WEERAL HET TOERISME
Een bespreking over Toerisme
in de Kamer van
Volksvertegenwoordigers
population.
M. Ie Directeur général, dans l'entrevue dont
nous avons parlé la semaine dernière, a dit que
la loi des pouvoirs spéciaux ne permettait pas au
gouvernement de renoncer au recouvrement des
créances de l'Etat. C'est une confusion, une pure
confusion, entre une pretention et une créanee.
L'Etat n'a pas de créance. Tout est la.
Que ce décret-loi paraisse sans retard, et du
coup ce long cauchemar des intéréts indüs
aura pris fin. Ce qu'il nous faüt au Front, c'est
la paix. Nous l'avons bien méritée.
(O)-
Men zal ons misschien wel beschuldigen steeds
over hetzelfde te spreken in ons blad, maar te
genover deze bewering willen wij maar alleen
het spreekwoord stellen dat de aanhouder wint
Het is door gedurig op hetzelfde aambeeld te
slaan, dat wij in Yper reeds bekomen hebben
wat wij wilden om maar bij één voorbeeld stil
te staan, de Vaart
Waar echter voor deze noodwendigheid op den
Staat moest beroep gemaakt worden, zoo dient
voor de kwestie van het toerisme beroep gemaakt
op het stadsbestuur. En wij zullen niet ophouden
er over te schrijven zoolang deze zaak geen
definitieve oplossing heeft gekregen. En, wat
men er ook over denken moge zij is niet opge
lost
Inderdaad Sedert het gezamenlijk ontslag van
de leden van het Syndicat d'Initiativeis er
per slot van rekening nog niet veel gewijzigd.
Wij hebben mogen vernemen dat ongeveer al de
leden van het vroegere comité thans ook deel
uitmaken van het zoogezegde officieele, maar
dat het voorzitterschap wordt waargenomen door
den heer Burgemeester. Wat is er dan veranderd?
Wij weten het niet! Toch wel, ëfl'dit onderstre
pen wij waar vroeger het werk regelmatig werd
bijgehouden door een voorzitter, aan wiens stipt
heid en regelmatigheid wij hier misschien wel
een late maar daarom niet minder gemeende
hulde brengen, vreezen wij dat de nieuwe com
missie dezelfde wegen opgaat als de zoovele
andere commissies die het stadhuis de eer heeft
gehad te zien geboren worden Inderdaad, wij
Stellen vast dat het aan commissies niet ont
breekt en dat het steeds dezelfde personen zijn
die met de uitvoering ervan belast zijn. Trou
wens, vóór de vergaderingen dezer commissies
worden de bundels even ingezien en het werk
zelf moet dan maar even gauw afgedaan worden.
Van een gedurige, standvastige bekommering om
de zaakjes stipt in orde te houden kan geen
sprake zijn. En dat dit vooral voor het toerisme
zoo hoeft, vraag geen betoog.
En nu krijgen we nog twee commissies bij
een voor propaganda en een voor het vliegplein.
Wij zouden hiermede instemmen indien Yper
een groote stad ware, waar elke bijzondere dienst
onder de verantwoordelijke leiding staat van een
dienstoverste. Maar Yper is geen groote stad
en daarom is zoo een commissie een allerslechtste
uitvinding.
«Het Yperscheheeft in een zijner vorige
nummers over dit zelfde probleem reeds enkele
beschouwingen gegeven.; daar dit echter voor
het ontslag van het Syndicat d'Initiative was,
willen wij nog een dezer punten opfrisschen.
In dat artikel werd zeer duidelijk uiteengezet,
dat een toeristische commissie in een kleine stad
zooals Yper, moest zijn het verbindingsteeken
tusschen de particuliere belangen en het offi
cieele bestuur van de stad.
Uitgaande van dit principe stellen wij voor:
1De bestaande commissie blijft bestaan maar
buiten het officieele kader om. Zij wordt aange
vuld door mogelijke vertegenwoordigers van
organismen die rechtstreeks of onrechtstreeks
met toerisme verband houden.
2°) Aan het hoofd dezer commissie wordt een
toeristische bevoegdheid gesteld, die fungeert
als voorzitter.
3°) De gemeenteraad benoemt 4 leden in deze
commissie (één per politieke groep). Eèn dezer
leden (deze der meerderheid?) wordt in het
bijzonder belast" met het financieele toezicht.
4') De commissie brengt jaarlijks, vóór de be
spreking van de begrooting, verslag uit over de
werking en den financieel en toestand.
5") Deze commissie krijgt den naam van
«Ypersche Vereeniging voor Vreemdelingenver
keer» «Syndicat Touristique d'Ypres
6") Het eerste werk van deze nieuwe Vereeni
ging zal zijn het oprichten van een Officieel
Inlichtingskantoor, in een der lokalen aan de
stad toebehoorende.
7 De nieuwe vereeniging stelt zelf een be
diende aan voor den duur der opening van dit
kantoor zij draagt ook zorg voor de wedde van
dezen persoon, die al het materieele werk voor
de vereeniging zal doen.
(Nota Het is duidelijk dat het stadsbestuur
hiervoor een speciale som in zijn toelage aan het
nieuwe organisme zal'moeten voorzien. Het is
maar al te duidelijk dat'een privaat organisme
gemakkelijk een persoon zal vinden die voor een
kleine vergoeding dit werk op zich zal willen
nemen. Moet het stadsbestuur hiervoor echter
een zijner bedienden aanstellen, dan zal dit hem
jaarlijks, alleen voor den bediende, verschei
dene duizend franks kosten. En liever dan toch
een meer-toelage van een paar duizend frank toe
staan, dan later een nieuwe bediende te moeten
aannemen.
8°) Het nieuwe comité zal beslissen, naar gelang
van de noodwendigheden, hoelang het inlich
tingsbureau zal open blijven. In de wintermaan
den wordt het werk aan huis van den bediende
ggdaan.
9°) Al de beschikbaar staande kredieten voor
toerisme worden aan de nieuwe vereeniging over
gemaakt. Verder steunt het stadsbestuur de ver
eeniging met alle andere materieele hulp. als
bode voor het ronddragen van brochures bij de
aangesloten leden, alsook voor het verspreiden
ter plaats van ontvangen propagandamateriaal
van andere steden. Wij laten hier opmerken dat
zonder deze wederkeerige dienst alle ernstige
propaganda voor Yper in andere steden en landen
onmogelijk wordt.
Ziedaar in het kort wat wij van de toeristische
propaganda in Yper denken. Moge deze uiteen
zetting de basis vormen van een werkelijke, ste
vige inrichting van het. Ypersche toeristische
actiecomité. Wij zullen trouwens gelegenheid
hebben, in een volgende bijdrage, te wijzen op
wat hoogdringend sedert jaren te wachten staat.
Tijdens de behandeling der begrooting van
verkeerswezen, die den 13 en 17 Maart in de
Kamer van Volksvertegenwoordigers besproken
werd, zijn de Heeren Marquet en Piérard ten
voordeele der toeristische propaganda tusschen-
gekomen en vroegen een ruimer krediet om die
propaganda op doelmatiger wijze te kunnen
voeren.
Daar het toerisme van zulk groot belang is,
vooral hier voor onze stad waarvan het een der
voornaamste inkomstbronnen uitmaakt, meenen
wij wel te doen met hier deze bespreking te
geven.
De heer Marquet (in 't Fransch). Gij weet dat ik
bijzonder belang stel in de toeristische propaganda
in het buitenland. Ik moet zeggen, dat de heer Spaak
de eerste minister is, die goed het belang van dat
vraagstuk heeft begrepen.
De achtbare minister van financiën, die een man van
eersten rang is, zegde mij, dat hij heel de wereld had
rondgereisd. Ik weet het. Maar hij was toen nog geen
minister. Nu hij het is, moet hij mijn vraag ten gunste
van de toeristische propaganda steunen.
In zijn verslag van verleden jaar, wees de heer Ma-
terne er op, dat de commissie van handel vijf millioen
vroeg om deze vruchtbare propaganda te kunnen op
voeren. Jammer genoeg, werd er slechts één millioen
aan besteed. Dit jaar stelt de heer Gris, in zijn ver
slag, namens dezelfde commissie, denzelfden eisch en
vraagt ook 5 millioen. En de commissie van verkeers
wezen stelt eenparig een krediet van hetzelfde bedrag
voor. Gelet op die verschillende feiten, meen ik dat
wij eerlang voldoening zullen bekomen.
Deze twee commissies bestaan uit vertegenwoordigers
van alle partijen.
De heer Glineur (in 't Fransch). De communisten
niet.
De heer Marquet (in 't Fransch), Ik betreur het,
want gij zoudt ook overtuigd geweest zjjn van de bil
lijkheid mijner vragen.
Niemand zou de ontwikkeling van ons toerisme kun
nen beletten.
Wij vragen u vijf millioen. In feite, zoudt gij ons
geen vijf millioen geven, doch wel leenen. Wees er van
overtuigd dat gij er ruime winst zoudt uit halen. Ik
ben er zeker van dat de vijf millioen in korten tijd
drie of'viermaal door den Staat zouden teruggewonnen
zijn, zonder, te gewagen van het profijt voor de bevol
king.
Vergeten wij niet dat wij allen voor hetzelfde doel
strijden ieders toestand verbeteren. De socialisten heb-
ben gestreden om de arbeiders uit de ellende te redden,
om er burgers van te maken zooals de andere. Zij had
den gelijk.
Met u te vragen iets te doen voor het toerisme, wil
len wij den toestand van onzen handel verbeteren,
uitgaande van de algemeene economie.
Ik weet niet wat er den heer Spaak ontbreekt, maar
hij is de jongste minister. Hij is de eenige, die ons
heeft begrepen, niet heelemaal evenwel, want anders
had ik niet moeten spreken.
Waarschijnlijk acht gij het mogelijk sommige wer
ken geleidelijk uit te voeren. Maar in zake toerisme
moet men een groote q slag slaan. Wij vragen niet om
geld weg te werpen, lifrij vragen u geld te leenen. Dat
krediet van 5 millioen brengt honderd keeren meer op.
Als de regeering 30 millioen geeft in zes jaar, dan
kunnen wij de noodige krachtinspanning doen voor
het toerisme. Wij moeten volk naar ons land lokken.
,Zie wat Hitler deed. Wij willen vrede, wij willen de
vreemdelingen bij ons krijgen, op voorwaarde dat zij
Ziet uw man er droevig uit
Neem dan spoedig lieve bruid
Een tas koffie met wat bij
Van die lekkere PACHA Chicorei.
als toerist komen. Het volstaat niet beloften te doen,
deze moeten gehouden worden.
Gij kent mijn amendement. Ik zal het niet lezen om
tijd te winnen, want men luistert niet naar de redenaars
die een uur spreken.
Oostenrijk geeft 40 millioen uit voor het toerisme.
Dat land geeft jaarlijks in België meer uit als België
in Engeland in denzelfden tijd.
Duitschland dat brave volk(glimlachjes) gaf
ons een practische lesde toeristenmark werd inge
voerd.
Dank zij deze biljetten, zijn de prijzen het vierde
van de werkelijke binnenlandsche prijzen. Italië ver
leent 75 t. h. vermindering aan de jong gehuwden.
En Spanje De Belgen hebben er het eerste modern
hotel met 800 kamers en badzalen opgerichtmen
kende er geen badzalen. Ten opzichte van het toerisme
was dit land verachterd. Er werd een krachtinspanning
gedaan. Men vindt er zelfs zeer aangename bijzondere
hotels voor de automobilistende banen zijn er de
beste ter wereld. Het volk, dat hard arbeidt, heeft
veel meer behoefte dan wij aan hygiënische zorgen.
(Gelach). Trouwens, er blijft in België veel te doen
over voor de gezondheid der bevolking, vooral in
't Vlaamsch land, dat er ongelukkiger aan toe is omdat
het armer is
Ik zal niet uitweiden over hetgeen in Tsjecho-Slowa-
kije wordt gedaan.
In enkele jaren, zoudt gij milliarden in ons land
kunnen brengen.
Met de koloniale loterij neemt gij het geld der onge-
lukkigen. Maar vermits gij in deze dwaling volhardt,
stuurt dit geld toch niet naar de negers, doch gebruikt
het voor het toerisme en voor de werklooze intellec-
tueelen.
Indien wij de middelen niet hebben om Congo te
ondersteunen, laten wij hem verkoopen (Uitroepingen).
De heer Spaak, minister van verkeerswezen en mi
nister van posterijen, telegrafie en telefonie (in 't
Fransch). Ten voordeele van het toerisme (Gelach).
De heer Marquet (in 't Fransch). Aan den heer
Renier hebt gij wel willen antwoorden dat gij er niet
ver van af waart vier millioen aan de propaganda ten
voordeele van het vreemdelingenverkeer toe te kennen.
Wij vragen er vijf. Zeg ons niet dat er geen geld meer
is. Als gij er wilt vinden, zult gij er vinden. Help ons
en gij zult aan het land een ontzaglijken dienst bewe
zen hebben. (Zeer wel
De heer Piérard (socialist) (in 't Fransch). Ik
wensch de beschouwingen te steunen van den heer Mar
quet betreffende de Belgische propaganda voor toe
risme. Men weet hoeveel belang in het buitenland aan
toerisme gehecht wordt. In een land zooals het onze,
kan men den zoogezegden onzichtbaren uitvoer aan
zienlijk verhoogen en aldus bijdragen tot de vastheid
van onze munt. Deze kwestie is zeer goed behandeld
in het verslag van den heer Renier.
Het voorgestelde krediet is ontoereikend. Reeds vroe
ger werd een voorstel tot verhooging van dat krediet
goedgekeurd, ondanks de regeering, en het is na aller
lei onderhandelingen, dat het cijfer van anderhalf
millioen aangenomen werd. Het lijdt geen twijfel dat,
moesten wij in de huidige omstandigheden een amen
dement indienen om die toelage op vijf millioen te
brengen, zooals onze commissie voor buitenlandschen
handel vraagt, dit amendement met overgroote meer
derheid zou goedgekeurd worden. Wij zullen geen ge
bruik maken van ons initiatief, want wij hopen dat de
minister van verkeerswezen ons zal gelijk geven.
Met uiterst schamele middelen, heeft de Dienst voor
Belgisch-Luxemburgsche Toerisme een reuzenwerk
verricht. Ik ben lid van het bestuur en ik roep de aan
dacht van de demagogen, die zulke soort van verklik
king goed vinden, op deze cumulatie.
De heer Marquet (in 't Fransch). Zulk mandaat
brengt wel onkosten, doch geen inkomsten mede.
De heer Piérard (in 't Fransch). Ik vestig de aan
dacht van den minister op het verslag dat dezer dagen
door den dienst werd gepubliceerd. Wij hebben verle
den jaar voor 3 millioen boeken en brochures voor
toeristische propaganda uitgegeven. Wij beschikken
over briefwisselaars in het buitenland, wij bezitten een
huis van Belgisch-Luxemburgsch toerisme te Parijs en
te Londen. Ik wijs in 't voorbijgaan op de merkwaar
dige toewijding en bedrijvigheid van onzen consul te
Nizza, den heer Willy Lamot, die aldaar een «Villa
Belgica heeft opgericht, welke een centrum van voor
drachten en tentoonstellingen van Belgische kunst is.
Wat de toeristische propaganda zelf betreft, deze le
verde merkwaardige uitslagen op. Van 15 April tot 30
September 1935 zijn er 700.000 vreemdelingen in België
geweestzij hebben hier nagenoeg 350 millioen ver
teerd.
Ik vraag dus aan de ministers van verkeerswezen
en van financiën hun krachtinspanningen ten voordeele
van den dienst voor het vreemdelingenverkeer te ver
dubbelen. Wij willen in hef buitenland propaganda
voeren door middel van de pers en van de film. Eer
lang zal een uitmuntende film over onze beiaardsteden
afgerold worden. En er zijn er nog andere.
Als de dienst over meer middelen beschikte, zou hij
een beroep kunnen doen op Belgische kunstenaars en
schrijvers, die zijn propaganda uiterst doelmatig zou
den kunnen steunen.
In Egypte, dat door rijke vreemdelingen wordt be
zocht, vindt men geen Belgische brochures over toe
risme. In steden als Cairo en Luksor, zouden wij even
eens propaganda moeten voeren. Maar daarvoor moet
men geld hebben.
De heer Renier, verslaggever (in 't Fransch). Onze
collega, de heer Piérard, steunde de rede van den heer
Marquet, in verband met de verhooging van het kre
diet voor de Belgische toeristische propaganda in het
buitenland. Zij vragen om dat krediet op te voeren
tot vijf millioen. De commissie van verkeerswezen
keurde het amendement van den heer Marquet goed.
•Ik dring bij den minister aan op dat hij het zou aan
vaarden.
De heer Spaak, (socialist), minister van verkeers
wezen en minister van posterijen, telegrafie en telefonie
(in 't Fransch). De meeste opmerkingen, die tot nog
toe werden in het midden gebracht en die, naar ik:
meen, tijdens den verderen loop van het debat nog(
zullen voorgedragen worden, slaan op de politiek van
de Nationale Maatschappij van Spoorwegen. Ik zal
daarover in bijzonderheden treden. Maar eerst wil ik
een antwoord geven aan de heeren Piérard en Marquet,
die spraken over de Belgisché toeristische propaganda