PARIJS INGENOMEN ONZE PLICHT Joarnal hebdomadaire de l'Arrondissement d'Ypres Weekblad - voor het Arrondissement Yper Het Hoofdkwartier van den Führer maakt bekend troepen zijn gister Vrijdag middag Parijs binnen gerukt. Duitsche 21* |aar, N S 15 juni 1940 WMBasagMBM 1*111. T3 21' Année, N 8 15 Juin 1940 LA REGION D'VPRES Redactie a Administration et Publicité 34, rue au Beurre, YPRES Abonnement21 fr. 00 par an Étranger 32 Ir. On peut s'abonner duns tous les bureaux de poste Beige.- 43 ct. Ie numéro. Tél. 500 Les articles non signts sont refusé. HET YPERSCHE Beheer. Opstel en Aankondigingen 34, BotersP. aat, 34, YPER. Abonnement21 fr. 00 per jaar Buitenland 32 fr. Men kan inschrijven in alle Belgische postkantoren. Tel. 500 40 ct. het nummer. Naamlooze artikels geweigerd AAN ONZE LEZERS De oorlogsgebeurtenissen, die zich in ons land op een even snelle als verrassende wijze ontwikkelden, kebben de verschijning van het weekblad Het Yper- schegedurende enkele weken belet. De week na Sinxen werd nog regelmatig gewerkt en alles was reeds in gereedheid gebracht om het nummer van 18" Mei uit te geven, toen wij op het laatste oogenbiik. tengevolge van de ontreddering dei- postdiensten, het stopzetten van het treinverkeer en het verbod op straat te komen, verhinderd werden het blad ter pers te leggen. Noodgedwongen door de omstandigheden, die van allen gekend zijn. heeft Het Yperseheeenigen tijd zijne bedrijvigheid moeten stilleggen. Het verontschul digt zich bij al zijn trouwe lezers over deze tijdelijke schorsing, onafhankelijk van zijn wil.. Thans verschijnt het opnieuw en zooals in 't verle den zal het trachten zijn lezers zooveel - mogelijk te voldoen en op de hoogte te houden van de plaatselijke gebeurtenissen. Voorloopig verschijnt het op een beperkt aantal blad zijden, doch is dit nieuw begin weer even klein zooals het was bij zijn ontstaan, waarvan onlangs de twin tigste verjaring herdacht werd, dan koestert Het Ypersehe de hoop spoedig weer grooter te worden en zooals voorheen te kunnen verschijnen. Aan zijn lezers vraagt het enkel wat geduld te heb ben, verzekerd zooals ze mogen zijn dat niets onver let zal gelaten worden om hen in de mate van het mo gelijke alle voldoening te geven. Zooals in het verleden stelt het blad zich ten dienste van iedereen, de mede werking van allen die het met de herleving van Yper en de streek wel meenen wordt met dankbaarheid aan vaard en, zijn vroegere gedragslijn getrouw, zal «Het Ypersehezich voorts beijveren om de belangen van de bevolking, waarvan velen opnieuw zoo erg komen geteisterd te worden, en van gansch de streek met de zelfde standvastigheid van voorheen te verdedigen. HET YPERSCHE. Verkeer per Auto en Rijwiel Het Stadsbestuur werd medegedeeld dat binnen en kele dagen een voorraad van Benzine in Stad zal wor den ingebracht om in de behoeften van de burgerlijke bevolking te voorzien. Daar voor het verbruik van benzine en het verkeer per auto strenge inkrimpingsmaatregelen voorzien zijn, worden de ingezetenen der Stad die wenschen met mo torwagen te rijden verzocht onmiddellijk daartoe eene nieuwe schriftelijke aanvraag tot den Heer Burge meester te richten. •eze aanvraag moet vermelden Naam,Voornaam,Beroep en adres van den verzoeker; Merk van het rijtuig Nr van motor en Rijplaat «etal H P. van het voertuig. Omstandige aangifte van de reizen, met het getal kilometer, die maandelijks moeten voorzien worden en hun doel. Beae toelatingen zullen slechts mogen verleend wor de* in hoogst noodwendige gevallen (geneesheer) en uitsluitend voor de bevoorrading der bevolking. Deze maatregel zal slechts van toepassing worden het inbrengen der drijfstof, die aan de bevolking ia) ter kennis gebracht worden. Alle vroeger afgele verde toelatingen voor verkeer per auto worden met- ren nietig. Be vroeger uitgereikte benzineboekjes moeten on middellijk ten Stadhuize ingebracht worden. Vanaf heden zijn geen toelatingen voor het verkeer per velo meer vereischt. Yper, den 13 Juni 1940. De Burgemeester, J. Yanderghole. Controle der Douanen en Accijnzen Bet.,bureel van de controle der Douanen en Acci.in- 5e* vroeger Elverdihghestraat; 34. is overgebracht Boomgaardstraat. 3. Hel bureel der Accijnzen tpassavants enz.) blijft ge vestigd Elverdinghestfaat, 42. Onze geliefde stad komt eene zeer zware be proeving te doorstaan. In deze beproeving heeft een groot deel van de bevolking, ingaande op den wensch dien ik op 19 Mei geuit heb, blijk gegeven van kalme koel bloedigheid en een verheven geest van ver knochtheid aan stad en haard. Het Stadsbestuur heeft steeds onverdroten en onverpoosd al zijne krachten gewijd om in onze stede de openbare orde te handhaven, de volks gezondheid en de bevoorrading vanaf' bevolking te ^verzekeren, in de talrijke nooden die zich voordoen1 te "voorzien. Velen hebben aan de verantwoordelijke leiders van de gemeenschap Yper hunne zeer waardee- ringsvolle medewerking verleend. Maar dit vol staat niet indien gansch de bevolking zonder onderscheiding hare nauwe, onvoorwaardelijke en onbaatzuchtige medewerking aan dit werk van gemeenschappelijke herwording niet ver leent. Dit is onze eerste plicht. Aan dezen plicht mag niemand te kort blijven. Laat ons dus allen medewerken aan de herwor ding van onze stad Tuchtvol alle bevelen, on derrichtingen en wenken van de overheid vol gend, zult gij de openbare orde helpen handha ven. Loyaal handelend tegenover de bezettende macht, zult gij alle nuttelooze moeilijkheden en verwikkelingen aan de stad en uwe stadsgenoo- ten besparen. Draagt steeds stipt zorg voor de reinheid van uw huis, zelfs van het huis van uw gebuur indien hij gevlucht is zoodoende zult gij medehelpen het ontstaan van besmettelijke ziekten te vermijden. Weest uiterst spaarzaam in het verbruik van levensmiddelen, eetwaren, water, kolen, gas, electriciteit, benzinezoo doende zult gij het zeer moeilijk en gewichtig vraagstuk van de bevoorrading van de stad en het Land helpen oplossen. Helpt en steunt uwe geteisterde medeburgers, aanvaardt met geduld, zelfs met goeden luim, de nieuwe levenswijze die de huidige toestand van ons vergt en de toekomst vergen zalweest eindelijk indachtig dat, in deze dagen van beproeving, wij allen so lidair moeten zijn een voor allen en allen voor een»; zoodoende zullen wij een geest van soli dariteit doen ontstaan waarop wij het nieuwe Yper willen en zullen bouwen. J. Vanderghote, Burgemeester. ernst van den huidigen toestand, eensgezind en solidair rond den Koning, hoogste verpersoonlijking van het bedreigde vaderland, zouden geschaard blijven. Wezen we er ten slotte diep van overtuigd dat we op dit oogenbiik getuigen zijn van een bijzondere werking der Goddelijke Voorzienigheid, die Hare macht door geweldige gebeurtenissen heeft veropenbaard, waar tegen wij ons uiterst klein voelen. Laten wij dus meer dan ooit vertrouwen stellen in de oneindige barmhartigheid van het Heilig Hart van Jezus, en zeggen we met den psalmistZelfs al wan delen we in de schaduw van den dood, toch vreezen we geen gevaar, want Gij zijt met ons(Psalm, xxn- 4) Z, E. Kard. VAN ROEY, Aartsbisschop van Mechelen. iwwwwwwwwwuinipinnii/imipnnjniui Brief van Zijne Eminentie Kardinaal Van Roey O Zondag 11. werd in al de kerken en openbare bid plaatsen van Yper en omliggende den volgenden her derlijken brief afgelezen Aartsbisdom Mechelen, 31 Mei 1940. ZEER BEMINDE BROEDERS. De tragische beproeving welke wij doorstaan komt uitermate verergerd te worden door de zeer pijnlijke beschuldigingen, welke te Parijs uitgebracht werden tegen Zijne Majesteit Koning Leopold III en waarvan de weerklank op grievende wijze de massa van het Bel gische volk heeft getroffen. Ten einde naar beste vermogen een rampzalig mis verstand te doen verdwijnen en uit eerste bron de noodige ophelderingen te bekomen, hebben wij gemeend dat het onzen plicht was den Vorst persoonlijk te gaan vinden. De Koning is zoo welwillend geweest ons te ontvan gen en heeft ons toegestaan volgende verklaringen openbaar te maken 1) De beslissing de wapens neer te leggen, welke hij" den 28 Mei 's morgens heeft moeten nemen, werd opge drongen door den toestand van het Belgisch leger, wel ke volstrekt ónhoudbaar geworden was. .Geheel en al omsingeld, zonder hoop welkdanige hulp ook vanwege de Verbondenen te zullen ontvangen, zoo zouden onze troepen, indien zij voort hadden gestre den, heel eenvoudig aan algeheele vernietiging bloot gesteld geweest zijn, zonder eenig militair nut, terwijl honderdduizenden burgers, welke op een klein stukje grond samengehoopt waren, hun lot zouden hebben moeten deelen. Het leger heeft, door het grondgebied te verdedigen tot aan zijn uiterste grenzen en door zich enkel over te geven wanneer al de weerstandskrach ten uitgeput waren, geheel en al zijn plicht gedaan. De eer is dus gaaf gebleven. 2) Deze beslissing, vooral van militairen aard. werd door den Koning genomen in zijne hoedanigheid van opperste legerhoofd, in volledige overeenstemming met het hoofd van den Generalen Staf. en op zijne aan duiding. Hij heeft geen enkele politieke daad gesteld, noch een enkel verdrag of welkdanige overeenkomst, zelfs van militairen aard, met den vijand afgesloten. Hij heeft dus op geenerlei wijze de Grondwet ge schonden. Hij heeft gehandeld, zich daarbij steunend op het eensluidend advies van drie vooraanstaande Bel gische rechtsgeleerden, in de overtuiging dat hij het recht had zulks te doen. in overeenstemming met de machten welke de Grondwet in deze aangelegenheden aan den Koning toekent. Hij bevond zich daarenboven in de onmogelijkheid zijn ministers te raadplegen, aan gezien de vier laatsten op 25 Mei het Belgisch grond gebied hadden verlaten. 3) Het is in strijd met de waarheid te beweren dat het opperbevel van de verbonden legers niet op de hoogte was van den hachelijken toestand van het Bel gisch leger en van de noodzakelijkheid voor dit leger den strijd op te geven. De hatelijke beschuldiging van meineed of verraad wordt dus valsch bevonden. Op het laatste oogenbiik kon de Koning, zooals som migen het hem hebben aangeraden, zijn heil gezocht hebben in de vlucht en zich per vliegtuig naar den vreemde hebben begeven. Hij heeft verkozen het lot zijner soldaten te deelen alsmede het lijden van zijn volk, wat we veel ridderlijker vinden en wat hem heel en al tot eere strekt. De feiten, zooals ze voorkomen in de koninklijke verklaring, en waarover men gemakkelijk volledig licht zal kunnen bekomen door andere gezaghebbende getuigenissen, zouden het noodlottig misverstand, dat ontstaan was door zekere ondoordachte woorden e* door houdingen welke diep te betreuren zijn. moeten te niet doen. Wij van onzen kant, in de volle overtuiging dat wij volledig in overeenstemming blijven met de gevoelens van de overgroote meerderheid der Belgische bevol king, bewaren voor onzen Koning al onzen eerbied, onze aanhankelijkheid en ons vertrouwen. Wij vragen aan de priestérs de voor den Koning voorgeschreven liturgische gebeden zooals naar ge woonte verder te bidden. Wij verzoeken de geloovigen de zaak van den Ko ning en tevens het heil van het vaderland op bijzondere wijze in hunne gebeden en hunne communiën te ge denken. Wij zouden wenschen dat allé Belgen bewust van den (Zie vervolg onderaan vorige kolom)

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1940 | | pagina 1