VOOR DE KEUKEN Wat eten we deze week Visch. Enkele nagerechten. Iets over kousen. Wanneer kan men een hulpmiddeltje, zooals de volgende, gebruiken Kleine besparingen. Wat er nu te doen valt Zond.is Tomatensoep. Kalfsnierstuk, Brusselsch loof, Aardappelen, Fruit Maandag: Koud vleesch. Groene kool. Aardappelen. Vanillevla Din«dag: Saucijsjes. Roode kool, Aardappelen. Appel in den oven. Woensdag Eieren met tomatensaus. Gebakken aard appelen, Rijsttaart DonderdagGebakken spek. Andijvie, Fruit VrijdagGekookte schelvisch. Bietensla. Aardappe len. ZaterdagErwtensoep, Varkenslapjes. Andijvie. Aardappelen. Kuischen van visrh in vele gevallen is visch wel ge- kuischt wanneer men ze koopt, maar het doet zich ook inders voor, zoodat men «ze dan zelf moet kuischen. Hoe te werk gegaan? Ontdoet ze eerst van de schubben. Daartoe houdt men het mes loodrecht op de visch en <chrabt in de richting van den staart naar den kop. Dan ontdoet men de visch van de ingewanden. Men snijdt de buikzijde zoover open of het noodig is. Neemt ook het zwart vliesje weg, dat rond de ingewanden zit. Ver wijdert ook de kieuwen. Wascht nu de visch zoo goed langs binnen dan van buiten. Heel dikwijls is het noodig op gelijke afstanden op het vel dwarse inkervingen aan te brengen, opdat bij het koken of braden het vel niet zou openspringen. Zoo kan de warmte ook gemakkelij ker indringen. ENKELE BEREIDINGEN: Kabeljauw Benoodigheden 1 kgr. kabeljauw. 100 gr. boter, bloem, 1 citroen, peper en zout. Bereiding De kabeljauw in schijven snijden, in bloem wentelen en in de braadpan langs beide zijden in boter bakken. Opdienen in zeer warmen schotel met schijfjes citroen. Een andere manier: De staart van den visch nemen. Droog maken, bestrooien met peper en zout. Inkervin gen maken en er een citroenschijf in steken. Een stuk boter opleggen en in een heeten oven laten braden. Van tijd tot tijd de saus aanlengen met citroensap en binden met aardappelbloem. Warm opdienen. RogBenoodigheden 1 kgr. rog. 125 gr. boter, peper en, zout. BereidingDe visch in stukken snijden en gaar koken in water met zout. Laten uitdruipen en opdienen met gebruinde of gesmolten boter. Tong (gebakken) Benoodigheden 1 kgr. tongen. 100 gr. boter, 1 citroen, bloem, peper, zout. Bereiding De visschen reinigen, spoelen en afdro gen. Ze worden ontdaan van hun vel. In een weinig bloem wentelen en in de pan bruinen langs beide kan ten in gebruinde boter met peper en zout. Warm opdie nen met citroenschijven. Overschotten van visch worden ontdaan van de gra ten en opgediend met mayonnaise of een pikante saus. Frangipane. Benoodigheden 50 gr. geraspte aman delen, 75 gr. poedersuiker, 50 gr. boter licht gesmolten, 100 gr. bloem, 2 eiers. Bereiding Het wit van de eiers wordt in sneeuw ge klopt. De eierdooiers geroerd. De suiker, de amandelen, de boter, de bloem en ten laatste het stijfgeklopt eiwit worden, onder gedurig roeren, bijgevoegd. Het deeg 200 gr. bloem en 100 gr. boter met een weinig water bewerken. Het deeg openrollen en in kleine taartvormpjes plaatsen. Vult nu met de frangi pane en bedekt met reepjes deeg in ruitvorm. Macaronkoekjes. Benoodigheden Wit van 3 eieren, 400 gr. amandelen, 400 gr. witte bloemsuiker. Bereiding Slaat het wit met de amandelen en voegt er de suiker langzaam in kleine hoeveelheden bij. Legt het deeg bij lepels op een wit geboterd papier en laat bakken in den oven. Voor de vrouw zijn de kousen wel een bijzondere uit gave. Daarom tracht zooveel mogelijk den levensduur van de kousen te bevorderen. Moest men op de volgende puntjes letten, dan zouden we wellicht niet gedurig moeten uitroepen «die kousen, een echt verkwistend iets 1) Voorzichtig aantrekken, t.t.z. eerst aan den voet schuiven en daarna eerst aan het been, om ladderen te voorkomen. De goede werkwijze is deze: het been wordt opgerold tot aan den voet. Schuift er dan den voet in, want door oneffenheden en misschien ook wel door de teennagels worden ladders veroorzaakt. 2) Schaft u goede degelijke kousen aan. Let erop dat de bovenste rand versterkt is. De kous moet goed kun nen mederekken. Let goed dat dure kousen meer ste ken bevatten dan goedkoope. Daardoor zijn ze elastie- ker. Dus bij het koopen overtuige men zich dat de kous van fijn weefsel is en dat ze elastisch is. 3) Gebruikt 4 kousophouders om de kous niet te mis vormen. 4) Let ook op uwe schoenen, want heel dikwijls ligt het verslijten van kousen aan het slechte binnenwerk van de schoen. Legt in veelgedragen en misschien een weinig versleten schoenen, zeer dunne inlegzooltjes. 5) Ladders worden heel dikwijls veroorzaakt door het vasthaken van een of ander garnituur op de schoenen. Daarom let erop hoe ge uw voeten zet. 6) Wanneer men dikwijls verandert van kousen, dan hoeft men ze niet zoo heel dikwijls te wasschen en wor den ze minder verdund. Daarom trekt dikwijls andere kousen aan. Als de kous niet te erg veel vuil is. kan men misschien alleen den voet met een weinig zeep be strijken en spoelen. Zoo zal het been van de kous er niet onder lijden. 7) Wascht de kousen nooit met bijtende zeepsoorten. Liefst neemt men zeepvlokken, die spoedig oplossen in water. 8) Wascht soort met soort, t t. z. iedere kleur bij me kaar. Wrijft nooit de kousen. Drukt ze alleen. 8) Men spoelt kousen steeds in lauw water. Herhaalt totdat het water helder blijft. Wringt ze nooit. Drukt ze in een sponshanddoek uit Ziedaar enkele wenken die u er zullen toebrengen minder nieuwe kousen aan te schaffen. Azijn een uitstekend middel om glanzende deelen van zwarte mantel of jurken te verwijderen. Men bor stelt goed de plaats met een borstel nat gemaakt met azijnwater. Wordt ook heel dikwijls gebruikt om kleuren te behouden. Zoutkomt te pas om roestvlekken te verwijderen. De vlek betten met een doekje waarop een mengsel is gedrenkt van zout en citroensap. Daarna rap spoelen met water. Na de spoeling mag er geen vlek meer over blijven. Herhaalt de bewerking zooveel het noodig schijnt. Strijk daarna met een warm ijzer. Gebruikt daarvoor een natgemaakt doekje. Terpentijn: lost alle verfvlekken op. Teervlekken wor den er ook mede verwijderd. Harsvlekken kunnen er ook mede verwijderd wor den. Daarvoor wordt terpentijn vermengd met de helft alkohol. Daarna wordt het kleedingstuk of stof op de gewone manier gewassclien en gespoeld. Alkoholom grasvlekken te verwijderen. Daarvoor gebruikt men alkohol van 90°. Met alkohol neemt men ook inktvlekken eh aniline vlekken weg. Alsook modder- en chocoladevlekken. Om kaarsvlekken te verwijderen, maakt de vlek ken vochtig met alkohol en laat ze drogen, de vlek zal poedervormig worden. Blaast het stof weg en borstelt af. Sodakristallen. Om te wasschen Om zuurvlekken te neutraliseeren. Ze mogen echter niet gebruikt worden voor fijne wollen. Ammoniak Om kleedingstukken te ontvetten Om iodiumvlekken op waschbare stoffen te doen verdwijnen. In een lichte oplossing van water met ammoniak. Daarna wasschen op gewone manier in warm zeepwater. Bleekwaler. Inktvlekken worden hiermede ver wijderd. Doet evenveel azijn bij en spoelt na in zuiyer water. Wordt ook gebruikt voor linnen. Het bleekt en ontsmet. Kleine raadgevingen als deze komen wel dikwijls te pas en vooral in deze tijden. Weet ieder huisvrouw dat er gas wordt bespaard wanneer men drie pannen op elkaar zet, zoodat bv. in de bovenste pan. groenten gestoofd of bouillon getrokken wordt geen gas wordt gespaard wanneer men grooter gas geeft om de aardappelen rapper te laten gaar worden. Het tegenovergestelde is wel waar, op een zacht vuurtje zullen ze rapper gaar zijn; Aardappelen en groenten worden met zoo weinig mogelijk water opgezet. Men zorge dat de pannen goed afgesloten zijn Bij het bakken in den gasoven, niet te nieuwsgierig zijn en gedurig het gebak bekijken. Daardoor wordt de warmte van den oven benadeeligd en het bakken tegen gehouden. «WIHWHWPIWWIWI8I8I8IIIWWWWW8IWWWII Om zaad van bloemkoolen te oogsten, plant men nu bloemkoolplantjes onder koud raam, gezaaid geweest rond September en in potten opgekweekt, men bekomt op die manier vroeger bloei en goed rijp zaad, mits ver dere goede zorgen. Voor ajuin kiest men nogmaals de beste onder de uit gekozene. neemt knollen die nog in rust zijn, dus nog niet beginnen te schieten, en men plant de bollen 5 cm. diep en op 40 cm. afstand. Met selder zal men niet te haastig zijn, liever nog wat wachten. Heeft men rond Augustus witte ajuin variëteiten gezaaid de Ia Reine, Nocéra enz. dan zal men uitdunnen op 5 cm. en de uit gedunde bolletjes herplanten in rijen op omtrent 15 cm., of heeft men bolletjes bewaard van eene Junizaaiing dan kan men deze nu uitplanten. Deze variëteiten kun nen ook op het einde der maand gezaaid worden, even als de gewone ajuin in droge gronden nu op zonnebarm of op andere voordeelige plaatsen kan gezaaid worden. Onder glas. Te vroeg gezaaide selder geeft veel opschietende planten, maar van heden af is het bijzon derste dat de plantjes rap opgroeien zonder stuiting in den wasdom. Dus, eerst zal men denken aan de: Blad selder. Men zaait op broeibak, in kistjes of in teilen in verwarmde serre gezet. Het selderzaad is zeer fijn, en om regelmatig uit te kunnen strooien kan men het men gen met zand. de zaadjes zal men bijna niet dekken, een weinig fijn gezifte aarde, men drukt den grond lichtjes toe met een plankje, en giet met een zeer fijnen sproeier, anders stroomt het zaad in hoopjes bijeen. Heeft men in kistjes of teilen gezaaid dan bedekt men met eene ruit om het kiemen te bevoordeeligen. De ruit moet men dagelijks eens draaien, en men verspeent zoo haast mogelijk op lauwe broei of kouden bak op 5 cm. afstand. Onder koud raam kan men ook zaaien, dan verspeenen onder raam of op zonnebarm, beschut met matten des nachts. Moest men onder glas gezaaide plantjes uitplanten dan zouden zij wegsmelten als sneeuw voor de zon. Het verspeenen is hier van het grootste belang om kloeke plantjes te bekomen. Er bestaan vele variëteiten selder, doch wij bevelen vooral de volgende aanGoudgele Chemin, White Plume of volle witte Amerikaansche, alle beide van natuur bleek. De Violetkleurige van Tours heeft ook malsche bladstelen en is hard tegen koude. Pascal enz. Voor knolselder gaat men bijna op de zelfde manier te werk. men neme variëteiten zooals: Reusachtige van Praag, Korte dikke van Erfurt, schoon gaaf indien goed gekweekt. Daar selderzaad de sporen der vlekziekte (Cercos- pora Apii) kan aanbrengen, raden wij aan de zaden te ontsmetten, voor het uitzaaien, met ze in eene oplossing te dompelen van 2 1/2 gram formaline per 1 liter water. Het zaad laat men drogen alvorens uit te zaaien GROENTENKWEEK In den hof. Men kan van nu af aan, gedurende de schoone dagen, beginnen met het verplanten en terzelf- dertijd het vermenigvuldigen van de verschillende door levende planten, zooals: Aspergiën. Rhubarber. Zuring, enz. Aspergiën worden voortgekweekt door zaaiingen om trent dit tijdstip te doen. Terloops willen wij er op wijzen dat het ons voordeeliger schijnt rond Oktober te zaaien, de zaden kiemen vroeg in de Lente, en de jonge plantjes kunnen meer weerstand bieden aan den Asper- giekever. Men maakt bedden van omtrent 1,20 m., en men zaait in rijen van 30 cm. afstand, een 2-tal cm. diep. Men zaait dun, alle 10 cm. omtrent een zaadje of twee. Men rakelt de rijen toe, en bedekt den grond met terreau of kort stalmest. Heeft men het vorige jaar planten gezaaid, dan kan men nu den grond gereed ma ken voor het beplanten. Men kan planten op enkele ol' in dubbele rijen. In het laatste geval op 70 cm. af stand. en in de rij op 50 cm. liefst in het verband tus schen twee bedden laat men omtrent 1,75 afstand. Wij bevelen de planting op enkele rijen aan op een afstand van ongeveer 1.50 m. van elkander. Men begint met den grond af te teekenen met de plantkoorde, en men maakt greppels van 50 cm. breed en 25 cm. diep. De grond uit de greppels legt men tusschen de rijen, men mengt ge- teerden en geziften straatmest met den greppelgrond. en op het punt waar men de Aspergie zal planten maakt men een heuveltje van een 3-tal cm. hoogte, om de wortels goed te kunnen openspreiden, en met de aarde in aanraking brengen. Als men de Aspergie klauwtjes beziet, dan bemerkt men dat ieder klauwtje voorzien is van een soort kopje. Men lette wel op deze kopjes, om deze in dezelfde richting te zetten bij het planten, om eene regelmatige planting te bekomen. Men dekt met fijnen grond, en kort verteerden stalmest. De tusschenruimten kan men benuttigen voor het kweeken van sta, boontjes, enz. Rhubarbe kan in goed voorbereiden grond gezaaid worden, in rijen van 40 cm. afstand en naderhand uit dunnen tot 30 cm. in de rij. De verdeeling der struiken is van meer toepassing. Men steekt de struiken uit. Men verdeelt ze met eene spade of met een mes, in deelen van een drietal botten voorzien, liefst gebruike men de deelen van den buitenkant der struiken. Men plant deze deelen in rijen op 1 m. afstand van elkander en in het verband, ofwel langs boorden van groote wegen enz. Op de plaats waar men elke struik zal planten, maakt men putjes van 40 cm. vierkant en 25 cm. diep, gevuld met compost of straatmest, gemengd met gewonen grond, men plant zoodanig dat de botjes juist te zien zijn. In de tusschenruimten kan men kropsla of andere lage groenten zetten. Zurkel als doorlevende plant gekweekt kan nu ook gescheiden worden en uitgeplant op omtrent 25 cm. Doorlevende spinazie insgelijks. Andere doorlevende planten zooals de verschillige specerijplanten: boonenkruid, thymus, hysoop, dragon- kruid, bieslook enz. kan men gemakkelijk scheiden. Sommige dezer plantjes, zooals thymus, zijn zeer ge schikt voor aanplantingen langs boorden. Die struikjes worden gescheiden in verschillige deeltjes, redelijk diepgeplant, en vast aangedrukt. Onze zonnebarmen zijn dus reeds in gereedheid ge bracht, en als het weder gunstig is dan kan men van de gelegenheid gebruik maken om bijvoorbeeld vroege struikerwtjes te zaaien, zooals Wonder van Amerika en andere. Die eerste zaaiing doet men niet te diep, uit vrees van vochtigheid, en daar het zeer vroeg, en de grond maar oppervlakkig verwarmd is Men zal trach ten opvolging in het oogsten te bekomen, door eene goede keus van variëteiten te doen. Men kan benevens de lage variëteiten ook hoogere beginnen aankweeken Bijv.: Vroege Express, Prins Albert, Automobile enz. Wij raden aan de zaaierwten eenige uren te weeken in lauw water ten einde den groei aan te wakkeren, en ter- zelfdertijd den erwtenkever (Bruchus pisi), te versmoo- ren, die meesttijds in de erwtenholten blijft en alioo met de zaaierwten op het land gebracht wordt om op nieuw zijnen levensloop te beginnen. Bij het vroeg zaaien van erwtjes zijn er knaagdieren en vogels te vreezen, en om die ongewenschte bezoekers lust tot eten te ontnemen, kan men bij het water een weinig petrool en bruine zeep voegen, ofwel, zooals wij doen, de ge weekte erwten eens in teer (goudron) of roode menie rollen. In sommige gevallen is het soms voldoende erw- tenrysels te leggen, draadjes te spannen (liefst zwarte), vlasleemen te strooien enz. Men zaait op rijen 3 tot 4 cm. diep, alle 4-5 cm. een zaad of twee of in dubbele rijen, 30 cm. van elkander, met eene tusschenruimte. verschillend volgens de variëteit, en waar men kropsla, radijs enz. kan kweeken. Hier willen wij doen denken aan het zaaizaad voor het toekomend jaar, de eerste zaaiing van erwten is daarvoor de beste, dus een weinig meer zaaien, voor zaad Labboonen kan men ter plaats" uitzaaien (de plantjes verdragen een vijftal gra den vorst) in rijen van omtrent 50 cm. afstand en 5 cm. diep, alle 20 cm. legt men 2 zaden of alle 35 cm. 4 zaden. De eerste manier gaf ons immer de beste uit slagen, tusschen de rijen zaait men radijsjes of andere kleine groenten. Volgens ons zijn de variëteiten «van Beek» (35 cm. hoogte) van Erfurt» (20 cm. hoog) aan te bevelen. In de koolplantingen die men vóór den Winter gedaan heeft, zal men de missende invullen ofwel, als men de planten op wachtbedden overwinterd heeft, nu uit planten. Na een goede bemesting, plant men de vroege variëteiten in rijen en in ondiepe voortjes op 50 cm. afstand en 50 cm. in de rij, latere variëteiten eenige cm. verder. Men kan eene planting regelen met vroege en late variëteiten, door deze laalhte op 10 cm. uit te plan ten. Tusschen de rijen kan nog tusschenzaaiing plaats hebben van radijsjes enz. Die plantjes ziet men zorg vuldig na, om deze die door knolziekte aangetast zijn te verbranden, in natten grond zal men hier geen kalk ver geten. Verschillende groenten, overgehouden voor zaad- kweek wortelen, witloof, prei, selder en andere, kan men van nu af uitplanten, op goed voorbereiden grond, op een afstand verschillend volgens de soort. Bijv.: wor telen, op 40 tot 60 cm. in alle richtingen, het zelfde voor schorseneeren, haverwortel enz. Voor witloof neemt mer. wortels nu uit de graven gehaald, die men zoo recht streeks ter plaats kan uitplanten. De króp mag men af breken en de wortel alleen uitplanten op 60 cm. Maar wij raden aan den krop op den wortel te behouden. Prei laat men ter plaatse, of doet ze met doeltje aarde uit, om op 40 cm. uit te planten. Koolgewassen kan men op verschillige manieren behandelen, de kroppen af snijden, deze laten ofwel planten nemen in Juli gezaaid. Maar om de eigenschappen best te bewaren, bevelen wij aan den krop te laten en op 60 cm. afstand planten.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1940 | | pagina 10