Het Ypersche - 2 Bijvoegsel - La Région cTYpres
Teraardbestelling van den Heer Nestor LAHAYF
Burgemeester van Poperinghe
rrw-| i»'mt\ i i n i rn 11 i i i i i i a, m 111 w i inn w, niu 1 11 rw inmnrm mmm
Verleden week Donderdag is de heer Nestor
Lahaye, burgemeester van Poperinghe, na een
langdurige ziekte, op 63 jarigen ouderdom overle
den.
Na de gemeenteverkiezingen van 21 April 1921
werd.hij bij Koninklijk besluit vén 22 Juli tot
burgemeester benoemd en op 19 September van
hetzelfde jaar ging zijne plechtige aanstelling
met grootsche feestelijkheden gepaard.
Door zijn eenvoudigen en minzamen omgang
met eenieder, zijn groote dienstvaardigheid, zijn
onbegrensde liefdadigheid, had hij de sympathie
verworven van allen die hem kenden.
Gedurende den oorlog heeft hij zich bijzonder
verdienstelijk gemaakt en ontelbare medebur
gers met raad en daad bijgestaan en opgebeurd.
Zijn woning stelde hij ter beschikking der bur
gerlijke en militaire overheden en vele hoogge
plaatste personen genoten er van zijn gulle
gastvrijheid.
In het uitoefenen van zijn bestuurlijk ambt
Wist hij door zijn groote rechtschapenheid en
voorbeeldige belangloosheid, zijn voorzichtig en
wijs beheer en zijn breede verdraagzaamheid
van allen achting en eerbied af te dwingen.
Zijn heengaan beteekent voor de stad Poperin
ghe een onschatbaar verlies.
Dinsdag laatstleden werd de heer Nestor
Lahaye door de Poperingsche bevolking op waar
dige en grootsche wijze ten grave begeleid. Aan
alle gevels hing de vlag haltop de brandende
straatlantaarns waren met zwarte krip omfloersd;
de doodsklok zond haar akeligen klank boven de
treurende stad. k
Vóór het sterfhuis verdrong zich een tallooze
menigte bekenden, van uren in het ronde opge
komen om een laatsten groet te brengen aan den
meest, volksgeliefden der burgemeesters. Het
défilé duurde ruim een uur. Bij het stoffelijk
overschot werd de eerewacht gehouden door de
luitenanten Masschelein en Vannieuwenhuyze.
Bij de lichting van het lijk werd door den heèr
eerste schepen Vandooren, namens de stad, een
treffende lijkrede uitgesproken.
Onder het spelen van statige treurmarschen
zette de lange lijkstoet zich traag in beweging
naar de O. L. Vrouwkerk, waar de plechtige lijk
dienst plaats had. Voorop .stapte de Koninklijke
Philharmonie, gevólgd'van een-dertigtal vlkggèn
van maatschappijen en van meer dan 45 bloemen
kransen -door"'échoolkinderèn gedragen.
De hoeken van den pelder werden gehouden
door MM. Vandooren, eerste schepen, Brutsaert,
gemeenteraadslid erl voorzitter van het Hopver-.
bond, Van Merris, vrederechter van het kanton
Poperinghe, Bataille, voorzitter der Commissie
van Openbaren Onderstand, Danneels, lid der
Kerkfabriek van O. L. Vrouw, Crousel, voorzitter
der Koninklijke Philharmonie.
Na de lijkkoets, begeleid door het stedelijk
pompierskorps onder het bevel van Comman
dant Blanckaert, stapten de heeren Clincke-
maille, arrondissementscommissaris, de heeren
Désiré, Arthur, Sylvain en Hilaire Lahaye. zonen
van den dierbaren overledene, de talrijke fami
lieleden, de overheidspersonen en een eindelooze
menigte vrienden en bekenden.
Onder dezen bemerkten wij de heeren schepe
nen Gombert en Bossaert, de voltallige gemeen
teraad, M. Couttenier, stadssecretaris en Vanie-
landt, politiecommissaris de heeren volksver
tegenwoordigers Missiaen en LeuridanMM.
Lommez, bestendig afgevaardigde, Vanderghote,
burgemeester van Yper, Matton, voorzitter der
Rechtbank van Yper de heeren prokureur des
Konings Van Thorenburg van Yper, Mestdagh
van Kortrijk, Vandenbogaerde van Veurne M.
Santenaire, substituut van den prokureur des
Konings te Yperde heeren Van de Vliedt,
rechter te Yper Vermeulen, voorzitter der Han
dels- en Nijverheidskamer van Yper de kolonel
der rijkswacht Douretde kolonel Coucke en
major Timperman van het 2P linieregiment te
Gent, enz.
De groote O. L. Vrouwkerk, waar de plechtige
rouwdienst plaats had, liep bomvol en aan de
offerande scheen geen einde te komen. Meer dan
3000 rouwgedachtenissen werden uitgedeeld.
Na afloop van den kerkelijken dienst toog de
stoet naar het stedelijk kerkhof, waar lijkreden
uitgesproken werden door de heeren Brutsaert,
namens het Hopverbond en Crousel, voorzitter
der Philharmonie.
De heer burgemeester Lahaye is niet meer,
doch zijn gedachtenis zal onder de Poperingsche
bevolking voortleven en er immer in eere be
waard blijven.
Aan de diepbeproefde familie Lahaye bieden
wij de uitdrukking onzer innige gevoelens Van
deelneming in haar grooten rouw.
Lijkrede uitgesproken door M. VANDOOREN
Diepbeproefde Familie,
Achtbare Overheden,
Beste Collega's en Stadgenooten,
Beminde Toehoorders,
Als Eerste Schepen der stad Poperinge valt de droe
vige taak mij te beurt, in naam van den Gemeenteraad
en van de gansche bevolking onzer stad, een laatste
hulde en vaarwel toe te sturen aan den diepbetreurden
Burgemeester, Heer Nestor Lahaye.
Allen hier tegenwoordig zijn diep ontroerd rond hem
geschaard, om een laatsten groet te brengen aan de
stoffelijke overblijfselen van deze, die zoo vroegtijdig
ontrukt is aan de liefde zijner duurbare echtgenoote
en kinderen, aan de groote gehechtheid en genegenheid
zijner verkleefde familieleden, vrienden en kennissen,
en, in een woord, van de gansche bevolking.
Hoe smartelijk treft ons het heengaan van dezen on-
vergetelijken burgervader, welke niet alleen een be
minden, toegenegen vader des huisgezins was, maar
ook de ziel uitmiek van onze stad en onze bevolking.
De dierbare afgestorvene koesterde een onbegrensde
liefde voor zijn familieraad. Hij wijdde zijn leven en
al zijne lichamelijke als geestelijke vermogens toe aan
het welzijn zijner kinderen en van de bevolking.
Door wijs beleid en onverpoosd werken heeft hij
zijne vier zonen eene onberispelijke opvoeding en eene
voorname vooraanstaande plaats in de samenleving
verschaft.
Hoe verheugd was hij niet te mogen zien hoe zijne
edele pogingen en opofferingen met goeden uitslag be
kroond werden. Helaas, van die vreugde mocht hij
niet lang genietende onverbiddelijke ziekte, welke
zich sedert geruimen tijd veropenbaarde, sleepte hem
langzaam doch onmeedoogend ten grave.
De diepbetreurde, welke wij nu tot zijn laatste rust
plaats zullen vergezellen, was met een helderen geest
bezield, gepaard met eenvoud, rechtschapenheid en
groote dienstvaardigheid. Hij was een voorbeeld van een
plichtvervullenden, goeden en genegenen Burgervader,
steeds ten dienste voor groot en klein, rijk en arm.
In het Bestuur der stad was zijne tusschenkomst voor
iedere zaak van groot belang, kostbaar en doeltreffend.
In alle moeilijkheden vond zijn schrandere geest
een doelmatige oplossing. Gewapend met een taaie
wilskracht schrok hij voor geen last terug. Hij nam het
bestuur der stad in handen in de Junimaand 1921, toen
er maar weinig meer bestond van alle vooroorlogsche
reglementen en toen de wetten zelf voor het meeren-
deel niet meer konden toegepast worden in die moei
lijke tijden. Alles diende dus hermaakt, stedelijke regle
menten moesten opnieuw tot stand komen. Heden
kan eenieder zich overtuigen hoe hij zich van
moeilijke taak gekweten heeft.
De diensten, welke hij aan de stad en aan de bevol
king, gedurende zijn 15 jaar Burgemeesterschap bewe
zen heeft, zijn veel te talrijk om hier te kunnen opge
somd wordenen toen de ellendige ziekte reeds fel zijn
kloek gestel geschokt en ondermijnd had, kon hij nog
niet nalaten op alle vergaderingen tegenwoordig te zijn,
alhoewel hij, bij elke bijeenkomst van het Stadsbestuur,
er over kloeg en zijn spijt uitdrukte niet meer als vroe
ger... te kunnen werken voor het welzijn der stad.
Hij vergat zijn eigen leed om zich ten dienste der be
volking te stellen.
Zijn medelijdend hart had geen palen en deed hem
de arme cngelukkigen beminnen. Terwijl tallooze
krijgsoverheden en burgers van een weldoende en milde
gastvrijheid in zijne woning, gedurende den wereldoor
log, genoten, waren zijne liefdadige werken ten voor-
deele der armen en noodlijdenden grenzeloos. Hon
derden en honderden personen werden op stoffelijk
gebied geholpen en ontvingen daarbij troost en op
beuring in die ellendige tijden. Deze mildheid bleef
steeds bij na den oorlog. Niemand kon hij zien lijden
en niemand kon hij in de smart hulpeloos laten.
In alle omstandigheden was zijn eenig doelmet raad
en daad de bevolking helpen en ter zijde staan.
Nog zien wij zijn vrijen en rechtzinnigen blik, nog
voelen wij die oprechte opgeruimdheid en genegenheid
welke hij eenieder en in het bijzonder zijne medebur
gers betoonde.
Te vroeg... veel te vroeg is hij ons ontruktHoe ver
der deze sombere stoet zal vooruitgaan, hoe meer de
diepe wonde zich zal laten gevoelen welke dit pijnlijk
heengaan ons veroorzaakt.
De dood is onmeedoogend en spaart zelfs dezen niet
die onmisbaar zijn. Wij allen die hier rond de stoffe
lijke overblijfselen gansch ontroerd en ingetogen ge
schaard staan, voelen het groot verlies welke wij komen
te onderstaan, en de bittere smart welke ons grieft.
Wij sturen aan den diepbetreurden vriend en onver-
getelijken Burgervader een laatste vaarwel toe.
Dat God hem de vergelding schenke van zijn offer
vaardig leven... Dat leven was eenvoudig, rechtzinnig
en medelijdendweldra zal zijn lichaam niet meer
onder ons zijn, maar zijne schoone ziel laat bij ons een
eeuwigblijvenden indruk.
Dat de diepbetreurde zachtjes de rust aanneme welke
God hem nu als belooning komt te geven en welke hem
nooit in dit leven geschonken werd.
Dat hij het Rijk des Heeren binnentrede alwaar wij
eerstdaags hem moeten vervoegen.
Het afscheid is maar tijdelijk...! Tot wederziens, dier
bare afgestorvene Vriend en BurgemeesterTot we
derziens in een beter leven.
(o)
Lijkrede uitgesproken door M. BRUTSAERT
Hooggeachte Familie,
Vandaag, onder een ongehoorden en ingetogen toe
loop van volk, brengen wij' naar zijn laatste ruststede
een man die van velen hartstochtelijk werd bemind
bij allen in hooge achting stond.
Bemind, eerbiedigd was hij om zijnen vriendelijken
omgang, om zijn minzaam karakter, om de rechtscha
penheid in gansch zijn handel en wandelhij ver
droeg noch valschheid noch bedrog noch onrecht.
Bemind, eerbiedigd was hij om zijne belanglooze toe
wijding aan 't welzijn van volk en stad.
Gedurende den oorlog die er zooveel onmeedoogend
op de vlucht dreef bleef hij stand houden en miek deel
van den Raad der Notabelen die zorgde voor de be
scherming en de bevoorrading der overgebleven be
volking.
Daar won hij jijne sporen op bestuurlijk gebied. En
na het aftreden, van onzen diepbetreurden vriend M.