Marcel, coiffeur 2 Leest en verspreidt HET YPERSCHE HET TREINVERKEER «IEPER-ROUSSELARE» Bien faire et laisser dire... Doe wel en zie niet om... La Maison Het Huis pom* Haines et Messieurs Rue au Beurre, 20, YPRES Boterstraat, 20, YPER BLANKENBERGHE, Avenue de Smet de Naeyer, 52-54. zwemkom en, na te Wevelghem de troepen van het vliegplein in oogenschouw genomen te heb ben, begaf de Koning zich nog naai* Sweveghem waar hij de belangrijke draadtrekkerij van M. Bekaert bezocht. Overal weerklonk het van Leve de Koning en gaf de bevolking vrijelijk lucht aan haar ge voelens van gehechtheid en erkentelijkheid Indien echter dit zoo vereerend bezoek van Z. M. den Koning de bewoners dier streek met vreugde en fierheid heeft vervuld, moeten wij hier toch bekennen dat het voor de bevolking onzer streek, dit ander gedeelte der grensarbei- dersstreek dat door den oorlog gansdh verwoest en van alles beroofd werd, een groote teleurstel ling is geweest. Waarom hebben de inrichters van dit konink lijk bezoek den wegwijzer ervan zoo geschikt dat alleen de niet verwoeste steden en gemeen ten van Zuid West-Vlaanderen het voorrecht hadden Zijne Majesteit te begroeten en toe te juichen Waarom werd juist de gewezen front streek, die voorzeker wel het meest zulke eer verdiende, volledig uitgesloten Is zulks niet, vanwege de Heeren Ministers die den Koning vergezelden en hoogst waarschijnlijk dit bezoek hebben ingericht, een bekentenis dat er alleen in het Kortrijksche werken uitgevoerd worden die de moeite loonen aan den hoogst geplaatsten persoon van ons land getoond te worden en dat er voor het ander gedeelte der grensstreek, dat alles verloor, nog bitter weinig gedaan werd om er de zoo gruwelijke oorlogswonden te heelen, om het zijn vroegeren welstand terug te geven En inderdaad, had Zijne Majesteit de Koning ook onze streek moeten bezoeken, wat and£Fs zouden wij hem hier kunnen getoond hebben dan de puinen onzer Weldadigheidsschool, dan de plaats waar vroeger onze ruiterijschool, onze voetvolkkazerne op stonden, dan de puinen van het Koninklijk Gesticht van Meessen, al instel lingen die hier vóór den oorlog grootelijks het hare bijbrachten om den welstand onzer streek te verzekeren Wat anders zouden wij Zijne Ma jesteit kunnen laten zien dan onze half herbouw de Hallen, dan het voorloopig stationgebouw, dan de gansch omwoelde vaart Yper-Komen waarvan het herstel ons door den Heer Minister Merlot geweigerd wordt Wat anders zouden wij door hem hebben kunnen laten bezoeken dan de plaat sen waar vroeger de bleekerij Verschoore, thans naar Kortrijk verplaatst, oprees waar hier, had de oorlog niet uitgebroken, een groote velofa- briek ging opgericht worden waar vroeger de belangrijke suikerfabriek van Waasten stond, en dan de talrijke plaatsen waar voorheen een voor naam handelsgesticht of een kleine nijverheid hier werk aan onze bevolking bezorgde Neen, voor onze streek werd er tot hiertoe nog te weinig gedaan opdat de personen, die de taak van economische heropbeuring van het land en dus ook van ons gewest op zich genomen hebben, hier bij een gebeurlijk bezoek van den Koning, evenveel eer zouden kunnen halen als in het Kortrijksche. De streek van Yper namelijk is de eenige van gansch het grensarbeidersgebied van West-Vlaanderen, de cijfers die door het re- geeringscommissariaat maandelijks uitgegeven worden bewijzen zulks, waar het aantal Werkloo- zen niet vermindert maar eerder nog aangroeit. Sprekende over Yper schreef een groot finan cieel dagblad, naar aanleiding van dit konink lijk bezoek aan het Kortrijksche, in zijn num mer van Dinsdag 18" dezer de werkloosheid is er vooral zeer hevig in de bouwnijverheid de gevolgen van den oorlog en van den heropbouw der verwoeste gewesten zijn er duidelijk merk- baar. De oprichting te Yper of in het omlig- gende van enkele nijverheden zou toelaten aan deze streek de bron van welstand te geven die haar door den oorlog ontnomen werd Dit is maar al te waar en 't is hetgeen wij hier steeds hebben voorgehouden. In ruil van al het geen onze stad onwederroepelijk door den oorlog verloren heeft of waarvan zij onrechtvaardig beroofd werd, dient alles in 't werk gesteld om onze stad door andere middelen een deel van haar vroegere grootheid en welvaart terug te schen ken. Het toerisme, dat een niet te versmaden doch een gansch ontoereikende en mogelijks wel voorbijgaande bron van inkomsten uitmaakt, moet zooveel mogelijk uitgebreid en bevorderd worden, doch vooral de oprichting van fabrieken en nijverheden dient in de hand gewerkt te wor den. Hiervoor echter, om nieuwe nijverheden aan te lokken en hare leefbaarheid hier mogelijk te maken, moet aan onze streek de onmisbare eco nomische uitrusting geschonken worden en moet ze namelijk goede waterverbindingen bezitten. De thans wereldvermaarde draadtrekkerij van Sweveghem, die door Zijne Majesteit Dinsdag laatst met een bezoek vereerd werd, is een door slaande bewijs van het economisch nut eener vaart en van het overwegend belang dat een goede waterweg voor de nijverheid biedt. De vaart Kortrijk-Bossuyt, uitsluitelijk gegraven met het doel de Leie met de Schelde en Kortrijk met het binnenland te verbinden, heeft weldra langs haar oevers tal van nijverheden zien tot stand komen, zooals gezegde draadtrekkerij die, door een gewezen dorpskoster opgericht, een heel nederig begin kende en thans ongeveer 4000 ar beiders telt, dan verder nog de alomgekende pan- nenfabrieken, de groote electriciteitscentrale, enz. al inrichtingen die dank aan het bestaan van dien waterweg tot een ongehoorden bloei en uit breiding zijn gekomen. Ook de vaart Yper-Komen, die de Yzer met de Leie en onze stad en streek en ook de haven van Nieuwpoort met 't bedrijvige Noorden van Frank rijk en met de nijverheidsstreken van ons land moet verbinden, kan en zal hier mettertijd, daar zijn wij zeker van, dezelfde diensten bewijzen. Van deze vaart, die onder alle opzicht, 't zij voor wat het aantal sluizen als voor wat den aard van den grond betreft, zooveel gelijkenis heeft met de vaart Kortrijk-Bossuyt, hangt de heropleving en den bloei onzer streek af. Het eenig verschil tussdhen beide vaarten is dat deze van Kortrijk naar Bossuyt van eerst af slaagde en de tunnel onder den berg gegraven er stand hield, terwijl de werken der vaart Yper-Komen in de hoogte van Hollebeke jammerlijk mislukten, wat thans, dank zij de opgedane ondervinding en de mo derne techniek, geenszins meer te vreezen valt. Nu dat dit koninklijk bezoek aan het Kortrijk sche gebracht als de bezegeling mag aanzien wor den van de algeheele heropstanding dezer streek, hopen wij dat, na al de andere steden, Yper thans, de stad die om haar heldhaftig lijden en roem- vollen dood de eerste had moeten bediend wor den en ongelukkiglijk de laatste is gebleven om van de zoo kwistig uitgedeelde Staatsgunsten te genieten, ook aan de beurt zal komen. Wij vragen hier geen nieuwe werken, doch alleen maar het herstel van hetgeen wij bezaten, van hetgeen onze bevolking, die even moedig en be kwaam is als deze van het Kortrijksche en el ders, toelaten moet de streek van Yper weer op te helpen en haar aan den algemeenen bloei van het land te doen deelnemen. Onze bevolking, tot wie wijlen Koning Albert in 1919 zegde Keert naar uwe streek terug en gij zult volledig herstel bekomenrekent er nog steeds stellig op dat men er prijs zal op stel len deze koninklijke belofte trouw na te komen. Mochten wij weldra vernemen dat onze minis ters besloten zijn eindelijk ook eens aan Yper te geven wat het toekomt, dat de Dienst voor Eco nomisch Herstel de noodzakelijkheid der hier nog uit te voeren werken en in de eerste plaats van de vaart Yper-Komen erkent, dan zouden alle Yperlingen en alle bewoners onzer streek zich met geestdrift voorbereiden om Zijne Majesteit den Koning hier triomfantelijk te ontvangen en hem, tijdens zijn zoo verhoopte en vurig ver wachte bezoek, met fierheid wijzen op al hetgeen, ter vervulling der belofte van zijn doorluchtigen vader, voor ons, de ongelukkigste Belgen, de be woners van de andere helft van het grensarbei dersgebied die door den oorlog alles verloor, ge daan wordt. Het woord is aan de Heeren Ministers. Beloften en Verklaringen van den Heer Minister van Verkeer. Op 19 November 1936 schreef de Heer Thelis- mar, Kabinetsoverste bij den Heer Marcel-Henri Jaspar, Minister van Verkeer, aan een Volksver tegenwoordiger onzer streek De Hr. Minister onderzoekt thans persoon- lijk deze zaak en zal de gelegenheid hebben aan de Kamer van Volksvertegenwoordigers er den uitslag van mede te deelen alsook de be- slissing die hij zal genomen hebben, rekening houdende van al de zienswijzen die hij des- aangaande ontvangen heeft. Op 16 December 1936 werd er door de Volks vertegenwoordigers Butaye en Missiaen een breedvoerige interpellatie en uiteenzetting ge daan aan den Heer Minister omtrent de afschaf fing der treinen, contract en uitbating der auto bussen. Ingaande op de gegevens en verklaringen van zeker ambtenaar welke in deze Kamerzitting tegenwoordig was, gaf de Minister van Verkeer ontwijkende antwoorden, trachtte zoo goed moge lijk de afschaffing der 'treinen goed te praten, nam geen beslissing... maar beloofde! Onder meer verklaarde hij Ik zou gelukkig zijn nieuwe onderhouden te hebben met de HH. Missiaen, Dierkens en Bu- taye ten einde een oplossing te vinden. Wij zullen de zaak opnieuw in haar geheel onder- zoeken met al de vertegenwoordigers van het Arrondissement leper, vooral onder het oog- punt van het algemeen belang, (bladz. 475 Kamerverslagen). In de Senaatvergadering van 10 Februari 1937 antwoordde de Heer Minister op de interpellatie van den Heer Senator Vandenbulcke als volgt Het is een moeilijk op te lossen vraagstuk. Ik zal mij daartoe inspannen en ik zal de par- lementsleden die zich de zaak aantrekken in mijn kabinet bijeenroepen. 11 Maart 1937 De Heer Volksvertegenwoor diger Allewaert ondervraagt in de Kamerzitting opnieuw den Minister. Het antwoord was ontwij kend en onvoldoende Het vraagstuk is moeilijk op te lossen. Ik heb daarover reeds adviezen ingewonnen, maar zij zijn uiteenloopend. Wij zijn half Mei 1937, dus zes maand na het schrijven van den Heer Thelismar bij hetwelk een beslissing beloofd werd... drie, vier inter- pellatien... drie, vier stellige beloften en onze Volksvertegenwoordigers en Senatoren wachten nog altijd op de beloften gedaan door een Mi nister Er wordt tijd gevonden voor de oplossing van vraagstukken veel moeilijker dan het probleem leper-Roeselare Er wórdt tijd gevonden voor verplaatsingen naar St Niklaas of Spa, Oostende of Brugge, voor de inhuldiging van nieuwe inter nationale verbindingen, doch hier voor onze streek is een comedie-bezoek als dit van dén Heer Thelismar op 6 November 1936, voldoende. Binnen enkele weken staan wij voor het Parle mentair verlof... en de herinrichting van het treinverkeer tussc'hen de beide West-Vlaamsche steden, zal samen met de plechtige beloften van een Minister des Konings, voor enkele maan den terug in de cartons der Administratie ver toeven. 't En zal Indien sommige leden der Administratie Mi nisterie van Verkeer of nog der Directie der N. M. B. S., wie ze ook zijn, denken dat wij de zaak maar zoó zullen laten, zij zijn mis Zooals we ingelicht werden omtrent het contract,' de erbarmelijke uitslagen, de onderzoeken gedaan door de Diréctie der N. M. B. S.. zullen wij, als noodig mocht blijken, andere feiten in het ware daglicht brehgen.-Wij herhalen hetgeen wij reeds zoo dikwijls geschreven hebben Die comedie moet,., en zal eindigen». Nu omtrent de verklaringen van den Heer Mi nister van Verkeer. Op de ondervragingen van de Volksvertegenwoordigers Butaye en Missiaen gedaan op 16-12-1936, verklaarde- hij Pour se faire une opinion plus ou moins exacte, des résultats financiers de l'opération, il faut a rnon. avis tenir uniquement compte des dépenses des deux genres d'exploitation Dan verders On ne peut imposer des charges nouvelles en obiigeant la S. N. C. B. a rétablir une ligne se- condaire. Nous n'avons pas intérêt a aggraver d'une facon ou d'une autre le déficit de la S. N. C. B. Ce serait nous placer dans une situation par trop paradoxale. De handelwijze van den Heer Minister beant woordt geenszins aan zijne gezegden. De proefneming was op financieel gebied een totale fiasco, slechts Fr. 73.000 verlies voor de treinen in 1931 en als uitslag 545.000 Fr. met de autobusuitbating bekomen. Fr. 440.000 winsten voorzien en na VIJF JAAR proefneming nog informe son honorable clientèle, qu'elle continuera. comme par le passé, a la servir avec rapidité et avec le plus grand soin. Mênie MiiIhoii voor I>a men en Heeren bericht zijn geachte klanten dat het, zooals in het verleden, zal voortgaan hen met spoed en met de grootste zorg te bedienen. Kelftle Huis te MMMMMC

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1937 | | pagina 2