RAPH Tailor Voor 60 f r. per maand Edm. CHRISTIAEN Likwidatie Einde Seizoen Voor uwe Portretten DUHAMEEUW PARDESSUS KOSTUMEN Zu i ver Wol kunt U zich deze prachtige NOVAK Radio, het laatste sukses der radio-con- sfructie, aanschaffen bij 28+ Botersfrraafr, YPER Tel. 301 NOVAK JUNIOR LUXE Comptant 1450 fr. 19, Tempelstraat, 19, YPER - Tel. 170 Zóó is het goed,sprak de moeder, schrijf nu, dat wij altemaal gezond zijn, menschen en vee, en dat wij hem eenen goeden dag zeggen. Trien bepeinsde zich een oogenblik en ging dan voort met schrijven. Gedaan hebbende, las zij God zij geloofd, wij zijn altemaal nog gezond en de os en de koe ook, behalve grootvader, die ziek is, en wij wenschen u altemaal een goeden dag. Maar, lieve Heer riep hare moeder, Trien,! kind, waar hebt ge dat geleerd? De koster...» Spreek mij' niet aan,viel het meisje haar in de rede, of gij doet het mij vergeten. Nu gevoel ik, dat het zal gaan. Gedurende een half uur heerschte de diepste stilte. De arbeid scheen met meer gemak voort te gaan want de maagd glimlachte soms onder het schrijven. De eenige stoornis werd haar aange daan door Pauwken, die nu met zijne vijf vinge ren te gelijk in den inkt zat en zijn geheel arm- ken zwart had geverfd. Reeds tienmaal had Trien het koppeken van de eene zijde der tafel naar de andere verplaatstdoch het jongsken was zoozeer op den inkt verslingerd, dat men het er niet van weghouden kon. Evenwel, de twee eerste bladzijden van het papier geraakten vol tot onder. Op het aandrin gen der vrouwen gaf Trien, met zekeren hoog moed, lezing van haar opstel, dat aldus luidde Beminde Jan Hoe gaat het al met uwe gezondheid God zij geloofd, wij zijn altemaal nog gezond en de os en de koe ook, behalve grootvader, die ziek is, en wij wenschen u altezamen een goeden dag. Het is al zes maanden geleden, dat wij van u niet meer gehoord hebben. Laat ons dus eèns weten, of gij nog leeft. Het is toch slecht gedaan van u, dat gij ons nu gaat vergeten, ons, die u zoo gaarne zien, dat uwe moeder den heelen dag van u spreekt en dat ik 's nachts altijd van u droom, dat gij ongelukkig zijt, en dat ik altijd uwe stem in mijn oor hoor roepen Trien, Trien, dat ik er zuiver van opspring in mijnen slaap. En de os, och arme, die altijd buiten den stal 5 lampen Anti - fading stroomfilter dynamieke luidspreker 6 duim stroom - antennesteker klankregeling ziet en zuchten ^aat, dat ge er bijkans tranen van zoudt storten. En dat wij altemaal nu niets van u weten, is ons een groot verdriet, daar gij toch meelijden moet mede hebben, Jan want uwe goede moeder zou er van aan het kwijnen geraken. Het mensch, och arme, als zij uwen naam maar hoort, komt haar de krop in de keel, en zij begint te weenen, dat mijn eigen hart er dikwijls van breekt... Gedurende de lezing dezer regels waren de oogeh der aanhoorders allengs vol water gescho ten maar bij den droeven toon der laatste woor den kon niemand aan de ontroering nog weder- staan, en het meisje werd door luide snikken en zuchten onderbroken. De grootvader had zijn hoofd op de bedsponde te rusten gelegd, om aldus zijne tranen te verbergen de moeder van Jan, te diep geschokt om hare aandoening te kunnen bedwingen, sprong op en omhelsde sprakeloos de maagd, die met verbaasdheid de uitwerking haars opstels bespeurde. Trien, Trien, waar haalt ge de woorden riep de andere weduwe. Het zijn gelijk messen, die door het hart gaan Maar het is toch schoon!» Och, het is de zuivere waarheid,zuchtte de moeder van Jan, hij moest het eens weten, wat ik altemaal uitsta in mijn gemoed Lees toch voort, Trien lief ik sta er stom over, dat gij zoo schoon schrijven kunt. Het is nog nooit gehoord; uwe handen zijn zeker veel te goed, kind, om de koe te melken of om op het land te werken maar God laat ail veel dingen geschieden in de van PARDESSUS en WINTERKOSTUMEN aan verbazende prü zen bq Boterstraat, 12, YPER (by den Grooten Bazar) RAPH. PANNEKOUCKE, aangenomen kleermaker der Spoorwegen, Leeraar aan de Vakschool te Yper. wereld. Over deze loftuigingen verblijd, zeide het meis je met eenen fleren glimlach Is het anders niet Laat ze nu maar komen ik zal schrijven tegen den beste. Nu heb ik eerst het rechte briefken gevonden. Luistert, het is nog niet gedaan Och, Jan, dat ge het wist, ge zoudt ons al gauw tijding laten. K De klaver is mislukt van het slechte zaad, en daarenboven dat zij bevrozen is maar onze spurrie lacht u toe, als ge ze zietzoo malsch als boter. En het koren heeft wat geleden van de droogte maar toch, onze Lieve Heer heeft ons gezegend met schoone boekweit en veel vroege pataten. En de Champieter is getrouwd met een meisken van Pulderbosch, die scheel ziet, maar ze brengt nog al wat mede. Jan Sus, de metser, is van het dak van den brouwer op den rug van onzen ouden smid gevallen, en de smid ligt voor dood, och arme. Het meisje zweeg. «Is dat nu alles?,» vroeg de moeder met mis- moed. Zoudt gij hem nu niet laten weten, dat de koe gekalfd heeft Ah, ja, dit heb ik vergeten... Zie', het'staat er al. Ons bontje heeft ggkaftfj galles is nog al wel vergaan en het kalf is\ verkocht'.;. «Zult gij hem niets1 zeggen van onze konijnen, Trien vroeg de grootvader. Na geschreven te Rebben, las de maagd Grootvader heeft een konijnenkot in den stal gemaakt ze zijn zoo vet' als dassen, maar de grootste voei moet blijven leven totdat ge weérkomt, Jan, dan zullen wïj nog eens lekker smullen (1) Allen schoten in een blijden lach het jongs ken, de algemeene vreugde ziende en zelf ont roerd door het woord smullen, klapte juichend in de handen. Maar bij ongeluk ontmoette zijne hand het koffiekoppeken zoo geweldig, dat het over de tafel rolde en dén inkt als eene zwarte beek over den schoonen brief uitstortte. De lach verdween van aller gelaatmen be staarde elkander bedeesd en zwijgend, men hief handen en oogen ten hemel, terwijl Pauwken, bevreesd voor slagen, op voorhand huilde en kermde, dat de ooren er van scheurden. Langen tijd werd het kind met verwijtingen overladen, en men klaagde jammerlijk over de ramp, totdat men eindigde met de vraag Och, God, wat nu gedaan «Kom, kom,» zeide Trien met besluit, het ongeluk is zoo erg niet. Ik was toch van zin den brief opnieuw te schrijven want in het eerst ging het toch niet goed de letteren waren te groot en het geschrift was te krom. Nu zal ik het wel beter doen ik heb er moed op gekregen. Laat mij maar eens gauw naar het dorp loopen om papier en inkt, en om mijne pen eens te laten vermaken, want ze is al veel te slap geworden. Wel, ga dan gauw, kind;was het antwoord daar hebt gij het vijffrankstuk van het kalf. Laat dit eens wisselen bij den koster want wij zullen onzen armen Jan toch op zijn minst wel zestien-en-halve moeten sturen. Pauwken, op ten huize Uit, en kom nog terug vóór den avond, zoo ge durft Trien Snelde de deur uit en liep, met eenen lach van tevredenheid op het gelaat, in de rich ting van het dorp. De zegepraal, die zij had be haald, de overtuiging, dat zij voortaan aan Jan (i) De brief van Trien was in de oude spelling op gesteld. zooals men lichtelijk denken zaldaarenboven, hij krielde van feilen tegen de spraakkunst. Ziehier.het nauwkeurig afschrift van de vier eerste regelen, waar bij men over het gansche oordeelen kan Hoe gaget al medoe gesonthyt, God sy gelooft wy syn ailemol noch gesont en den os en de kooy oock balleve grootvader die sieck is en wy wense u alte- saemen eenen gooijen dag,enz. zou kunnen schrijven, en bovenal eene soort van hoogmoed over hare kunde, ontstelden haar hart van zoete vreugd. Aan den lindeboom, bij den kruisweg, zag zij van verre den brievendrager op haar komen aan gestapt. Dit gezicht hield haar sta^n en deed haar hart kloppen want, daar deze baan slechts tot de leemen hutten en tot onbewoonde heiden en bosschen leidde, twijfelde zij niet, of de bode moest met eene tijding van Jan belast zijn. En inderdaad, haar naderende, haalde hij eenen brief uit zijne tasch en zeide lachend Trientje, hier heb ik iets voor u, dat van Venlo komtmaar het kost vijf en dertig cen ten. Vijf en dertig centen,morde Trien, terwijl zij den brief bevend aangreep en het opschrift droomend bestaarde. Ja, ja,antwoordde de bode, het staat bo ven op het adres. Ik zal u zeker voor zoo weinig gaan bedriegen Kunt gij dit wisselen vroeg Trien, hem het vijffrankstuk gevende. De brievendrager wisselde haar het stuk en hield de vrachtkosten er af. Dan groette hij het meisjevriendelijk, en keerde naar het dorp. Trien sprong vooruit in de baan en liep jui chend huiswaarts. Door ongeduld gejaagd, scheurde zij den brief open en verbaasde niet weinig, toén zij eenen tweeden brief er uit zag vallen. Zij bleef staan en raapte hem op. Het schaamrood verfde haar voorhoofd en wangen, terwijl een glimlach om hare lippen zweefde en hare obgen van blijde ontsteltenis glinsterden. Op den tweeden brief stond in groote letteren vóór Trien alleen. Voor Trien De ziel van Jan was in dit blad papier gesloten zijne stem ging daaruit tot haar, tot haar alleen spreken Er was een geheim tusschen Jan en haar Ontroerd en mijmerende, stond zij een oogen blik met het gezicht ten gronde geslagen een vloed van allerlei gedachten stroomden haar door het hoofd, totdat het verre geloei van den os haar oor kwam treffen en haar herinnerde, dat zij misdeed met langer weg te blijven. Zij verborg den tweeden brief in hare borst en ijlde in éénen adem naar de hut, waar zij tusschen de wachtende vrouwen viel, roepende met blijde galmen «Een brief van Jan! Een brief van Jan!» De twee weduwen kwamen met verbaasdheid toegeschoten en huppelden van vreugde over de onverwachte tijding. De grootvader, eene bewe ging doende om verder uit de alkove te zien, viel bijna van het bed. Met haastige woorden vertelde het meisje, hoe zij den brievendrager onderweg had ontmoet, en hoe hij vijf en dertig centen had geëischt doch zij werd onderbróken door de bede der vrouwen, dié onophoudend riepen Och, Trien, lees hem -eens Och, lees hem eens Verboden nadruk. ('t Vervolgt). wendt U tot het vermaard huis - PHOTOGRAAF - Begeeft zich ten huize voor alle photowerken huwelijken en familiegroepen Al het werk is gewaarborgd - Spoedige uitvoering - Open op Zon- en wekedagen -

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1937 | | pagina 11