypersche
beschuiten, beter doen kennen
7) Een panorama in reliëf van Yper en omlig
gende maken
8) De kazematten, en bijzonderlijk deze der
Rijselpoort, weer inrichten zooals zij er tijdens
den oorlog uitzagen. Zij dienden binst de beschie
ting van Yper niet alleen als schuilplaats voor
de inwoners, maar duizenden en duizenden En-
gelsche soldaten hebben er maanden lang in ver
bleven.
9) Meer zomerconcerten inrichten en onder
meer aan de vreemde muziek- of koormaat
schappijen, die hier, bij den terugkeer van de
kust, eenige uren in stad doorbrengen, vragen of
zij mits een geringe toelage geen klein concert
zouden willen geven.
10) Bij middel van opschriften den weg naar
het postbureel aanduiden en op de brievenbussen
minstens in de twee talen weer vermelden langs
welken kant de brieven en de drukwerken moe
ten gestoken worden
11) In het stadsbestuur briefpapier, omslagen
of kaarten moeten gebruiken met een kleine
schets van een der Ypersche bezienswaardig
heden op, enz.
De stad, die reeds lid is van den Belgisch-
Luxemburgschen Dienst voor Toerisme, zou zich
eveneens lid moeten maken van de Provinciale
Commissie voor Toerisme in West-Vlaanderen.
De bestaande vereenigingen tot bevordering
van het vreemdelingenverkeer zouden door het
stadsbestuur meer moeten erkend en geholpen
worden en onder meer zou men ze kennis moeten
geven van de officieel aangekondigde bezoeken.
Hoe beter onze bezoekers hier ontvangen en hoe
meer zij ingelicht worden, des te beter zal ook
den indruk zijn die zij van hier zullen meedragen
en hoe grooter ook de propaganda zal zijn die zij
bij hun terugkeer in hun midden, in hunne stad,
in hun land voor Yper zullen maken. Ook de
hoteliers hebben hier een groote rol te vervullen
en hunne verantwoordelijkheid is in dat opzicht
nog grooter, daar de indruk, die de vreemde be
zoeker van hier zal meedragen, goed of slecht
zal zijn naar gelang hij hier in de hotels goed
onthaald en goedkoop zal bediend geweest zijn.
De goede naam, die onze stad nu reeds in den
vreemde verworven heeft, bewijst dat onze hotel
houders en neringdoeners zulks begrepen hebben
en dat de misbruiken, zoo er nog mochten be-