2
sters der huizen, stonden de menschen opeengepakt om
den stoet te zien voorbijtrekken, doch velen, helaas,
werden vai» het genoegen berpofd onze Vorsten te zien.
daar deze om wille van het slecht weder in gesloten
auto vervoerd werden. Niettemin weerklonken gedu
rig uit honderde en honderde monden de kreten van
Leve de Koning Vive le Roi Leve de Koningin-
Vive la Reine Zelden heeft men hier zoo een geest
drift. zoo een blijdschap gezien en dit bewijst hoezeer
het voor onze stad zoo vereerend bezoek onzer Vor
sten op prijs werd gesteld en ook hoe zeer zij door
onze bevolking bemind en geacht zijn. In de Statie
straat meest de koninklijke auto tot tweemaal toe stil
houden om aan kinderen, die de Koningin telkens om
helsde, toe te laten aan Hare Majesteit bloemen te
overhandigen. En zoo ging het. steeds even geestdriftig
onthaald langs gansch den weg
door de mooi bevlagde Statie-,
Tempel- en Boterstraten, waar
de van dienst zijnde gendarmen
en vooral de zwerm geheime po
litieagenten. die de koninklijke
auto omringden, de handen vol
hadden om de jubelende menigte
op afstand te houden.
Hulde aan de Ypersche
Gesneuvelden
Aan het gedenkteeken der
Ypersche Gesneuvelden stapte
Zijne Majesteit de Koning, als
mede de Hem vergezellende
overheden uit de autos. waarna
Koning Leopold voor het ge
denkteeken. waar de vlaggen der
verschillige oudstrijdersbonden
langs weerskanten de haag vorm
den, ging buigen en er. als hulde
aan onze Dooden. een mooien
bloemenkrans, omstrikt met de
driekleur en met zijn naam in
gouden letteren er op. ging neer
leggen.
Zijne Majesteit trok ook voor
bij de rangen der oudstrijders,
die daar rechtover het gedenk
teeken geschaard stonden, en
drukte de hand van een der
daar aanwezige oorlogsinvaliden.
Op de Vandenpeereboomplaats
Dan begaf Hij zich verder te
voet. al door een dubbele haag
van wuivende schoolkinderen,
naar de Vandenpeereboomplaats waar de Engelsche af
vaardigingen van het 5th Royal Inniskilling Dragoon
Guards en van de Koninklijke Luchtvloot, met daar
achter het muziek der Royal Fusiliersopgesteld
stonden. De Koning nam ook deze troepen in oogen-
schouw en drukte de hand van hun aanvoerder, terwijl
de Belgische en Engelsche nationale liederen door het
muziek werden uitgevoerd.
Op het voorplein van St Maartenskathedraal werden
de Koning en de Koningin ontvangen door Sir Robert
Clive, Britsche gezant te Brussel, en door Lord Athlone,
voorzitter van het Britsche Inrichtingscomiteit, die de
aanwezige Engelsche overheden aan onze Vorsten voor
stelde.
De Kerkelijke Plechtigheid
Ook in de kerk, waar al de uitgenoodigden en ook de
vele geloovigen. die er aan gehouden hadden deze
schoone plechtigheid bii te wonen, zich reeds van vóór
10 u. 30 bevonden, was een strenge ordedienst inge
richt. Gansch de middenbeuk was voorbehouden langs
voren voor de officieele personaliteiten, terwijl daar
achter meest alle stoelen voor de talrijke uitgenoodig
den gereserveerd waren. In afwachting der aankomst
van Hunne Majesteiten speelde de Heer Hanoulle, or
gelist onzer kathedraal, opvolgenlijk de volgende stuk
ken op het groot orgel3e Choral, van Cesar Franck
Aria. van J. S. Bach Pastorale, van J. Jongen en le
Deel der 1' Symphonie, van Guilmaut.
In het kerkportaal werden onze Vorsten ontvangen
door Mgr Lamiroy, bisschop van Brugge, vergezeld van
Z E. H. Deken Vermaut en de geestelijkheid der stad,
en vervolgens naar het koor geleid, terwijl de Heer
Hanoulle op meesterlijke wijze de Finale van het groot
Symfonisch stuk. van Cesar Franck, op het orgel ver
tolkte. Hunne Majesteiten namen plaats op den Hen
voorbehouden troon langs den Evangeliekant, terwijl
Mgr Lamiroy en zijn assistenten plaats namen op den
troon er rechtover. In het koor bevonden zich ook nog
op bidstoelen Mgr Meyers, katholieke bisschop van
Londen Mgr Colle. aalmoezenier van het koninklijk
hofSir Robert Clive, britsche gezant te Brussel, en
Lord Athlone, voorzitter van het Inrichtingscomiteit
en vertegenwoordiger van Z. M. den Koning van En
geland. terwijl leden van het koninklijk hof en een
eeredame van H. Majesteit de Koningin zich nevens
den communiebank hielden.
Verder bemerkten we onder de aanwezige overhe
den. rechts langs den EpistelkantLady CliveVeld
maarschalk Sir Claud Jacob, G. C. B.Maarschalk Sir
Edward Ellington, G. C. B.Veldmaarschalk Sir Cyril
Deverell. G. C. B.Generaal Sir Edmond Ironside,
K. O. B. Luit.-Generaal Sir Reginald May. K. C. B.
Luitenant-Generaal Sir Hugh Elles, K. C. B. Majoor-
generaal Sir John Capper. K. C. B.Brigadier C. P.
Liardet. C. B.Luit.-generaal Sir William Pulteney
Luitenant-generaal Sir Tom Bridges Luchtmaarschalk
Sir Arthur Longmore. K. C. B Luchtmaarschalk P. B.
Joubert de la Ferté. C. B.Lucht vice-maarschalk J.
E. A. Baldwin. C. B.Brigadier R. Evans, M. C. Ko
lonel Strutt. C B. E.Miss Blair, hoofd-ziekenverpleeg-
ster der Koninklijke Luchtmacht; Luit.-generaal Massy-
Beresford. M. C.Kapitein G. CassieMiss Cassie
Gravin de Laubespin en Graaf de Laubespin. gezant-
schaps-geattacheerde te LondenKolonel Booker. C.
B. E.Miss Booker Miss Martin Luit.-Kolonel Martin,
bevelhebber der troepenMrs Paris en Luit. Kolonel
Paris M. en Miss Gilson M. GoldLuitenant N. Sin
clair Luitenant Kidd. R N. V. R.Luit.-Kolonel en
Mrs PooleLuit.-Kolonel en Mrs HigginsonMiss
Geddes. ontwerpster van het roosvensterMajoor en
Mrs AusticeKapitein en Miss Barnes Luitenant Gib
son Graaf du Pare en zijne familieBurggraaf en
Burggravin de Ghillinck. enz. alsmede talrijke oud-
strijders van het 5th Koninklijk Inniskilling Dragon
ders Regiment, leden van de Toe H en de leden van
het Last Post Committee.
Rechts bevonden zich op de eerste rangenGeneraal
Denis, minister van Landsverdediging Luit.-Generaal
Dehaene. commandant der 2* militaire omschrijving;
Baels, gouverneur van West-Vlaanderen Vanderghote,
burgemeester van Yper; Luit.-Generaal Baron Vin-
CotteLuit.-Generaal Matton, afgevaardigde der En-
gelsch-Belgische Vereeniging den Heer Kabinetsover
ste van den Minister van LandsverdedigingMajoor
DaelemansKolonel DedroogMatton, voorzitter der
Rechtbank van Eersten Aanleg te Yper; Vande Velde,
procureur des Konings Clinckemaille. arrondisse
mentscommissaris Tack, voorzitter. Cocle, schatbe
waarder, Antony, schrijver. Dr Dochy en Alois Donck.
leden der kerkfabriek van St Maartens Lemahieu,
Delahaye en Van der Mersch, schepenenVersailles,
gemeentesecretarisDevos de Molderghem. Lefebvre
en Van Brusselen, rechters; Wallyn, substituut; Pien.
hoofdgriffierPetit en Van Hille. vrederechtersMer
lin, ingenieur van Bruggen en Wegen; Verbeke. staats-
commissarisJvr. Cornillie, de Heeren Biebuyck, Pat-
tvn. Seys en Vergracht, gemeenteraadsledenBouquet,
voorzitter. E. H. Socquet. de Heeren Ommeslagh. De
Cock, leden. Schmidt, toeziener, en Hellebuyck. secre
taris der Commissie van Openbaren Onderstand de
familiën Struye. Bruneel de la Warande. Tack. Mer-
ghelynck. de Laubespin en Keingiaert de Gheluvelt
de Heeren Vergracht, bevelhebber, en E. Seys. luite
nant der stedelijke brandweerN. D'Huvettere. voor
zitter. G. Berghman. ondervoorzitter, en Juff. Bossaert.
secretaris van het Rood Kruis de Heeren A. Donck.
eerevoorzitter. A Gruwez. voorzitter. M. Bagein, on
dervoorzitter. en R. Cardinael. secretaris van Ypri-
ana, enz.
In het midden werd de haag gevormd door de Scouts
van Yper, en verder in de zijkapellen bevonden zich
verscheidene scholen van Yper. De engelsche afvaar
digingen van het leger en der luchtvloot namen plaats
aan het zuidportaal, juist onder het roosvenster, ter
wijl dicht daarbij de Ypersche oudstrijders hun voor
behouden plaats hadden. Onder het oksaal bevonden
zich vier engelsche klaroenblazers. Het gemengd zang
koor van St Maartens, geleid door M. Baert, kapel
meester bevond zich in de zijkapel links van het hoog
altaar.
Gansch het koor was rijk met tapijten belegd en
mooi versierd,, alsook het altaar van O. L. Vrouw van
Thuine, patrones der stad.
De plechtigheid begon met den engelschen lofzang
Praise my souldoor het zangkoor uitgevoerd met
begeleiding van orgel.
De Z. E. H. Deken las luidop enkele gebeden om Gods
zegen af te smeeken en, na den heerlijken zang «Bene-
dictusvan Gounod, door het zangkoor uitgevoerd,
werden Hunne Majesteiten Koning Leopold en Konin
gin Elisabeth door de geestelijkheid geleid tot voor de
te onthullen gedenkplaat, welke uit kostelijk sycomore
hout vervaardigd is en 2 m. 60 hoog is op 1 m. 10 breed.
Lord Athlone, voorzitter van het Inrichtingscomiteit.
verzocht dan den Koning deze Britsche gift te willen
aanvaarden ter nagedachtenis van zijn doorluchtigen
en roemrijken vader Koning Albert, voor wien de En
gelschen een zoo groote vereering hebben.
Z. M. Koning Leopold deed hierop de Britsche vlag
vallen waarmede de gedenkplaat bedekt was en. terwijl
de Brabangonne en het God save the King op
gedempten toon op het groot orgel uitgevoerd werden,
was het met blijkbare ontroering dat Hij de mooie ge
denkplaat aanschouwde, waarop in 't engelsch het vol
gend opschrift prijkt
Ter glorie van God en ter eervolle gedachtenis aan
Albert I, Koning der Belgen. Ridder der Orde van
den Kouseband, Veldmaarschalk van het Britsche
Leger en Kolonel van het 5* Koninklijk Inniskilling
Dragonders Regiment, werd het roosvenster in het
zuidelijk transept gegeven aan België door het Brit-
i) sche Leger en de Koninklijke Luchtmacht.
Voor dit gedenkteeken werd in het jaar 1935 inge-
teekend door de manschappen en gegradeerden der
actieve troepen en der oudstrijders, door de ver-
pleegsters en door de legers van de overzeesche ge
it bieden. Bijzondere steun werd verleend door het 5»'
Koninklijk Inniskilling Dragonders regiment, de
Herdenkingsliga (1914-1919). het Britsch Legioen en
de Liga van Yper.
Wij. de inteekenaars, zijn uiterst gelukkig deze ge-
legenheid te hebben om onze hoogachting en waar-
deering te betuigen voor de edele diensten door
Koning Albert tijdens den Wereldoorlog bewezen.
Onderwerp van het Roosvenster is de glorie van
God zooals zij beleden wordt in het Te Deum
De wapenschilden zijn die van België, van het Le-
Ik zie u dubbel geeren
Zei Stinus tot zijn vrouw.
Maar... Iaat mij nooit ontbeer en
De PACHA Cichorei.
ger zijner Majesteit, van de Koninklijke Luchtmacht
en van het 5' Koninklijk Inniskilling Dragonders
Regiment.
Mijn zwaard geef ik aan hem die na mij zal komen
».n mijn pelgrimstochtmijn moed en bekwaamheid
aan hem die ze kan winnen mijn merk- en litteekens
draag in met mij mede, opdat zij voor mij getuige-
nis zouden afleggen dat ik den goeden strijd gestre-
x den heb van Hem die mijn Belooner zal zijn.Zoo
g.ng hij voerbij en ai de bazuinen schalden voor hem
aan de overzijde.
De laatste ionen van de op het orgel uitgevoerde
nationale liederen stierven nauwelijks uit. of daar
weergalmde plots onder de hooge kerkgewelven het
machtig geschal der vier Engelsche klaroenen die de
Reveille bliezen.
Zijne Majesteit de Koning legde vervolgens een over-
grocte en wonderschoone Kroon van roode hortensia-
oioemen onder de gedenkplaat neer. waarna nog drie
andere bloemenkransen, een roode, een witte en een
blauwe, aangebracht werden door een. onderofficier
van het Engelsch leger, door Mrs Gibson namens de
vrouwenafdeeling van de Herdenkingsliga en door een
onderofficier der Koninklijke Luchtmacht.
Z. D. H. Mgr Lamiroy, bisschop van Brugge, ging
dan. na de ritueele gebeden, over tot de wijding van
net Roosvenster en van de gedenkplaat en, na gedu
rende enkele stonden het roosvenster bewonderd te
hebben, werden Hunne Majesteiten opnieuw naar hun
trcon geleid.
Mgr Colle. aalmoezenier aan het Koninklijk Hof, hield
vervolgens van op de treden van het hoogaltaar, fn
't engelsch en in 't vlaamsch, een diepgevoelde gele
genheidsaanspraak. waarin hij in verhevene bewoor
dingen de beteekenis gaf van deze aandoenlijke ker
kelijke plechtigheid en ze samenvatte in dit eene
woord Vrede. Het is ons niet mogelijk gansch zijne
schoone aanspraak weer te geven en wij moeten ons
vergenoegen met hier slechts enkele deelen ervan over
te nemen.
Sire, Mevrouw, My Lord,
Het is met een diepe ontroering en ook met innige
gevoelens van eerbied en dankbaarheid dat ik de eer
heb hier voor zoo verhevene toehoorders te spreken,
en dit in zoo ontroerende omstandigheden als de her
innering aan onzen grooten vorst, wijlen Koning Albert I.
Zooals wij nu vereenigd zijn, is het in de eerste
plaats om God te bedanken en het dunkt me dat wij.
voor de concrete verklaring van het prachtig Te Deum
roosvenster, dat zooeven door Zijne Majesteit den Ko
ning onthuld en door Z. E. Mgr Lamiroy, bisschop van
Brugge, gewijd werd, geen beteren tekst uit onze Hei
lige schriften kunnen kiezen, om de beteekenis van
dezen glorierijken lofzang in kleuren en van deze plech
tigheid weer te geven, dan Glorie aan God in den
Hooge en vrede op aarde aan de menschen van goe
den wil
Ik dank God Almachtig de eer te hebben deze
korte aanspraak te mogen houden in aanwezigheid van
Uwe beide Excellentiesin de verhevene tegenwoor
digheid van Zijne Majesteit den Koning, zoon en troon
opvolger van onzen grooten Koning Albert I en bemin
de voortzetter van zijn vredespolitiek in de minzame
tegenwoordigheid, die ons allen hier met een groote
vreugde vervult, van Hare Majesteit Koningin Elisa
beth. de trouwe gezellin van Koning Albert, wiens in
nigste gedachten zij kende en deelde. Bij deze hooge
aanwezigen heb ik de eer nog te vernoemen Z. E. den
Graaf van Athlone, als de aanvoerder en hoofd van al
de edele vertegenwoordigers van den grooten Britschen
Vorst, de veldmaarschalks, generaals en officieren van
het roemrijk leger en vliegwezen van het grootste kei
zerrijk der wereld. Hulde ook aan gansch de Britsche
natie die staat achter haar edele staatsmannen in den
geduldigen en schoonen strijd voor duurzamen vrede,
Alles rondom ons. in deze heerlijke kathedraal,
spreekt ons van vrede en het meest nog dit Te Deum
brandvenster dat een altijddurende herinnering zal zijn
aan de vriendschap van twee edele natiën.
Vergeten wij niet dat wij hier vereenigd zijn in
den tempel van den God van vrede, om Z. M. Koning
Albert, den roemvollen oorlogsheld, te herdenken, die
niet een der minste en edelste Prinsen van vrede is.
die de wereldgeschiedenis ooit gekend heeft. Wa.nt.
indien Z. M. Koning Albert van het begin af vast be
sloten was te strijden tot het uiterste toe, nooit was
de oorlog zijn doel. nooit heeft de Koning den oorlog
gewenscht voor zijn persoonlijke verheerlijking, doch
het is alleen uit louter noodzakelijkheid dat hij zijn
zwaard getrokken heeft om te strijden voor recht en
vrede.
Sire, Mevrouw,
Uwe Majesteiten kwamen zich hier voegen .bij de
glorierijke zonen van Engeland, van wiens leger Z. M.
Koning Albert veldmaarschalk was en waarvan egn
deel Uwe Majesteit als haar Kolonel begroet, en het
is voor uwe nederige en toegenegene onderdanen een
groote vreugde en zegening in Uwe vereerende tegen
woordigheid het bewijs te zien van de dankbaarheid
welke de Koninklijke Familie en gansch de natie voor
het Britsche volk en Keizerrijk koestert.
Het zangkoor voerde nog den schoonen lofzdng
Onward Christian Soldiers uit. waarna deze indruk
wekkende godsdienstige plechtigheid besloten werd
het Te Deum het gebed voor Zijne Majesteit den
Koning en den bisschoppelijken zegen door Z D. H.
Mgr. Lamiroy gegeven.
Terwijl de Heer Hanoulle het «Toccata in fa groot»,
van Widor. op het orgel vertolkte, deed de geestelijk
heid uitgeleide aan onze hooge bezoekers. Z. Majesteit
Koning Leopold bevond zich aan de rechterhand van
Z. D. H. Mgr Lamiroy, terwijl H. M. Koningin Elisa
beth vergezeld was door Z. E. Heer Deken Vermaut.
Achter hen volgden de verschillige burgerlijke en mi
litaire overheden die de plechtigheid met hunne aan
wezigheid hadden opgeluisterd
V ooraleer afscheid te nemen van de geestelijkheid
drukte Z. M. de Koning zijn innige voldoening en er
kentelijkheid uit aan den Z. E. Heer Deken over de
grootsche en aandoenlijke plechtigheid die had plaats
gehad.
Naar de Meenenpoort
Buiten aan de kerkdeur werden er opnieuw doof
twee kinderen bloemen aangeboden aan Hare Majes
teit Koningin Elisabeth, waarna de Vorsten met hun
ge\ olg terug in auto stapten en midden het geestdrif
tig gewuif en blij geroep der menigte hun triomfante^
..i^en tocht door de stad al langs de Bóesinghestraat
voortzetten.
In de Surmontstraat hield de koninklijke stoet stil