GEMEENTERAAD VAN YPER 2 O— Verslag der zitting van 12 October 1936. De openbare zitting wordt slechts te 18 u. 35 geopend, nadat de raadsleden eerst in geheime zitting beraad slaagd hebben. Zijn tegenwoordigde Heeren Vander- ghote. burgemeester-voorzitterLemahieu, Delahaye en Van der Mersch, schepenen Pattyn, Jvr. Cornillie, de Heeren Seys, Biebuyck, Missiaen, Michiel. Coutelle, Vergracht, Van Alleynnes, Leuridan en Verbeke, raads leden Versailles, gemeentesecretaris. I. Proces-verbaal der zitting van 31 Augustus 1936. De Heer secretaris geeft lezing van dit verslag, waar na het zonder opmerkingen goedgekeurd wordt. II. Stadskas Proces-verbaal van nazicht 3' kwartaal. M. Vanderghote. Ik heb de eer verslag te geven over den toestand der stadskas, waarvan het nazicht gedaan werd den 26 September 1936. Als ontvangsten voor het dienstjaar 1936 hebben wij 1.885.705 fr. 26, voor het dienstjaar 1937 660.000 fr. en als boni van het jaar 1935 de som van 1.317.588 fr. 97, 't zij een totaal van 3.863.294 fr. 23. De uitgaven gedurende het derde kwartaal beliepen tot de som van 2.867.815 fr. 18, een boni latende van 995.479 fr. 05. Hiervan is een som van 16.254 fr. 06 op de kredietopening geplaatst, zoodat er dus werkelijk een som van 979.224 fr. 99 in kas is. III. Verbeteringswerken aan Dickebuschvijver Verwisseling van grond. M. Vanderghote. Het woord is aan den Heer sche pen Lemahieu om hierover verslag te geven. M.' Lemahieu. Er is hier spraak van een verwisse ling van grond in plaats van een onteigening. Voor de verbeteringswerken aan Dickebuschvijver dient de stad op het grondgebied der gemeente Dickebusch en ook een weinig op het grondgebied van Kemmel een stuk grond in te nemen dat aan den Heer Van Elslande, van Wervick, toebehoort. Dezes pachter heeft gevraagd dat wij daar eens ter plaats zouden willen gaan, het geen ik gedaan heb. De pachter zou liever hebben dat er een verwisseling van grond gedaan worde, wat ik geheel wel kan aannemen. Wij hebben zulks laten weten aan den Heer Van Elslande. Die verwisseling van grond ware voordeelig voor beide partijen. De stad Yper bezit daar den noodigen grond en de pachter zou aldus, door die verwisseling, grond hebben die nog nader bij de andere gronden van zijn gebruik gelegen is. Ik stel aan den gemeenteraad voor deze verwisse ling van grond in princiep te willen goedkeuren. Nadien zal er dan juist uitgemeten worden hoeveel grond er noodig is. De verwisseling zal gedaan worden vierkan te meter per vierkanten meter en de houtgewassen die op de landen groeien zullen ook verwisseld worden volgens partij. De Heer Van Elslande is met dit voorstel t akkoord en die grondverwisseling is noodig gedaan, gezien men thans reeds met de werken aan den vijver bezig is. Ik denk dat. alhoewel dit thans op de dagorde van heden niet voorzien is, wij later ook in dien zin zullen moeten onderhandelen met den Heer Iweins. M. Vanderghote. Indien er hierop geen opmerkin gen te maken zijn, stel ik voor dit goed te keuren. Al de raadsleden stemmen eenparig ja. IV. Openbare Onderstand Openbare verkooping van land. M. Vanderghote. De Commissie van Openbaren Onderstand heeft, in haar zitting van 1 September 1936, besloten den grond gelegen te Passchendaele, Sectie A, n™ 42. 59, 60, 61, 97, 99, lOOabis, 101 en 102, groot 2 ha. 59 a. 80 ca., 'openbaar te koop te bieden aan den instel- prijs van 35.000 fr. de hectare. Volgens schatting van den Heer ontvanger der Domeinen heeft deze grond een waarde van 22.000 fr. de hectare, doch het aan palend land werd reeds aan 35.000 fr. de hectare ver kocht. Tijdens het onderzoek van commodo en incom- modo, dat over dit voorstel van verkoop gedaan werd, werden er daartegen geen opmerkingen gemaakt. Deze grond is thans gebruikt tot 1 October 1938 door Achille Cardoen mits den pachtprijs van 1820 fr. 's jaars. Het schepencollege stelt voor op het voornemen der Com missie van Openbaren Onderstand, dezen grond te ver- koopen op den instelprijs van 35.000 fr., een gunstig advies te willen uitbrengen. Al de raadsleden stemmen ja, uitgenomen de Heer Missiaen die zich, als lid der Commissie van Openbaren Onderstand, onthoudt. V. - Openbare Onderstand Verwisseling van grond. M. Vanderghote. In haar zitting van 16 Juni 11. heeft de Commissie van Openbaren Onderstand het vol gend besluit genomen. In 1878 werd er tusschen de Heeren Capron en Vandenpeereboom een grondver wisseling gedaan waarvoor er tot op heden nog geen akt gemaakt werd. 4 a. 95 ca. grond gelegen te Moor slede, Sectie B, deel van nr" 1015 en 1016, werden des tijds tusschen de twee voornoemde eigenaars verwisseld tegen een perceeltje van zelfde oppervlakte gelegen te Moorslede Sectie B, nr 1014. De Commissie van Open baren Onderstand is thans eigenaarster van den grond van M. Capron, terwijl de Heer advokaat Berghman, te Moorslede, eigenaar geworden is van den grond vroeger toebehoorende aan M. Vandenpeereboom. Thans is de Commissie van Openbaren Onderstand voorne mens deze verwisseling van grond, welke geschiedt zonder opleg en waarvan de kosten ten laste zijn van M. Berghman, door een notarieëlen akt definitief in orde te brengen. Het schepencollege stelt voor hierop een gunstig advies uit te brengen. Dit wordt zonder opmerkingen gestemd. Alleen de Heer Missiaen onthoudt zich. VI. Openbare Onderstand Ontslag en overdracht van pachten. M. Vanderghote. Op aanvraag heeft de Commissie van Openbaren Onderstand, in haar zitting van 1 Sep tember 1936, besloten haar pachter S. Vanderjeught van zijne pacht van landerijen gelegen te Langemarck te ontslaan en hem toe te laten zijn pacht aan zijn schoonzoon Jules Verschoore, te Langemarck, over te dragen. Volgens oordeel der Commissie is genoemde Verschoore Jules weerdig als pachter aangenomen te worden. De nieuwe pachter aanvaardt de pacht over te nemen vanaf 1 October 1936 aan de bestaande voor waarden en dit tot het einde der pacht, 't zij tot den 1 October 1938. Het schepencollege stelt voor een gunstig advies op deze vraag uit te brengen. Dit punt wordt nogmaals zonder opmerkingen en met dezelfde stemming als zooeven aangenomen. M. Vanderghote. Bij haar beraadslaging van 8 Sep tember 1936 heeft de Commissie van Openbaren Onder stand besloten den Heer Arthur Deknudt, medepachter eener hofstede van 28 ha. 42 a. 85 ca. gelegen te Zille- beke, toe te laten de pacht dezeT hoeve af te staan aan zijn zoon Antoon te beginnen met 1 October 1936 tot het einde der pacht vallende den 1 October 1938. Het schepencollege stelt voor hierop eveneens een gunstig advies te verleenen. Eenparige instemming. Alleen de Heer Missiaen ont houdt zich. VII. Openbare Onderstand Openbare verpach ting van landgoederen. M. Vanderghote. Daar er hier kwestie is van per sonen, zullen wij dit punt verdagen om het eerst in geheime zitting te bespreken. VIII. Openbare Onderstand Begrooting voor 1936 Wijziging. M. Vanderghote. Bij beraadslaging van 15 Septem ber 1936 heeft de Commissie van Openbaren Onder stand, gezien er sommige der ingeschreven kredieten wegens onvoorziene omstandigheden ontoereikend zul len zijn, terwijl andere, zooals de pachtprijzen der landelijke eigendommen, meer zullen opbrengen dan voorzien was, besloten, onder voorbehoud van goed keuring door den gemeenteraad, een aantal kredieten, zoo in ontvangsten als uitgaven, met een gezamenlijke som van 86.100 fr. te verhoogen, zoodat het bestaande overschot der begrooting voor 1936 ongewijzigd behou den blijft. De Heer voorzitter geeft lezing van de reeks gewij zigde artikelen en vraagt aan den raad een gunstig advies op dit voorstel te willen uitbrengen. Dit voorstel wordt goedgekeurd. De Heer Missiaen alleen onthoudt zich. IX. Openbare Onderstand Proces-verbaal van onderzoek der kas 3' kwartaal. M. Vanderghote. Den 28 September 1936 werd er overgegaan tot het driemaandelijksch onderzoek der kas van den Openbaren Onderstand en hieruit blijkt dat de ontvangsten de som van 1.362.801 fr. 87 en de uit gaven de som van 1.789.753 fr. 51 bedroegen, wat een tekort laat van 426.951 fr. 64, hetgeen overeenstemt met den toestand der kas. X. Stadsrekening over het dienstjaar 1935. M. Vanderghote. Ik heb de eer verslag te geven over de stadsrekening voor het dienstjaar 1935. De ge wone dienst sloot in ontvangsten met de som van 4.459.611 fr. 55 en in uitgaven met 4.121.102 fr. 22, een boni latende van 338.509 fr. 33. Daar er nog een vroe ger mali van 419.084 fr. 79 bestond, sluit de gewone dienst der rekening dus nog met een mali van 80.575.46 frank. De buitengewone dienst sluit in ontvangsten met 1.967.569 fr. 38 en in uitgaven met 1.278.265 fr. 99, 't zij met een boni van 689.303 fr. 39. De Heer voorzitter geeft hierop lezing van een uit gebreid verslag waarin hij tal van cijfers overweegt, over de bekomen uitslagen beschouwingen maakt en onder meer de rekening van 1932 met deze van 1935 vergelijkt. Hij besluit met te zeggen dat de financieele toestand der stad er uiterst gunstig uitziet en met te vragen dat ge gemeenteraad de gedane overschrijdin gen van krediet, welke de som van ongeveer 57.000 fr. bedragen, zou willen goedkeuren. M. Leuridan. Het batig slot der stadsrekening zou nog veel voordeeliger geweest zijn, hadt gij een nog grooter procent van het loon der stadswerklieden en bedienden doen terugbetalen. Er is daar een deel in het boni waarover gij niet fier moogt zijn. M. Missiaen. Ik heb de gewoonte niet de stads- of Staatsrekeningen zorgvuldig uit te pluizen daar ik er geen verantwoordelijkheid van draag. Ook heb ik de stadsrekening slechts oppervlakkig nagezien en er verschillige punten in gevonden waarover ik het mis schien niet noodig zou geoordeeld hebben te spreken, had de burgemeester in zijn verslag geen vergelijking moeten maken tusschen de slotsom der rekening van 1932 en deze van 1935. Ik heb, tijdens de bespreking der stadsrekening van 1932, er mijne verwondering over uitgedrukt dat er toen in dit jaar zoo weinig in komsten waren. Wat de reden daarvan is moet ik hier niet onderzoeken, ik stel alleen maar het feit vast. Thans gaat de burgemeester er groot op dat de stads rekening voor 1935 sluit met een gezamenlijk boni van meer dan een millioen, doch hierin is een overschot van 689.303 fr. van den buitengewonen dienst begrepen. Ik vind het zonderling dat het boni van den buiten gewonen dienst dient om het mali te dekken. Gewoon lijk dient de buitengewone dienst alleen maar om bui tengewone uitgaven te doen. Daarbij begrijp ik niet hoe een begrooting, wanneer ze serieus is opgemaakt geweest, een boni van bij de 700.000 fr. kan geven. Het is onbetwistbaar dat de financieele toestand der stad er goed uitziet, het onderzoek der stadskas, waaruit blijkt dat er bijna een millioen frank beschikbaar is, bewijst het. Moest deze toestand bekomen zijn geweest uitsluitend door de bereddering der stadsfinanciën dan zouden wij het schepencollege mogen feliciteeren, moest hij het gevolg zijn van verwezenlijkte besparingen dan zouden wij mogen zeggen dat het schepencollege er in gelukt is de beloften, die het vóór de verkiezingen gedaan heeft, te houden. Doch als wij nagaan welke be sparingen er sedert 1932 gedaan werden, dan zien wij dat, zooals de Heer Leuridan het zooeven zegde, er slechts een enkele besparing, namelijk de aftrek van loon der stadsbedienden en werklieden, verwezenlijkt werd. Dit is hier de eenige stad in West-Vlaanderen waar deze aftrek van loon werd toegepast, overal elders werd er tegen deze beslissing in hooger beroep gegaan en werd de bestendige afvaardiging in het ongelijk gesteld. Ook mijne persoonlijke meening is dat de bur gemeester van Yper een beetje heeft meegeholpen om dezen loonaftrek te plegen en alzoo een beter uitzicht der stadsfinanciën te bekomen. Doch zoo het bestuur moeilijk wijzen kan op besparingen, is het daartegen over gemakkelijker te wijzen op verhoogingen van be lastingen. De opcentiemen werden van 70 op 90 ge bracht. Er werd een taks gestemd op de velos, die vroeger niet bestond. Ook op de honden werd een taks gelegd die niet bestond. Verders hebben wij nog de verhooging der slacht- en keurrechten, enz. Als de meerdere ontvangsten die uit al die verhoogingen voort komen als besparingen moeten aanzien worden, dan laat ik zulks voor uwe rekening, want wat mij betreft, ik wensch daar niet in tusschen te komen. Verder, wan neer de begrooting opgemaakt wordt, is het minste dat men van het schepencollege verwachten mag, dat het rechtzinnig is en dat de voorgestelde kredieten op iets steunen. Als de raad geroepen is om opcentiemen of andere belastingen te stemmen, dan moet hij juist in gelicht zijn. Dat zulks het geval niet is geweest blijkt uit de volgende cijfers. Als achterstallige belastingen, een ontvangst dus die gemakkelijk op voorhand kon bepaald worden, was er een som van 280.240 fr. voor zien, terwijl er werkelijk een som van 348.114 fr. of 67.856 fr. meer ontvangen werd. Als aandeel in de op centiemen op Staatsbelastingen was er 915.000 fr. voor zien, terwijl er 1.196.980 fr. ontvangen werd of 281.980 frank meer. Voor het aandeel door de eigenaars te betalen in het leggen van nieuwe voorlanden, dus ook iets dat heel juist op een centiem na kon uitgerekend worden, was er 25.000 fr. voorzien en hiervoor ontving men 61.000 fr. De keur- en slachtrechten, die moeilijker te berekenen waren, voorzagen de som van 62.000 fr. en brachten 70.000 fr. op. Op een ander krediet nog, waarvoor 50.000 fr. voorzien was, ontving men 81.400 fr. Daarbij werd er 40.000 fr. minder uitbetaald voor wed den en loonen. Als terugbetaling door de electriciteits- maatschappij voor het gebruik van den grond, ook een som die met zekerheid op voorhand kon bepaald worden,- werd 105.000 fr. voorzien en 120.000 fr. of 15.000 fr. meer ontvangen. Dit maakt al te zamen een half millioen die in de begrooting minder ingeschreven werd dan hetgeen had moeten ingeschreven worden. In die voorwaarden, wanneer er minder ingeschreven wordt dan hetgeen had moeten voorzien worden en de belastingen zooveel meer opbrengen, dan is het hoe genaamd niet te verwonderen dat er, wanneer men dan met de rekening voor den dag komt, een boni is. Daar bij, als er een groot tekort in de rekening van vroeger jaren bestaat, dan moet dit niet in een enkel jaar af gelost worden, maar de lasten dezer aflossing dienen door verschillige generaties gedragen te worden, zoo dat zij beter verdeeld zijn en minder zwaar vallen. Het werk van het schepencollege om de rekening van 1935 thans met zulk een boni te sluiten is dus hoege naamd geen mirakel geweest, maar deze uitslag is uit sluitend en alleen gekomen door het heffen van hoo- gere belastingen die volstrekt niet noodig waren. Had de gemeenteraad over dezen toestand juist moeten in gelicht zijn, dan zou ongetwijfeld geen enkel raadslid deze verhoogingen van belastingen goedgekeurd heb ben. Ik zou verder ook nog wenschen dat er, in de toe komst, geen kredieten meer overschreden worden. Vol gens de wet moeten de noodige bijkomende kredieten aan den gemeenteraad aangevraagd worden vooraleer het krediet uitgeput is. Moest de raad deze overschrij dingen thans niet willen goedkeuren, dan zou de stads ontvanger die som van 57.000 fr. uit zijn zak mogen betalen. Het is dus zeer onvoorzichtig van zijnentwege die betalingen te doen. Wanneer de kredieten uitgeput zijn, dienen er nieuwe aangevraagd te worden 'die de gemeenteraad zal stemmen of afkeuren, en alzoo zal de raad over de uitgaven een zekere controle houden. M Vanderghote. Het spijt mij dat de vergelijking, die ik gedaan heb van de cijfers van 1932 met deze van 1935, den Heer Missiaen zoo geprikkeld heeft. Het is hier de plaats niet om de financieele politiek van het schepencollege te verrechtvaardigen, wij zullen daar voor later wel op andere plaatsen met de verschillige cijfers en noodige bewijsstukken voor den dag komen. M. Missiaen. Ja,, op plaatsen waar wij u dan niet zullen kunnen tegenspreken. M. Vanderghote. Wat de meerdere ontvangsten op sommige artikelen betreft, dat. hebben wij in alle be- ^grootingen gezien. Het Is moeilijk de stadsaandeelen in de opcentiemen juist vast te stellen. Dit belet niet dat wij toch bewijzen kunnen dat er sinds lange jaren besparingen gedaan werden die nu hun vruchten be ginnen dragen. Er is een boni van 1.300.000 fr., doch daarin zijn ook nog begrepen vergoedingen die nog moeten uitgegeven worden voor oorlogsschade waar van het herbeleg nog dient gedaan te worden. Wij heb ben alzoo nog de vergoeding van 700.000 fr. voor het Minneplein, zoodat er dus niet moet beweerd worden dat dit overschot gansch' van de meerdere opbrengst der belastingen voortkomt. De financieele toestand der stad is niettemin uiterst bevredigend. Een frank blijft een frank en wij hebben de pretentie niet te beweren dat wij met het geld mirakelen verwezenlijkt hebben. Voor wat de overschrijding van kredieten aangaat, dit is een traditie die door de bestendige afvaardiging aanveerd is en de raad heeft het recht deze uitgaven naderhand goed te keuren. Het is hier de plaats niet te bespreken hoe de begrooting opgemaakt werd. Zulks geschiedde volgens de gegevens die ons verstrekt wer den en zoo er naderhand verrassingen zijn geweest in den goeden zin, des te beter. Ik stel dan ook voor de voorgelegde stadsrekening voor het dienstjaar 1935 goed te keuren. Stemmen jade Heeren Lemahieu, Delahaye, Van der Mersch, Pattyn, Jvr. Cornillie, de Heeren Seys, Biebuyck en Vanderghote'. Onthouden zich de Heeren Missiaen, Michiel, Coutelle, Vergracht, Van Alleynnes, Leuridan en Verbeke. XI. Nijverheidsschool a) Rekening over het dienstjaar 1935. M. Vanderghote. Het woord is aan den Heer sche pen Van der Mersch. M. Van der Mersch. De rekening der Nijverheids school voor het jaar 1935 sluit in ontvangsten met 69.465 fr. 05 en in uitgaven met 67.332 frv37, een boni latende van 2.132 fr. 68. M. Vanderghote. Indien er hierop geen opmerkin gen te maken zijn, stel ik voor die rekening goed te keuren. Al de raadsleden stemmen ja. b) Begrooting over het jaar 1937. M. Van der Mersch. De begrooting voor 1937 voor ziet de som van 78.224 fr. in ontvangsten en van 78.000 frank in uitgaven. Die begrooting wordt eveneens met algemeene stem men goedgekeurd. XII. Stadsbibliotheek a) Rekening over het dienstjaar 1935. M. Van der Mersch. Deze rekening sluit in ont vangsten met de som van 4.841 fr. 85 en in uitgaven met 4.835 fr. 05, wat een boni laat van 6 fr. 80. Eenparige instemming. b) Begrooting over het dienstjaar 1937. M. Van der Mersch. De begrooting voor 1937 be draagt de som van 4000 fr. in ontvangsten en uitgaven. Dit is dezelfde som zooals andere jaren. Gedurende het jaar 1935 werd er een totaal van 22.506 boekdeelen uitgeleend, wat een heel groot getal is en het nut der bibliotheek bewijst. De voorgestelde begrooting wordt insgelijks zonder opmerkingen gestemd. XIII. Rijksmiddelbare school voor jongens Be grooting over het dienstjaar 1937. M. Van der Mersch. Deze begrooting voorziet de som van 501.950 fr. in ontvangsten en uitgaven. Verle den jaar bedroeg de begrooting de som van 481.459 fr. De tegenwoordige vermeerdering komt voort uit de verhooging der wedden van het personeel. Ook deze begrooting wordt eenparig goedgekeurd.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1936 | | pagina 2