4
Onze Aardrijkskundige Rubriek
Hulde aan Gouverneur Baels
West-Vlaamsche Kunstenaars
Hel- Vlaamsch Letterkundig
Museum te Antwerpen
(Vervolgt
XXIII. ROEMENIË
Roemenie staat in de onmiddellijke interna
tionale belangstelling. Het is ook een voorname
mogendheid van het Oosten geworden. Gewoon
lijk noemt men Roemenië bij de Balkanstaten
alhoewel dit land, ncch economisch, noch vol
kenkundig, noch van uitzicht tot den Balkan be
hoort. Laten wij vandaag de bijzonderste ken
merken van dit land nagaan.
Vooreerst zijn ligging en uitzicht.
Roemenië ligt in Oost-Europa en is het verst
verwijderde der 5 groote DonaulandenGroot-
Duitschland (met Tsjecho-Slcwakije), Hongarije.
Joego-Slavië, Bulgarije en Roemenië.
Het heeft den vorm van een onregelmatigen
cirkel, die in het noorden begrensd wordt door
Slowakije, (Polen), Ruslandin het oosten door
Rusland, (de grens wordt gevormd door den
Dnjestr), de Zwarte Zee (450 km.); in het zui
den door Bulgarije en Joego-Slavië (hier vormt
de Donau ongeveer 600 km. de grens); in het wes
ten door Joego-Slavië en Hongarije.
Roemenië bezit bergland en laagland. Dwars
door het land, van het zuiden naar het noorden
loopen in een breeden bocht de Transsylvanische
Alpen (de voortzetting van de Karpathen) en
meer naar het westen toe ligt het Zevenburg-
sche Ertsgebergte. Tusschen beide het plateau
van Zevenburgen. De Transsylvanische Alpen
bereiken een hoogte van 2540 m. aan den Roode
Toren Pas waar een der rivieren, de Alceta, door
het gebergte breekt. Het noordelijk bergland heet
de Boekowina Beukenwoud). Al de overige
gebieden zijn laagland het oude Roemenië bezat
reeds de Walachijsche vlakte, Moldavië, en een
deel der Dobroedsja (het zuiden er van kreeg het
van Bulgarije) Bessarabië, het land tusschen de
Proet en de Dnjestr, (48.000 vk km.) bekwam
het van Rusland Boekowina (13.000 vk. km.) be
hoorde tot Oostenrijk Zevenburgen. Banaat en
een deel der Hongaarsche laagvlakte (Marma-
rosj) meer dan 100.000 vk. km. behoorden
aan Hongarije. Zoo verdubbelde de oppervlakte
van Roemenië na den wereldoorlog
De gezamenlijke oppervlakte van Roemenië be
slaat omtrent 300.000 vk. km. cf zoowat 10 maal
België. De bevolking kan afgerond worden op 19
miljoen inwoners. Roemenië ontstond door de
vereeniging van twee vorstendommen (Walachije
en Moldavië) in 1861, maar bleef nog tot 1877 on
der voogdij van Turkije. Sedert 1881 is het onaf
hankelijk koninkrijk. Na den wereldoorlog had
in 1923 een belangrijke agrarische hervor
ming plaats, zoodat meer dan 2 miljoen landbou
wers een eigen landbouwbezit verkregen.
Roemenië is een echte naticnaliteitenstaat met
belangrijke minderheden zoodat de toestand er
niet heel zuiver isSlechts 75 der bevolking is
zuiver Roemeensch. 8 is Hongaarsch, 4,5 is
Duitsch (750.000 personen), verder zijn er be
langrijke Oekraïnische minderheden en ook wel
6 Joden. De meerderheid der bevolking is
Roemeensch-orthodox (70 5 is Prctes-
tantsch, 7 Roomsch-Katholiek, 7 Grieksch-
Xatholiek, 6 Joodsch.
Al deze feiten geven Roemenië heel wat zorgen:
vooral de Hongaarsche minderheden bezorgen de
regeering wat lastdeze zijn sedert den corlog
met zeer weinig voorkomendheid door de centrale
regeering behandeld geworden en allerlei maat
regelen hebben voor gevolg gehad dat in de vroe
gere Hongaarsche streken er thans een Roemeen-
sche meerderheid is
Roemenië is een echte agraarstaat46 van de
oooervlaMe wordt door den landbouw benuttigd.
Het akkerland bedraagt 39 Dit brengt in de
eerste plaats ma's en tarwe voort. Daar maïs het
voornaamste volksvoedsel is. kunnen groote hoe-
v^e'beden tarwe woeden uitgevoerd, vooral ever
<je livens van Braïla, Galatz en Constanza. De
hoofdverkeerswes is de Donau, die op Roe
meensch gebied 1077 km. lengte heeftdeze
s'room heeft dr;e mondingen. waarvan de mid-
denste en kleinste arm. de Soelina. door de Do-
naucommissie tot verkeersader bestemd werd.
Aan de u'tmond'ng ligt de haven Soelina. De
veeteelt staat er weinig in eere, 't rundvee wordt
als trekd'er gebruikt en er heerschen vaak be-
smetteliike ziekten, zooals trouwens in den ge-
heeien Balkan toch zijn Bessarabië en het berg
land goede gebieden voor de veeteelt, hoofdzake
lijk kleinvee schanen (12 milioen), ge'ten. var
kens (3 miljoen). Ook runderen (4 miljoen) en
paarden (2 miljoen).
Dp Boekowma is de voornaamste streek voor
de h-utoroductie meer dan 25 van den bodem
hee't wouden, zoodat ook hout tot de export
artikelen behoort. Het centrum hiervoor is Czer-
now'tz (Cernauti in 't Roemeensch).
Verder zijn er nog enkele wodueten welke ech
ter van geen bijzonder belang zim in de land
bouweconomie van het land: su'kerbieten en wijn.
Van groote beteekenis is echter de rijkdom aan
mineraalschatten en wel in de eerste plaats de
petrolium Roemenië staat op den vierden rang
voor de petroliumproductie in de wereld, na de
Vereenigde Staten, Venezuela, Rusland. Het voor
naamste centrum ligt bij Ploësti, aan den zuide
lijken voet van de Transsylvanische Alpen. Meer
dan 50 van de petroliumbronnen zijn door den
Staat in bedrijf gesteld. Petroliumresidu wordt
op locomotieven en stoombooten gestookt en ge
raffineerde petrolium wordt uitgevoerd over Con
stanza, waarheen een pijpleiding is aangelegd.
De overige industrieën hebben maar beteekenis
voor de inlandsche markten goud en zilver wor
den ontgonnen in de buurt van Hermannstadt
(meer dan 50 Duitschers).
Door de vergroot ing van het grondgebied is de
buitenlandsche handel, welke, evenals de invoer
door den staat geregeld wordt, sterk verminderd.
Tarwe, hout en petrolium zijn de voornaamste
uitvoerproducten, maar die zijn dan ook voor de
economie van Roemenië van de allergrootste be
teekenis.
Roemenië heeft belangrijke steden. De hoofd
stad Boekarest is de sterkst bevolkte met 850 dui
zend inwoners verder volgen nog Kisjenew, Cer
nauti, Jassy, Galatz en Klausenburg (alle met
meer dan 100.000 inwoners). Mercator
door de
Excellentie,
Uw oproep tot de bevolking ten gunste van de
West - Vlaamsche kunstenaars weerklonk van
Noord tot Zuid en van Oost tot West in uw pro
vincie en de weerklank van Uw daad drong zelfs
door tot de'rumoerige en nijverige steden van het
Luiksche en de koude, ingesneeuwde valleien der
Ardennen- Uw daad werd nagevolgd, maar U,
moet de hulde gebracht worden, als eerste der
Gouverneurs van België, gewild te hebben dat
uw oproep geen ij del woord bleef. Uw ontwerp
hebt ge prachtig weten uit te werken door Uw
persoonlijken invloed te voegen bij Uwe offi-
cieele macht.
Hedén hebt ge het tweede punt van Uw pro
gramma verwezenlijkt, een tentoonstelling van
onze werken in de rijk versierde zalen van Uw
-provinciaal hof. Gij hebt dat gekund, Excellentie,
omdat Uw eerste zorg was om Uw verkleefde en
kunstminnende medewerkers te scharen en gij ze
ook hebt weten te bezielen met Uw gevoelens,
dienaars der schoonheid, terwijl gij eveneens den
kruistocht leidt, Uw kruisvaart mogen wij wel
zeggen, opdat wij niet in de naamlooze massa
zouden ondergaan.
Gij hebt elders, Excellentie, de traditie voort
gezet der Grooten van Vlaanderen, net als zij
heht vij w'llen zorgen en waken over onze kunst
schatten, die tot in de landen van over zee be
roemd zijn. Zooals een echte Vlaming aan Uw
land en aan Uw volk gehecht, wenscht gij voor
hen den grootsten zoowel stoffelijken als zede
lijken rijkdom. Een eeuwenoude erfenis van
kunst en wetenschap viel U te beurt en waar
schijnlijk zult gij het beleven dat onder ons,
kunstenaars, een meester zal opstaan die ons
allen zal overleven en wiens beschermer gij zult
geweest zijn. Uw wenschen zullen aldus veree-
nigd blijven in de nationale geschiedenis. Daar
om bedanken wij U.ons niet aan onslot te hebben
overgelaten. Onder Uw gouverneurschap zullen
wij deze onzekere en moeiijke tijden kunnen
doorworstelen en in een gilde vereenigd, de kuns
tenaars, blijven van Vlaanderen,Uw kunstenaars,
Excellentie- Luc KAISIN.
Het Vlaamsen Letterkundig Museum mag
aanzien worden als de schoonste en de onpartij-
digste instelling, die op haar beurt medewerken
en ijveren kan tot een betere bekendmaking van
de Vlaamsche literatuur in ons eigen land.
Van zoohaast de internationale toestand op
nieuw normaal worden zal, dat al het beroerings-
verwekkend oorlogsnieuws langzaam tot het ver
leden behoort, dient elke Vlaming dat heiligdom
van ons geestesleven te bezoeken. Zulks is wel
iedereen's cultureelen plicht
Het "Vlaamsch Letterkundig Museum is naast
het uitstekend en koopenswaardig literair boek
wel de beste en de zekerste verbindingsschakel
tusschen auteur en publiek. De eere en de andere
vullen elkander aan en deze stilzwijgende samen
werking heeft«op intellektueel gebied reeds on
verhoopte en welige vruchten afgeworpen.
D:t museum, dat elke bewuste Vlaming met
een rechtmatige trots moet vervullen, staat onder
het algemeen toezicht van L- Baekelmans. den
Tve'^otenden romancier. Het conservatorschap
wordt waargenomen door G. Smoock, die op bi-
bhntheek-gebied baanbrekend werk hee*1 gele
verd. Albert Blontrock.
HET SCHOONSTE MONUMENT DAT OOW
OPGERICHT WERD VOOR DE RUIME
BEKENDMAKING VAN ONZE VLAAMSCHE
LITERATUUR
Sinds eenige jaren mag Vlaanderen zich ver
heugen in het bezit van een prachtig museunt van
«Vlaamsche lecterkunae
In deze inrichting, wier bezitting in een fabel
achtige som zou kunnen omgezet, Heeft de letter
lievende bezoeker de gelegenheid in woord en in
beeld zich een gedacht te vormen van de» ont
wikkelingsgang van onze literatuur.
Dit museum is ondergebracht in een ruim en
luchtig heerenhuis, waar in 1912 de onvergete
lijke H. Censcience-tentoonstelling plaats greep
en is gelegen op de Minderbroedersrui, 17, te Ant
werpen.
Op de benedenverdieping is de eerste zaal
rechts gewijd aan Vlaamsche tooneelschrijvers.
Deze wordt verfraaid door de bureel- en biblio
theekmeubels van den bekenden Vlaamschen
folklorist en tooneelschrijver wijlen A. Gittens.
Ontelbare portretten van tooneelschrijvers en
handschriften vestigen onze opgewekte aandacht.
In de naastgelegen zaal wacht ons een verras
sing- Hier staan.wij vol nieuwsgierigheid en vol
bewondering voor de opgepropte bibliotheekkas-
ten van Hugo Verriest, den verheven en uitmun
tenden dichter den uitstekenden poëzietheore-
ticus en bovenal schitterend causeur die zoo
wel, en zonder moeite, de Noord- en Zuidneder-
landsche élite met zijn betooverend woord kon
boeien. Op de schrijftafel, zien wij Verriest's
priesterhoed en brevier liggen en allerhande
schrijfbenoodigheden, die deze zoo geliefde en
gewaardeerde eenvoudige paster van ten lande»
honderden malen heeft gebezigd.
We gaan de breede, marmereh trap op, die naar
de eerste verdieping leidt. Wat hier te bekijken
valt, kan maar moeilijk beschreven worden. Al-
wie nauwgezet alles wil vermelden, zou een dorre
inventaris opmaken, die de lezer geenszins zou
boeien. Zoo houden wij ons maar bij het allerbij
zonderste.
Gansch de Vlaamsche letterkundige roman
tische periode wordt hier heropgewekt. Hier kun
nen wij mijmeren en droomen... Tentoongesteld
liggen ter plaatse ontelbare herinneringen, ver
gulde manuskripten en door den tijd beschaadde
portretten en exemplaren van oude boekeneditie
van en over Hendrik Conscience. Jan-Frans Wil-
lems, Jan-Baptist David, F.-P. Van Kerckhoven,
D- Sleeckx, E. Zetternam, R. en A. Snieders en
andere Vlaamsche auteurs, die reeds lange jaren
verscheiden zijn.
Aan een van de muren hangt een aandachttrek
kende schilderij, voorstellende dichter Jan Van
Beers met zijn verloofde.
Wij buigen ons voortdurend over het geëxpo
seerde. Scherp kijken we- toe. Alles verwekt bij
den kunstlievenden bezoeker een onafgebroken
aandacht, die steeds afgewisseld en vernieuwd
wordt.
Onder de andere bezienswaardige voorwerpen,
dienen nog vermeld den buizenhoed van dich
ter Emmanuel Hiel, waarover veel verteld werd
en het spinnewiel van diens moeder.
In een andere zaal belanden wij in de moderne
periode van onze Vlaamsche literatuur.
Een echte schat wordt hier ten toon gespreid.
We worden werkelijk overweldigd door al het-
gene. wat h;er zoo ordentelijk, zoo methodisch en
met zooveel liefde wordt geëxposeerd. Hier kun
nen we nu eens koniakt nemen met onze nog le
vende Vlaamsche schrijvers, zoowel ouderen als
jongeren-
Wat een ongeëvenaarde verzameling van por
tretten
Wat een ongewone rijkdom van handschriften
die ons het geleidelijk opbouwen en opgroeien
doen vaststellen van dertigtalen romans, die wij
thans in boekvorm hebben gelezen en genoten.
Onder de auteurs die manuscripten en aPer-
hande herinneringen afstonden, dienen vermeld:
Paul Kenis. Maurits Sabbe. Edward Vermeden,
Gustaaf Vermeersch, Alfons Jeurissen. (allen
zijn reeds overleden). Dan volgen nog Prof. Ven-
mevlen, H. Teirlinck. Toussaint Van Boelare. L.
Baekelmans. L. Monteyne. G. Walschop. M. Roe-
lants, A.Van Hoogenbemt.A-Derredts en anderen.
We gaan gedurig verder. Kast voor kast schui
ven wij stil voorbij. Nog een andere zaal wordt
binnengestapt, waar alles snreekt over bet begin
en den oogang van bet Vlaamsch tooneel.
Langzaam begri.iren wekunnen we b°ceffen
hoe er geijverd, gesnrokpn en oneind'g veel ge
schreven werd om onze Vlaamsche literatuur on
te voeren naar d:e boogfe die wij thans bereikt
hebben in d° wpr®1d1PttprViT>r'e.
(Zie vervolg onderaan vorige kolom)